Voorgesteld wordt (ermee) akkoord te gaan :
· met de uitbreiding van de sector kinderopvang vanaf 2000 van het gemeentelijke garantiebeleid; daarbij gelden de gebruikelijke voorwaarden en bedingen;
· dat het garantie-instrument wordt toegepast voor het afdekken van investeringen (aankoop van accommodatie) voor kinderopvangvoorzieningen die passen in het Delftse kinderopvangbeleid;
· dat er garanties worden verstrekt van maximaal 50% van de kredietbehoefte tot een maximum van ƒ 500.000 per project;
· dat de gemeentelijke garantie slechts wordt verstrekt voor projecten die ook een aanvraag tot borgstelling hebben gedaan bij het Waarborgfonds Kinderopvang en daar een positief besluit op hebben gekregen;
· met de gedragscode voor samenwerking tussen gemeenten en de Stichting Waarborgfonds Kinderopvang;
Aanleiding
De kinderopvang in Nederland maakt een stormachtige groei door. De landelijke overheid stelt vele miljoenen beschikbaar om de uitbreidingen te stimuleren.
De gemeente Delft heeft al enige jaren een activerend kinderopvangbeleid. Dit heeft geresulteerd in een forse groei van het aantal voorzieningen, het aantal plaatsen en een diversiteit in aanbod. Voor een deel zijn de uitbreidingen gerealiseerd met overheidsgeld; een ander deel is tot stand gekomen op basis van particulier initiatief.
Uit de delftse praktijk is gebleken dat het mogelijk is hele dagopvangvoorzieningen tot stand te brengen en te exploiteren zonder gemeentelijke subsidie. Wel is het daarbij wenselijk initiatiefnemers flankerende maatregelen aan te bieden. Zoals bijvoorbeeld garantstellingen. Door de landelijke overheid is hiervoor de Stichting Waarborgfonds Kinderopvang in het leven geroepen. Het voorstel is om initiatiefnemers, die in Delft door de gemeente gewenste kinderopvangvoorzieningen willen realiseren, een garantstelling aan te bieden voor de aankoop van een pand. Dit kan slechts na toetsing door Stichting Waarborgfonds Kinderopvang en alleen nadat de toetsing door hen positief is verlopen.
Het betreft hier een uitwerking van een beleidsvoornemen, zoals geformuleerd in de vastgestelde nota: Kinderopvang, het beleidskader (september 1999).
Het gemeentelijk garantiebeleid
In 1992 (april) is de nota "Garanties in context: een aanzet tot het gemeentelijk garantiebeleid voor de jaren negentig" vastgesteld. Daarin is o.a. bepaald onder welke voorwaarden en welke sectoren in aanmerking komen voor een gemeentelijke garantie. De sector kinderopvang is daarin toen niet genoemd.
Gemeentelijk garantiebeleid kinderopvang in een waarborgfonds-constructie (volgens het model van de sportsector)
Bij een waarborgfonds-constructie wordt door openbare marktpartijen gefinancierd, terwijl de risicoafdekking enerzijds gevonden wordt door het betalen van een risicopremie door de ontvangende instelling waarbij anderzijds de betrokken overheidssectoren door middel van een zgn. achtergestelde borgstelling als achtervang aansprakelijk blijven. Garantieverlening betekent dat een korting bedongen wordt op het rentepercentage bij een bank, waardoor de aankoop van een pand mogelijk wordt en er in exploitatie-technische zin voordelen ontstaan.
De door de kinderopvanginstelling te betalen jaarlijkse risicopremie bedraagt 0,25 % van het nominale garantiebedrag. Deze premie wordt toegevoegd aan het fonds "gegarandeerde geldleningen". Dit fonds is bestemd om de risico’s en daarmee samenhangend de financiële aanspraken te kunnen opvangen.
Stichting Waarborgfonds Kinderopvang
Het Waarborgfonds Kinderopvang is een initiatief van de Vereniging Nederlandse Gemeenten en de VOG (werkgeversvereniging voor o.a. de kinderopvang) en opereert in opdracht van het Ministerie van VWS. Het fonds heeft als kerntaak om middels de afgifte van borgstellingen financieel
te participeren in de bedrijfsriciso’s van kinderopvangondernemingen. In 1999 is in de Gemeente Delft een nieuw kindercentrum tot stand gebracht met borgstelling van het Waarborgfonds Kinderopvang. Voorts heeft het Waarborgfonds Kinderopvang momenteel (mei 2000) drie voorlopige aanvragen geregistreerd uit de Gemeente Delft.
Alle aanvragen bij het Waarborgfonds Kinderopvang worden beoordeeld en afgehandeld op basis van het door het bestuur van het fonds (met instemming van het Ministerie van VWS) vastgestelde Borgstellingsreglement. Het Waarborgfonds Kinderopvang beoogt op deze wijze haar bijdrage te leveren aan de realisatie van de uitbreiding van de kinderopvang. Tevens hoopt het fonds te bewerkstelligen dat met inzet van haar borgstelling de instelling c.q. ondernemer in de kinderopvang tegen gunstiger voorwaarden kredieten kan verwerven. De borgstelling bedraagt op dit moment maximaal 50% van de kredietbehoefte tot een maximum van ƒ 500.000 per project. Overwogen wordt om de borgstelling te verhogen om op die manier ook grotere projecten mogelijk te maken. De gemeente kan te zijner tijd besluiten om hier al dan niet bij aan te sluiten.
Samenwerking Gemeente - Waarborgfonds
De volgende overwegingen liggen ten grondslag aan samenwerking tussen Gemeente en Waarborgfonds:
· De Gemeente heeft een forse uitbreidingsoperatie voor de boeg en wenst dat het particulier initiatief meer dan ooit de primaire verantwoordelijkheid hiertoe neemt.
· De Gemeente wenst middels de inzet van haar garantiebeleid de uitbreiding van de kinderopvang te stimuleren.
· De Gemeente wenst middels de inzet van het garantiebeleid de kostprijs voor de kinderopvang te beïnvloeden.
· De Gemeente staat positief tegenover nieuwe ondernemers in de kinderopvang.
· De Gemeente streeft naar risicospreiding.
· De Gemeente wenst de uitbreiding van kinderopvang op gemeentelijk niveau te coördineren.
· Het Waarborgfonds biedt een garantstelling van 50% van de kredietbehoefte; financiering voor de overige 50% krijgen (startende) kinderopvangorganisaties niet zo maar; op basis van een gemeentelijke garantstelling i.s.m. het Waarborgfonds is een garantstelling tot 1 miljoen gulden mogelijk.
· Het Waarborgfonds heeft expertise in de beoordeling van de haalbaarheid van uitbreidingsplannen.
De randvoorwaarden voor samenwerking tussen Gemeente en Waarborgfonds zijn:
De gemeentelijke voorwaarden voor garantstelling zijn identiek aan die zoals beschreven in de nota "Garanties in context" (april 1992) voor de sportsector.
Dit houdt o.a. in:
· Garantie-instrument niet toepassen voor afdekken van exploitatietekorten maar alleen voor investeringen (aankopen accommodatie);
· Garantieplafond van maximaal 50% van de kredietbehoefte tot een maximum van ƒ 500.000 per project.
Samenwerkingsarrangement
· Elke afzonderlijke aanvraag zal door het Waarborgfonds onderzocht worden op mogelijkheden/onmogelijkheden van een gemeentelijke garantie.
· Het Waarborgfonds toetst of de uitbreiding past in het gemeentelijk beleid.
· Gedurende de looptijd van de garantstelling onderhoudt het Waarborgfonds de relatie met de Gemeente conform bijgevoegde gedragscode.
· De Gemeente kan een vereenvoudigde aanvraagprocedure hanteren omdat een positief besluit van het Waarborgfonds Kinderopvang automatisch leidt tot de afgifte van een gemeeentegarantie.
Procedure en Communicatie
Na goedkeuring van deze nota door het College van Burgemeester en Wethouders en bespreking hiervan in de Raadscommissies Leefbaarheid en Middelen en Bestuur en vaststelling door de Gemeenteraad, zal een samenwerkingsovereenkomst met het Waarborgfonds worden ondertekend. Aan de ondertekening zal (landelijke) publiciteit worden gegeven, omdat de Gemeente Delft de eerste gemeente is die een dergelijke samenwerking met het Waarborgfonds aangaat.
Alle Delftse kinderopvangorganisaties zullen van de mogelijkheden op de hoogte gesteld worden.
Cees van der Ende
Vakteam Treasury en Riskmanagement
Theresia Keukens-Kanij
Vakteam Welzijn
