1.1 Wijkgericht
werken in Voordijkshoorn/Hof van Delft
1.2 De wijk in
grote lijnen
1.3 Het wijkplan
2.1 Wonen
Welke bestemmingsplannen
zijn er?
Woningbouw
Veilig
wonen
Energiebesparing
Duurzaam
wonen
Wat vinden de bewoners
nog meer?
2.2 Onderwijs
Voortgezet onderwijs
Brede
school
Kinderopvang
Wat vinden de bewoners
nog meer?
2.3 Veiligheid
Politie
Enge plekken
Hoe veilig is DSM Gist?
DSM Gist veiligheidsproject
basisscholen
Wat vinden de bewoners nog
meer?
2.4 Sport en spel
Sportvisie 2000+6
Project Sport en Cultuur op
straat
Senioren Actiefproject
Speelplekken en trapveldjes
2.5 Buurt- en opbouwwerk
Accommodaties
Buurt- en wijkwerk
Samenwerking
Wat vinden de bewoners nog
meer?
2.6 Jeugd en
jongeren
Huidige situatie
Aanpak
Ontwikkelingen en
voornemens
Waar verzamelen jongeren
zich anno 2001?
Wat vinden de bewoners nog
meer?
2.7 Gezondheid en
zorg
Sociaal isolement
Eerste lijnsgezondheidszorg
in de wijk
Wat vinden de bewoners nog
meer?
2.8 Kennis en
economie
Kantoren
Detailhandel
Wat vinden de bewoners nog
meer?
2.9. Cultuur
Cultuur
Digitale bibliotheek
Wat vinden de bewoners nog
meer?
3.1 Onderhoud van
groen en bestrating
Wat gebeurt er in
2001-2004?
Hondenpoep
Wat vinden de bewoners nog
meer?
3.2 Reiniging
Afvalinzameling
Huisvuilplekken die voor
overlast zorgen
Oplossingen
Wat vinden de bewoners nog
meer?
3.3 Openbaar
vervoer
Wat vinden de bewoners nog
meer?
3.4 Verkeer en
parkeren
Schilparkeren
30 km gebieden
Parkeren
Gevaarlijke
verkeerssituaties
Wat vinden de bewoners nog
meer?
3.5 Spoortunnel
3.6
Brandweerkazerne
3.7 Milieu
Energie en duurzaam bouwen
Water
Bodem
Geluid
Afval
Groen/ecologie
Externe veiligheid
Bedrijven.
Er
staan in de wijk Voordijkshoorn / Hof van Delft geen grote ingrepen in de
planning, behalve nog enige nieuwbouw aan de westrand.
Daarom
is het beleid in de wijk vooral gericht op beheer en behoud van de aanwezige
voorzieningen en verbetering van de leefsfeer en het sociale klimaat.
Over
het algemeen zijn de bewoners tevreden over ‘hun’ wijk en wonen zij er met
plezier. Toch zijn er tijdens de voorbereidingen van dit plan, de overleggen
met professionals en bewoners en uit ervaring van het werken in de wijk een
aantal punten te noemen die extra aandacht vragen:
Het
gaat dan om:
Jongeren Er wordt gepleit voor “inrichting” van de
hangplekken. Niet zodanig dat zij van blijvende aard zijn, aangezien de
jongeren vrij snel van plek wisselen, maar wel zo dat er minder overlast in de
directe omgeving blijft bestaan.
Medio 2001 is in opdracht van de
Gemeente Delft een participatief onderzoek naar de favoriete ontmoetingsplaatsen
van jongeren gedaan. Hoewel de resultaten van het onderzoek nog niet
beschikbaar zijn, kan vooruitlopend op definitieve conclusies worden gesteld
dat het plaatsen van een ABRI zonder begeleiding op de plaats waar jongeren
veel verblijven niet altijd zinvol lijkt. Jongeren “hangen” waar dat zo uitkomt
en laten zich niet zomaar in een (bus)hokje plaatsen. Anderzijds zijn de
jongeren wel bereid om zich in te zetten voor nieuwe hangplekken en om de
overlast te verminderen.
Experimenten met een combinatie
van maatregelen toegesneden op de situatie lijkt de beste aanpak. We denken aan
een mix van creëren van een plek, aanwezigheid van professionele inzet dan wel
activiteiten elders. Om dat mogelijk te maken is samenspel met betrokkenen, de
jongeren zelf, het jongerenwerk, omwonenden en eventueel derden nodig om zo
direct te reageren op ongewenst of storend gedrag.
Het
komende jaar zullen enkele ABRI’s geplaatst worden bij wijze van experiment.
Begeleiding hierbij zal vanuit het jongerenwerk gegeven worden.
In
het plan wordt aandacht besteed aan vervroegde mogelijkheden van het
bredeschool programma ook voor VO. Daar wordt een aanbod gedaan waardoor op
straat verblijven vermindert. Dit
vraagt aandacht en inzet.
Huisvuil
De ondergrondse containers moeten daar waar
mogelijk geplaatst worden. Daar moet zo snel mogelijk aanvullend budget voor
komen. De plaatsing verbetert de situatie wel, maar lost echter nog lang niet
alles op. Er wordt nog steeds veel grof vuil, of zware zakken, naast de container
geplaatst. Evenzo is de voorlichting, de melding, het elkaar aanspreken nog
niet van dien aard dat bergen vuil op straat voorkomen worden.
Het
verdient een grondig overleg ook met bewoners waar de middenweg moet liggen
tussen veel ophalen, vuiltoerisme voorkomen, verbaliseren als dat mogelijk is,
en weten wanneer en hoe de rondes van ophalen, de melding van grof vuil het
kunnen wegbrengen etc. geregeld is en verbeterd kan worden.
Groenonderhoud
behoud en aanleg en onderhoud speelplekken, natuurlijke speelplekken en
plantsoenen. Mensen hebben veel aandacht voor dit
onderwerp. Soms dient toch het groenbeleid te wijken voor het speelbeleid en
soms moeten plantsoenen deels bruibaar worden als speel- of trapveld. Het
speelplekkenplan zal worden uitgevoerd. De eerste plaatsjes zijn gereedgekomen.
Het is belangrijk dat er aanvullend budget komt, zodat op den duur het gehele
plan kan worden uitgevoerd.
Veiligheid:
Verlichting
achterpaden. Op meerdere onveilige plekken (zie de
overzichten) wordt meer verlichting zeer op prijs gesteld.
Het
probleem van de drugsdealers op het stationsplein en omgeving is nieuw,
maar wordt zeer vervelend bevonden aangezien minderjarigen het dupe worden.
Door
de aanwezigheid van vele jongeren in dit gebied vereist deze ontwikkeling veel
aandacht.
Parkeren was al een groot probleem
in het oude deel van de wijk. Er wordt ook bij het uitvoeren van de nieuwe
regelingen die nogal wat stof hebben doen opwaaien voor gepleit bewoners en
corporaties zoveel mogelijk te betrekken bij het uitvoeren van de aanvullingen
op de parkeerplaatsen. De aanleg van de spoortunnel zal deze problemen (zeker
tijdelijk) nog vergroten. Men vraagt om toezicht en voorkomen van foutparkeren.
In
het collegeprogramma 1998-2002 is de wijkaanpak tot een speerpunt van beleid
verklaard. Het doel is, de leefbaarheid in de Delftse wijken op peil te houden
en waar nodig te verbeteren. Het begrip leefbaarheid is het motto en dient
daarbij in de meest ruime zin te worden opgevat. Bewoners willen goed
onderhouden, passende woningen in een plezierige woonomgeving die schoon, heel,
veilig en mooi is.
Eveneens
is van belang dat er in wijken voldoende voorzieningen zijn en dat er sprake is
van sociale samenhang.
Integrale benadering
Het
bevorderen van de leefbaarheid vraagt per definitie een integrale benadering.
Daarbij staan de bewoners centraal: hun mening telt bij het maken van plannen.
Dit vraagt een andere manier van denken en werken van zowel ambtenaren als
politici. In de wijkaanpak moet uitgegaan worden van de logica van de bewoners,
zonder overigens de logica van de professionele organisatie uit het oog te
verliezen.
In
de nieuwe organisatie zijn voorwaarden geschapen om die cultuuromslag te maken.
Ook in het traject van de bestuurlijke vernieuwing krijgt de wijkaanpak de
aandacht die het verdient. Er is echter meer nodig. De wijkaanpak vraagt ook om
een goed instrumentarium dat toegesneden is op de doelstellingen uit het
collegeprogramma. In de nota ‘De wijken centraal’ zijn deze instrumenten
beschreven.
Zichtbaar en voelbaar
Delft
is in zeven wijken verdeeld: de binnenstad, Voorhof, Buitenhof, Tanthof,
Wippolder, Vrijenban en Hof van Delft/Voordijkshoorn. Inmiddels zijn er zes
wijkbeschrijvingen gemaakt en worden er twee wijkplannen per jaar opgesteld.
Een wijkplan geeft een overzicht van alle plannen en initiatieven op het gebied
van welzijn, zorg, wonen, woonomgeving, groen, water, verkeer, veiligheid en
economie. Het heeft een horizon van vier jaar.
Delft
heeft ervoor gekozen de wijkplannen in een hoog tempo te maken, volgens het
principe ‘al doende leert men’. De consequentie hiervan is, dat de tot nu toe
geproduceerde wijkplannen zeker niet perfect zijn. Daar zitten bewoners ook
niet op de wachten. Ze stellen de vraag wanneer de gemeente aan de slag gaat.
Kortom: ze willen dat de wijkaanpak zichtbaar en voelbaar wordt.
Het
college heeft daarom, ook als adagium ‘dat alleen de uitvoering telt’. Daarom
worden de wijkplannen vertaald in wijkprogramma’s. Een wijkprogramma is een
opsomming van concrete acties, maatregelen en projecten die uitgevoerd worden.
Een wijkprogramma is voorzien van een planning en een budget.
Hof
van Delft/ Voordijkshoorn is een fijne wijk om te wonen. De vraag naar woningen
is er groot en bewoners verhuizen niet graag naar elders. De mensen die er
wonen waarderen het groen, het Wilhelminapark en het Hof van Delftpark worden
graag bezocht. Er zijn drie winkelkernen in de Hof van Delftlaan, de Van
Foreestweg/Ruys de Beerenbrouckstraat en op de Krakeelpolderweg. De wijk is
goed bereikbaar en ligt aan de uitvalswegen richting Den Haag en Rotterdam. De
buurten aan de oostzijde liggen op loopafstand van het centrum en het centraal
station.
Meerdere gezichten
Voordijkshoorn/Hof
van Delft behoort tot de grootste wijken van de stad. Het is een wijk met
meerdere gezichten. Direct achter het station en de spoorlijn liggen het
Westerkwartier en de Olofsbuurt, buurten van rond de eeuwwisseling met smalle
straten en weinig groen. Daarnaast zien we rond de Hof van Delftlaan en het
Wilhelminapark, woningen uit de jaren dertig, met voortuinen en brede stoepen.
Het Agnetapark heeft een heel eigen gezicht met woningen in het groen. Licht,
lucht en ruimte zetten er de toon. Weer een heel ander beeld bieden de buurten
die ten westen van de Provinciale weg liggen. Deze naoorlogse buurten bestaan uit eengezinswoningen en lage flats
in een groene woonomgeving. In de buurt Ecodus is een uniek project in een
ecologische woonomgeving vormgegeven. De woningen in de Voordijkshoornsepolder
zijn van recentere datum. Ruim 35% van de woningen in Hof van Delft/
Voordijkshoorn behoort tot de
koopsector en hiermee is de sociale huursector minder dominant dan in de rest
van Delft.
Conserveren
Vanwege
de hoge waardering voor de wijk zijn de plannen voor Hof van Delft/
Voordijkshoorn conserverend van karakter. Er staan geen grote
herstructureringsplannen of woningbouwprojecten op stapel. Wel bestaat er op
een beperkt aantal plekken in de wijk ontwikkelingslocaties voor bedrijven en
woningen op kleine schaal. De plannen voor de verbetering van de leefbaarheid
betreffen vooral de directe woonomgeving en zijn sterk afhankelijk van het
karakter van de buurt waarin men woont.
Schoolgaande jeugd
Het
aanbod van de Delftse middelbare scholen is in en aan de rand van de wijk.
Hierdoor is een groot deel van de schoolgaande jeugd dagelijks in de wijk
aanwezig. Alhoewel de leeftijdsopbouw
en de samenstelling van de huishoudens overeen komen met de stedelijke opbouw
lijkt hierdoor het percentage jongeren in de wijk hoog. Zowel bewoners als
professionals in de wijk vragen daarom om voorzieningen voor de jeugd.
In
het wijkplan Hof van Delft/Voordijkshoorn wordt aangegeven welke plannen er de
komende vier jaar worden gerealiseerd om de leefbaarheid te versterken. Het
gaat om plannen op het gebied van welzijn, zorg, wonen, woonomgeving, groen,
water, verkeer, veiligheid en economie.
Allereerst
is er een wijkbeschrijving gemaakt. Vervolgens zijn de planningen van
instellingen en de gemeente en de meningen van bewoners geïnventariseerd.
Tijdens een wijkbijeenkomst is die inventarisatie aangevuld en besproken.
Vervolgens zijn het wijkprojectteam (onder andere bestaande uit buurtwerk,
opbouwwerk, woningcorporaties, politie en ambtenaren) en kleinere werkgroepen
aan de gang gegaan om het plan uit te werken. Dit heeft geleid tot een concept
wijkplan.
Het
concept is vervolgens met de wijk en het wijkprojectteam behandeld. Op een
grote bewonersbijeenkomst is besproken of de meningen, ideeën en plannen zijn
weergegeven zoals bedoeld. Voor deze bijeenkomst zijn alle wijkbewoners
uitgenodigd. Ook via de Stadskrant is daar aandacht aan besteed. Het concept
kon worden opgevraagd door een ieder die hiervoor belangstelling heeft.
Bewoners die eerder hebben meegewerkt ontvingen een persoonlijke uitnodiging.
De opbouwwerker heeft hierbij speciale aandacht besteed aan de participatie
door migranten. De wijkplancyclus is ook meerder malen met de werkgroep
Migrantencommunicatie besproken. Toch blijft de deelname aan de besprekingen
door migranten over het plan beperkt
Aan
de hand van dit plan en de reacties hierop wordt het wijkprogramma, waarin alle
concrete maatregelen en activiteiten voor het jaar 2002 zijn aangegeven,
definitief opgesteld. Tevens worden activiteiten voor de volgende jaren
inzichtelijk gemaakt.
Het
plan en het programma werden vervolgens door het college en de raadscommissie
Leefbaarheid behandeld. Daarmee wordt ook de besteding van het wijkbudget voor
2002 vastgesteld.
Er
vindt in november een wijkmarkt plaats waar het plan wordt gepresenteerd. Dan
bestaat de mogelijkheid met instellingen en ambtenaren van diverse vakteams te
praten en om deelname aan concrete kleinere projecten af te spreken.
Daarna
wordt het programma uitgevoerd en aan het einde van 2002 geëvalueerd.
Er
verschijnt een verslag en er wordt een nieuw programma 2003 gemaakt, waarover
opnieuw overleg met bewoners en professionals zal worden gevoerd.
Voor
de wijk Voordijkshoorn/Hof van Delft zijn drie bestemmingsplannen van
toepassing. Die worden aangegeven onder de verzamelnaam Noordwest. Het gaat om
deelgebied I, II en III.
Deelgebied
I is de schil rond de binnenstad, waaronder de buurten Agnetapark, Hof van
Delft, Westerkwartier en Olofsbuurt.
Deelgebied
II is de zuidwestelijke kant van Noordwest, alles ten zuiden van het
Wilhelminapark/Kruitmolenpad en ten westen van de Krakeelpolderweg.
Deel
III is de noordwestelijke hoek, waaronder de buurten Hoornse Hof, Kuyperwijk,
Ecodus.
Het
voorontwerp voor deelgebied I is in procedure gebracht.
Het
conceptvoorontwerp voor deel II wordt momenteel voorbereid en is na de zomer
langs de verschillende vakteams gestuurd voor commentaar en/of aanvullingen.
Nadat deze verwerkt zijn, kan het voorontwerp eind 2001 in procedure.
Het
bestemmingsplan voor deelgebied III zal in het vierde kwartaal van 2001 of in
het eerste kwartaal van 2002 worden opgestart.
Uniformiteit
De
insteek van de nieuwe bestemmingsplannen is meer uniformiteit in regelgeving in
de verschillende deelgebieden (nu is er sprake van een allegaartje aan
bestemmingsplannen en bepalingen), met duidelijke mogelijkheden voor
tuinbebouwing, dakopbouwen, dakkapellen en dergelijke. Het bestemmingsplan zal
grotendeels conserverend van aard zijn, aangezien het om bestaand stedelijk
gebied gaat. Wel worden steeds ‘ontwikkelingslocaties’ aangewezen, waar nog
sprake zal zijn van (grootschaligere) ontwikkelingen. Afhankelijk van de
planvorming worden deze ontwikkelingen in het nieuwe bestemmingsplan mogelijk
gemaakt of wordt een en ander geregeld door middel van bijvoorbeeld een
wijzigingsbevoegdheid.
Voorbeelden
van ontwikkelingslocaties in Noordwest, deel I zijn de locatie van de AH aan de
Ruys de Beerenbrouckstraat, de Mattheuskerk, de brandweerkazerne en de
kinderopvang aan de Meeslaan.
Een
voorbeeld van een ontwikkelingslocaties in deel III is de hoek Van
Foreestweg/Provincialeweg. Deze locatie heeft ontwikkelingspotentie. Te zijner
tijd zal bekeken worden op welke manier hieraan invulling kan worden gegeven.
Er zijn al plannen voor nieuwbouw van
woningen in de Hof van Delft en Voordijkshoorn in de komende jaren. Deze
plannen staan in het woningbouwprogramma. Van niet alle projecten in dat
programma staat vast dat deze uitgevoerd zullen worden. De bouwplannen die wel
vast staan zijn:
Een bouwproject in de Laan van Altena (Voordijkshoorn). Op de plaats van Albert
Heijn (de supermarkt gaat niet weg maar breidt uit) zijn 22 dure koopwoningen
gepland. Initiatiefnemer is AHOLD-vastgoed.
Het Politiekeurmerk Veilig Wonen (pkvw) is
gericht op de gelegenheidsinbreker. Het pkvw kent drie niveaus: woning, complex
en buurt. Uit projecten elders in het land blijkt dat de kans op een inbraak
kleiner is, wanneer de woning is beveiligd volgens de normen van het pkvw.
Bovendien velenen veel verzekeringsmaatschappijen korting op de
verzekeringspremie wanneer men beschikt over een deelcertificaat. Voor de
beveiliging van de eigen woning kan de eigenaar contact opnemen met een van de
gecertificeerde pkvw-bedrijven.
Wil men samen met de buren verder gaan met
inbraakpreventie door het deelcertificaat pkvw voor de niveaus ‘complex’ of
‘buurt’, dan kan men contact opnemen met het coördinatiepunt Veilig Wonen.
Het energiebedrijf, maar ook andere erkende
bedrijven, kunnen EPA’s (Energie Prestatie Advies) uitvoeren. Het EPA is een
advies over de energiebesparende maatregelen die uit oogpunt van
kosteneffectiviteit, wooncomfort en binnenmilieu het beste kunnen worden
genomen. Het energiebedrijf verstrekt bovendien subsidie: de Energiepremie voor
het treffen van energiebesparingsmaatregelen in en aan de woning. Meer
informatie over de Energiepremie kan het energiebedrijf geven.
Per 1 juli 2001 is de markt voor ‘groene’
stroom (elektriciteit opgewekt met behulp van duurzame energiebronnen) voor
iedereen vrij, dit houdt in dat particulieren en bedrijven zelf kunnen kiezen
bij welk energiebedrijf zij ‘groene’ stroom kopen.
Wie in Delft een bouwvergunning aanvraagt
voor nieuwbouw van een woning of woongebouw, moet ook een vergunning duurzaam bouwen
aanvragen. Voor de aanpak van bestaande woningvoorraad is een convenant in
voorbereiding tussen de gemeente Delft en woningcorporaties.
Wanneer particuliere woningeigenaren
duurzaam willen bouwen, kan de medewerker Duurzaam Bouwen informatie geven.
De
bewoners hebben op verschillende momenten, met panelformulieren en tijdens
bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over het wijkplan. Hun meningen
en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan verwerkt. Een suggestie is nog
om zoveel mogelijk te zorgen voor diversiteit in woningen, prijzen, huur en
grootte. Voor dit wijkplan is dat niet aan de orde, omdat er de komende periode
geen grootschalige nieuwbouw of verbouw gepland staat.
In de wijk zijn zeven basisscholen: Laurentiusschool
(speciaal onderwijs), Freinetschool Delft, De Vrije School Widar, Het Mozaiek,
Delftse Montessorischool, Gabrielschool en De Omnibus.
In
de wijk en aan de rand van de wijk Hof van Delft/Voordijkshoorn zijn
verschillende scholen voor het voortgezet onderwijs gevestigd:
Stanislascollege
met twee vestigingen
Grotiuscollege
met één vestiging
CLD
(één vestiging)
Laurentiusschool
(voortgezet speciaal onderwijs).
De
wijk wordt dagelijks ‘overspoeld’ door tienduizend jongeren en ondervindt hier
veel overlast van. Het is een probleem dat vaak genoemd wordt in de wijk.
Er
bestaat behoefte om in overleg met scholen en wellicht derden hier een aanpak
voor te ontwikkelen. Dit ligt in de lijn van het project brede school voor het
voortgezet onderwijs. Qua visie, plan van aanpak en infrastructuur zal deze nog
ontwikkeld moeten worden (nota gepland najaar 2001).
Het
is zinvol om, vooruitlopend op het project brede school in het voortgezet onderwijs,
in te spelen op deze behoefte en problematiek in de wijk. Dit kan door het
uitwerken/uitbouwen van een aantal bestaande (beleid)initiatieven, op zo’n
manier dat in samenwerking met scholen en andere instellingen op het gebied van
buurt- en jeugdwerk, een aantrekkelijk pakket van buitenschoolse activiteiten
wordt opgezet. Daarvan profiteren zowel de scholen (leerlingen) als de wijk.
Onder
de noemer brede school wordt in Delft op wijkniveau meer samenhang gebracht
tussen onderwijs, kinderopvang, jeugdbeleid, culturele, sportieve en
opvoedingsondersteunende activiteiten. Doel is om de ontwikkelingskansen van
kinderen te verbeteren. Het gaat om een resultaatgerichte samenwerking tussen
verschillende sectoren (op beleidsniveau), instanties en betrokkenen (op
wijkniveau). Het resultaat is een programma dat bestaat uit drie lagen:
activiteiten (sport, natuur & milieu, cultuur en ICT),
onderwijsondersteuning & zorg , en breed gehuisveste scholen in combi met kinderopvang
e.a. Met het programma wordt zoveel
mogelijk aangesloten op de wijkprofielen en de vraag van ouders, kinderen,
onderwijs en kinderopvang in de wijk.
Om
het programma wijkgericht in te bedden, wordt in iedere wijk een
programmamakelaar aangesteld. Deze geeft, in nauw contact met de wijkwerkgroep,
vorm aan de samenwerkingrelaties in programma’s en activiteiten. Inbedding in
de wijk betekent zoveel mogelijk ouders en kinderen te bereiken, zorgen voor
samenwerking op facilitair en programmatisch gebied en het
hulpverlenings-/zorgnetwerk stroomlijnen.
Hoewel
de term soms anders doet vermoeden, is de brede school is dus geen gebouw, maar
een netwerk en een programma van activiteiten. Daarbij is de wijkinzetbaarheid
van de bestaande scholen en samenwerking in de accommodatiesfeer (met name
tussen scholen en naschoolse opvang) wel een belangrijk aandachtspunt. Hiermee
zal dan ook bij huisvestingsaangelegenheden rekening gehouden worden.
In
het kader van het EZH-project ‘Meer activiteiten en zorg rond scholen’ is een
deelproject gestart gericht op de spelontwikkeling van Delftse kinderen.
Scholen kunnen een plan indienen voor de inrichting van het schoolplein.
Voorwaarde voor financiële ondersteuning van het plan is dat het plein open staat
voor de wijk(jeugd). Daarnaast zal het plan aan andere criteria moeten voldoen
(met name als het gaat om veiligheid). Enkele scholen hebben al een aanvraag
ingediend.
Voor
het basisonderwijs wordt de brede schoolontwikkeling in 2003 in de wijk
ingebed.
Dit
betekent dat er op dat moment een programmamakelaar aan de slag gaat om actief
samenwerkingsrelaties te bevorderen en op te zetten en een programma van
activiteiten te ontwikkelen.
De
wijk ondervindt veel overlast van de tienduizend jongeren die hier vertoeven.
Ook
in het voortgezet onderwijs kan samenwerking tussen scholen en instanties die
zich bezighouden met jeugd en jongeren bijdragen aan de ontwikkelingskansen en
de (positieve) deelname van deze groep aan de samenleving.
Dit
heeft een wisselwerking met de wijk: het voortgezet onderwijs is stedelijk
georganiseerd. De scholieren hebben vaak geen directe binding met de wijk
waarin de school staat. Een wijk ondervindt vaak meer last dan voordeel van het
feit dat er een scholengemeenschap is gevestigd. Door gerichte aanpak en met
name het bieden van buitenschoolse opvang en activiteiten zal de brede
schoolontwikkeling een positieve uitstraling hebben naar de wijk.
Een
totaalaanpak voor de brede school in het voortgezet onderwijs is nog niet
klaar.
De
problemen in de wijk Hof van Delft/Voordijkshoorn geven wel aanleiding om er
mee aan de slag te gaan. Hieraan zal vormgegeven worden door in overleg met de
verschillende beleidssectoren (Cultuur, Sport) al geplande projecten, in eerste
instantie, te richten op deze locaties en daarbij zoveel mogelijk rekening te
houden met de ervaringen, wensen en behoeftes van de scholen en betrokken
instanties (VAK, BWD, et cetera) in dit gebied.
Welke
bouwplannen op het gebied van onderwijs staan voor de komende planperiode
gepland?
-
Aan het nieuwe gebouw in de Van Kinschotstraat komt een ruimte voor
buitenschoolse opvang.
-
De drie basisscholen in Voordijkshoorn kunnen met hun voorzieningen
(gymnastieklokaal, buurthuis en nabijgelegen kinderopvangvoorzieningen)
voldoende ruimte bieden voor het ook in deze wijk te realiseren brede
schoolprogramma. Daar zijn geen bouwkundige aanvullingen nodig.
-
Het Stanislascollege bereidt een uitbreiding van het gebouw aan de
Krakeelpolderweg voor. Over de plannen vindt overleg plaats met de omwonende
bewoners.
-
De Freinetschool wordt in wijk 13 permanent uitgebreid met vier lokalen
(een uitbreiding van twee lokalen is al gehonoreerd in het programma
2001). De noodlokalen worden weggehaald
zo snel als permanente huisvesting is gerealiseerd. Daartoe wordt onderhandeld
om een pand in de omgeving aan te kopen.
-
Het gymnastieklokaal aan de Vallensisstraat zal in 2002 geheel worden
gerenoveerd.
-
Voor de Gabriëlschool wordt te zijner tijd, in overleg met het
schoolbestuur, bekeken hoe de huisvesting van de Gabriëlschool moet worden.
-
Het Holland College in de Hugo de Grootstraat zal de komende drie jaar
voor onderwijsdoeleinden (basis en voortgezet) gebruikt gaan worden.
Kinderopvang
Aantal
kinderen Voorzieningen Bereik
0 tot 4 jarigen 994 130
kindplaatsen 1:7.64
4 tot 12 jarigen 1.773 40 kindplaatsen 1:44.32
Dat betekent dat er in
Voordijkshoorn voor 0 tot 4 jarigen één plek is op 7.64 kinderen en voor 4 tot
12 jarigen één plek is op 44.32 kinderen.
In de nota BSO Integraal en
Wijkgericht is afgesproken dat er per wijk ten minste aan voorzieningen moeten
zijn:
Voor 0 tot 4 jarigen één
plek op 5.56 kinderen en voor 4 tot 12 jarigen één plek op 13.71 kinderen. Er
moet dus bijkomen:
voor 0 tot 4 jarigen 48
kindplaatsen en voor 4 tot 12 jarigen 89 kindplaatsen.
Delft Wonen wil voor een
Delftse kinderopvangondernemer (Wiskids) een nieuw gebouw voor een
kinderdagverblijf neerzetten op het terrein van DSM Gist (langs de
Provincialeweg). De gemeente is op dit moment in overleg met de directie van
DSM Gist over verkoop/werving van de grond. Uiterlijk medio 2001 zal duidelijk
zijn wat de stedenbouwkundige randvoorwaarden zijn voor dit bouwproject.
Supermarktgigant Albert
Heijn wil aan de Ruys de Beerenbrouckstraat nieuwbouw realiseren. De gemeente
heeft hiertegen geen bezwaar, mits er woningbouw en nieuwbouw voor een
kinderdagverblijf in wordt meegenomen. Architectenbureau Mecanoo is hiervoor
aan het tekenen.
De bewoners hebben op verschillende momenten, met
panelformulieren en tijdens bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over
het wijkplan. Hun meningen en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan
verwerkt. Zo zijn de bewoners niet gelukkig met de geplande uitbreiding van het
Stanislas aan de Krakeelpolderweg. En stellen de bewoners voor, dat er
buitenschoolse opvang komt in de Gabriëlschool (het leegstaande lokaal). Ook
willen de bewoners dat de schoolpleinen van Jac. P. Thijsse en Mozaiek
opengesteld worden, zoals omschreven onder ‘brede school’.
De politie wil dat er in
alle wijken een wijkagent is. In de Hof van Delft/Voordijkshoorn werken twee
wijkagenten.
Vanaf januari 2002 zal de
politie ook spreekuur houden in de wijk. Daarover komt in het najaar van 2001
nadere informatie.
De wijkagenten krijgen
ondersteuning van wijkgerichte politieteams. In Hof van Delft/Voordijkshoorns
is al zo’n team gevormd.
Een aantal plekken in de
wijk krijgen het stempel ‘eng’ (hier ligt ook een relatie met het overzicht van
plaatsen waar jongeren zich verzamelen, zie 2.6). Om welke enge plekken gaat
het?
-
Op het doorgaande fietspad, vanaf de Westlandseweg naar Estland
(met name op het stuk tussen het
Gezondheidsgebouw en de Drumguards) is het donker. De verlichting is
onvoldoende.
Oplossing/antwoord: Vrijliggende fietspaden zijn in principe altijd
verlicht. Is
die toch onvoldoende, dan kunnen fietsers ervoor kiezen om via
autoroutes
te
rijden (die zijn altijd verlicht), mits deze toegankelijk zijn voor fietsers.
Vooral ’s avonds en ’s nachts is het raadzaam om daarvan gebruik te maken.
Verder kan het zijn dat de verlichting ‘overschaduwd’ wordt door het groen. Die
moet dan gesnoeid worden.
-
De woningen zijn deels in eigendom en deels van de corporatie.
-
De verlichting is hier onvoldoende.
-
Oplossing/antwoord:
-
subsidie van de gemeente voor corporaties om (energiezuinige) lampen aan
te schaffen.
-
corporatie werkt mee door verlichting aan schuren etc. te bevestigen
-
energiekosten voor rekening van de bewoners. N.B. In een reactie hebben
bewoners aangegeven het oneens te zijn dat zij voor de energiekosten moeten
opdraaien.
-
Woningen zijn deels in eigendom, deels van de corporatie.
-
De verlichting is hier onvoldoende.
-
Oplossing/antwoord:
-
subsidie van de gemeente voor corporaties om (energiezuinige) lampen aan
te schaffen.
-
corporatie werkt mee door verlichting aan schuren etc. te bevestigen
-
energiekosten voor rekening van de bewoners. Note: bewoners wijzen erop
dat het hier gaat om gemeentegrond en dat energiekosten niet op de rekening van
bewoners geschreven kunnen worden.
-
Woningen zijn deels in eigendom, deels van de corporatie (DelftWonen)
-
Achterpadverlichting is slecht.
-
Oplossing/antwoord:
-
subsidie van de gemeente voor corporaties om (energiezuinige) lampen aan
te schaffen.
-
corporatie werkt mee door verlichting aan schuren etc. te bevestigen
-
energiekosten voor rekening van de bewoners.
-
Met name voor en na schooltijd wordt er hier gedeald.
-
Doorlopend fietspad, dat parallel loopt aan de Westlandseweg.
-
Het pad is donker en slecht verlicht.
-
Antwoord/oplossing: Vrijliggende fietspaden zijn in principe altijd
verlicht. Is die toch onvoldoende, dan kunnen fietsers ervoor kiezen om via
autoroutes te rijden (die zijn altijd verlicht), mits deze toegankelijk zijn
voor fietsers. Vooral ’s avonds en ’s nachts is het raadzaam om daarvan gebruik
te maken. Verder kan het zijn dat de verlichting ‘overschaduwd’ wordt door het
groen. Die moet dan gesnoeid worden.
-
Het gaat met name op het stuk fietspad bij de Colijntunnel, bij het
zwembad en het eerste stuk van de Van Foreestweg.
-
Ook de tunnel is zeer slecht verlicht.
-
Antwoord/oplossing: Vrijliggende fietspaden zijn in principe altijd
verlicht. Is die toch onvoldoende, dan kunnen fietsers ervoor kiezen om via
autoroutes te rijden (die zijn altijd verlicht), mits deze toegankelijk zijn
voor fietsers. Vooral ’s avonds en ’s nachts is het raadzaam om daarvan gebruik
te maken. Verder kan het zijn dat de verlichting ‘overschaduwd’ wordt door het
groen. Die moet dan gesnoeid worden.
-
Dit is een doorgaand fietspad.
-
Oplossing kan mogelijk geboden worden via het Fietspadenplan.
-
De verlichting op het achterpad laat te wensen over.
-
Dit stuk weg is voornamelijk om verkeerstechnische redenen een ‘enge’
plek.
-
Voorstel oplossing: er moeten parkeervakken in het trottoir komen, zodat
er niet meer op de stoep gefietst kan worden. En de stoep langs de groenstrook
aan de overkant (Stanislas) moet weg. Daar moet een fietspad komen. Als er
sluisjes komen bij de brug, kunnen de scholieren niet in volle vaart de weg op
rijden.
-
Een herinrichtingvoorstel is in de maak: voor een grotere
verkeersveiligheid, meer parkeervakken voor de mensen van de school en de
bewoners. Ook een groenplan wordt daarin opgenomen. De wijkcoördinator trekt
dit plan, scholen (Stanislas en Gabriëlschool), de vakteams Mobiliteit, IB,
Civiel en Groen zijn participanten. De financiën voor de uitvoering van het
plan kunnen komen uit de budgetten veiligheidsbeleid, herinrichting parkeren
naar aanleiding van invoeren vergunningen, fietsactieplan en het wijkbudget.
-
De achterpaden bij het blok huizen afsluiten. Dit wordt in 2002
gerealiseerd.
-
Poort afsluiten tussen de Verlengde Singelstraat en de Willemstraat
(doodlopend stuk).
-
De straatverlichting aan de openbare weg is slecht.
Nieuwe
parkeerplaatsen nabij de ingangsroute van de parkeerplaats maakt lopen hier
onmogelijk. Men moet lopen over de rijweg en die is druk en wordt veel gebruikt
door onder meer de Spareriblijn.
Bij
bewoners leeft de vraag: hoe veilig is DSM Gist?
DSM
Gist werkt weliswaar met gevaarlijke stoffen, maar in kleine hoeveelheid. De
basis van de biotechnologische processen is een waterige omgeving. Voor het
scheiden van de werkzame stof uit dit water zijn oplosmiddelen nodig (waaronder
butylacetaat, butanol, aceton en
tolueen) en voor de koeling wordt o.a. een verdunde (25%) ammonia-oplossing
gebruikt. Verder wordt in redelijk grote hoeveelheden gebruik gemaakt van
verdunde zoutzuur (30%-oplossing) in het productieproces van met name
gist(extracten).
De
oplosmiddelen zijn explosief, de ammonia- en zoutzuuroplossing zijn irriterend
aan de luchtwegen en kunnen als ze in grote hoeveelheden vrijkomen een giftige
wolk veroorzaken.
Desalniettemin
is de kans op een ongeval met grote gezondheidsrisico’s voor de omgeving erg
klein; daarom ook behoort DSM Gist in de typering van de landelijke wet- en
regelgeving op dit gebied tot de ‘lichte klasse’: er zijn risico’s, maar voor
de overheid worden deze als niet ernstig beschouwd.
Nieuwe fabriek
DSM
Gist heeft een nieuwe fabriek gebouwd. In de nieuwe fabriek wordt met behulp
van een genetisch gemodificeerde schimmel een bepaald soort penicilline
geproduceerd. Het onderzoeks- en productieproces voldoet aan de strengste eisen
ter wereld. De productie vindt plaats in vaten (‘contained use’) waardoor er
geen gemodificeerde schimmels buiten de locatie terecht kunnen komen. Gezien de
aard van het proces is het niet mogelijk dat de vaten ontploffen. Wel kan
theoretisch bij een oorzaak van binnen of van buiten een vat scheuren. In dat
geval wordt al het product opgevangen in speciaal daarvoor aangelegde bassins
en is verspreiding buiten de poort praktisch onmogelijk. Echter: zelfs als er
toch product in de vrije natuur zou vrijkomen, dan zal de (geheel op productie
gerichte) schimmel geen etmaal kunnen overleven ten opzichte van in het wild
levende micro-organismen.
Geursanering
Het
is de bedoeling dat alle geurbronnen, zowel voor de gistproductie, de
penicillineproductie als de waterzuivering na uitvoering van alle maatregelen
zoveel effect hebben, dat buiten de locatie nagenoeg geen geur meer waar te
nemen is. De uitvoering van alle maatregelen neemt echter naar schatting nog zeker
een jaar in beslag.
Een,
twee keer per jaar is er een overleg waarin DSM Gist, het Hoogheemraadschap, de
Provincie en verschillende gemeentelijke disciplines met elkaar praten over
onder meer de waterhuishouding van DSM Gist.
DSM Gist
veiligheidsproject basisscholen
DSM
Gist wil bijdragen aan een zo veilig mogelijke werk- en speelomgeving. Daarom
kunnen de basisscholen in Delft met ingang van 2001 - en gefinancierd vanaf het
schooljaar 2001-2002 - een verzoek tot sponsoring indienen voor een project op
het gebied van:
arbeidsveiligheid
(in de breedste zin van het woord)
verbetering
van veiligheid op de scholen in het algemeen.
De
maximale bijdrage per project is Є 750,- per schooljaar.
Voorwaarden
Het
doel van de sponsoring van basisscholen is een bijdrage te leveren aan veiliger
werk- en speelomgeving in en om de school. Alle (locaties van) basisscholen van
Delft komen in aanmerking.
Het
initiatief van een sponsoring gaat uit van de scholen zelf.
De
maximale sponsoring/bijdrage van DSM Gist bedraagt Є 750,- per school en
per schooljaar.
Sponsoring
in natura (uren van een medewerker van DSM Gist) behoort ook tot de
mogelijkheden.
Een
sponsoringverzoek wordt alleen gehonoreerd als bij het verzoek een plan wordt
ingediend met een begroting van de kosten.
Het
project dat gesponsord wordt, dient in een schooljaar te worden begonnen en ook
afgerond, tenzij in onderling overleg anders wordt beslist.
Sponsoringverzoeken
die tot 1 juli worden ingediend, krijgen (bij goedkeuring van de aanvraag)
sponsoring voor het daaropvolgende schooljaar.
Het
principe geldt: 'wie het eerst komt, het eerst maalt'.
Als
belangrijkste criterium voor toekenning geldt dat zoveel mogelijk mensen
voordeel hebben van een project (bijvoorbeeld: een opknapbeurt voor de
speelvoorzieningen op het
De
bewoners hebben op verschillende momenten, met panelformulieren en tijdens
bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over het wijkplan. Hun meningen
en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan verwerkt. Zo vinden de bewoners
het vooral belangrijk, dat de politie zich meer laat zien op straat. Zij willen
ook dat de politie beter let op foutparkeerders. Een probleem is ook het vele
verkeer van politie en brandweer in de buurt rondom de Krakeelpolderweg. Verder
vragen de bewoners aandacht voor onveilige straten in onder meer het
Westerkwartier en de Olofsbuurt. Bewoners vragen ook om het uitzicht te
verbeteren op kruisingen; containers, struiken en dergelijke belemmeren dit.
Als
het gaat om DSM Gist willen bewoners graag snel op de hoogte gesteld worden van
eventuele gebeurtenissen en de mogelijke gevolgen.
Sporten is een belangrijke vorm van
vrijetijdsbesteding. Sport biedt mogelijkheden tot maatschappelijke
participatie en integratie. Sport is er voor jong, oud, allochtonen en
autochtonen, mannen en vrouwen. In principe kan iedereen sporten.
Vrijwilligersorganisaties en commerciële instellingen bieden een breed scala
van mogelijkheden aan.
Het is belangrijk dat sporten dichtbij huis
kan. Dat betekent dat er goede samenwerking moet zijn met sportverenigingen,
buurt- en jongerenwerk, scholen, speelplaats- en accommodatiebeheerders.
Welke voorwaarden zijn van belang voor goede
sportactiviteiten?
- Ze moeten aansluiten op de
wensen van bewoners
- Er moet samenwerking zijn,
overleg en afstemming met professionals en betrokkenen bij vrijetijdsbesteding
- Er moet een protocol
ontwikkeld worden over
o gezamenlijk aanbod
o werving
o gezamenlijk
accommodatiegebruik
o gezamenlijke personele en/of
vrijwilligers inzet
o resultaatafspraken en meting
o contractuele vastlegging van
samenwerkingsafspraken.
Het project Sportvisie 2000+6 van de
gemeente moet een nieuwe impuls geven aan de breedtesport (dat wil zeggen:
sport die voor iedereen toegankelijk is, in teamverband en individueel) ook in
Voordijkshoorn en Hof van Delft. De gemeente praat met participanten over de
opzet van een breed sportbeleid. Werkgroepen zijn momenteel bezig met de
uitwerking van enkele thema’s, zoals deelnamebevordering (vooral door de
jeugd), samenwerking met buurtverenigingen en onderwijs en
informatie/communicatie. Het beleid zal de komende zes jaar gestalte moeten
krijgen. De gemeente wil daarbij vooral sport dichtbij huis vergroten. Er komt
geld voor meer en betere sportaccommodaties. Te denken valt aan sportzalen in
de wijken en sporthallen op sportparken (in samenwerking met
sportverenigingen).
Om het sporten onder jongeren (in de
leeftijd van 12 tot 18 jaar) te bevorderen is een sportproject gestart, dat
Sports on the Street 2000 heet. Het gaat om een laagdrempelige sportactiviteit,
waarbij jongeren-, buurt- en wijkwerk en de Brede Welzijnsorganisatie Delft
samenwerken.
In Hof van Delft loopt tot 2002 het
zogenaamde Senioren Actiefproject. Op meerdere plaatsen worden activiteiten
gehouden. Daarna gaat dit stimuleringsproject ook naar een andere wijk.
De
veiligheidseisen voor speeltoestellen en valondergronden in speeltuinen zijn
strenger geworden. Daarom heeft de gemeente alle speelplekken voor kinderen op
veiligheid bekeken. Aan de hand van een prioriteitenlijst is er een planning
gemaakt voor de volgorde waarin speelplekken worden aangepakt. Daarnaast is er
per wijk samen met bewoners een speelplekkenplan gemaakt, waarbij gekeken is of
speelplekken nog voldoen aan de leeftijden van de kinderen in de buurt, of een
speelplek overbodig is geworden en waar er juist te weinig zijn. Het veilig
maken van de speelplekken in de wijk is gestart in 2001 en zal voortduren in
2002. Afhankelijk van de aard van de sanering zal er, naast het raadplegen van
het speelplekkenplan, ook overleg plaatsvinden met omwonenden van de speelplek.
Verder wil de gemeente meer aandacht besteden aan speelplekken voor de oudere
jeugd. Er is voor trapveldjes is een apart budget beschikbaar. Bij het maken
van het speelplekkenplan hebben bewoners plekken aangegeven waar zij
trapveldjes nodig achten. Er zal in de planperiode worden gewerkt aan het
optimaliseren van de trapveldjes in de wijk. Hiervoor is binnen het EZH-project
‘Investeren in de wijken’ budget beschikbaar. Daarnaast is, mede gezien het
brede daagvlak voor herstel en de realisatie van nieuwe trapveldjes in de wijk,
een bijdrage uit het wijkbudget mogelijk.
In
de onderstaande lijst zijn de speelplaatsen verdeeld in plekken die prioriteit
A, B of C gekregen hebben. Deze indeling is dus gebaseerd op de bestaande
prioriteitenlijst én de prioriteitenlijst op basis van veiligheid. Het is dus
mogelijk dat een speelplek in de buurt nu lager op de lijst staat dan dat in
eerste instantie het geval was. Dit is dus het gevolg van verscherpte
veiligheidsnormen en hier is niets aan te doen. Anderzijds kan een speelplaats
ook hoger staan in de lijst dan in eerste instantie het geval was.
Cornelis
de Wittstraat
Lodenvloer
Van
Blommensteinstraat
Kringloop/
Zonnehoed
St.
Olofslaan
Hof
van Delft
Ca.
1e kwartaal 2002:
Hoogenhouckstraat
Thorbeckestraat
Verlengde
singelstraat
Siberie
Aletta
Jacobsstraat
Hofzoom
Prioriteit
B (2e t/m 4e kwartaal)
Plateelstraat
Wilhelminapark
M.
Stormstraat
Hoornsestraat
Van
Foreestweg
Van
Heemstrastraat
Prioriteit C (veiligheidsaanpassingen 4e
kwartaal 2002,1e kwartaal 2003, overige aanpassingen afhankelijk van
budget).
Kaarderstraat
Westerstraat
Auroraplein
Meermanstraat
Wilhelminaveldje
Waterloop
Antonia
Veerstraat
Hof
van Azuur
Hof
van Zilverlicht
De
onderstaande speelplaatsen zijn in uitvoering. Dit kan betekenen dat de
speelplaatsen al opgeknapt/ veranderd zijn, dat het ontwerp klaar is en binnen
enkele maanden daadwerkelijk uitgevoerd wordt of dat het ontwerp al wel klaar
is, maar dat het nog bekend gemaakt en/of overlegd moet worden met omwonenden
en daarna uitgevoerd kan worden.
Raamstraat uitgevoerd
Cornelis
de Wittstraat uitgevoerd
St.
Olofslaan ontwerp
gemaakt
Verlengde
Singelstraat ontwerp gemaakt
Thorbeckestraat uitvoering in komende
maanden
Lodenvloer uitgevoerd
Minette
Stormstraat uitgevoerd
Van
Blommensteijnstraat wordt
opgeheven in de komende maanden
Kringloop/
Zonnehoed ontwerp gemaakt
Aletta
Jacobstraat ontwerp
gemaakt
Hof
van Delft uitvoering
in komende maanden
Hoogenhouckstraat ontwerp gemaakt
In
Hof van Delft/Voordijkshoorn zijn drie wijkaccommodaties: De Wending en
Buurtraad ’75 en het buurtgebouw Olof. De Wending is een tijdelijke
accommodatie; de oplevering van de nieuwbouw is gepland in mei 2002. In deze
nieuwe wijkaccommodatie komt een ruimte speciaal voor jongeren en een die
vooral voor ouderen bestemd is. Ook de kiosk voor de aangrenzende speeltuin
komt in het nieuwe gebouw.
Een
jongerenaccommodatie, als vervanging van Westpoint, staat gepland. De precieze
locatie is nog niet bekend.
Het
onderscheid tussen een wijkaccommodatie en een buurtgebouw is dat de
professionals, zoals in de nota ‘Knopen
in de wijken’ is aangegeven, vanuit de wijkaccommodatie werken. In de wijk zijn
verschillende professionals met verschillende taken bezig. De wijkopbouwwerker
betrekt burgers bij het maken en het uitvoeren van de wijkplannen. Ook heeft
hij tot taak de burgers meer te betrekken bij zaken die in de wijk spelen. De
jongerenopbouwwerker houdt zich vooral bezig met jongerenparticipatie, hij laat
jongeren een rol spelen, ten einde hun wensen en behoeften te kennen en het
oplossen van hun (eigen) problemen. De buurtwerker ondersteunt het bestuur en de
vrijwilligers die werkzaam zijn in de accommodaties in de wijk. Samen met de
wijkopbouwwerker ontwikkelt de buurtwerker activiteiten die passen bij de vraag
uit de wijk(plannen).
De
organisatorisch medewerker ondersteunt de buurtwerker en het bestuur van de
accommodatie door het bijhouden van het rooster van activiteiten en de
registratie van deelnemers. De beheerder is gastvrouw/heer in de accommodatie
en doet daarnaast vaak kleine klusjes in en om het gebouw. Daaromheen zijn veel
vrijwilligers werkzaam die er voor zorgen dat de verschillende activiteiten
doorgang kunnen vinden. Om een beter gebruik van de accommodaties te stimuleren
zijn er meer vrijwilligers nodig.
De
besturen en de professionals van de drie accommodaties zijn druk bezig de
samenwerking op wijkniveau te realiseren. Hierbij zijn de volgende zaken al in
gang gezet: het in kaart brengen van de diverse netwerken, het afstemmen van de
activiteiten in de accommodaties en het uitbrengen van een gezamenlijke
wijkkrant.
De
bewoners hebben op verschillende momenten, met panelformulieren en tijdens
bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over het wijkplan. Hun meningen
en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan verwerkt. De bewoners hebben
vooral behoefte aan een meer gestructureerde informatiestroom. Die komt er
onder meer in de vorm van een wijkkrant. Ook vinden de bewoners dat er te
weinig uren beschikbaar zijn voor buurt- en opbouwwerk.
Voor
tieners zijn er twee accommodaties: de Wending en Buurtraad ‘75. Overdag
bezoekt een groot aantal jongeren de wijk - doordat al het voortgezet onderwijs
er gevestigd is - die voor- en na schooltijd de straten bevolken en die voor
een deel ook in de avonduren aanwezig zijn; of omdat ze in de buurt wonen of
elkaar opzoeken. Deze forensen laten –letterlijk - hun sporen na in de wijk in
de vorm van rommel.
Na
de brand in Jongerencentrum Westpoint is er geen wijkgebonden accommodatie meer
voor jongerenwerk. Mede hierdoor is, zij het niet meer dan op andere plaatsen,
van tijd tot tijd sprake van overlast door hangjongeren.
Verder
is in de wijk de disco Alcatraz gevestigd, die met name in het weekend bezocht
wordt door veel jongeren. Ook die zorgen voor (geluids)overlast en rommel.
In
de wijkaccommodaties De Wending en in Buurtraad ’75 organiseert de BWD
activiteiten. In De Wending gaat het om een vorm van naschoolse opvang van
(allochtone) meiden, een middag in de week is de opvang gemengd; in Buurtraad’75
vindt eens per week ’s avonds tienerwerk plaats.
Dezelfde
organisatie heeft een jongerenopbouwwerker aangesteld, die enerzijds de
jongerenparticipatie bevordert, zodat
wensen en behoeften van de verschillende groepen duidelijk worden.
Anderzijds benadert hij groepen die ongewenst gedrag vertonen en zoekt samen met hen naar oplossingen. Die kunnen
bestaan uit nieuwe ideeën of het leiden naar het reguliere jongerenwerk, dat
weliswaar niet in de wijk zelf, maar wel in aangrenzende wijken aanwezig is (Culture,
Hangout, de Viking of The Border).
Op
de plaats waar Westpoint was heeft de gemeente een ABRI geplaatst, zodat de
jongeren toch een ontmoetingsplek hebben.
De
gemeente heeft een aantal keren moeten ingrijpen in- en om Alcatraz en dat had
een (tijdelijke) sluiting tot gevolg. Woningbouwverenigingen hebben inmiddels
preventieve maatregelen getroffen om de omliggende panden en bewoners te
beschermen.
Op
korte termijn is het volgende duidelijk:
De
activiteiten in de beide wijkaccommodaties zullen worden voortgezet en waar
mogelijk uitgebreid. In de nieuw te bouwen Wending komt een ruimte die speciaal
voor de jongeren gereserveerd is. Aan
de BWD heeft de gemeente gevraagd om in overleg met de jongeren een
activiteitenprogramma te ontwikkelen.
In
het najaar van 2001 wordt het brede schoolprogramma uitgebreid voor het
voortgezet onderwijs. Het programma bestaat onder meer uit activiteiten die aan
de jongeren worden aangeboden vanuit onderwijs en jongerenwerk en (sport-)verenigingen.
Binnen het programma is ook sprake van een wijkoverleg, waarin problemen die
met de jeugd te maken hebben worden aangekaart en van waaruit oplossingen
worden aangedragen of gezocht.
Vanuit
het EZH-project ‘Investeren in de wijken’ komt voor de Hof van
Delf/Voordijkshoorn een budget beschikbaar waarmee sport, spel en culturele
activiteiten georganiseerd zullen worden, die deels aansluiten op bestaande
activiteiten en het brede schoolprogramma, en deels nieuw zullen zijn.
Omdat
niet alle jongeren interesse zullen hebben voor het georganiseerde jongerenwerk
wordt gezocht naar methoden om ook hen te ‘bedienen’.
Mobiele
jongerenwerkers van de BWD zullen hen op hun favoriete hangplaats(en) opzoeken
en ter plekke activiteiten op te zetten; hiervoor blijft de bus rijden. Ook
wordt gedacht om op tenminste één plaats faciliteiten (een ABRI, bankjes,
prullenbakken) te plaatsen.
Medio 2001 is in opdracht van de
Gemeente Delft een participatief onderzoek naar de favoriete
ontmoetingsplaatsen van jongeren gedaan. Hoewel de resultaten van het onderzoek
nog niet beschikbaar zijn, kan vooruitlopend op definitieve conclusies worden
gesteld dat het plaatsen van een ABRI zonder begeleiding op de plaats waar
jongeren veel verblijven niet altijd zinvol lijkt. Jongeren “hangen” waar dat
zo uitkomt en laten zich niet zomaar in een (bus)hokje plaatsen. Anderzijds
zijn de jongeren wel bereid om zich in te zetten voor nieuwe hangplekken en om
de overlast te verminderen.
Experimenten met een combinatie
van maatregelen toegesneden op de situatie lijkt de beste aanpak. We denken aan
een mix van creëren van een plek, aanwezigheid van professionele inzet danwel
activiteiten elders. Om dat mogelijk te maken is samenspel met betrokkenen, de
jongeren zelf, het jongerenwerk, omwonenden en eventueel derden nodig om zo
direct te reageren op ongewenst of storend gedrag.
Het
komende jaar zullen enkele ABRI’s geplaatst worden bij wijze van experiment.
Begeleiding hierbij zal vanuit het jongerenwerk gegeven worden.
Hoewel binnen de jongerencultuur
‘hangen’ een gewone en zelfs favoriete vorm van vrije tijdsbesteding is, leidt
dit (meestal) onschuldige gedrag vaak tot klachten uit de buurt. Aan het
actiepunt klachtenmanagement wordt in de nota ‘Ruimte voor jongeren’ in 2002
concreet vorm gegeven, met als doel een betere verstandhouding tussen jongeren
en andere wijkbewoners. Op grond van het bovenstaande worden door de Gemeente
mogelijkheden bestudeerd die het mogelijk maken om in samenspel met betrokken,
de jongeren zelf, het jongerenwerk, omwonenden en eventueel derden direct te
reageren op ongewenst of storend gedrag.
Een
ander punt uit dezelfde nota, het zakgeldproject, wordt op kleine schaal in het
najaar van 2001 gestart. Omdat het hier ook gaat om jongeren uit de
leeftijdsgroep 12-15 jaar is een aansluiting tussen voortgezet onderwijs/brede
school programma en jongerenwerk
logisch; effecten binnen de wijk zullen op termijn zichtbaar zijn.
Omdat
rond de nieuwbouw van Westpoint nog veel onduidelijkheden bestaan kunnen voor
het jaar 2002 geen concrete actiepunten worden genoemd. Wel is het zaak voor
jongerenwerk en gemeente om het contact met de beoogde doelgroep in stand te
houden, door hierboven genoemde initiatieven. Ook is te denken aan de vorming
van een jongeren raad (per wijk), waardoor jongerenparticipatie en inspraak een
permanent karakter krijgen.
Onduidelijk
is de situatie rond de disco. Als Alcatraz op dezelfde locatie gevestigd blijft
moeten er goede afspraken gemaakt moeten worden tussen eigenaar (DUWO),
gemeentelijke instellingen (bestuur, politie, brandweer et cetera) en de
uitbater, ten einde de huidige overlast tot een minimum te beperken.
§
Jongeren uit de wijk: In de zomers, in de avonduren, zijn hier veel
jongeren te vinden. Een deel van hen zijn scholieren op het Grotiuscollege aan
de overzijde van de Westlandseweg. Zij verzamelen zich op het veldje, rondom
het bankje en zorgen voor overlast. Tot ’s avonds laat houden ze zich bezig met
drinken, blowen en graffiti.
§
In de winter verblijven dezelfde jongeren in het portiek IAE, de
huisvesting van buitenlandse studenten.
§
Oplossing: Er zijn afspraken met het WCT, omwonenden en de school over
controle van de overlast.
§
Jongeren uit de wijk: met name in de zomer, in de avonduren, verzamelen
jongeren uit de eengezinswoningen zich op de speelplek voor kleine kinderen
hier. De jongeren geven aan dat het speelveld aan de Mienette Stormstraat niet
voldoet.
§
Plan van aanpak: de opbouwwerker en de jongerenwerker zullen proberen om
de jongeren naar buurthuis De Wending te leiden. De speelplek wordt opnieuw
ingericht voor jongere kinderen. Het veldje Mienette Stormstraat moet worden
aangepast en de schelpen bij volleybalveld vervangen door verharde ondergrond
§
Jongeren uit de wijk: jongeren zorgen voor vernielingen.
§
Plan van aanpak: Politie probeert te achterhalen om welke jongeren het
gaat. De eigenaar van het kinderdagverblijf plaatst een hek.
§
Hier zorgen jongeren voor overlast, graffiti en vernielingen. Het is een
anonieme plek; vooral ’s avonds en ’s nachts is het een nare hoek. Er zijn ook
plannen om deze omgeving op te fleuren, maar dat kan pas als de ruimte onder
het viaduct afgesloten wordt. Vakteam Grond is bezig om de ruimte te verhuren.
Hierover zal in het vierde kwartaal van 2001 duidelijkheid zijn.
§
Verzamelplaats voor jongeren uit de stad: per avond komen hier zo’n
twintig jongeren samen. Bij mooi weer verhuist de groep naar het park Hof van
Delft. Er is een voorstel om een permanente hangplek te maken in de vorm van
een overkapping (soort bushalte). De meest geschikte locatie hiervoor is in het
Hof van Delftpark nabij de groenpost en de skate-bulten.
§
Plan van aanpak: er komt overleg met de bewoners, jongeren en opbouwwerk
over een plan van aanpak.
§
Tot november waren hier jongeren actief. Het noodonderkomen (portocabin)
is inmiddels afgebrand. Nu is het er rustig. Jongeren komen naar het buurthuis
om te biljarten. Er zijn momenteel geen klachten uit de buurt.
§
Hier schoolt een nieuwe groep jongeren (kerngroep bestaat uit vier/vijf
jongeren), die voor overlast zorgt.
§
In verband met de bouw van een nieuwe school (over een jaar) aan de Van
Kinschotstraat/Van de Lelystraat komt er een tijdelijke behuizing in de
Slingelandstraat (in juli). Dit kan een mogelijk nieuwe hangplek voor jongeren
worden. Het is daarom een aandachtspunt voor de polotie en de
jongerenopbouwwerker.
§
De Omnibus verhuist naar de Van Santenstraat.
§
In de zomer hangen veel jongeren onder de poort. Gedacht wordt om hier
plantenbakken of hekwerk te plaatsen.
§
Plan van aanpak: het Ingenieursbureau van de gemeente maakt een
‘anti-voetbalontwerp’. De woningcorporatie zal in het plantseizoen volwassen
vuurdoorns planten.
§
Jongeren zorgen hier voor veel onrust en overlast, vooral na schooltijd
en ’s avonds. Het gaat om jonge jongeren.
§
Dit deel van het park is tamelijk anoniem.
§
Jongeren uit de Kuiperwijk verzamelen zich hier.
§
Ook scholieren van het Stanislas komen hier bijeen. Er is overlast (door
de oudere scholieren). Er wordt geheeld en gedeald, vooral door ex-leerlingen
van het Stanislas en CLD.
§
Jongeren uit de wijk: In de zomers, in de avonduren, zijn hier veel
jongeren te vinden. Een deel van hen zijn scholieren op het Grotiuscollege aan
de overzijde van de Westlandseweg. Zij verzamelen zich op het veldje, rondom
het bankje en zorgen voor overlast. Tot ’s avonds laat houden ze zich bezig met
drinken, blowen en graffiti.
§
In de winter verblijven dezelfde jongeren in het portiek IHE, de
huisvesting van buitenlandse studenten.
§
Oplossing: Er zijn afspraken met het wijkcoordinatieteam, omwonenden en
de school over controle van de overlast.
§
Jongeren uit de wijk: met name in de zomer, in de avonduren, verzamelen
jongeren uit de eengezinswoningen zich op de speelplek voor kleine kinderen
hier. De jongeren geven aan dat het speelveld aan de Mienette Stormstraat niet
voldoet.
§
Plan van aanpak: de opbouwwerker en de jongerenwerker zullen proberen om
de jongeren naar buurthuis De Wending te leiden. De speelplek wordt opnieuw
ingericht voor jongere kinderen. Het veldje Mienette Stormstraat moet worden
aangepast en de schelpen bij volleybalveld vervangen door verharde ondergrond
§
Jongeren uit de wijk: jongeren zorgen voor vernielingen.
§
Plan van aanpak: Politie probeert te achterhalen om welke jongeren het
gaat. De eigenaar van het kinderdagverblijf plaatst een hek.
§
Hier zorgen jongeren voor overlast, graffiti en vernielingen. Het is een
anonieme plek; vooral ’s avonds en ’s nachts is het een nare hoek. Er zijn ook
plannen om deze omgeving op te fleuren, maar dat kan pas als de ruimte onder
het viaduct afgesloten wordt. Vakteam Grond is bezig om de ruimte te verhuren.
Hierover zal in het vierde kwartaal van 2001 duidelijkheid zijn.
§
Bewoners hebben inmiddels aangegeven, dat ingeval van afsluiting er een
deur aan de westzijde moet komen. Dit is om te voorkomen dat hier anders een
doodlopende weg ontstaat zonder bestemming.
§
Verzamelplaats voor jongeren uit de stad: per avond komen hier zo’n
twintig jongeren samen. Bij mooi weer verhuist de groep naar het park Hof van
Delft. Er is een voorstel om een permanente hangplek te maken in de vorm van
een overkapping (soort bushalte). De meest geschikte locatie hiervoor is in het
Hof van Delftpark nabij de groenpost en de skate-bulten.
§
Plan van aanpak: er komt overleg met de bewoners, jongeren en opbouwwerk
over een plan van aanpak. Bewoners vragen om regelgeving (ten aanzien van
brommen en fietsen) en striktere handhaving.
§
Tot november waren hier jongeren actief. Het noodonderkomen (portocabin)
is inmiddels afgebrand. Nu is het er rustig. Jongeren komen naar het buurthuis
om te biljarten. Er zijn momenteel geen klachten uit de buurt.
§
Hier schoolt een nieuwe groep jongeren (kerngroep bestaat uit vier/vijf
jongeren), die voor overlast zorgt.
§
In verband met de bouw van een nieuwe school (over een jaar) aan de Van
Kinschotstraat/Van de Lelystraat komt er een tijdelijke behuizing in de
Slingelandstraat (in juli). Dit kan een mogelijk nieuwe hangplek voor jongeren
worden. Het is daarom een aandachtspunt voor de politie en de
jongerenopbouwwerker.
§
De Omnibus verhuist naar de Van Santenstraat.
§
In de zomer hangen veel jongeren onder de poort. Gedacht wordt om hier
plantenbakken of hekwerk te plaatsen.
§
Plan van aanpak: het Ingenieursbureau van de gemeente maakt een ‘anti-voetbalontwerp’.
De woningcorporatie zal in het plantseizoen volwassen vuurdoorns planten.
§
Jongeren zorgen hier voor veel onrust en overlast, vooral na schooltijd
en ’s avonds. Het gaat om jonge jongeren.
§
Dit deel van het park is tamelijk anoniem.
§
Jongeren uit de Kuiperwijk verzamelen zich hier.
§
Ook scholieren van het Stanislas komen hier bijeen. Er is overlast (door
de oudere scholieren). Er wordt geheeld en gedeald, vooral door ex-leerlingen
van het Stanislas en CLD.
§
Jongeren uit de wijk verblijven regelmatig onder de luifel van de de
ingang.
§
Is er sprake van een toename van overlast dan moet overleg met de
bewoners gevoerd worden.
§
De schoolspeelplaats is vrij toegankelijk. In de avonduren en in het
weekend houdt de jeugd zich hier op. Het is niet bekend waar deze jongeren
vandaan komen.
§
Plan van aanpak: in overleg met wijkcoördinatieteam, de brede school en
de scholen komen er afspraken over het gebruik van de schoolpleinen.
§
Een onveilig gebied van de woningcorporatie omgeven door struiken. De
plek ligt tussen de huizen.
§
Er wordt gedeald en geheeld.
§
De portieken zijn een geliefde verzamelplek voor jongeren.
§
Jongeren verzamelen zich graag op het terras bij de vierkante vijver in
Siberië.
§
Het buurthuis Olofsbuurt, het Olofspark en ook het Kolenplein liggen
dicht bij elkaar. Er wordt hier veel gevoetbald en gehangen waarbij de jongeren
zorgen voor overlast en vernielingen. Met name ’s avonds en ’s nachts hangen
hier veel jongeren rond. Ze blowen hier tot twee uur ’s nachts.
§
Plan van aanpak: jongerenopbouwwerk, het wijkcoördinatieteam en de
bewoners maken hiervoor gezamenlijk een plan. Er wordt in kaart gebracht om
welke jongeren het gaat en de bewoners gaan de jongeren op hun gedrag
aanspreken.
§
In de Olofsbuurt zijn geen voorzieningen voor jongeren. Het Olofspark is
een goede locatie voor een overkapte hangplek.
§
Met name rondom het Grotius College (Van der Madegebouw) en het
Stanislas (locatie Krakeelpolderweg) zijn overdag en na schooltijd veel scholieren
te vinden (in de portieken en binnentuinen). Er is hier al veel vernield.
§
In samenwerking met buurthuis De Wending wordt hier twee keer per week
een scholierencafé georganiseerd. Dat is zeer succesvol. Gemiddeld komen er
100/125 leerlingen per middag. Er is behoefte om dit initiatief uit te breiden,
bijvoorbeeld een inloop elke middag na school.
§
Scholen moeten zelf ook meer zulke voorzieningen bieden. Tenslotte
beschikken zij over de accommodatie en de faciliteiten. Grotius werkt momenteel
aan zo’n project: een internetcafé.
§
In de wijk zijn drie VO-scholen met meerdere vestigingen. Dagelijks
verblijven duizenden kinderen in de wijk.
§
Er is behoefte aan naschoolse opvang in de vorm van scholieren- en
internetcafés. Het initiatief van buurthuis De Wending verdient navolging. Een
sportprogramma zou ook kunnen. Belangrijk is om de behoefte van de jongeren te
peilen. Het moet om een aanpak gaan van de drie scholen gezamenlijk. Dit is een
punt van overleg in het kader van de brede school.
§
Er is ook behoefte aan huiswerkbegeleiding. Dit project kan opgezet worden (deels wordt hier al in voorzien)met
medewerking van TU-studenten kan in de ruimte van de scholen.
§
Vijf, zes keer per jaar organiseren de scholen schoolfeesten, waar zo’n
zes- tot zevenhonderd jongeren naartoe trekken. De scholen hebben behoefte om
in de organisatie samen te werken met onder meer de politie en de gemeente.
§
Scholen hebben behoefte aan spreekuur van de wijkagent in de school. De
scholen hebben behoefte aan professioneel advies over zaken als diefstal,
heling en dealing op en rondom de scholen.
§
Suggestie wordt gedaan om in de bijeenkomsten van de
wijkcoördinatieteams de scholen te betrekken. Ook zou een of twee keer per jaar
– in oktober en januari – overleg moeten zijn over de organisatie van de
schoolfeesten. Aanspreekpunten voor de gemeente is het rectorenoverleg en ook
de begeleiders van de leerlingenverenigingen.
§
De scholieren zorgen ook voor veel zwerfvuil (de zogenoemde
blikjesroutes). Vooral de eerste en tweedejaars zijn de veroorzakers. Er moet
een beter bewustzijn komen bij deze groepen. De jeugd moet hierin opgevoed
worden. Suggestie om de Papaver te benaderen om gastlessen te geven. Een aantal
jaren geleden is dat al door Grotius gedaan en dat was zeer succesvol. Ook Reiniging en het vakteam Milieu
beschikken over lespakketten voor scholen. Een goede catering in de scholen is
ook een optie om de scholieren tijdens de pauzes binnen de muren van de school
te houden en de blikjesroute te beperken. Dit voorstel past in het beleidsplan
brede school.
Hiervoor zijn drie groepen te onderscheiden:
§
Voor jongeren waarvan dat bekend is, overkapte hangplekken inrichten.
Nabij de Van Foreestweg is er al een.
§
Voor verzamelplaatsen van jongeren waarvoor (nog) geen oplossingen zijn,
contact opnemen met de BWD met het verzoek om advies.
§
Scholieren. Vanuit de VO-scholen is de wens dat de gemeente zich
actiever opstelt. Er moet een positieve druk op de ketel komen voor een
integraal plan van aanpak. Het rectorenoverleg is een goede ingang.
De bewoners hebben op verschillende momenten, met
panelformulieren en tijdens bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over
het wijkplan. Hun meningen en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan
verwerkt. De bewoners, in alle buurten, vragen om een goede accommodatie voor
jongeren. En voor jongeren zijn op diverse plekken in de wijken voorzieningen
nodig.
De bewoners in het Westerkwartier vinden dat er
meer ruimte en voorzieningen moet komen voor de jeugd van tien tot vijftien
jaar (basketbalveldjes, trapveldjes). Zij stellen voor, dat het sportveld van
de school aan de Van der Madestraat opengesteld wordt voor jeugdige bewoners.
De bewoners menen ook dat de politie beter moet toezien en optreden als
jongeren in speeltuinen blowen, roken en dealen. Zij zijn van mening, dat de
wijk Westerkwartier verpaupert en vervuilt door al die scholieren die de wijk
overspoelen.
Alle suggesties van de bewoners staan in een aparte
lijst van meningen en ideeën van bewoners, die bij dit wijkplan hoort.
2.7 Gezondheid en zorg
In samenwerking met een
aantal externe partners is de gemeente een project begonnen om sociaal
isolement tegen te gaan. Het gaat om een wijkgerichte opzet.
In september 2001 is
hiermee gestart in de wijken Voorhof, Buitenhof en Tanthof. In die wijken zijn
wijkconsulenten aangesteld.
Het gaat nog om een proef
van een jaar. Er komen in alle wijken consulenten, die sociaal isolement en
eenzaamheid zullen signaleren en helpen aanpakken. Het is de bedoeling dat in
2003 elke wijk zo’n consulent heeft.
Het zorgaanbod moet
kwantitatief en kwalitatief verbeterd worden. Momenteel bestaat er een tekort
aan tandartsen en in de toekomst dreigt er eveneens een tekort aan huisartsen
te ontstaan. Een aantal oorzaken is debet aan dat tekort: deeltijd werken (veel
nieuwe huisartsen en tandartsen geven de voorkeur aan deeltijd werken) en
minder opleidingsplaatsen. Bovendien zal een aantal tandartsen en huisartsen
binnen enkele jaren met pensioen gaan.
De (dreigende) tekorten aan
huisartsen en tandartsen kunnen deels opgevangen worden door
samenwerkingsverbanden met zowel mensen binnen als buiten de eigen
beroepsgroep. Dat wil zeggen dat in een gebouw meerdere disciplines gehuisvest
zijn, zoals huisartsen en algemeen maatschappelijk werk.
Gezondheidscentrum
Per wijk zal bekeken moeten
worden hoe de opzet van het gezondheidscentrum zal zijn. Dat is afhankelijk van
de zorgvraag per wijk, bijvoorbeeld fysiotherapeut, eerste lijnspsycholoog,
apotheker, wijkverpleegkundige en logopedist, maar ook tandartsen.
Het voordeel van een
gezondheidscentrum is dat het de mogelijkheid biedt om in deeltijd te werken en
dat er gemakkelijk teruggekoppeld kan worden met collega’s of met aanverwante
disciplines. Door kortere communicatielijnen kan er efficiënter gewerkt worden
en beter aan de zorgvraag voldaan worden.
Om de (dreigende) tekorten
aan huisartsen en tandartsen tegen te gaan is het ook belangrijk om nieuwe
mensen aan te trekken. Een gezondheidsaccommodatie kan hierin een belangrijk
rol spelen. Huisartsen en tandartsen blijken moeite te hebben om een goede
praktijkruimte te vinden. Een ruimte in een goed geoutilleerd
gezondheidscentrum kan nieuwe huisartsen en tandartsen motiveren om zich in
Delft te vestigen.
De wijk Hof van Delft heeft op dit moment een Gezondheidscentrum aan de
Pootstraat. Gezien de kwaliteit van het 15 jarige centrum worden binnenkort met
diverse hulpverleners in de
gezondheidssfeer gesprekken gevoerd op
welke wijze dit centrum aan de huidige kwaliteitseisen (waaronder ligging,
functies, massa,) zal moeten gaan voldoen.
Team voor jeugdgezondheidszorg
Het landelijke beleid om de zorg voor nul tot
vierjarigen (via consultatiebureaus et cetera) en de zorg voor vier tot
negentienjarigen (bij schoolartsen et cetera) te integreren wordt door
gemeente, de stichting Maatzorg en de GGD op dit ogenblik verder uitgewerkt.
Een belangrijk aspect daarbij is om per wijk een jeugdgezondheidszorgteam op te
zetten, bij voorkeur in diezelfde gezondheidsaccommodatie. Dit JGZ-team gaat de
schoolzorgteams, de kinderopvang en
gezinnen met bijvoorbeeld opvoedingsproblemen ondersteunen. Het JGZ-team neemt
deel aan het netwerkoverleg in de wijk met jongerenwerk, wijkagent en andere
partijen.
De bewoners hebben op verschillende momenten, met
panelformulieren en tijdens bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over
het wijkplan. Hun meningen en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan
verwerkt. Zo hebben de bewoners de suggestie gedaan om een gezondheidscentrum
(en ook aangepaste woningen) mee te nemen bij de bouwplannen die ontwikkeld
worden voor de uitbreiding van het AH-terrein aan de Ruys van
Beerenbrouckstraat. Ander mogelijke locaties zijn de Pieter Steynstraat, op de
plaats waar de Lidl heeft gezeten.
In Ontwikkelingsvisie
Delft 2025 staan de ruggengraatroutes die de belangrijkste verbindingen
vormen tussen de wijken en het centrum. Een ruggengraat is een belangrijke
ontwikkelingszone, die de binnenstad verbindt met de wijken en soms met de
regio. De routes vallen altijd samen met, bestaande of geplande,
tramverbindingen. Uitgangspunt bij de ontwikkeling is multifunctionaliteit. Dat
betekent: bedrijvigheid tot 500 m2 door winkels, bedrijven, voorzieningen en kantoren,
geconcentreerd langs de routes. Bedrijvigheid tussen de 100 en 150 m2 is ook
toestaan in de wijken (bijvoorbeeld werken aan huis). De ruggengraat in de wijk
Hof van Delft is: Ruys de Beerenbrouckstraat/Van Foreestweg/Harnaschpolder.
Verder is in de wijk, op de locatie van de huidige
brandweerkazerne, voor de jaren 2002 en 2003 de nieuwbouw van ongeveer 7000 m2
kantoren gepland. Hiermee zijn ongeveer 200 arbeidsplaatsen gemoeid.
De gemeente kan, onder bepaalde voorwaarden,
initiatieven en levensvatbare plannen van winkeliersverenigingen ondersteunen.
Wanneer er toekomstperspectief is en de plannen passen in het gemeentelijk
detailhandelsbeleid kan een winkelgebied worden aangewezen voor toepassing van de subsidieregeling
Steun Bedrijven Stadsvernieuwing. Daarmee wordt het mogelijk om een deel van de
investeringen te subsidiëren.
Er zijn drie buurtwinkelconcentraties in de wijk.
Twee ervan, de Hof van Delflaan en de Krakeelpolderweg (aan de zuidkant), zijn
erg klein. De Van Foreestweg is met 3000 m2 bedrijfsvloeroppervlak (bvo)
groter. In de Hugo de Grootstraat en verspreid over de hele wijk ligt een
netwerk van kleine winkeltjes. Geïsoleerd, aan de Laan van Altena/Ruys de
Beerenbrouckstraat, ligt een supermarkt van Albert Heijn.
De buurtcentra in gebieden
met een toename van de bevolking, zoals bij de Van Foreestweg/Van
Schuilenburglaan, zijn kansrijk. Uit diverse onderzoeken blijkt het centrum aan
de Van Foreestweg en omgeving, met zestien winkels, het grootste. Er is
voldoende koopkracht om te kunnen blijven bestaan.
·
Branchering is volledig in de foodsector. Trekker is de supermarkt
(Plusmarkt, 800 m² bvo).
·
Winkels zijn: zes in voedings- en genotmiddelen, drie in
woninginrichting (lampen, zonwering, meubels), drie kappers, restaurant,
adviesbureau voor hypotheken, bank, postagentschap, drogist/leeswaren,
bloemenwinkel, drie catering/ afhaalzaken, stomerij, kadowinkel,
fiets-/brommerzaak, tabak/leeswaren/kantoorbehoeften, feestartikelenzaak,
videotheek, café.
Een pand staat leeg.
·
Er is voldoende parkeergelegenheid (zestig plaatsen). De parkeerplaats
is slecht onderhouden.
·
Overige kwalificaties:
plaats in de structuur goed
plaats in verzorgingsgebied goed
kwaliteitskenmerken matig
consumentenkenmerken matig
perspectief goed/matig.
Supermarkt AH. Het
supermarktaanbod hier is voldoende: het gaat wel om kleine supermarkten.
Misschien is er behoefte aan geconcentreerd winkelaanbod (en omgeving, binnen
een straal van 250 meter).
§
Supermarkt Albert Heijn met meer dan dagelijkse levensbehoeften,
apotheek en PTT in beperkte vorm.
§
In het nabijgelegen Agnetapark zit een café en een drukkerij.
§
Openbaar vervoer (binnen een straal van 250 meter): voor Albert Heijn is
een halte van drie interlokale buslijnen: alle via het station. Een is
afkomstig uit Kijkduin en gaat door naar Rotterdam. De andere gaan
respectievelijk naar Den Haag CS en via Pijnacker naar Leiderdorp.
§
Voorlopige conclusies: bereikbaarheid lokaal goed, interlokaal
uitstekend. Parkeerruimte en fietsenstalling voldoende. Nadeel: geen
concurrentie, afstand tot centrum Hof van Delft met speciaalzaken is 400 meter.
·
Centrum rond pleinruimte.
·
Twaalf winkels (700 m2 bvo): supermarkt, apotheek en drogist,
geldautomaat, bank, bakker, slager, poelier, groente/fruit,
schoenmaker/leer/stomerij, fietsenwinkel, bloemen, dierkliniek, kapper en een
leegstaand pand.
§
Negen winkels (550 m2 bvo): supermarkt Meermarkt. Foodsector goed en
volledig. Boodschappen, door klant zelf uitgezocht en betaald, worden
desgewenst gratis thuisbezorgd. Winkels voor bloemen, brood/banket, slager,
schoenmaker/sleutels, kapper, snackbar, pizzeria afhaalzaak, stomerij een leeg
pand. Geen apotheek.
§
Openbaar vervoer (binnen een straal van 250 meter): aan Krakeelpolderweg
twee haltes van buslijn 60 en 62, via station en binnenstad naar sportpark
Bras. Anderzijds via Buitenhof naar huize Stefanna respectievelijk via Tanthof
naar station Delft Zuid.
§
Voorlopige conclusies: overzichtelijk en lokaal uitstekend bereikbaar.
§
Dertien winkels (700 m2). Geen supermarkt, geen apotheek, geen
postagentschap.
§
In de Hugo de Grootstraat: bakker, drogist, kapper, modehuis, aanstaande
moederkleding, aquariumhuis, elektrische apparaten, lampen, café.
§
In de Havenstraat/Spoorsingel: restaurant, slijterij, witgoedgigant,
damesmode, bodega, sauna, klassieker centrum auto’s en bloemenkiosk.
§
Singelstraat: cafésnackbar, schoenmaker en winkel.
§
Buitenwatersloot (grotendeels binnen een straal van 250 meter): slager,
viszaak, wolzaak, speelgoedwinkel, dierenwinkel, marmoleumzaak, motorzaak,
parkethuis, textielwinkel, café en supermarkt.
§
Overige gebied binnen een straal van 500 m: viswinkel, kapper, juwelier,
pizzeria. In de Saenredamstraat is een orthodontist gevestigd.
§
Overige voorzieningen: buurthuizen Olof en de Wending.
§
Openbaar vervoer (binnen een straal van 250 meter):
Binnen/Buitenwatersloot: tramhalte lijn 1, bushalte lijnen 60, 61 en 62.
Station NS binnen 400 meter.
§
Voorlopige conclusies: branchesamenstelling voor buurtcentrum
onvolledig, als dagelijkse behoeften ontbreken groente, fruit en
kruidenierswaren, wel non-foodwinkels. Toegankelijkheid en bereikbaarheid
voldoende, overzicht beperkt. Het netwerk tussen de buurtcentra komt de buurtfunctie
ten goede, verleent samenhang aan de wijk. De nabijheid van de binnenstad met
de parkeerruimte onder het viaduct en de nabijgelegen parkeergarage versterkt
dit beeld door bovenwijkse voorzieningen. Gebied behoeft stimulering, na
onderzoek.
§
Kruispunt Van de Bosschestraat: postagentschap/tabak/leeswaren,zuivel,
slager, kapper. Verderop Van de Bosschestraat: fysiotherapeut, bakker,
groenten/fruit, snackbar.
§
C. Fockstraat: pottenbakkerij, textielwinkel.
§
Laan van Overvest (rand 250 meter cirkel): snackbar, cateringbedrijf,
Chinees afhaalrestaurant en een leegstaand winkelpand.
§
Spoorsingel (binnen een straal van 500 meter): was- en
schoonmaak/machines, OG-makelaar,
wetswinkel, kapper, reisbureau, uitzendbureau.
§
Voorzieningen (binnen een straal van 500 meter) zijn bejaardencentrum
Lindenhof met aanleunwoningen en het sportfondsenbad.
§
Openbaar vervoer (binnen een straal van 250 meter): bushalte hoek
Thorbeckestraat met drie lijnen richting Den Haag CS en Rijswijk; bushalte 61
bij Sportfondsenbad van Kuyperwijk naar station en Wippolder binnen een straal
van 500 m, twee tramhaltes lijn 1 richting Tanthof-Scheveningen.
§
Binnen een straal van 250 meter van het Westlandhof is er geen
winkelcentrum.
·
De buurtwinkels voorzien in principe volledig in de dagelijkse behoefte.
·
De branchesamenstelling goed, maar de winkels zijn wel heel erg
verspreid over de wijk. Dit betekent dat er vaak een winkel in de directe
woonomgeving te vinden is.
·
Het economische draagvlak per buurtwinkelvoorziening is laag en de
onderlinge concurrentie is groot. Op termijn dreigen een aantal buurtwinkels
het hierdoor niet te redden.
·
Er zijn voldoende parkeerplaatsen en de winkels zijn goed bereikbaar.
De
bewoners hebben op verschillende momenten, met panelformulieren en tijdens
bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over het wijkplan. Hun meningen
en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan verwerkt. Een veelgehoorde
mening is dat de Lidl had moeten blijven. Bewoners vinden het belangrijk, dat
bij uitbreiding van bedrijvigheid rekening gehouden wordt met de gevolgen voor
de omwonenden ten aanzien van geluid, verkeer en parkeerplaatsen.
Kunst in de wijken is een project van het vakteam Cultuur
Kennis en Economie (CKE). Het vakteam zal met een opsomming van de plannen
komen.
Soaplessen
In het kader van de brede school vindt ook
een aantal culturele activiteiten in de wijk plaats, zoals soaplessen.
Groter toeristisch gebied
Het is de bedoeling dat het toeristisch
gebied van Delft vergroot wordt. Nu is alleen de binnenstad van toeristisch
belang. Dat moet uitgebreid worden met een diverser aanbod (genoemd wordt onder
meer de historie van het Agnetapark en DSM Gist).
De
gemeente wil het gebruik van computers en internet stimuleren door in elke wijk
zogenaamde service- en informatiepunten op te zetten. In Wippolder is in april
2001 WippolderPUNTNL van start gegaan in het nieuwe wijkcentrum. Hier wordt een
jaar lang geprobeerd en uitgezocht hoe de fysieke en inhoudelijke vorm van zo’n
PUNT het beste aansluit bij de vraag uit de wijk. De basisuitrusting van
WippolderPUNTNL is een venstertafel, die geschikt is om met meerdere mensen te
computeren en internetten, instructie te krijgen in groepsverband, als
leestafel en ontmoetingsplek.
Het
basispakket aan dienstverlening bestaat uit internetten, computer- en
internetcursussen en de biblioservice. De laatste omvat de mogelijkheid voor
leden van de openbare bibliotheek om via de computer boeken te bestellen en in
WippolderPUNTNL te laten afleveren, een volwaardige leestafel en een
krantenbank met 4,5 miljoen artikelen uit de vijf grote landelijke kranten.
Na
de periode van experimenteren worden binnen twee jaar in alle wijken
vergelijkbare servicepunten ingericht, waaronder HofvanDelftPUNTNL. Bij de
opening van het nieuwe wijkcentrum kan ook dit punt in gebruik worden genomen.
De
bewoners hebben op verschillende momenten, met panelformulieren en tijdens
bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over het wijkplan. Hun meningen
en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan verwerkt. Een in het oog
springende suggestie is nog om het Carthuyzerplein op te vrolijken met kunst.
In iedere wijk heeft de gemeente een
wijkopzichter aangesteld voor groen, reiniging en bestratingonderhoud. Wat zijn
de plannen voor Hof van Delft/Voordijkshoorn?
De
wegen worden regelmatig geïnspecteerd. Aan de hand van die gegevens wordt het
onderhoudsplan samengesteld.
Via
de servicedienst wordt snel hulp aan inwoners en bedrijven gegeven waar het
klachten over de directe leefomgeving betreft.
Het
onderhoud aan de riolen, die onder de grond liggen, wordt zoveel mogelijk zo
gepland dat er minste overlast ontstaat. Dit lukt echter niet altijd.
In
onderstaande tabel vindt u de planning.
Toelichting
Tabel
Algemeen
Dit
overzicht geeft straten en pleinen aan waarvan de onderhoudsafdelingen van
oordeel zijn dat onderhoud aan het wegdek en/of riolering noodzakelijk is. Die
beoordeling vindt plaats op basis van de uitgangspunten voor rationeel
wegbeheer. Het wegbeheer kent een indeling in onderhoudscategorieën. Zo moet de
kwaliteit van het onderhoud van een reguliere woonstraat hoger zijn dan dat van
een parkeerterrein. Hierdoor kan het voorkomen dat er soms straten in dit plan
zijn opgenomen terwijl het een ernaast gelegen (parkeer)terrein niet in
hetzelfde werk wordt meegenomen terwijl het er beslist niet beter uitziet.
Waar
?
In
deze kolom is de betreffende straat of plein vermeld. In de meeste gevallen
zullen de werkzaamheden de gehele lengte van de straat betreffen. Soms beperken
de werkzaamheden zich tot een gedeelte van de straat. In alle gevallen krijgen
de bewoners van de gedeelten waar het om gaat, vooraf van de gemeente bericht
wanneer de werkzaamheden beginnen.
Wat
?
Hier
staat in een enkel woord aangeven waar de werkzaamheden uit bestaan. De
aanduiding ‘Verharding’ betekent dat de straat opnieuw wordt herstraat. ‘Rode
fietsstroken’ betekent dat de, meestal al op het wegdek aangegeven
fietsstroken, rood gemaakt worden. ‘Riolering/wegen’ duidt op een grootschalig
werk waarbij eerst werkzaamheden aan de riolering in de straat plaats vinden en
daarna het straatwerk weer hersteld wordt. De aanduiding “trottoirs’ en
‘fietspaden’ betreffen het herstraten ervan.
Met
de term asfalt wordt bedoeld dat het betreffende pad of weg opnieuw
geasfalteerd zal worden. Reconstructie betekent dat met het herstraten, de
inrichting van het betreffende plein wordt veranderd. Voor zowel woonstraten
als voor belangrijke wijkontsluitingswegen
worden bewoners betrokken bij het maken van de herinrichtingsplannen.
Wanneer
?
Geeft
het jaar van uitvoering aan.
Wat gebeurt
er in 2001 – 2004? |
||
Waar? |
Wat? |
Wanneer? |
· Ada van Hollandstraat |
Verharding |
2001 |
· A. Pauwstraat |
Rode fietsstroken |
2002 |
· Anna Beijerstraat |
Verharding |
2003 |
· Arnoldstraat |
Verharding |
2003 |
· Blekerhof |
Verharding |
2001 |
· Brouwerstraat |
Verharding |
2002 |
· Buitenwatersloot |
Verharding |
2002 |
· C. Fockstraat |
Verharding |
2002 |
· Caspar Fagelstraat |
Verharding |
2002 |
· Coenderstraat |
Verharding |
2005 |
· Cort v.d. Lindestraat |
Verharding |
2002 |
· De Kempenaerstraat |
Verharding |
2002 |
· De Meesterstraat |
Verharding |
2002 |
· De Vriesstraat |
Verharding |
2001 |
· Eliza Dorusstraat |
Verharding |
2003 |
· Frank van Borselenstraat |
Verharding |
2002 |
· Havenstraat |
Rode fietsstroken |
2001 |
· Heemskerkstraat |
Riolering/wegen |
2002 |
· Hof van Delftlaan |
Trottoirs en rode
fietsstroken |
2001/2002 |
· Hugo de Grootplein |
Trottoirs en rode
fietsstroken |
2001/2002 |
· Jacob Gillishof |
aanpassing bestrating |
2001 |
· Jacoba van Beierenlaan |
Verharding |
2002 |
· Kapp.v.d. Coppelostraat |
Riolering/verharding |
2001 |
· Tienhovenstraat |
Riolering/verharding |
2001 |
· Krakeelpolderweg |
Rode fietsstroken |
2001 |
· Kuyperweg |
Riolering/verharding |
2001 |
· Landmeterpad |
Fietspad |
2002 |
· Lokomotiefpad |
Fietspad |
2001 |
· Meijerstraat |
Riolering/verharding |
2001 |
· Nieuwe Schoolstraat |
Verharding |
2002 |
· Paxlaan |
Verharding |
2003 |
· Provinciale weg |
asfalt fietspaden |
2001/2002 |
· Polderpad |
asfalt fietspad |
2001 |
· R.d.Beerenbrouckplein |
Riolering/verharding |
2002 |
· R.d.Beerenbrouckstraat |
Riolering/verharding |
2002/2003 |
· Sint Olofslaan |
Verharding |
2003 |
· Spoorsingel |
Verharding |
? |
· Thorbeckestraat |
Verharding |
2002 |
· Van Bleyswijckstraat |
Verharding |
2002 |
· Van Houtenstraat |
Riolering/verharding |
2002 |
· Westlandseweg |
Fietspaden |
2001/2002 |
· Westplantsoen |
Rode fietsstroken |
2001 |
· Wijnroererpad |
Fietspad |
2001 |
· Alletta Jacobstraat |
Verharding |
2001 |
· Buitenwatersloot NZ |
Verharding |
2002 |
· Hoogenhouckstraat |
Verharding |
2003 |
· Kerstanjepad |
Fietspad |
2001 |
· Kogelgieterij |
Verharding |
2004 |
· Meermanstraat |
Verharding |
2004 |
· Vallensisstraat |
Verharding |
2005 |
· Van der Dussenweg |
Riolering/verharding |
2001/2002 |
· Van der Leliestraat |
Trottoirs |
2001 |
· Voordijkhoornsepad |
Fietspad |
2003 |
. H. Dunantlaan |
Riolering |
2002/2003 |
. Willemstraat |
Verharding |
2003 |
N.B. Onderhoud in deelgebieden wordt in
overleg met de bewoners uitgevoerd.
In
de Indische buurt in Delft Noord is in januari 2000 een proef gestart met
zogenaamde hondenuitlaatstroken.
Speciale plekken zijn aangewezen waar honden hun behoefte kunnen doen. De proef
duurt een jaar. Slaagt de proef, dan komen er ook hondenuitlaatstroken in
andere wijken.
In
de wijk Ecodus staan populieren die op den duur vervangen moeten worden. Het is
belangrijk dat deze bomen niet allemaal tegelijk weggehaald worden om te
voorkomen dat de wijk ‘kaal’ wordt.
De
bewoners hebben een lange lijst met suggesties en opmerkingen opgesteld. Zij
vinden in zijn algemeenheid dat het onderhoud van groen en bestrating niet goed
is. De lijst van bewoners omvat kapot straatmeubilair, verzakte drempels,
hondenpoep (onder meer in het Wilhelminapark en Melkhof), vervuilde
straatlantaarns, achterstallig groenonderhoud (w.o. Kuyperweg) en het wegblazen
van herfstbladeren.
Een
van de opmerkingen betreft de nieuwe inrichting van de groenbak in de C. van de
Lindenstraat. Andere opmerkingen gaan onder meer over het slechte onderhoud van
de groenstrook bij de Krakeelpolderweg en Litouwen en die van het groentalud
ter hoogte van het viaduct Buitenwatersloot (westelijke zijde), en ook het
schoonhouden van de hondenpoepplek in de Van der Helmstraat.
De
bewoners van het Westerkwartier signaleren, dat de fietsen met oranje stickers
(op de nominatie om weggehaald en opgeruimd te worden) niet verwijderd worden.
Ze staan al maanden, onder meer op het Stationsplein, zonder dat er iets gebeurt.
De bewoners uit het Westerkwartier doen verder de suggestie om achter de
onkruidborstelwagen de veegwagen te laten rijden. Nu blijft het weggeborstelde
onkruid weken liggen.
Bewoners
willen verder weten hoe de regels zijn voor het onderhoud van groen van derden
en zij vragen om handhaving van de regels voor het onderhoud van groen van
particulieren dat aansluit op het openbare groen. Bewoners constateren dat de
verschillende diensten slecht samenwerken. De overlast voor bewoners wordt
minder als al die diensten beter samenwerken en hun werkzaamheden afstemmen.
Dan hoeft de straat maar één keer open.
Een
suggestie die ook uit de koker van de bewoners komt is om een schoonmaakactie
te organiseren –als tegenhanger van de opknapkaravaan- waarbij bewoners met
materieel van de gemeente gebruiken. De zelfwerkzaamheid van bewoners moet meer
gestimuleerd worden.
Er
worden ook suggesties gedaan voor bloembakken. Alle suggesties worden één voor
één door wijkopzichters bekeken en zo nodig wordt daar iets aan gedaan. De
bloembakken passen in het EZH-project ‘Investeren in de wijken’.
Er
loopt een onderzoek naar plaatsing van ondergrondse containers in het Hof van
Delft/ Voordijkshoorn. Gekeken wordt of de huidige bovengrondse verzamelcontainers
vervangen kunnen worden voor ondergrondse. Op een aantal plaatsen zal dit niet
kunnen en om die reden zal bekeken worden of afgeweken mag worden van de grens
van maximaal honderd meter vanaf het erf tot het vuilstortpunt.
Zowel
het Westerkwartier als de Olofsbuurt staan te boek als buurten met veel vuil op
straat. De volgende straten zijn expliciet genoemd.
§
Westerstraat
§
Pootstraat
§
Buitenwatersloot (Krakeelpolderweg en de Coenderstraat)
§
Raamstraat
§
Van Bleyswijckstraat
§
Spoorsingel (tot De Vriesstraat).
§
In de Olofsstraat staan weliswaar vier containers, maar er staat veel
vuil omheen. Rondom het buurthuis in de Olofsbuurt is de vervuiling ernstig.
§
Anna Beijerstraat
§
Van der Goesstraat
§
Van Schuijenburchstraat
§
Achterzijde Van Foreestweg (achter de winkels)
§
Blekerhof/Melkhof en Paxlaan
§
Saaiwerkersstraat
§
Westeinde
§
Winkelwagentjes en ander vuil in het water van de Mienette Stormstraat.
§
Ada van Hollandstraat (om de hoek)
§
Gehele Westerkwartier
§
Van Kinschotstraat en de Kuiperweg
§
Rondom de school aan de Van Bleyswijckstraat liggen veel blikjes in het
water. Ook nabij het Lokomotiefpad en bij de Krakeelpolderweg (Auroraplein).
Het Westerkwartier en de Olofsbuurt zijn de twee
probleemgebieden.
In het Westerkwartier wordt veel geklust. Dat zorgt
voor veel bouw- en sloopafval (ook asbest). Bovendien is het gemakkelijk om
hier vuil te dumpen: auto’s rijden langs en laten er hun vuilzakken achter.
Meestal is het zo, dat de containers direct nadat ze geleegd zijn, al weer vol
zitten. Ook de mentaliteit van de vervuilers is niet goed: doeltreffende
maatregelen zou verbaliserend optreden zijn, zodat de vervuiler in zijn
portemonnee wordt getroffen.
Zowel voor Westerkwartier en Olofsbuurt is een mix
van maatregelen nodig
§
Waar mogelijk ondergrondse containers, al of niet met een pasjessysteem.
Corporaties zijn ook bereid om te investeren.
§
Daar waar ondergrondse containers niet geplaatst kunnen worden, kunnen
afgesloten containers (cocons) met sleutels overwogen worden. Het gaat om
betonnen omhulsels die alleen door bewoners gebruikt kunnen worden.
§
Vaker ophalen is geen oplossing, het vuil wordt alleen maar meer. Wel een optie is om de vuilroute anders te
spreiden: nu is dat dinsdag en donderdag, maar dat zou veranderd kunnen worden
naar de maandag/donderdag en de dinsdag/vrijdag.
§
Ook een andere routing van het grof vuil is te overwegen.
§
Bouw- en sloopafval kan nu aangeboden worden voor fl 0,45 per kuub. Die
drempel moet lager. Onder meer door de openingstijden te verruimen en rekening
te houden met klussende bewoners in het weekend.
§
Een goed voorlichtingspakket (met informatie dat asbest tot 200 kg
gratis ingeleverd mag worden).
Reiniging beschikt ook over afvallessen voor lagere scholen met
duidelijke uitleg over afval en overlaadstation.
§
Vangnet plaatsen bij de scholen.
§
Er wordt een plan van aanpak gemaakt waarbij reiniging, wct, en bewoners
betrokken zijn.
§
Er is een bedrijf dat winkelwagentjes verwijdert. Reiniging informeert
of dat bedrijf ook de winkelwagentjes uit het water kan halen. Indien dat
contractueel niet afgesproken is, moet het contract aangepast worden.
De bewoners hebben op verschillende momenten, met
panelformulieren en tijdens bewonersavonden, meegedacht en gediscussieerd over
het wijkplan. Hun meningen en ideeën zijn zoveel mogelijk in het wijkplan
verwerkt.
Daarnaast hebben zij een lange lijst met suggesties
en aanbevelingen gedaan. Een belangrijke vraag, die bij herhaling gesteld
wordt, is of en wanneer er ondergrondse containers komen. Zij vinden dat als er
geen geld gebudgetteerd is, dat er wel snel moet komen. Overigens vragen de
bewoners zich af of de toevoer van de ondergrondse containers niet te klein is.
Grofvuil is een ander belangrijk onderwerp. Eenmaal
geplaatst grofvuil werkt als een magneet voor anderen. De komst van
ondergrondse containers hebben daar geen verbetering in gebracht. Daarom moet
grofvuil snel weggehaald worden. Ook willen de bewoners dat er wat gedaan wordt
aan het zwerfvuil. En kan het afval niet vaker opgehaald worden? Betere
voorlichting over de ophaaldiensten willen de bewoners ook.
Bewoners zijn van mening dat het tarief voor
bouwafval hoog is. Dit werkt drempelverhogend, te meer daar het toch al moeite
kost om het zware bouwafval weg te brengen.
Veel bewoners merken op, dat op de dag dat het
grofvuil wordt opgehaald ook de veegwagen ingezet moet worden. Het
reinigingsschema is wel zo opgezet. In principe volgen de reinigingsdiensten
elkaar op. Het is echter zo, dat ook veel (grof)vuil op straat gezet wordt op
dagen dat het grofvuil niet opgehaald wordt. Daardoor wordt het een rotzooi op
straat en lijkt het alsof er nooit wordt schoongemaakt. Reiniging is bezig om
een schema op te zetten met betere sluitende routes en de handhaving te
verscherpen. Belangrijk is dat bewoners bewuster met hun vuil omgaan, dan
zouden de straten al een stuk schoner zijn.
Er zal
waarschijnlijk een nieuwe Agglonet-busverbinding (Hoogwaardig OV-lijn) komen
van Delft in de richting van de Harnaschpolder (in ontwikkeling). Deze buslijn
zal in Delft over de Van Foreestweg/Kristalweg en vervolgens over een nieuwe
busbaan rijden.
Voor zover
bekend is de realisatietermijn 2003.
De vragen die nog overblijven, over busroutes,
mogelijke verplaatsingen van bushaltes en het opknappen van het spoortunneltje
staan in een aparte lijst met alle meningen, ideeën en vragen van bewoners.
De uitvoering van plannen om een tramlijn vanuit Den Haag zuid door
Delft te laten lopen zijn nog verre toekomstmuziek. Duidelijk is echter
inmiddels dat oorspronkelijke ideeën om deze lijn door Voordijkshoorn te laten
lopen zijn gewijzigd in een tracé langs de ziekenhuizen en aanhaking op de
bestaande lijn 1. Na het station zou dan de route van de nog uit te voeren lijn
19 in aanmerking komen. (Via Sebastiaansbrug naar TU en TNO).
In de wijk Voordijkshoorn/Hof van Delft is, met
name in het oude deel de Olofsbuurt en het Westerkwartier, een groot
parkeerprobleem. En die problemen nemen alleen maar toe als de spoortunnel
wordt aangelegd. Dan vervallen ook de parkeerplaatsen onder het viaduct.
Maatregelen zijn dringend nodig. Het oplossen van parkeerproblemen wordt in
samenspraak met de bewoners en corporaties gezocht.
Per 1 oktober 2001 gelden parkeermaatregelen in het
kader van de proef met het zogenaamde schilparkeren. Die maatregelen zijn van
toepassing in het gebied dat grenst aan de binnenstad, te weten Olofsbuurt en
Westerkwartier. Er komt een parkeerregeling om de overlast van parkeren door
binnenstadbezoekers te beperken.
Parkeermaatregelen
Om welke maatregelen gaat het?
-
Proef met belanghebbenden parkeren
-
Aanleg van 120 extra parkeerplaatsen. Hiervan komen er 80 in de
Olofsbuurt en 40 in het Westerkwartier.
-
Aanleg van betaald parkeerplaatsen op een aantal plaatsen in de wijken
-
Uitgifte van bezoekersvergunningen.
Over al deze maatregelen, de plekken waar de
parkeerplaatsen komen en nog veel meer is een nieuwsbrief verschenen, die
huis-aan-huis verspreid is.
Betaald
parkeren
Om bezoekers van dienst te zijn en zij niet buiten
de buurt hoeven te parkeren, is het in het vergunningengebied
Olofsbuurt/Westerkwartier op enkele locaties mogelijk om betaald te parkeren.
Bezoekers kunnen dan parkeren in perioden dat uitsluitend vergunninghouders
mogen parkeren op de voor hen gereserveerde parkeerplaatsen(bloktijden).
De gemeenteraad heeft bepaald, dat
vergunninghouders in het gebied Westerkwartier/Olofsbuurt tijdens de bloktijden
kosteloos op de betaald parkeerplaatsen hun auto mogen zetten. De
invalidenplaatsen vormen hierop een uitzondering.
Het combineren van vergunninghouders
parkeren en betaald parkeren wordt
MIX-parkeren genoemd vanwege het dubbelgebruik. Op de bebording staat dit als
zodanig aangegeven.
Gedurende de proefperiode gelden de bloktijden van
maandag tot en met zaterdag van 9 tot 11 uur en van 16 tot 20 uur. Het tarief
tijdens de blokuren is ƒ 3,- per 54 minuten.
Er komen in
de woongebieden 30km-zones. Het streven daarbij is dat die zoveel mogelijk
aaneengesloten zijn.
In de Hof van
Delft blijft op de volgende wegen een maximum van 50 km per uur gelden: Ruys de
Beerenbrouckstraat, Provinciale weg no 15, Hugo de Grootstraat,
Krakeelpolderweg, Westeinde, Westlandseweg, Van Foreestweg, Kristalweg,
Buitenwatersloot (gedeeltelijk), Westplantsoen, Weteringlaan, Colijnlaan
(gedeeltelijk), Spoorsingel, Coenderstraat en Parallelweg. Alle overige wegen
zullen nu of op termijn 30km gebied worden. De borden voor de nieuwe
snelheidsmaatregel in deze straten worden eind van dit jaar (2001) geplaatst.
In overleg
met de bewoners zal verder nog bepaald worden waar nog meer 30km-maatregelen
nodig zijn. Eind september zal het overleg daarover beginnen. De uitvoering van
die maatregelen zal begin 2002 zijn.
§
Gedragsproblemen in de Olofsbuurt
§
In de Havenstraat/Hugo de Grootstraat zijn inmiddels rode fietsstroken
aangelegd, omdat deze straat gevaarlijk was voor fietsers.
§
De verkeerslichten op het kruispunt Buitenwatersloot/Krakeelpolderweg
zijn vaak buiten werking, is een veel gehoorde klacht. De regelautomaat is
inmiddels vernieuwd. Dat komt omdat de regeling in het verleden nog al eens voor
problemen heeft gezorgd. Nu is het probleem verholpen en moeten de
verkeerslichten weer naar behoren werken.
§
Er is sprake van een gevaarlijke situatie op de Buitenwatersloot (nabij
het viaduct): het is hier eenrichtingsverkeer voor verkeer uit Den Hoorn en een
donker gat om er te fietsen (1000, 1200 fietsers per dag). Taxi’s en bussen
mogen er wel rijden. Een bussluis kan niet, omdat het bedrijf Huurman dat hier
gevestigd is, ontheffing heeft. Huurman gaat echter weg en daarmee zou een
bussluis wel een oplossing zijn. Dit wordt inmiddels geverifieerd en een
oplossing is in de maak.
§
Omdat oversteken aan de Van Foreestweg: heel onoverzichtelijk is,
zouden snelheidsremmers hier voor een
oplossing kunnen zorgen. Dat wordt nu onderzocht.
§
Voorsorteren Ruys de Beerenbrouckstraat richting Meeslaan is gevaarlijk.
Deze verkeerssituatie moet aangepast worden. De linksafbeweging is hier echter
niet toegestaan. Wellicht ontbreekt bebording of markering. Die wordt
uitgezocht en zo nodig aangepast.
§
De kruising Westplantsoen/Hugo de Grootstraat is een gevaarlijke. Hier
zal iets aan gedaan worden, echter niet op korte termijn. Een onderzoek staat
voor 2002 jaar gepland.
§
Adriaan Pauwstraat: bij de bushalte voor de Mozaiek zullen maatregelen
getroffen worden met een bussluis, zodat de auto’s hier niet meer de bus kunnen
passeren wanneer deze stil staat bij de halte. Er wordt gezocht naar een
maatregel waardoor het verkeer bij de rotonde aan de A. Pauwstraat snelheid
moet minderen en deze minder gevaarlijk wordt voor fietsers.
§
Bewoners vragen om een eenrichtingsweg te maken van de Teding van
Berkhoutlaan en de Machaystraat, omdat geparkeerde auto’s de straat te smal
maken. Dit geldt voor meerdere straten waar aan een kant geparkeerd mag worden.
Dit is echter niet gewenst, omdat eenrichtingsverkeerswegen makkelijk de
snelheid kunnen opjagen.
§
Provinciale weg bij de Foreestweg. Dit kruispunt is met name gevaarlijk
voor fietsers en voetgangers.
§
Henri Dunantlaan/kruispunt Buitenwatersloot en de H.
Dunantlaan/Molenhuispad. Deze verkeerspunten zijn gevaarlijk. Dat komt door het
vrachtverkeer van en naar Combiwerk. In het voorjaar 2002 zal een overleg
georganiseerd worden tussen Combiwerk en omwonenden over de overlast en hoe die
beperkt kan worden.
§
Donker Curtiusstraat/Ruys de Beerenbrouckstraat.
§
Oversteek fietspad Polderpad in de richting van de Westlandseweg. Hier
ontbreekt een voetpad en dat zorgt voor gevaarlijke situaties voor voetgangers.
Het verzoek is om ook voor voetgangers ruimte te maken en een
voetgangersoversteek aan te leggen.
De
bewoners hebben duidelijk aangegeven welke verkeerssituaties gevaarlijk zijn
(voorbeeld: bushalte bij de Mozaïek), welke straten 30km gebied moeten worden
en waar vaak foutgeparkeerd wordt. Er is onder meer vraag naar fietsstallingen,
handhaving van de verkeersregels en meer parkeerplaatsen. Bewoners wijzen erop,
dat foutparkeren op en bij opritjes voor kinderwagens en rollators zeer
hinderlijk is. Dit moet bekeurd worden. Bewoners geven ook aan, dat parkeren
voor geluidsoverlast zorgt, zeker in hofjes. De vraag wordt gesteld of het
weghalen van woningen ten gunste van parkeergelegenheid een oplossing zou
kunnen zijn.
De
bewoners in het Westerkwartier vragen zich af of een 30 km zone in hun wijk wel
zin heeft. Nu is het Westerkwartier een woonerf en wordt er vaak al veel te
hard gereden. De aanleg van verkeersdrempels zou een betere oplossing zijn,
aldus de bewoners.
De
bewoners van de Hof van Delft hebben onder meer gesignaleerd, dat er sprake is
van overlast door parkerende bussen bij restaurant Lindehof. Misschien kan er
een parkeerplek aangelegd worden voor de bussen op het Van Markeplein. Dat
verkeert momenteel in bedroevende staat, sinds het melasseincident staat het
hier regelmatig onder water (andere suggestie is om hier een speelplek aan te
leggen). In de Storklaan en omgeving veroorzaken geparkeerde bedrijfswagens
voor overlast.
Alle
vragen, opmerkingen en ideeën zijn opgenomen in een aparte lijst die bij dit
wijkplan hoort.
De start van de werkzaamheden aan de
Spoortunnel ligt na de planperiode. De voorbereidingen die de komende vier jaar
merkbaar zijn, zijn de onteigeningen. Het is nog niet helemaal duidelijk of het
spoor en dus de tunnel viersporig wordt. Is dat wel het geval dan komt er een
parkeergarage op de tunnel en die de parkeerdruk in Olofsbuurt en
Westerkwartier op den duur kan verminderen. Langs de bredere Spoorsingel komt
meer verkeer. Aangezien alle te ontsluiten zijwegen aan die kant liggen, heeft
het weinig zin het verkeer langs de huidige zijde te laten gaan. Daar komt een
‘park’ en een breed trottoir.
Als het zover is komt er langs het huidige
viaduct een damwand. Daarin wordt de eerste helft (twee sporen) van de tunnel
gebouwd en daarna wordt het viaduct gesloopt en is er plek voor de andere helft
van het nieuwe spoor.
Een,
tweemaal per jaar vindt er een overleg plaats, waarin DSM Gist, de Provincie,
het Hoogheemraadschap Delfland en diverse disciplines van de gemeente deelnemen
over onder meer de ontwikkelingen van het spoor. Ook de waterhuishouding van
DSM/Gist wordt dan besproken.
Daarnaast
is er het Platform Spoor, een inspraakorgaan waaraan ook de bewoners meedoen.
Hier worden alle belangen besproken die spelen rondom de aanleg van de spoortunnel.
3.6 Brandweerkazerne
Op de huidige locatie van de
brandweerkazerne zal een nieuwe kazerne gebouwd worden. Het wordt een grotere
kazerne. Boven op de kazerne van twee lagen komt, aan de zijde van de
Westlandseweg, een commercieel kantoorgebouw van vijf lagen. De nieuwbouw aan
de Westlandseweg wordt circa 25 meter hoog. Ontsluiting van de brandweer zal,
net als nu, op de Krakeelpolderweg zijn. Voor het commerciële kantoor zal op
het terrein een parkeerdek voor circa 110 auto’s komen. Dit parkeerdek ligt
tussen de kazerne (de onderbouw) en het kantoor (de bovenbouw). De ontsluiting
van het parkeerdek zal via een spiraalvormige op- en afrit op de Jacoba van
Beierenlaan zijn (vlakbij de kruising op de Krakeelpolderweg). Dit zal niet
voor extra verkeershinder op de Jacoba van Beierenlaan zorgen.
In het bouwwerk zal het huidige gemaal
geïntegreerd worden, dat straks uit zicht gehaald wordt.
Vanwege de samenwerking tussen brandweer en
de Ambulancedienst Delft wordt nog bestudeerd hoe de ambulancepost (vier
auto’s) geïntegreerd kan worden in de kazerne. Ook wordt gekeken hoe een
zendmast voor het nieuwe landelijke C2000 netwerk (hulpverleningsnetwerk) op
dezelfde locatie gebouwd kan worden. In eerste instantie wordt gedacht aan de
plek van het huidige gemaal.
Rond september 2001 moet het definitieve
ontwerp klaar zijn. Dan gaat de publiekrechtelijke weg open en zal de buurt
formeel geïnformeerd worden. Informeel is in november 2000 al met de buurt
gesproken. Medio 2002 wordt wijziging van het bestemmingsplan verwacht Dan kan begonnen worden met de sloop van de
oude kazerne. Medio 2003 moet de nieuwe kazerne klaar zijn. De brandweer zal
tijdens de bouw tijdelijk gehuisvest worden in enkele gemeentelijke panden
nabij de Mercuriusweg.
Situatie:
Ecodus
en Hoornse Hof zijn relatief nieuwe wijken, daarom zijn er weinig kansen voor
energie en duurzaam bouwen. Het stimuleren van energieprestatie adviezen zijn
dan ook nog weinig zinvol. Daarentegen bieden de buurten Westerkwartier,
Agnetapark en Ministerbuurt vanwege hun ouderdom hiervoor wel kansen.
Huidig beleid:
De
nieuwe brandweerkazerne zal voldoen aan hoge eisen voor duurzaam bouwen. In
2001 zal een Energiemasterplan worden opgesteld waarin de kansen voor
energiemaatregelen in kaart zijn gebracht voor iedere wijk.
Wensen:
Bij
de buurten Westerkwartier, Agnetapark en Ministerbuurt valt te denken aan het
stimuleren van een isolatieprogramma en individuele zonneboilers en PV-cellen,
liefst gecombineerd met een energieprestatie advies.
Partners:
Vereniging
van eigenaren, Delfts Energie agentschap, woningcorporaties, bewoners.
Situatie: Het Westerkwartier en de
Hof van Delft hebben weinig open water. Voordijkshoorn, inclusief Ecodus, is
een relatief waterrijk gebied. Er is een aantal duikers die problemen in de
afwatering geven. Het betreft met name de duikers onder de Provinciale weg. Het
watersysteem in Ecodus functioneert niet naar behoren. Er wordt boezemwater van
mindere kwaliteit ingelaten vanuit de Buitenwatersloot.
Huidig beleid: Het waterplan stelt als ambitieniveau voor Voordijkshoorn water
als belevingsgoed en waar dat haalbaar is water als natuurgoed. Er zijn
potenties om het watersysteem om te vormen tot een gebiedseigen watersysteem.
Het gebiedseigen watersysteem in Ecodus zal worden onderzocht en verbeteringen
zullen worden aangebracht. Voor het Westerkwartier en de Hof van Delft is een
ambitieniveau voor het open water niet of nauwelijks aan de orde. Wel geldt de
algemene doelstelling gericht op het verminderen van waterverontreiniging
(onder meer door het afkoppelen van regenwater). Eind 2001/begin2002 zal een
aantal watergangen in Voordijkshoorn worden gebaggerd.
Wensen: De wens bestaat om meer
water in Hof van Delft te brengen dan wel regenwater in de bodem te filtreren.
Tevens is er de wens het watersysteem in Voordijkshoorn om te vormen tot een
gebiedseigen watersysteem met variabele peilen en de aanleg van
natuurvriendelijke oevers.
Partners: Stadsbeheer,
Ingenieursbureau, bewoners, Hoogheemraadschap.
Situatie: De algemene bodemkwaliteit
in het gebied varieert. De gebieden nabij het spoor en langs de
Buitenwatersloot liggen in zone G3 (matig verhoogde concentraties zware metalen
en PAK). De overige gebieden liggen in zone G2 (licht verhoogde concentraties
zware metalen en PAK) Opgemerkt wordt dat voor het Westerkwartier de algemene
bodemkwaliteit niet bekend is.
Huidig beleid: De gemeente heeft de komende vijf jaar geen saneringen in het
gebied gepland.
Wensen: Bewoners bewust maken van
de regels die er zijn n.a.v. het bouwstoffenbesluit (het niet zelf verplaatsen
van grond en dergelijke).
Partners: BTM, wijkcoördinator.
Situatie: Geen
overschrijdingslocaties. Aandachtsgebieden langs Provinciale weg,
Phoenixstraat/Spoorsingel en Westlandseweg.
Huidig beleid: Rijks- en provinciaal beleid hanteren onder meer brongericht
beleid.
Wensen: Aandacht voor (toekomstig)
Europese richtlijnen/normen met betrekking tot luchtkwaliteit met name bij de
ontwikkeling van het spoorzoneproject.
Situatie: Woningen binnen de zone van
de Provinciale weg, Westlandseweg, Ruys de Beerenbrouckstraat en
Phoenixstraat/Spoorsingel zijn in meer of mindere mate geluidsbelast. De
woningen langs de Spoorsingel ondervinden verder een hoge geluidbelasting
vanwege de spoorlijn. Verder loopt een zone industrielawaai (vanwege
industrielawaai Gist-DSM/Calvé) over noordkant van de wijk Hof van Delft. Deze
zone legt beperkingen op aan de bouw van nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen.
Huidig beleid: In de woonwijken is het
beleid gericht op het creëren van 30-km wegen. In het kader van het
spoorzoneproject zal de Phoenixstraat/Spoorsingel worden heringericht tot de
‘binnenstadsring’. Verder zal de spoorlijn ondergronds worden gebracht waardoor
de cumulatieve geluidbelasting (weg + rail) zal afnemen op de woningen langs de
Spoorsingel. Met betrekking tot de zone industrielawaai is het beleid van de
gemeente gericht op verkleining van de zone. Hierover is de gemeente in overleg
met verschillende belanghebbende partijen.
Wensen: Geluidbelasting
‘binnenstadsring’/ Westlandseweg in het kader van spoorzone binnen
doelstellingen toekomstig MIG-beleid (modernisering instrumentarium
geluidsbeleid). Geluidarm asfalt op de Provinciale weg.
Situatie: (informatie van de
Reiniging)
Huidig beleid: Het overlaadstation zal worden afgebroken (tijdelijk ruimte voor
parkeerplaats). Momenteel worden er in de wijk Voordijkshoorn ondergrondse
containers geplaatst, waarbij nogal eens wat zwerfvuil ontstaat. Nagaan
mogelijk voor het realiseren van een Retourette bij een supermarkt.
Wensen: Bekendheid van de bewoners
in deze wijk met de regels die er zijn in het kader van het Bouwstoffenbesluit
(verplaatsen grond) en de afvoer van bouw- en sloopafval.
Partners: Reiniging, bewoners
Situatie: De ecologische
kerngebieden (parken) in de wijk zijn
vastgelegd, alsmede de ecologische zone langs de provinciale weg.
Huidig beleid:
Wensen: Evaluatie met de bewoners
omtrent inrichting Wilhelminapark. Een inrichtings- en beheersplan opstellen
voor de provinciale weg. Inventariseren mogelijkheden voor aanleg van
natuurvriendelijke oevers/aanpassing van bestaande oevers. Voorlichting over
ecologische inrichting van tuinen.
Partners: Bewoners, Stadsbeheer
(groen), Hoogheemraadschap.
Situatie: Als gevolg van het vervoer
van gevaarlijke stoffen over het spoor wordt het groepsrisico (over een afstand
van 200 meter van het spoor) overschreden. Dit is van belang voor nieuwbouw
langs het spoor. De Provinciale weg maakt geen onderdeel meer uit van de Route gevaarlijke stoffen van Delft. Dit
betekent dat vervoer van gevaarlijke stoffen over deze weg slechts plaatsvindt
ten behoeve van in de directe omgeving gelegen bedrijven.
Situatie: Om DSM ligt een
geluidszone. Er zijn klachten over stankoverlast van DSM. De categorie indeling
van DSM heeft gevolgen voor de afstanden tussen het bedrijf en de
woonbebouwing. Ook veroorzaakt Combiwerk geluids-en verkeersoverlast. Er is met
name ’s zomers sprake van geluidsoverlast, wanneer men bij Combiwerk ramen en
deuren open zet. Dit is niet toegestaan vanwege de milieuwetegeving.
Verder
zijn er weinig klachten over bedrijven in Hof van Delft en Voordijkshoorn. Er
zal een nieuwe brandweerkazerne gebouwd worden op de locatie van de huidige
brandweerkazerne.
Huidig beleid: De categorie 3 bedrijven in
Hof van Delft en Voordijkshoorn krijgen een maatbestemming (dit geldt alleen
voor dat deel dat valt onder het bestemmingsplan Noord West deel II). De
geluidszone rond DSM wordt mogelijk ingekort.
Partners: Provincie Zuid-Holland, SCB.