Meerjarenraming Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (MR-ISV) 2001 - 2004            Stuknr. 01/025146; Vastgesteld gemeenteraad d.d. PM

 

Inhoud                                                                                                                        Pag.

 

Hoofdstuk 1.                                                                                 Inleiding               2

 

1.1       Samenvatting....................................................................................              2

1.2       Relatie Meerjarenraming ISV en Delfts OntwikkelingsProgramma                         3

1.3       Provinciale bijdrage voor de stedelijke vernieuwing........................                      3         

 

Hoofdstuk 2.                   Besluitvormingsprocedure MR-ISV 2000-2004                     4

 

Hoofdstuk 3.                          Beleid voor de stedelijke vernieuwing Delft                4         

 

3.1       Themaprogramma wonen......................................................................           4         

3.2       Themaprogramma economie.................................................................            5

3.3       Themaprogramma mobiliteit........………..............................................              5         

3.4       Themaprogramma duurzaamheid...........………....................................              5         

3.5       Themaprogramma leefbaarheid..............................................................           5         

3.6       Resultaten ISV monitor 2000…...……………………………………..                      5

3.7       Beleid stedelijke vernieuwing samengevat......................................…..               8         

3.8       Van beleid naar uitvoering.............................................................…....            8         

 

Hoofdstuk 4.                                     Totaaloverzicht MR-ISV 2000 - 2004                  9

 

Hoofdstuk 5.                                                                  Toelichting per post             10

 

5.1       Uitgaven..........................................…..................................................          10

            Wonen...............................….....................................................        10

            Economie........................….......................…............................          11

            Mobiliteit......................…..........................................................          13

            Duurzaamheid................................…........................................          14

            Leefbaarheid................................…...........................................         18

5.2       Inkomsten...............................................…..…......................................         21

            ISV bijdrage provincie ZH.............…........................................              21

            Wbb-gelden provincie ZH..........................................................            21

            Gevelisolatie-gelden provincie ZH.............................................              22

            PSB-gelden provincie ZH……….....…………………………..                     22

            Rente/ prijscompensatie..............................................................         22

 

Hoofdstuk 6.                                                                Inspraakprocedure                22

 

Hoofdstuk 7.                                                                         Verdeelbesluit              26

 

Bijlagen                                                                                                                    27

 

                        1. ISV-monitor 2000: inhoudelijk……………………………..                      28

                        2. Overzicht ISV-doelstellingen per 1-1-2005……….………..                    34

                        3. ISV-monitor 2000: procesformat……………………………                     35

 

HOOFDSTUK 1.                                                                                                         INLEIDING

 

 

1.1       Samenvatting

 

Stedelijke vernieuwing gaat om fysieke ingrepen ter verbetering van de woon- en leefomgeving, dus niet om stadsvernieuwing alleen. Deze definitie laat ook ruimte voor economische, leefbaarheids-, mobiliteits- en duurzaamheidsprogramma’s en geeft daarmee meer mogelijkheden om te komen tot integratie en afstemming van beleidsvelden. Door de introductie van het begrip ‘stedelijke vernieuwing’ zijn gemeenten Stadsvisies en Ontwikkelingsprogramma’s uit gaan werken in uitvoeringsgerichte programma’s en projecten, meer gaan denken in termen van resultaat en meer gaan doen aan verdere ontwikkeling op alle onderdelen van stedelijk beleid.

 

De wet Stedelijke Vernieuwing is eind 2000 met terugwerkende kracht per 1 januari 2000 in werking getreden. In overeenstemming met de door het Rijk geformuleerde ISV-prestatievereisten en met het ISV-beleidskader van de provincie Zuid Holland heeft de gemeente Delft in april 2000 het Delfts OntwikkelingsProgramma (DOP) vastgesteld als basis voor de aanvraag van ISV middelen bij de provincie. In het DOP geeft de gemeente Delft aan wat zij de komende periode samen met de lokale partners ž corporaties, ontwikkelaars/bouwers, bewoners, bedrijven  en instellingen ž  wil bereiken rond de thema’s:  economie, wonen, mobiliteit, leefbaarheid en duurzaamheid. Per themaprogramma zijn in het DOP de verschillende te bereiken effecten geformuleerd. Op basis van deze effecten vindt monitoring plaats en zal na afloop van het eerste ISV-tijdvak verantwoording plaatsvinden. Via een vijftal ‘gebiedsgerichte programma’s’, te weten: Spoorzone, Woonwijken, Binnenstad/Zuidpoort, TU-gebied en Schie-oevers, worden de plannen uitgevoerd. Het DOP is eind mei 2000 ingediend bij de provincie Zuid Holland. De ISV-bijdrage bedraagt over de gehele periode (2000 t/m 2005) circa ƒ  25,3 miljoen gulden (€ 11,5 miljoen euro), zijnde het door de provincie vastgestelde ‘indicatief ISV-budget’ voor Delft.

 

Voor de verdeling van de ISV-bijdrage wordt dit jaar opnieuw een Meerjarenraming voor de besteding van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (MR-ISV) aan de raad voorgelegd, zodat de door de provincie Zuid Holland te verlenen voorschotten op de vast te stellen ISV-bijdrage voor het eerste tijdvak voor Delft kunnen worden verdeeld en besteed. In de MR-ISV 2001 - 2004 komt, overeenkomstig de voorgaande MR-ISV 2000 – 2005, opnieuw nadruk te liggen op de omslag van ‘hard’ naar ‘zacht’. Hierbij gelden de volgende prioriteiten: voortzetting van het ingezette stadsvernieuwingsbeleid (zoals de bevordering van de herstructurering en leefbaarheid, het opplussen, gevelaanpak, wonen boven winkels, monumenten, verhuis- en bedrijvensubsidies en voorbereidingskosten) en bijdragen aan de overige prioriteiten uit het DOP, voor zover zij niet elders gedekt worden (zoals de revitalisering en verduurzaming van het gebied Schie-oevers, ontwikkeling TU-terrein, Aardewerkcentrum, Stadshal, autoluwe binnenstad, water en ecologie, bodemsanering, geluidssanering, veiligheid, Twinning centre, service- en informatiepunten/ Vensterschool en enkele nieuwe sociaal-culturele, educatieve en sportvoorzieningen en tenslotte de verplaatsing van scholen resp. de invoering van het Brede School concept). Om de ISV-gelden in 2002 te kunnen besteden, is het van belang dat er door de Gemeenteraad nog in 2001 een geactualiseerde Meerjarenraming voor het ISV wordt vastgesteld.

 

In het kader van de stedelijke vernieuwing wordt gewerkt aan:

ˇ       Uitvoering van in de vorige MR-ISV aangegeven (deel)programma’s en projecten;

ˇ       Ontwikkeling van een lokaal systeem van ‘kwaliteitszorg’, dat de koppeling legt tussen de programma’s/ projecten enerzijds en de te bereiken effecten anderzijds;

ˇ       Koppeling van de ISV-programma’s en projecten met de jaarlijkse gemeentelijke begrotingscyclus;

ˇ       Opzetten van een formele, interne organisatiestructuur;

ˇ       Vormgeven van afstemming en participatie van provincie, regio, buurgemeenten en lokale externe partijen.

 

De eerste drie acties worden met de voorliggende geactualiseerde Meerjarenraming Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (MR-ISV) ingelost, maar ook (en vooral) met de voortgaande uitwerking van de diverse opgenomen ISV-programma’s en projecten.. Een relatie met de begrotingscyclus is gelegd via de Zomernota 2002-2005, die onlangs is vastgesteld. In de Zomernota maakt de stedelijke vernieuwing onderdeel uit van het beleidsmatig gedeelte.  Tegelijkertijd met het vaststellen van de MR-ISV wordt door de raad een ISV-verdeelbesluit en een besluit tot wijziging van de gemeentebegroting genomen. De laatste twee acties (organisatiestructuur en afstemming/ participatie) hebben de nodige aandacht gekregen via de gemeentelijke reorganisatie (vorming van de Cluster Wijk- en Stadszaken resp. de Directie Programma’s en Projecten)  en het door de provincie georganiseerde regionaal overleg en afstemming (zie de nota ‘dansen door de schalen’). Een van de zaken die in regionaal verband spelen, is de beoogde samenwerking tussen de gemeenten Delft en Schipluiden over de gemeenschappelijke herontwikkeling van de Harnaschpolder.

 

1.2       Relatie tussen MeerjarenRaming Stedelijke Vernieuwing (MR-ISV) en het Delfts OntwikkelingsProgramma (DOP)

 

In het Delfts OntwikkelingsProgramma staan voor wat de stedelijke vernieuwing betreft, de ambities en programma's/ projecten die Delft de komende 5 a 10 jaar samen met lokale partijen wil uitvoeren opgesomd. Centraal in het DOP staan de 5 themaprogramma’s die Delft wil uitvoeren in de periode 2000-2005, compleet met een overzicht van de te bereiken effecten, die de basis zullen zijn voor de monitoring tijdens en de verantwoording na afloop van de eerste periode. Met de 5 gebiedsgerichte programma’s die Delft uitvoert, krijgt het beleid vorm. Een aantal van de opgenomen projecten kent geen sluitende financieringsopzet. Daar wil Delft, vooral met het oog op de te bereiken effecten, de haar toe te kennen ISV-bijdragen aan gaan besteden. Deze MR-ISV geeft hiervoor een overzicht en is daarmee een noodzakelijke 'tussenstap' om te komen 'van DOP tot uitvoering'.

 

1.3       Provinciale bijdrage voor stedelijke vernieuwing

 

Delft ontvangt de ISV-voorschotten met ingang van 1 januari 2000 van de provincie Zuid Holland. Dit geld staat los van de stadsvernieuwingsgelden, die Delft nog t/m 2001 rechtstreeks van het Rijk ontvangt. Voor de verdeling van deze stadsvernieuwingsgelden wordt verwezen naar de Meerjarenraming Stadsvernieuwing (MRSV 2001-2004 wordt separaat vastgesteld).

Delft is in 1999 in het kader van het ISV aangewezen als zgn. ‘niet rechtstreekse programma-gemeente’. Door de indiening van het DOP krijgt de gemeente Delft ISV-voorschotten van de provincie Zuid Holland. De provincie Zuid Holland heeft de indicatieve bijdrage vastgesteld op ca. f. 25,3 mln. gulden (€ 11,5 mln. euro) over de periode 2000 t/m 2004.

De provincie Zuid Holland heeft het Delfts OntwikkelingsProgramma op 26 september 2000 goedgekeurd. Op 31 juli 2001 heeft zij deze goedkeuring aangevuld met een aantal ‘aanvullende voorwaarden’, die in het verdere traject zullen worden meegenomen. Inmiddels is het ISV-voorschot voor 2000 door de provincie uitbetaald en worden de ISV-voorschotten voor 2001 uitgekeerd. Door de provincie Zuid Holland is separaat gevraagd om de zgn. ‘herijkingsmodule’ voor de in het ISV onder te brengen bodemsaneringsgevallen, voorheen gefinancierd via de Wet Bodembescherming (Wbb). De Gemeente Delft heeft haar ‘herijkingsmodule’ hiertoe medio 2001 opgestuurd aan de provincie. In deze MR-ISV wordt ervan uitgegaan dat de provincie positief reageert op het verzoek van Delft om naast de bovengenoemde indicatieve bijdrage in totaal ruim ƒ 27 mln. gulden (ca. € 12,3 mln. euro), ofwel ƒ 23,5 mln. gulden (ca. € 10,7 mln. euro) meer dan in de vorige MR-ISV nog was opgenomen, over te dragen uit het Wbb-budget in het ISV.

Eind 2000 zijn daarnaast op het verzoek van de Provincie Zuid Holland besprekingen gestart om invulling te geven aan het Provinciaal Grote Stedenbeleid (PSB). Dit heeft geleid tot een drietal additionele projecten, die in het kader van de MR-ISV uitgevoerd zullen worden (zie ‘toelichting per post’). Dit zal voor de periode t/m 2003 naar verwachting tot een extra provinciale bijdrage ad ƒ 900.000,- (€ 408.402,-) leiden. Deze bijdrage is (vooruitlopend op de ondertekening van het convenant PSB) in deze Meerjarenraming opgenomen. De ondertekening van het genoemd convenant zal naar verwachting in het najaar 2001 plaatsvinden.

 

 

HOOFDSTUK 2.                                BESLUITVORMINGSPROCEDURE MR-ISV 2001 - 2004

 

 

Het tijdpad van de besluitvorming is als volgt:

 

            Vaststelling concept MR-ISV in college                                                                   02-10-2001

            Concept MRSV ter visie [1])                                                                15-10-2001 tot 28-10-2001

            Inloopspreekuur                                                                                                     16-10-2001

            Vaststelling MR-ISV in college                                                                                20-11-2001

            Bespreking MR-ISV in de commissie Leefbaarheid                                                   06-12-2001

            Vaststelling MR-ISV in de gemeenteraad                                                                 20-12-2001

 

 

HOOFDSTUK 3.                      BELEID VOOR DE STEDELIJKE VERNIEUWING IN DELFT

 

 

Het Delftse beleid rond stedelijke vernieuwing is gegroepeerd rond een vijftal themaprogramma’s en een vijftal gebiedsgerichte programma’s zoals beschreven in het DOP. Per themaprogramma zijn destijds in het DOP meetbare doelstellingen geformuleerd. Hieronder volgt per themaprogramma een kort overzicht van de prioriteiten in het kader van deze Meerjarenraming. Er wordt daarbij kort aangegeven welke relatie er is met de te bereiken effecten in het kader van het ISV. Voor meer gedetailleerde informatie over deze te bereiken effecten wordt kortheidshalve verwezen naar de MR-ISV 2000-2004 en naar het DOP. In paragraaf 3.6 (resultaten ISV-monitor) en in de bijlagen wordt verder ingegaan op de vraag of en in hoeverre de te bereiken effecten ook echt zijn of worden bereikt.

 

3.1       Themaprogramma wonen.

 

In deze MR-ISV zijn – overeenkomstig de vorige raming - de volgende prioriteiten opgenomen:

1.         Continuering van het huidige stadsvernieuwingsbeleid, zoals beschreven in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing (MRSV), in 2003 en 2004;

2.         De mogelijke behoefte aan middelen voor de uitvoering van het convenant met de gemeente Schipluiden over onder meer de herontwikkeling van de Harnaschpolder.

 

 

3.2       Themaprogramma economie.

 

Voor dit themaprogramma gelden – overeenkomstig de vorige raming - de volgende prioriteiten:

1.    De ontwikkeling van het TU-terrein;

2.    Voortzetting van de bedrijvensubsidie Binnenstad, zoals beschreven in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing (MRSV), in 2004;

3.    Revitalisering en verduurzaming Schie-oevers;

4.    Bijdrage aan de realisering van een Aardewerkcentrum;

5.    Bijdrage aan de realisering van een Stadshal;

6.    Bijdrage aan de realisering van een Twinning Centre, Radex en BTC.

 

3.3       Themaprogramma mobiliteit

 

Het gemeentebestuur wil in deze MR-ISV – overeenkomstig de vorige raming - aan de realisatie van het programma autoluwe Binnenstad voorrang geven.

 

3.4       Themaprogramma duurzaamheid

 

In deze MR-ISV zijn – overeenkomstig de vorige raming - de volgende prioriteiten opgenomen:

1.    Voortzetting van het programma drainage-maatregelen Binnenstad;

2.    Bijdrage aan het programma Water en Ecologie;

3.    Bodemsaneringen ISV;

4.    Geluidssaneringen ISV.

 

3.5       Themaprogramma leefbaarheid

 

Voor de besteding van de ISV-middelen gelden bij dit themaprogramma – overeenkomstig de vorige raming – de volgende prioriteiten:

1.    De nieuwbouw van buurtaccommodaties

2.    Fysieke maatregelen veiligheid

3.    Bijdrage Sporthallen/ sportzalen

4.    Diverse sport- en spelvoorzieningen in wijken

5.    Verplaatsing van scholen/ vensterschool

6.    Service- en informatiepunten

7.    Drie projecten in het kader van het Provinciaal Grote Stedenbeleid

 

3.6       Resultaten ISV-monitor 2000.

 

Zoals aangekondigd in de vorige MR-ISV is vanwege de verplichting daartoe in de wet Stedelijke Vernieuwing, in 2001 voor het eerst een ISV-monitor voor Delft opgezet. Doel van deze monitoring is:

q       zicht houden op de voortgang van ISV projecten en programma’s

q       zicht houden op het bereiken van de ISV doelstellingen

q       zicht houden op de relatie tussen de projecten en programma’s enerzijds en de stedelijk te bereiken ISV doelstellingen anderzijds

q       zonodig bijsturen van het stedelijk vernieuwingsbeleid

 

De Delftse ISV-monitor vergelijkt de ISV-brede doelstellingen uit het DOP met de daadwerkelijk bereikte resultaten. De monitor kent zowel een inhoudelijke als een procesmatige kant. De inhoudelijke kant gaat in op de vraag of en in hoeverre de doelstellingen uit de themaprogramma’s uit het DOP (dus voor Delft als geheel) ook echt worden bereikt (vooral cijfermatig gezien) en de procesmatige kant van de monitor gaat in op de vraag of en in hoeverre de in het kader van het ISV in gang gezette programma’s en projecten ‘op schema’ liggen en wat de relatieve bijdrage is aan de te bereiken effecten.

 

De inhoudelijke monitor 2000 vergelijkt de stand van zaken per 1-1-2001 met die per 1-1-2000. De situatie per 1-1-2000 was destijds weergegeven in (de diverse nulmetingen van) het DOP. Per themaprogramma zijn in dit Ontwikkelingsprogramma ‘te bereiken effecten’ geformuleerd. De opzet van de ISV-monitor 2000 is eenvoudig en pragmatisch van opzet. Er is voor wat de procesmatige monitor 2000 betreft een opzet gekozen die op hoofdlijnen overeenkomt met de opzet van de op verzoek van het ministerie VROM door de 30 rechtstreekse gemeenten toegepaste methodiek (RIGO procesformat). Dit  houdt in dat per project of programma de globale voortgang en de relatieve bijdrage aan de te bereiken effecten is geinventariseerd. Daarnaast is per te bereiken effect cijfermatig bezien in hoeverre bereikt is wat ten doel gesteld is. Voor meer gedetailleerde informatie over de gegevens van de vergelijking 2001-2000 wordt verwezen naar de bijlagen.

 

Uit de inhoudelijke ISV-monitor blijkt dat in de uitvoering van het ISV programma op een aantal onderdelen aandacht verdient. Bijstelling van de ten doel gestelde te bereiken effecten kan volgens de SV-wetgeving alleen via tussentijds overleg met de Provincie Zuid Holland plaatsvinden. Dit overleg lijkt althans in dit stadium (ogv de monitor 2000) niet nodig. De conclusies die voor de voortgang van de stedelijke vernieuwing in Delft (dus voor deze en de volgende MR-ISV’s) van belang zijn, zijn per themaprogramma gegroepeerd, de volgende:

 

q       Themaprogramma Economie: Het aantal dagbezoekers aan Delft loopt terug terwijl Delft zich ten doel stelt dat dit aantal per 1-1-2005 met 15% is gestegen. Als deze ‘terugval’ niet toe te schrijven is aan tijdelijke fluctuaties en als het in gang gezette huidig beleid niet voldoende effect sorteert, moeten er in de periode die resteert tot 1-1-2005 alsnog extra inspanningen worden gepleegd om het toeristisch dagbezoek aan Delft te stimuleren. Mocht deze doelstelling alsnog onhaalbaar blijken (bv door externe factoren), dan dient deze in overleg met de provincie naar beneden toe te worden bijgesteld.

Verdere aandachtspunten voor dit themaprogramma: het bijhouden van gegevens rond de woon-werkbalans en de gegevens van het aantal fase 4 uitkeringsgerechtigden die wel en niet bij het arbeidsbureau staan ingeschreven.

q       Themaprogramma Wonen: Voor wat dit programma betreft, ligt Delft redelijk ‘op schema’.

Verdere aandachtspunten voor dit themaprogramma: Het tempo van het opplusprogramma voor woningen moet omhoog. In 2000 is van de 2000 op te plussen woningen nog niets gerealiseerd. Er wordt momenteel druk overlegd met de Delftse corporaties om deze doelstelling alsnog te halen door het tempo van de uitvoering van opplusprogramma’s te versnellen. In de MRSV en in deze MR-ISV zijn hiervoor budgetten gereserveerd.

q       Themaprogramma Duurzaamheid: Delft ligt op dit gebied in het algemeen ‘op schema’.

Verdere aandachtspunten voor dit themaprogramma: De uitvoering van de opgenomen projecten voor ISV geluidssanering van woningen. De aanlevering van gegevens omtrent energieverbruik en energiebesparing.

q       Themaprogramma Mobiliteit: Het autogebruik in Delft stijgt terwijl deze had moeten dalen (ISV-doelstelling). Als deze stijging niet toe te schrijven is aan tijdelijke fluctuaties en de ingezette programma’s niet voldoende effect sorteert, moeten er in de periode die resteert tot 1-1-2005 alsnog extra inspanningen worden gepleegd om het autogebruik te beperken en/of het gebruik van openbaar vervoer en fiets te stimuleren. Mocht deze doelstelling alsnog onhaalbaar blijken, dan dient deze in overleg met de provincie naar beneden toe te worden bijgesteld.

Verdere aandachtspunten voor dit themaprogramma: Het behalen van de doelstelling met betrekking tot het beperken van de doorgaande functie op nog 3 wegvakken extra (er is in 2000 slechts op 1 wegvak een beperking van de doorgaande functie gerealiseerd terwijl 4 de doelstelling is).

q       Themaprogramma Leefbaarheid: Delft is in 2000 landelijk op nummer 39 komen te staan wat het aantal gepleegde geweldsdelicten betreft. Het per 1-1-2005 bereiken van plaats 33 of lager was de ISV-doelstelling. Een ongunstiger plaats in 2000 betekent dus een verkeerde ontwikkeling. Als deze ‘terugval’ niet toe te schrijven is aan tijdelijke fluctuaties en het huidig beleid niet voldoende effect sorteert, moeten er in de periode die resteert tot 1-1-2005 alsnog extra inspanningen worden gepleegd om het aantal geweldsdelicten in Delft alnog te beperken. Mocht deze doelstelling alsnog onhaalbaar blijken, dan dient deze in overleg met de provincie naar beneden toe te worden bijgesteld.

Verdere aandachtspunten voor dit themaprogramma: Intensivering van reeds lopend BAW-project met betrekking tot zelfstandige huisvesting van dak- en thuislozen. Het gesignaleerde tekort aan sport- en spelmogelijkheden voor 10-19 jarigen zal door de tijdige realisatie van skatevoorzieningen op de middenberm van de Provinciale Weg, worden ingelost in het kader van het EZH-programma.  

 

De procesmatige monitor 2000 geeft voor alle lopende ISV programma’s en projecten globaal weer wat de voortgang is (start planvorming, bestuurlijke besluitvorming, in uitvoering, resp voltooid), wie verantwoordelijk is en aan welke te bereiken effecten wordt bijgedragen. Voor meer gedetailleerde informatie over de gegevens wordt verwezen naar de bijlagen. Er zijn momentaal in totaal 42 ISV-programma’s/ projecten in gang gezet. De balans is dat hiervan per 1-1-2000 slechts 3 projecten/ programma’s (1% van het totaal) zijn voltooid, en dat er 11 projecten (26%) in uitvoering zijn. De meeste projecten/ programma’s zitten in het stadium van de voorbereiding: maar liefst 24 projecten/ programma’s (56%) verkeren nog in het stadium van de start van de planvorming en 3 projecten/programma’s (1% van het totaal) heeft de bestuurlijke besluitvorming al achter de rug. Inhoudelijk gezien, is er een redelijke ‘match’ met de te bereiken effecten: voor alle te bereiken effecten zijn projecten of programma’s in gang gezet, doch het aantal lage projecten/ programma’s dat het stadium van uitvoering voltooiing heeft bereikt, moet omhoog om de te bereiken effecten ook echt te halen.

 

De belangrijkste resultaten van de monitor 2000 zijn samenvattend, dat extra aandacht nodig is voor de volgende onderwerpen:

1.       stimulering dagtoerisme

2.       beperking automobiliteit en/of stimulering gebruik openbaar vervoer en fiets

3.       beperking aantal geweldsdelicten

4.       voltooiing van lopende ISV projecten en programma’s

 

Het is op dit moment niet zeker of het in gang gezette beleid en de uitvoering ervan voldoende effect zal sorteren. Dit betreft o.a. (de uitvoering van) het Marketingplan Toerisme, het programma autoluwe binnenstad, het belanghebbendenparkeren in de Olofsbuurt en het Westerkwartier resp. in de schil van de binnenstad, het Integraal Veiligheidsbeleid en het projectmatig werken. Vooralsnog is de conclusie dat Delft voor wat de uitvoering van haar ISV programma betreft, wel ‘op koers’ maar nog niet voldoende ‘op schema’ ligt. Aan de hand van de resultaten van de monitor 2001 zal moeten worden bezien of  de uitvoering van het huidig beleid (ISV-breed) alsnog extra inspanningen vereist dan wel dat in overleg met de provincie bijstelling van de ISV-doelstellingen moet plaatsvinden.

 

 

 

3.7       Beleid Stedelijke Vernieuwing samengevat.

 

Voor de komende planperiode wordt in totaal ongeveer € 24,3 miljoen euro gereserveerd voor stedelijke vernieuwing. Dit is ca. € 10,7 mln. euro hoger dan in de vorige MR-ISV nog het geval was (nl. € 13,6 miljoen euro). Dit wordt veroorzaakt doordat in deze raming wordt aangenomen dat de provincie Zuid Holland zal ingaan op het verzoek van Delft om overdracht van de zgn. Wbb-gelden naar het ISV. De aldus gevormde ISV-gelden zijn bedoeld voor de volgende prioriteiten:

q       Voortzetting van het ingezette stadsvernieuwingsbeleid in en na 2003, te weten de bevordering van herstructurering en leefbaarheid, het opplussen van de woningvoorraad, gevelaanpak, wonen boven winkels, monumenten, verhuis- en bedrijvensubsidies, voorbereidingskosten en de uitvoering van drainage-maatregelen in de binnenstad;

q       Bijdragen aan de overige prioriteiten uit het DOP, voor zover zij niet elders gedekt worden. Het gaat hier om de revitalisering en verduurzaming van het gebied Schie-oevers, de ontwikkeling van het TU-terrein, het Aardewerkcentrum, de Stadshal, het programma van de autoluwe binnenstad, water en ecologie, bodemsaneringen (incl. een aantal voormalige Wbb-locaties), geluidssanering, veiligheid, Twinning centre, service- en informatiepunten en enkele nieuwe sociaal-culturele, educatieve en sportvoorzieningen, en het Brede School concept waar onder de verplaatsing van een of meer scholen. Verder zal geinvesteerd worden in drie projecten in het kader van het Provinciaal Grote Stedenbeleid (PSB).

 

3.8     Van beleid naar uitvoering

 

De in het Ontwikkelingsprogramma geformuleerde ‘te bereiken effecten’ moeten ook echt worden bereikt. Dit gebeurt via de uitvoering van de geformuleerde en diverse in uitvoering zijnde projecten en programma’s. Tussentijds en achteraf wordt in het kader van het ISV bezien of de resultaten zijn behaald. Daartoe is een zgn. (kwaliteitszorgsysteem ofwel) ISV-monitorsysteem ontwikkeld.

 

De diverse ISV-projecten en programma’s zijn voor de raming bijeengebracht in het navolgende overzicht. De Meerjarenraming ISV wordt jaarlijks geactualiseerd en vastgesteld door de Raad. Voorts is een inhoudelijke koppeling gelegd tussen de MR-ISV en de gemeentelijke begrotingscyclus (Zomernota en Beheersbegroting). Aldus ontstaat een instrumentarium om de uitvoering van het ISV-programma aan te sturen en de geformuleerde ambities ook echt waar te maken.


HOOFDSTUK 4.                                                    TOTAALOVERZICHT MR-ISV 2001 - 2004

 

 


 

 


HOOFDSTUK 5.                                                                        TOELICHTING PER POST

 

 

5.1       Uitgaven

 

UITGAVEN THEMAPROGRAMMA WONEN

 

1.                  GEVELAANPAK BINNENSTAD

 

            Dit is een voortzetting, vanaf 2004, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing geraamde bedrag ad ƒ 150.000,- (€ 68.067,-) per jaar. Overeenkomstig de vorige MR-ISV wordt voorgesteld om de huidige budgetten in de subsidieverordening stadsvernieuwing na die tijd ongewijzigd te handhaven. Een en ander houdt verband met te bereiken effecten in de sfeer van bevordering van het toerisme (E4, nr.4)

 

2.                  SUBSIDIE WONEN BOVEN WINKELS BINNENSTAD

 

            Dit betreft een voortzetting, vanaf 2004, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing geraamde bedrag ad f. 32.000,- (€ 14.521,-) per jaar. Overeenkomstig de vorige MR-ISV wordt voorgesteld om de huidige budgetten in de subsidieverordening stadsvernieuwing na die tijd ongewijzigd te handhaven. Een en ander houdt verband met te bereiken effecten in de sfeer van bevordering van het toerisme (E4, nr.4)

 

3.                  SUBSIDIE MONUMENTEN

 

            Dit is een voortzetting, vanaf 2004, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing geraamde bedrag ad f. 1.000.000,- (€ 453.780,-) per jaar. Overeenkomstig de vorige MR-ISV wordt voorgesteld om de huidige budgetten in de subsidieverordening stadsvernieuwing na die tijd ongewijzigd te handhaven. Dit in verband met het volgende te bereiken effect: verbetering van minimaal 100 gemeentelijke en 20 Rijksmonumenten per 1-1-2005 (W5, nr. 9).

 

4.                  SUBSIDIE VERHUIS- EN HERINRICHTINGSKOSTEN

 

            Dit betreft een voortzetting, vanaf 2004, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing geraamde bedrag ad f. 250.000,- (€ 113.445,-) per jaar. Overeenkomstig de vorige MR-ISV wordt voorgesteld om de huidige budgetten in de subsidieverordening stadsvernieuwing na die tijd ongewijzigd te handhaven. Een en ander houdt verband met het volgende te bereiken effect van het themaprogramma wonen: een grotere differentiatie in prijs en kwaliteit in de huur- en koopsector (W1, nr. 5).

 

5.                  VOORLICHTING EN INSPRAAK

 

            Dit is een voortzetting, vanaf 2004, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing geraamde bedrag ad f. 20.000,- (€ 9.076,-) per jaar. Het betreft eenmalige kosten, verband houdende met voorlichtings- en inspraakbijeenkomsten, overeenkomstig de vorige MR-ISV.

 

 

6.                  VOORBEREIDINGSKOSTEN ISV

 

            Het betreft hier voorbereidingskosten van verschillende vakteams, verband houdende met in het ISV opgenomen programma’s en projecten. Tevens zijn in deze post de voorbereidingskosten opgenomen, verband houdende met de voortzetting van het herstructureringsprogramma van woonwijken na 1-1-2004. De budgethoogte is hetzelfde als in de MR-ISV 2000-2004 het geval was.

 

7.                  BEVORDERING HERSTRUCTURERING EN LEEFBAARHEID

 

            Dit is een voortzetting, vanaf 2004, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing geraamde bedrag voor de bevordering van de herstructurering en de leefbaarheid van wijken. In deze categorie zal te zijner tijd ook een eventuele bijdrage worden ondergebracht ten behoeve van de uitvoering van het convenant met de gemeente Schipluiden over onder meer de herstructurering van de Harnaschpolder. Een en ander houdt verband met het volgende te bereiken effect van het themaprogramma wonen: een grotere differentiatie in prijs en kwaliteit in de huur- en koopsector (W1, nr. 5). Voor verdere toelichting op deze post wordt verwezen naar de Meerjarenraming Stadsvernieuwing (MRSV).

 

8.                  OPPLUSSEN WONINGVOORRAAD

 

            Dit betreft een voortzetting, vanaf 2003, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing opgenomen opplusprogramma voor huurwoningen. Voorstel is om de huidige afspraken met de corporaties ook na die tijd te handhaven (i.v.m. het te bereiken effect, W3, nr. 7). De budgethoogte is hetzelfde als in de MR-ISV 2000-2004 het geval was.

 

UITGAVEN THEMAPROGRAMMA ECONOMIE

 

9.         ONTWIKKELING TU-GEBIED

 

            Deze post is opgenomen om de herontwikkeling van het TU-terrein ter hand te kunnen nemen, samen met private investeerders en de TU Delft. Een en ander ter uitwerking van het in het DOP opgenomen gebiedsgerichte programma “TU-gebied”.     

 

Resume ISV-bijdragen TU-gebied


 

 


10.               BEDRIJVENSUBSIDIE BINNENSTAD

 

            Dit betreft een voortzetting, vanaf 2004, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing geraamde bedrag ad f. 450.000,- (€ 204.201,-) per jaar. Voorstel is overeenkomstig de vorige MR-ISV de huidige budgetten voor bedrijven in de subsidieverordening stadsvernieuwing na die tijd ongewijzigd te handhaven. Een en ander houdt verband met te bereiken effecten in de sfeer van bevordering van het toerisme (E4, nr.4) en een gunstige ontwikkeling van het aantal arbeidsplaatsen (DOP-doelstelling E1, nr. 1).

 

11.               REVITALISERING EN VERDUURZAMING SCHIE-OEVERS

           

            Een van de in het DOP opgenomen gebiedsgerichte programma’s is de revitalisering en de verduurzaming van het bedrijventerrein Schie-oevers. Het project wordt door de gemeente uitgevoerd in samenwerking met de Bedrijvenkring Schie-oevers. Hiertoe wordt tussen de gemeente en de BKS een contract afgesloten.      

 

            Resume ISV-bijdragen revitalisering en verduurzaming Schie-oevers

 


 

 


12.               BIJDRAGE AARDEWERKCENTRUM

 

De gemeente Delft wil in verband met de verdere uitbouw van de bekendheid van de stad Delft als aardewerkstad en daarmee van het toerisme, de realisatie van een nieuwe toeristische voorziening op aardewerkgebied bevorderen.

 

Resume ISV bijdrage Aardewerkcentrum


 

 


13.               BIJDRAGE STADSHAL

 

            Het gaat hier om de realisatie van een gebouw waarin plaats is voor werkplaatsen en atelierruimtes voor architecten, ontwerpers en kunstenaars. Daarnaast wordt een ruimte ingericht als ‘publieksgedeelte’ voor tentoonstellingen, symposia, informatie enz. Vanuit het ISV wordt gezien de relatie met de te bereiken doelstellingen en het te verwachten tekort, een financiële bijdrage geleverd.


            Resume ISV bijdragen Stadshal


 

 


14.               BIJDRAGE TWINNING CENTRE (RADEX/BTC)

 

            Met dit project ICIT beoogt Delft, samen met Rotterdam, het aantal bedrijven in de IT-sector te vergroten. Naast de lokale invulling van het Twinning concept worden via ICT ook bedrijven gesteund met managementondersteuning en financiën die niet door Twinning worden gefinancierd.                            

 


            Resume ISV bijdrage Twinning Centre


 

 


UITGAVEN THEMAPROGRAMMA MOBILITEIT

 

15.               BIJDRAGE AUTOLUWE BINNENSTAD

 

            In het kader van het autoluw-plus maken van de Delftse binnenstad, wordt de komende jaren een reeks van activiteiten, maatregelen en projecten uitgevoerd. Een van de activiteiten betreft de herinrichting van de Markt en de overeengekomen monitoring rond parkeren, runshopplaatsen, gebruik, omzet van winkels e.d. in de binnenstad.

 

Resume ISV bijdragen Autoluwe Binnenstad


 

 


UITGAVEN THEMAPROGRAMMA DUURZAAMHEID

 

16.               DRAINAGEMAATREGELEN BINNENSTAD

 

            Deze post is een voorzetting van de in de MRSV opgenomen post voor drainage-maatregelen in de binnenstad. Het doel van deze maatregelen is de overlast ten gevolge van grondwater tegen te gaan. De MRSV-post ad f. 100.000,- (€ 45.000,-) per jaar wordt per 2004 verhoogd tot f. 200.000,- (€ 91.000,-) gezien de naar verwachting hogere kosten van diverse te treffen civieltechnische maatregelen.

 

17.               BIJDRAGE WATER EN ECOLOGIE

 

            In het kader van het Waterplan wordt een programma ‘water en ecologie’ uitgevoerd. Dit programma behelst een groot scala aan activiteiten, maatregelen en projecten. Een zestal daarvan ontvangen, omdat zij passen binnen het DOP en de definitie van stedelijke vernieuwing čn omdat zij in de financiering met een tekort te kampen hebben, een bijdrage uit het ISV. Hieronder volgt per (sub)onderwerp een beschrijving.

           

            Water in Ecodus

            In het kader van dit project wordt het huidige watersysteem en de waterkwaliteit in de wijk Ecodus verbeterd. Tevens wordt in samenwerking een beheersplan opgesteld. De ervaringen worden gebruikt bij het opstellen van een stappenplan voor andere projecten op dit gebied in Delft.

 

            Afkoppelen regenwater in Wippolder

            In het kader van dit project worden voorstellen opgesteld en uitgevoerd voor:

ˇ       open afvoer van regenwater van daken via molgoten naar straatkolken

ˇ       toepassing van geperforeerde leiding voor de infiltratie van regenwater afkomstig van daken en wegen

ˇ       regeling van grondwaterpeil middels infiltratie en drainage

ˇ       afvoer van overtollig regenwater en grondwater naar buffersloten met peilfluctuatie

ˇ       toepassing van natuurlijke zuivering in buffersloten en een natuurvriendelijke inrichting van de oevers

ˇ       aanvullende bouwvoorschriften t.a.v. gebruik van materialen bij reparaties, verbouwingen en renovaties van woningen ter voorkoming van diffuse verontreiniging.

 

            Verbetering ecologische hoofdstruktuur

            Bij dit project wordt gestreefd naar vergroting van de natuurwaarden in het stedelijk gebied van Delft, het verbeteren van de ecologische relaties tussen stad en land en de realisatie van een zoveel mogelijk zelfregulerend ecologisch systeem.

 

            Verminderen van grondwateronttrekkingen

            Dit deelproject richt zich op het onderzoeken van de effecten van het verminderen van grondwateronttrekkingen in Delft en het in relatie daarmee aanpakken van enkele wateroverlastgevoelige gebieden in Delft

 

            Opschalen proefproject Tanthof

            Het betreft hier de uitbreiding van het in het Waterplan opgenomen proefproject Tanthof West naar de rest van de wijk Tanthof.

 

 

Ontwerp en inrichting watersysteem Poptahof

            Dit deelproject van het Waterplan richt zich op de verbetering van het ontwerp en de inrichting van het watersysteem in de wijk Poptahof.

 

            Resume ISV bijdragen programma Water en Ecologie


 



 

 


18.       BODEMSANERINGEN ISV

 

Het ISV-programma bodemsaneringen (herijkingsmodule ISV-bodemsanering) bestaat inmiddels uit elf bodemsaneringsprojecten, die alle – mits de provincie instemt met het Delftse verzoek tot overheveling – gefinancierd kunnen worden via de in het ISV over te hevelen provinciale Wbb-gelden. Ondanks het feit dat dit op dit moment nog niet zeker is, gaat deze MR-ISV hier wel van uit; zonodig zal volgend jaar (MR-ISV 2002-2004) op dit punt bijstelling plaatsvinden in die zin dat indien de provincie niet akkoord gaat met bepaalde projecten, deze alsdan in het kader van het ISV komen te vervallen (uiteraard onder de voorwaarde dat het te bereiken effect op dit punt – zie DOP – niet in gevaar komt). Hieronder volgt per deelproject nadere informatie en een resume van de opgenomen budgetten.

           

Oostsingel 151-152

Dit project behelst het uitvoeren van een aanvullend bodemonderzoek, het opstellen van een saneringsplan en het uitvoeren van de bodemsanering, incl. de evaluatie ervan.

 

Delfgauwseweg 64-80

Dit deelproject behelst het opstellen van een saneringsplan en het uitvoeren van bodemsanering incl. evaluatie.

 

Scheepmakerij 5-12

Dit project behelst het uitvoeren van een aanvullend bodemonderzoek, het opstellen van een saneringsplan en het uitvoeren van bodemsanering incl. de evaluatie ervan.

 

Uitweg

Dit project behelst het uitvoeren van bodemsanering incl. de evaluatie hiervan.

 

Gasfabrieksterrein Zuidwal

Hier gaat het om het nader onderzoeken van de resterende nog niet voldoende onderzochte deellocaties van het voormalig gasfabrieksterrein Zuidwal. Opgenomen zijn geraamde onderzoeks- en saneringskosten.

 

Raamsaneringsplan.

Dit project is erop gericht om een raamsaneringsplan op te stellen voor sterk verontreinigde G4 zones in Delft, zodat stagnaties bij de uitvoering van bouw- en inrichtingsprojecten wordt voorkomen.

 

Onderzoekslocaties Spoorzone

Dit deelproject van het gebiedsgericht programma Spoorzone behelst onderzoek naar verdachte locaties van bodemverontreiniging in overleg met de provincie Zuid Holland. Opgenomen zijn de kosten van een indicatief bodemonderzoek teneinde aard en omvang van de verontreiniging vast te stellen.

 

Rotterdamseweg 366-372

Dit is een bedrijventerrein dat deel uitmaakt van het gebiedsgericht programma Schie-oevers. Opgenomen zijn verwachte onderzoekskosten teneinde aard en omvang van de verontreiniging vast te stellen.

 

Rotterdamseweg thv 390

Dit is een persleidingtrace dat deel uitmaakt van het gebiedsgericht programma Schie-oevers. Opgenomen zijn geraamde onderzoekskosten teneinde aard en omvang van de verontreiniging vast te stellen.

 

Zuidpoort veld 9 en 10

Dit betreft een onderdeel van het gebiedsgericht programma Binnenstad/Zuidpoort. Opgenomen zijn geraamde onderzoekskosten teneinde aard en omvang van de verontreiniging vast te stellen.


 

 

Resumé ISV-bijdragen bodemsaneringen


 

 

 


19.       GELUIDSSANERINGEN ISV (A-LIJST)

 

            Om de geluidsbelasting van woningen terug te brengen, moeten er geluidsisolerende maatregelen bij bestaande woningen worden aangebracht. Voor een deel van de kosten, wordt een bijdrage van VROM/provincie in het ISV gestort (zie punt 3, inkomsten).

 

 

Resume bijdrage ISV tbv geluidssaneringen

 

 


 

 



           

           

UITGAVEN THEMAPROGRAMMA LEEFBAARHEID

 

20.       UITVOERING BOUWTRAJECTEN BUURTACCOMMODATIES

 

            In het DOP is als te bereiken doelstelling opgenomen, dat er zoveel mogelijk goed gebruikte accommodaties moeten komen/zijn in Delft (DOP-doelstelling L5, nr. 23). Per 1-1-2005 dienen minimaal 4 nieuwe buurtaccommodaties te zijn gebouwd. Naast de gelden vrijgemaakt in de MRSV en in de gemeentebegroting is daarom voor dit doel overeenkomstig de vorige MR-ISV ook in deze ISV raming geld opgenomen. Het bedrag ad ƒ 2 mln. (€ 908.000,-) in 2003 en 2004 is gereserveerd voor de bouw van het nu lopende bouwprogramma voor vier nieuwe buurtaccommodaties. Vanwege de bouwkostenstijgingen is in deze raming – in tegenstelling tot de voorafgaande raming - afgezien van het voornemen om nog een nieuwe buurtaccommodatie in de Voorhof te bouwen.

 

21.       FYSIEKE MAATREGELEN PROJECTEN VEILIGHEIDSPLAN

 

            In het kader van het integraal veiligheidsbeleid worden plannen gemaakt om tot een veilig(er) woon-, leef- en uitgaansklimaat te komen in Delft.

 

Resume ISV bijdragen tbv fysieke maatregelen Veiligheidsplan


 



           

 


22.       BIJDRAGE SPORTHALLEN/ SPORTZALEN

 

            Dit project wordt zoals gemeld in de vorige MR-ISV gestart met een onderzoek naar toekomstmogelijkheden voor de gemeentelijke sporthallen en gymzalen en naar het initiatief van SV Wippolder voor nieuwbouw van een verenigingshal. Daarna zal de realisatie/ opknapbeurt van enkele sporthallen/zalen ter hand worden genomen.

 

 

 

 

 

            Resume ISV bijdragen sporthallen/ sportzalen


 



           

 

 


23.       DIVERSE SPORT- EN SPELVOORZIENINGEN

 

            Dit programma kent twee deelprojecten:

q       aanpassing gebouw SV Geerweg: het bestaand gebouw wordt geschikt gemaakt voor gebruik door meerdere functies. Onder andere wordt een relatie gelegd met het vensterschoolconcept t.b.v. de Delftse Schoolvereniging

q       multifunctionele bocciabanen: het realiseren van overdekte bocciabanen in samenhang met de vestiging van jeu de boulesvereniging Midi op sportpark Biesland

 


Resume ISV bijdragen diverse sport- en spelvoorzieningen.


 


           

 

24.       VERPLAATSING SCHOLEN/ VENSTERSCHOOLCONCEPT

 

            Dit project betreft de verplaatsing van de locatie Jac. P. Thijsse van de Freinetschool Delft van de Frederik van Eedenlaan naar elders in deze straat. Tevens behelst dit programma een bijdrage aan de realisatie van het brede schoolconcept, waarvoor elders (o.a. in de MRSV) ook gelden zijn vrijgemaakt.

 

 

 

 

            Resume ISV bijdragen verplaatsing scholen/ Brede Schoolconcept


 

 


25.       SERVICE- EN INFORMATIEPUNTEN

 

            Een laatste ISV-programma behelst het ontwikkelen van informatiepunten in wijken, zo mogelijk in combinatie met het vensterschoolprogramma.

 

            Resume ISV-bijdragen service- en informatiepunten


 


 


26.       PROVINCIAAL GROTE STEDENBELEID

 

In dit kader wordt gekozen voor een wijkgerichte inzet van middelen, waarmee de herstructureringswijken Voorhof en Buitenhof een reeds lopend project voor de realisatie van een buurtaccommodatie geintensiveerd wordt en twee nieuwe projecten in het kader van de Brede School worden uitgevoerd.

 

            Samenwerking buurtaccommodatie Poptahof

Dit project betreft het beheer van de binnenkort nieuw te bouwen buurtaccommodatie in de Poptahof. Het gaat hierbij met name om het combineren van functies en onderlinge samenwerkingsverbanden tussen de diverse gebruikers van deze buurtaccommodatie en het vanuit de nieuwe accommodatie verder stimuleren van het sociaal (wijk)beheer. Mogelijk wordt in de toekomst uit dit budget ook een bijdrage voor de inrichting en exploitatie van de accommodatie gegeven.

 

Brede School Cultuurproject

Dit project behelst investeringen in podiumuitrusting, kunstateliers en materiaal- en leskisten, alle gericht op inzet in de wijken Voorhof en Buitenhof. In de genoemde wijken wordt een brede schoolruimte geschikt gemaakt voor podiumkunsten en een ruimte ingericht als multifunctioneel atelier voor beeldende en schrijfactiviteiten. Er wordt daarnaast voorzien in materialen en voorzieningen alsmede in ondersteuningen en begeleiding. Voorts worden 12 multi-inzetbare kisten met materialen en instrumenten voor de wijken ter beschikking gesteld.

 

Brede School Zorgproject

In het kader van dit project wordt in Buitenhof en Voorhof  per wijk een ouder en kind zorgteam opgericht. Deze teams bestaan uit deskundigen van diverse disciplines die achterstanden bij kinderen vroegtijdig signaleren en via een goede samenwerking zorg verlenen. Het is de bedoeling dat de teams per wijk een plaats krijgen in bestaande of nieuwe gezondheidsaccommodaties voor eerste lijns gezondheidszorg. In het kader van dit project wordt primair geinvesteerd in de inhoudelijke samenwerking tussen de betrokken professionals in de wijk, maar kan ook een bijdrage worden gegeven aan een nieuw ouder- en kindzorgbureau in de wijk Voorhof. Het project betreft verder een pilot voor het bovenlokale programma ‘integrale jeugdgezondheidszorg’, dat inmiddels met diverse zorginstellingen en gemeenten is opgezet.

 

            Resume ISV bijdragen PSB


 



           

 


5.2        Inkomsten

 

1.         ISV-BIJDRAGE PROVINCIE ZUID HOLLAND

 

Het indicatief budget van de provincie Zuid Holland voor de stedelijke vernieuwing in Delft is in februari 2000 met de vaststelling van de nota ‘Provinciale taken Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing’ vastgesteld op afgerond ƒ  25,3 mln (€ 11,5 mln. euro). Voor wat betreft de verdeling over de vijf jaarschijven blijkt de uitbetaling enigszins vetraagd op gang te komen. De verwachting is dat dit leidt tot iets hogere inkomsten in het boekjaar 2001 dan de jaren erop.

 

2.          WBB-GELDEN PROVINCIE ZUID HOLLAND

 

            De gemeente Delft heeft bij de indiening van haar Ontwikkelingsprogramma bij de provincie Zuid Holland ook de zgn. Wbb-gelden geclaimd. De bedoeling is dat deze gelden na ontvangst door de gemeente Delft in de te vormen gemeentelijke kasreserve ‘stedelijke vernieuwing’ (ISV-fonds) worden gestort. Werd in 2000 nog rekening gehouden met afgerond ƒ 3.512.000,- (€ 1.594.000,-), thans heeft de gemeente via de herijkingsmodule gevraagd in totaal ƒ 27.040.000,- (€ 12.270.217,-) over te hevelen naar het ISV. Thans lopen nog besprekingen met de Provincie over de haalbaarheid van deze claim.

 

3.         GEVELISOLATIE-GELDEN PROVINCIE ZUID HOLLAND

 

Separaat aan de ISV-gelden heeft de gemeente Delft bij de provincie Zuid Holland de gelden voor gevelisolatie van woningen geclaimd. Gezien de inhoudelijke relatie met het DOP is ook hiervoor afgesproken dat deze gelden in het te vormen ISV-fonds zullen worden gestort. Het betreft hier overigens een lopend programma, deels in samenwerking met de gemeente Pijnacker.

 

4.         PSB-GELDEN PROVINCIE ZUID HOLLAND

 

Separaat aan de ISV-gelden heeft de gemeente Delft met de provincie Zuid Holland inmiddels afspraken gemaakt over de gelden voor Provinciale Grote Stedenbeleid. Gezien de inhoudelijke relatie met het DOP is ook hiervoor afgesproken dat deze gelden in het te vormen ISV-fonds zullen worden gestort.

 

5.         RENTE/ PRIJSCOMPENSATIE.

 

            Tot 1997 is het systeem gehanteerd van de bijschrijving van de omslagrente. Op grond van de nota reserves is besloten vanaf 1-1-1998 dit te wijzigen in toevoeging van een rentepercentage dat overeenkomt met de prijscompensatie. In 2001 is dit 2,25%, in de jaren daarna 4,5%.

 

 

HOOFDSTUK 6.                                                                                INSPRAAKPROCEDURE

 

 

Het concept voor de Meerjarenraming Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing 2001-2004 is van 15 oktober tot 27 oktober 2001 ter visie gelegd. Op 16 oktober 2001 is een inloopspreekuur voor belanghebbenden georganiseerd. Een en ander is in de plaatselijke pers bekend gemaakt. Belanghebbenden zijn met deze procedure in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren, dan wel zijn of haar zienswijze kenbaar te maken. Op het inloopspreekuur hebben zich geen belanghebbenden gemeld. Wel zijn –door drie Delftse woningbouwcorporaties- schriftelijk zienswijzen ingediend bij ons college. Deze zienswijzen hebben niet geleid tot wijziging van de concept MR-ISV, omdat een aantal ‘claims’ reeds kunnen worden gehonoreerd via de voorliggende MR-ISV en andere naar ons oordeel geen betrekking hebben op deze Meerjarenraming. De zienswijzen worden hieronder punt voor punt beschreven.

 

1.    Woningbouwcorporatie Duwo: gaat ervan uit dat eventuele financiele verplichtingen voortkomend uit de nieuwe prestatie-afspraken tussen gemeente en corporaties, in de MR-ISV zijn opgenomen.

 

Reactie: Het ter visie gelegde concept voor de MR-ISV houdt rekening met de prestatieafspraken, zoals deze ten tijde van de opstelling van het stuk ‘vigeerden’. Een voorbeeld hiervan zijn de met het ‘opplussen’ verband houdende budgetten. Over nieuwe prestatieafspraken wordt momenteel overlegd tussen de (gezamenlijke) corporaties en de Gemeente Delft. Het is niet mogelijk daar nu reeds rekening mee te houden. Mochten vernieuwde prestatieafspraken leiden tot (door de corporaties onderbouwde) financiele ‘claims’ bij de Gemeente Delft, en wij zijn van oordeel dat een gemeentelijk bijdrage gerechtvaardigd is, dan zullen wij ons daarna beraden over de financiering daarvan. Hierbij zal wat ons betreft niet op voorhand een beroep kunnen worden gedaan op de MR-ISV. In algemene zin gaat ons college ervan uit dat de Delftse woningbouwcorporaties overeenkomstig het landelijk beleid kunnen worden geacht de eigen verantwoordelijkheid op het gebied van de volkshuisvesting meer en meer op te pakken, zodat specifieke op hen gerichte overheidssubsidies in de toekomst in principe niet (meer) aan de orde zullen zijn, temeer daar met name de Delftse (woningmarkt)situatie kostendekkende exploitaties veelal gewoon mogelijk maakt.

 

2.    Woningbouwcorporatie Duwo: wil voor de financiering van ‘eventuele onrendabele investeringen in het TU-gebied’ een beroep kunnen doen op de MR-ISV.

 

Reactie: Ons college hanteert het principe dat uit de MR-ISV geen onrendabele investeringen van marktpartijen of corporaties worden gesubsidieerd. In de MR-ISV zijn onder post 9 (‘ontwikkeling TU-gebied’) wel bepaalde gemeentelijke kosten opgenomen voor het TU-gebied. Voorts kan, mits projecten verder zijn uitgewerkt en er sprake is van een gemeentelijk belang, in principe in 2004 een beroep worden gedaan op MR-ISV post 7 ‘bevordering herstructurering en leefbaarheid’. Vooralsnog wijzen wij er echter op, dat de TU hierin als eigenaar van de grond de belangrijkste taak zal hebben.

 

3. Woningbouwcorporatie Vestia: vraagt subsidie uit de MR-ISV voor de zgn. Vermeertoren (van Foreestweg, hoek Provinciale Weg).

 

Reactie: Ons college hanteert het principe dat uit de MR-ISV geen onrendabele investeringen van marktpartijen of corporaties worden gesubsidieerd.

 

4.  Woningbouwcorporatie Vestia: wenst handhaving van het budget verhuis- en herinrichtingskosten.

 

Reactie: In de MRSV is conform het verzoek de post verhuis- en herinrichtingskosten t/m 2003 gehandhaafd. In de MR-ISV wordt de regeling daarnaast in 2004 gecontinueerd via post 4 ‘subsidie verhuis- en herinrichtingskosten’. Omdat de ISV bijdragen van de provincie ZH niet geindexeerd zijn en gezien de huidige onderschrijdingen op dit budget, heeft ons college er niet voor gekozen de verhuis- en herinrichtingskosten-bijdrage te indexeren.

 

5.    Woningbouwcorporatie Vestia: wenst een budget voor herinrichting van de woonomgeving voor een aantal door haar in voorbereiding genomen (of te nemen) projecten.

                                                          

Reactie: Voor de Wippolder fase 2 zitten gelden in de MRSV. In de voorliggende MR-ISV is onder post 7 (categorie ‘themaprogramma wonen’) in het jaar 2004 een budget vrijgemaakt voor de bevordering herstructurering en leefbaarheid. Voor overige projecten kan hier in principe een beroep op worden gedaan mits het gaat om herinrichting van het openbaar gebied als gevolg van deze plannen. Voorwaarde is wel dat de betreffende projecten verder zijn uitgewerkt.

 

6.  Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie voor communicatieplannen, verband houdende met de betreffende projecten.

 

Reactie: De kosten voortkomende uit het informeren van huurders dienen naar ons oordeel zonder meer voor rekening te komen en te blijven van de corporaties. Voor een aantal gemeentelijke kosten rond voorlichting en inspraak is in de MR-ISV wel een post opgenomen (zie ‘themaprogramma wonen’, post 5).

 

7.  Woningbouwcorporatie Vestia: wenst extra subsidie op het realiseren van gebouwde of ondergrondse parkeeroplossingen voor nieuwbouw van sociale huurwoningen in herstructureringsgebieden waar geen sprake is van betaald parkeren.

 

Reactie: Ons college hanteert het principe dat uit de MR-ISV geen onrendabele investeringen van marktpartijen of corporaties worden gesubsidieerd. Voorts constateren wij dat een dergelijke claim niet past in de ISV-doelstellingen (themaprogramma mobiliteit).

 

8.  Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie voor de aankoop van de Mattheuskerk en de Burney Bosschool.

 

Reactie: Ons college hanteert het principe dat uit de MR-ISV geen onrendabele investeringen van marktpartijen of corporaties worden gesubsidieerd. Voorts constateren wij dat deze projecten (nog) niet zijn uitgewerkt zodat niet kan worden beoordeeld of dergelijke aankopen passen binnen de ISV-doelstellingen.

 

9. Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie voor de drainage van het hofje van Pauw.

 

Reactie: Een dergelijke uitgave past op zich niet in ons beleid, daar het betreffend hofje formeel gezien geen openbaar gebied betreft. Desondanks is ons college van oordeel dat gezien het gemeentelijk belang bij het goed functioneren van dit hofje onder bepaalde voorwaarden een beperkte bijdrage voor deze drainagemaatregelen ondergebracht kan worden in de MRSV (zie aldaar). 

 

10.   Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie voor extra ondergrondse vuilcontainers.

 

Reactie: De financiering van het programma ondergrondse containers is reeds gedekt via andere trajecten (EZH-gelden, reinigingsrechten, reguliere budgetten alsook via een bijdrage van de corporaties zelf), zodat een bijdrage vanuit de MR-ISV niet aan de orde is.

 

11.   Woningbouwcorporatie Vestia: wenst extra stimuleringssubsidie voor het verkrijgen van deelcertificaat veilig wonen voor bestaande corporatiewoningen.

 

Reactie: Als het gaat om het ‘veilig wonen’ heeft de Gemeente Delft in principe een taak als het gaat om een veilig openbaar gebied en de corporaties/eigenaren als het gaat om veilige woningen en complexen. Een ambtelijke projectgroep heeft in het kader van het veiligheidsbeleid een nota over veilig wonen uitgebracht. In overleg met de corporaties zal deze nota uitgewerkt worden in een plan van aanpak. Uitgangspunt hierbij is dat de kosten uit veiligheidsbudgetten gefinancierd zullen worden, waarbij medefinanciering uit het ISV-programma leefbaarheid, post 21 genaamd ‘fysieke maatregelen veiligheid’ plaats kan vinden. Daarnaast zal vanuit de EZH-gelden en vanuit de corporaties zelf een bijdrage (moeten) worden verleend.

 

12.   Woningbouwcorporatie Vestia: wenst extra subsidiebijdrage voor blauwe daken programma huurwoningen.

 

Reactie: Dit past op zich in de ISV-doelstelling (DOP-thema duurzaamheid/ terugdringing energieverbruik). In het kader van het Delfts Energie Agentschap is afgesproken dat Vestia een gemotiveerd voorstel indient bij het energiefonds. Vooralsnog is een bijdrage uit de MR-ISV voor dit programma niet nodig.

 

13.   Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie voor een te houden onderzoek naar de mogelijkheden voor een ouderenloket Delft

 

Reactie: Dit valt op zich binnen de ISV/DOP-doelstelling themaprogramma leefbaarheid. De inrichting van ččn loket waar ouderenvoorzieningen worden aangeboden vergt echter uitgebreid overleg tussen alle betrokken instellingen.  Vooralsnog is het idee (nog) niet ver genoeg uitgewerkt om te kunnen beoordelen of er sprake zou moeten zijn van een gemeentelijke bijdrage.

 

14.   Woningbouwcorporatie Vestia: stelt voor de subsidieregeling ‘opplussen’ nader onder de loep te nemen.

 

Reactie: Hierover is (buiten het bestek van deze raming) separaat overleg gaande/ geweest tussen de Gemeente Delft en de corporaties. Naast de MRSV is in de MR-ISV onder post 8 ‘opplussen woningvoorraad’ het budget ‘opplussen’ in 2003 en 2004 gehandhaafd, teneinde het bereiken van de ISV-doelstelling op dit punt per 1-1-2005 te waarborgen. Gezien de huidige onderschrijding is ons college van mening dat de opgenomen budgetten voldoende zijn. Voorts is ons college van oordeel dat de huidige regeling weinig aanpassing behoeft.

 

15.   Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie ad ƒ 100.000,- a ƒ 150.000,- voor een plan van aanpak voor twee woonwagenlokaties in Delft.

 

Reactie: Het DOP bevat geen doelstellingen op dit gebied, dus een en ander is niet opgenomen in deze MR-ISV. Het beheer van de woonwagenlokaties is een verantwoordelijkheid van Vestia.

 

16.   Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie voor het maken van grote woningen.

 

Reactie: Tot nu toe is in het kader van de prestatieafspraken met de corporaties afgesproken dat jaarlijks 5 grote woningen worden gebouwd dan wel verbouwd, waarbij de financiering geheel door de corporaties zelf wordt geregeld. Voorts valt dit buiten het bestek van de MR-ISV omdat het DOP geen doelstelling met betrekking tot grote woningen bevat.

 

17.   Woningbouwcorporatie Vestia: wenst subsidie voor toeristische herontwikkeling van de Rotterdamseweg ter hoogte van de Porseleyne Fles.

 

Reactie: Ons college hanteert het principe dat bij dergelijke projecten geen onrendabele investeringen van marktpartijen of corporaties worden gesubsidieerd. Het project past op zich wel in de ISV-doelstellingen, maar is (nog) niet voldoende uitgewerkt.

 

 

 


HOOFDSTUK 7                                                                                        ISV- VERDEELBESLUIT

 

 

Onder verwijzing naar het totaaloverzicht in hoofdstuk 4 wordt voorgesteld de volgende verdeelbesluiten te nemen.

 

Voor 2002 wordt voorgesteld te besluiten de volgende bedragen te reserveren:

ˇ       voorbereidingskosten ISV:              €     113.000,-

ˇ       ontwikkeling TU-gebied:                             €       68.000,-

ˇ       herstructurering Schie-oevers:                    €     182.000,-

ˇ       bijdrage autoluwe binnenstad:                    €     363.000,-

ˇ       bijdrage water en ecologie:             €     397.000,-

ˇ       bodemsaneringen ISV:                              €  5.235.000,-

ˇ       geluidssaneringen ISV:                              €     159.000,-

ˇ       fysieke maatregelen veiligheidsplan:     €       91.000,-

ˇ       bijdrage sporthallen/ zalen:             €     454.000,-

ˇ       diverse sport en spelvoorzieningen:       €    182.000,-

ˇ       verplaatsing scholen/ vensterschool:      €    272.000,-

ˇ       service- en informatiepunten:           €      91.000,-

ˇ       provinciaal grote stedenbeleid:               €    136.000,-

                                                                       --------------

totaal:                                                            € 7.742.000,-

 


BIJLAGEN
Bijlage 1: ISV-MONITOR 2000: Inhoudelijk.                            

           

 

Themaprogramma Economie.

 

 

  1. Arbeidsplaatsen: de CBS-cijfers van de nulmeting zoals in 1997 zijn niet meer beschikbaar. Wél beschikbaar zijn CBS-cijfers over banen van werknemers. Het verschil tussen het totaal aantal werkzame personen en het aantal banen van werkzame personen wordt volgens O&S verklaard doordat nu de zelfstandigen en meewerkende gezinsleden niet zijn meegeteld. De cijfers daarvan kunnen door het CBS niet worden geleverd. Op basis van de nieuwe cijfers luidt de meting thans:

Jaar                             Delft                                                    Nederland

1997                            44.770  (45.280)                                  6.067.200  (7.037.000)

1999                            48.080                                                 6.465.900

(tussen haakjes de cijfers van de nulmeting)

In de toeristische sector:

1998                                                         1.164

2000                            1.231

Conclusie: de landelijke stijging van het aantal banen van werkzame personen is 6,6%.

De stijging in Delft is 7,4%. De doelstelling om per 01-01-2005 1,1 maal de

landelijke stijging te realiseren is hiermee gehaald. De stijging in de toeristen sector bedraagt 5,4%. De doelstelling daarvan is 10%. Met de 5,4% ligt Delft dus op koers.

 

  1. Woon- werkbalans: doelstelling: verhouding beroepsbevolking : arbeidsplaatsen 1:1. Nulmeting 1997: bedroeg 1,00 : 1,04.

Aandachtspunt: wachten op actualisatie van de cijfers door het CBS.

 

3.       Uitkeringsgerechtigden en werklozen: doelstelling: terugdringen aantal uitkeringsgerechtigden fase 4 t.o.v. het totaal met 20%.

Nulmeting 1999: 70,6%.

In 2000: Aangezien de gegevens van fase 4 klanten die ingeschreven staan bij het arbeidsbureau en geen klant zijn bij WIZ, niet beschikbaar zijn, kunnen alleen de resultaten van WIZ klanten worden gegeven. In 1999 bestond 33% van het totale bestand uitkeringsgerechtigden uit fase 4 klanten. In tegenstelling tot de doelstelling dit percentueel terug te brengen is het aandeel fase 4 klanten gegroeid van 48% op 1-1- 2000, naar 71% op 1-1-2001. Oorzaak voor deze groei van het fase 4 bestand is allereerst dat de groep fase 4 klanten in absolute zin is gestegen. Door de positieve ontwikkelingen op de arbeidsmarkt is het aantal uitkeringsgerechtigden in fase 1 tot en met 3 gedaald. Deze combinatie leidt tot een sterke percentuele stijging van het aantal fase 4 klanten in het uitkeringenbestand. Een derde reden waarom het aandeel fase 4 zo is toegenomen ligt in het feit dat in 1999 en 2000 heel veel achterstanden van heronderzoeken zijn weggewerkt. In de heronderzoeken worden klanten opnieuw in een fase ingedeeld. Doordat klanten daarvóór langere tijd geen heronderzoek hadden gehad, zijn relatief veel klanten overgezet van fase 2/3 naar fase 4.

Het afgelopen jaar heeft een grootschalige analyse van het fase 4 bestand plaatsgevonden. Op basis van deze resultaten zal vanaf 2002 verhoogde inzet gepleegd worden de fase 4 klanten te activeren naar werk, sociale activering of een zorgtraject.

Conclusie: In tegenstelling tot de ISV-doelstelling neemt het aandeel ‘fase 4 klanten’ in het WIZ-klantenbestand toe. Dit is echter niet helemaal ongewenst en grotendeels veroorzaakt door autonome ontwikkelingen. Aandacht voor activering blijft echter wel nodig. Voor een goede monitoring is het verder noodzakelijk dat gegevens van fase 4 uitkeringsgerechtigden die alleen bij het arbeidsbureau staan ingeschreven en geen WIZ-klant zijn, beschikbaar komen. Zodra deze beschikbaar zijn, kan –in overleg met de provincie- bezien worden of evt. bijstelling van de oorspronkelijke formulering van de ISV-doelstelling over uitkeringsgerechtigden en werklozen nodig is.

Aandachtspunt: verstrekken gegevens fase 4 clienten door arbeidsbureau; daarna overleg met provincie over oorspronkelijke formulering ISV-doelstelling

 

4.   Toerisme: doelstelling:15% meer bezoekers en 10% meer overnachtingen.

Nulmeting 1998: 711.100 bezoekers en 96.687 overnachtingen.

In 2000: + 686.100 bezoekers en + 114.600 overnachtingen.

Conclusie: een daling van 3,6% van bezoekers en een stijging van de overnachtingen met 18,5% .

Aandachtspunt:  ééndaags bezoek aan Delft stimuleren door uitvoering lopende toerisme-programma(’s). Levert dit niet het gewenste effect op of zijn er niet beinvloedbare externe factoren, dan zal de ISV-doelstelling in overleg met de provincie naar beneden moeten worden bijgesteld.

 

 

Themaprogramma Wonen.

 

 

5.       Huur- en koopwoningen: doelstelling: stijging koop+dure huur tot 40%.

Nulmeting 1999: 35%. Op basis van eigen berekening a.d.h.v. Woningmarkt-onderzoek ’95 en voorraad per 01-01-00 berekend op 37%.

Conclusie: op koers.

 

6.       Seniorenwoningen: doelstelling: 150 extra won. met zorg, waarvan 2/3goedkoop.

Nulmeting 1999: niets gerealiseerd.

In 2000: 53 won. (Atrium) gerealiseerd.

Conclusie: op koers.

 

7.       Opplussen woningen: doelstelling: 2000 woningen vlgs seniorenscore.

Nulmeting 1999 niets gerealiseerd.

In 2000: niets gerealiseerd.

Conclusie: uitvoering is nog niet op gang gekomen.

Aandachtspunt: nader overleg met de Delftse corporaties, die voldoende woningen         moeten opplussen.

 

8.       Grondgebondenwoningen: doelstelling: plus 200.

Nulmeting 1999: niets gerealiseerd.

Situatie 2000: 216 woningen gerealiseerd.

Conclusie: de doelstelling plus 200 woningen is gehaald.

    

9.       Monumenten: doelstelling: 100 gem.mon. en 20 rijks.mon.

Nulmeting 1999: niets gerealiseerd.

Situatie 2000: 39 gem.mon. en 32 rijks.mon.

Conclusie: de doelstelling 20 rijksmonumenten is gehaald. T.a.v. gemeentelijke monumenten ligt Delft op schema.

 

 

Themaprogramma Duurzaamheid.

 

 

10.   Riolen en oppervlakte water: doelstelling min. 55% afgekoppeld, 25% minder overstort, herstuctureren min. 2 deelsystemen, waterkwaliteit gemiddeld ca. 3 en 15% natuurvriendelijke oevers.

Nulmeting: 1999: 50% afgekoppeld, waterkwaliteit ca 2 en 0% natuurvriendelijke oevers.

In 2000: 56% afgekoppeld, percentage overstort niet bekend (wel bij monitor 2001),             0 deelsystemen geherstructureerd (in uitvoering Tanthof en Wippolder, in voorbereiding Poptahof en Voordijkshoorn-oost), waterkwaliteit niet bekend (moet nog worden uitgewerkt), 5,7%natuurvriendelijke oevers ingericht.

Conclusie: op koers.

Aandachtspunt: gegevens rond percentage overstort en waterkwaliteit moeten nog in beeld worden gebracht.

 

11.   Bodemsanering: doelstelling min. 3 ernstig+urgente bodemsaneringen, onderzoeksprogramma en raamsaneringsplan.

Nulmeting: 1999 niets gerealiseerd.

In 2000: 0 ernstig+urgente bodemsaneringen (in voorbereiding). Onderzoeksprogramma in voorbereiding. Voorkeur prov. ZH om dat buiten ISV te houden. In kader Wet bodembescherming is voorzien in afronding landsdekkend beeld per 2005. Raamsaneringsplan in voorbereiding.

Conclusie: op koers.

 

12.   Geluidsbelasting woningen: doelstelling min. 90 won. geluidssaneren.

Nulmeting: In 1999 2141 won. geluidbelast.

In 2000: 2141 won. geluidbelast, reeds eerder 1209 won. gesaneerd, 932 won. niet gesaneerd waarvan 109 met méér dan 65 dB(A). In 2001 géén won. gesaneerd.
Aandachtspunt. Uitvoeren van opgenomen en geplande projecten rond geluidsisolatie van woningen.

 

13.   Afvalbeleid: doelstelling 90% zuiver GFT-afval, 5 retourettes, stabilisatie hoeveelheid te verbranden afval, min. 500 ondergrondse afvalcontainers.

Nulmeting: ca. 90% zuiver GFT-afval, 1 retourette, 26.000 ton te verbranden afval, 32 ondergrondse containers. Volgens opgave Duurzaamheid bedroeg hoeveelheid te verbranden afval in 1999; 27.259 ton en waren er 92 ondergrondse containers.

In 2000: percentage zuiver GFT-afval onbekend. 26.623 ton afval verbrand (-2,33%). Er waren 201 ondergrondse afvalcontainers (+109).

Conclusie: op koers.

                                  

14.   Energiebesparing: doelstelling min. 30% in tenminste 2000 bestaande won. en ca. 3% energie via lokale opwekkingsprojecten.

Nulmeting: 1998 was verbruik 6.543.149 GJ per jaar.

In 2000: géén informatie. Gegevensverzameling bij ENECO is problematisch.

Aandachtspunt: meting op dit moment niet mogelijk (ook niet via Energie-agentschap Delft), omdat ENECO gegevens niet kan aanleveren.

 

 

Themaprogramma Mobiliteit.

 

 

15.       Gebruik Ov, fiets en auto: doelstelling: bij landelijke stijging, Delft x 0,75. Bij daling,

Delft x 1,25.

Het CBS voert jaarlijks een landelijk Onderzoek Verplaatsingsgedrag (OVG) uit. Nulmeting 1997: landelijk: 36% autobestuurders en 13% autopassagiers. In Delft waren deze percentages resp. 30% en 17%.

In 2000: Vanwege een veranderde onderzoeksmethodiek zijn de CBS-cijfers uit het onderzoek van de jaren t/m 1998 niet zonder meer vergelijkbaar met die over de jaren 1999 en 2000. Uit het OVG blijkt wel dat het autogebruik in 2000 landelijk gezien ongeveer gelijk gebleven is ten opzichte van 1999: voor 49% van alle verplaatsingen wordt de auto gebruikt (als bestuurder of als passagier). In Delft stijgt volgens de cijfers het autogebruik in 2000 t.o.v. 1999. Het aantal respondenten in Delft is in dit onderzoek echter relatief gering. Hierdoor is de onbetrouwbaarheidsmarge van de CBS-cijfers voor Delft relatief groot. Op basis van de cijfers van 1999 en 2000 en rekening houdend met deze onbetrouwbaarheidsmarge, mag voor Delft wel geconcludeerd worden dat:

            - er sprake is van een stijgende trend in het autogebruik;

- het autogebruik in Delft in 2000 weliswaar ruim onder het landelijk gemiddelde blijft, maar zich wel richting dat landelijk gemiddelde beweegt.

Conclusie: t.a.v. (toename) autopassagiers ligt Delft op koers. Het autogebruik (autobestuurders) in Delft vertoont echter een -ongewenste- stijgende tendens.

Aandachtspunt: Het autogebruik in Delft moet gezien de ISV-doelstelling (verder) worden beperkt. Lopende projecten om autogebruik te beperken en/of gebruik openbaar vervoer/fiets te stimuleren moeten het gewenste effect gaan sorteren. Lukt dat niet, dan de projecten intensiveren of de ISV-doelstelling aanpassen in overleg met de provincie.

                               

16        autoverkeer op hoofdroutes: doelstelling: 50% van lokaal wegennet als verblijfsgebied

aangewezen en ingericht als 30 km gebied/woonerf. Voor 4 wegvakken wordt de

doorgaande functie beperkt.

Nulmeting 1999: 25% verblijfsgebied. Geen doorgaande functie beperkt.

In 2000: 38% verblijfsgebied en doorgaande functie 1 wegvak beperkt.

Conclusie: op koers.

Aandachtspunt: op dit moment zijn er géén plannen voor de resterende 3             wegvakken.

 

17.       Bereikbaarheid economische activiteiten: doelstelling: 2 parkeervoorz., autoluwe binnenst.,

fietsenstallingen bij belangr. bestemm., hoogw. OV naar TU, herinr. Schoem.str.

Nulmeting 1999: Nog niets gerealiseerd.

In 2000: parkeervoorz. Phoenixstr. in aanbouw, start inrichting autoluwebinnenstad,

fietsstallingsvoorz. bij station.

Conclusie: op koers.

 

18.       Verkeersslachtoffers: doelstelling: <200.

Nulmeting 1996: 272.

In 2000: 235.

Conclusie: op koers.

 

 

 

Themaprogramma Leefbaarheid

 

 

19.       Tevredenheid Voorhof/Wippolder: doelstelling: verschil tov stad halveren.

Nulmeting 1999: 12%.

In 2000: 6%.

Conclusie: doelstelling gehaald.  

 

20.       Sociaal isolement: doelstelling: netwerk in elk van 7 wijken.

Nulmeting 1999: beleid in ontwikkeling.

In 2000: beleid vastgelegd in nota ‘Samen aan de slag’. Er is recent in twee wijken gestart met consulenten. In het prestatieboek is hun taakstelling met meetvragen verder uitgewerkt.

Conclusie: op koers.

 

21.       Zelfredzaamheid burgers (dak-/thuislozen): doelstelling: 90% in beeld, 80% daarvan

opgevangen in instellingen, 75% hiervan woont daarna zelfstandig.

Nulmeting 1999: 90% dak-/thuislozen in beeld via opvanginstellingen. Circa 60% van hen

vindt een zelfstandige woonvorm.

In 2000: 90% dak-/thuislozen in beeld via opvanginstellingen. Circa 80% daarvan wordt

opgevangen via instelling en 60% vindt een zelfstandige woonvorm. WIZ werkt aan

verbeteren structuur in opvang en beter in beeld krijgen van aantallen van opvang en

doorstroming

Conclusie: op koers v.w.b. het in beeld hebben en opvangen van dak-/thuislozen.

Aandachtspunt: via intensiveren van aandacht WIZ en van

lopend BAW-project moet het ‘zelfstandig wonen na opvang’ verder worden         gestimuleerd.

 

22.       Minderheden: doelstelling: min. 90% voelt zich thuis, min. 95% wordt begeleid,

min. 95% AMA’s volgt onderwijs.

Nulmeting 1999: 90% wordt begeleid, 75% AMA’s volgt onderwijs.

In 2000: 75% voelt zich thuis, 100% wordt begeleid en volgt onderwijs.

Conclusie: op koers.

 

23.       Buurtaccomodaties: doelstelling: 4 buurtaccomodaties en min. 2 jongerenvoorz.

Nulmeting 1999: Nog niets gerealiseerd.

In 2000: afronding planvorming buurtacc. Westerkwartier, start voorber. buurtacc. Poptahof, start voorber. jongeren voorz. Wippolder.

Conclusie: op koers.

 

24.       Vensterschool/ brede school: doelstelling: in elk van 7 wijken gerealiseerd programma.

Nulmeting 1999: beleid in ontwikkeling.

In 2000: afronding beleid.

Conclusie: op koers.

 

25.       Sport- en spelmogelijkheden: doelstelling: min. 1,5 speelpl. per 100 0-9 jarigen, min. 78

voorz. voor 10-19 jarigen, inspraak belanghebbenden, voldoen Europese veiligheidnorm.

Nulmeting 1999: gemidd. 2 speelpl. op 100 0-9 jarigen, 72 voor 10-19 jarigen.

Bij latere besluitvorming is terugbrengen speelplekken 0-9 jarigen geschrapt.

In 2000: gemidd. 2 speelpl. per 100 0-9 jarigen, uitbreiden voorz. 10-19 jarigen van 72>78

nog niet gerealiseerd, inspraak afgerond, Europese veiligheidsnorm in uitvoering.

Conclusie: op koers.

Aandachtspunt: uitvoeren van opgenomen en geplande projecten

t.a.v. voorzieningen 10-19 jarigen.

 

26.       Criminaliteit: doelstelling: op ranglijst misdr. <nr. 40 en ranglijst geweldel. <nr. 33.

Nulmeting 1999: resp. nr. 40 en nr. 33.

In 2000: misdr. nr. 35 en geweldsdel. nr. 39.

Conclusie: op koers tav misdrijven.

Aandachtspunt: het aantal geweldsdelicten moet worden teruggebracht d.m.v. uitvoering opgenomen projecten veiligheidsplan. Levert dit in 2001 niet het gewenste effect op, dan intensivering beleid of bijstellen van de doelstelling in overleg met de provincie.

 

27.       Kinderopvang: doelstelling: 40% hele dagopvang, 15% buitenschoolse opvang en min 400

extra plaatsen buitensch.opvang.

Nulmeting 1999: 36% hele dagopv., 13% buitensch.opv., 288 buitensch.opv.

In 2000: 36% hele dagopv., 13,6% buitensch.opv., 299 buitensch.opv. (=+11).

Conclusie: gezien de hoeveelheid plannen voor hele dagopvang kan doelstelling worden

gehaald. op koers.

 


Bijlage 2: Overzicht ISV-doelstellingen

 

Nr.

Programma

Onderwerp

Gewenst effect

Meetbare doelstelling

 

1

Economie

Aantal arbeidsplaatsen

Stijging

10% meer stijging of 1/3 minder daling dan landelijk

 

2

Economie

Woon- werk balans

Evenwicht

Schommelen rond 1:1

 

3

Economie

Uitkeringsger. en werklozen

Zo laag mogelijk %

Terugdringen % DMZ-uitk.ger. in fase 4 met 20%

 

4

Economie

Toerisme

Stijging

15% stijging bezoeken en 10% stijging overnachtingen

 

5

Wonen

Woningen huur- en koopsector

Betere differentiatie

Stijging aandeel koop+ dure huur tot 40% door stadswon.

 

6

Wonen

Woningen voor senioren

Stijging

150 extra won. met zorgaanbod waarvan 2/3 goedkoop

 

7

Wonen

Opplussen van woningen

Stijging

Min. 2000 opgepluste woningen obv seniorenscore

 

8

Wonen

Grondgebonden woningen

Stijging

Min. 200 extra grondgebonden woningen

 

9

Wonen

Monumenten

Instandhouding

Verbetering min. 100 gem. en min. 20 Rijksmonumenten

 

10

Duurzaamheid

Riolen en oppervlaktewater

Optimalisering

Min. 55% afgekoppeld, 25% minder overstorten, herstr.

 

 

 

 

 

min. 2 deelsyst., waterkwal. gem. ca 3, min. 15% natuurvr. oevers

 

11

Duurzaamheid

Bodemsanering

Zo min mogelijk stagnatie

Ernstig + urgent: Min. 3 bodemsaneringen; onderzoeksprogramma;

 

 

 

 

 

Raamsaneringsplan

 

12

Duurzaamheid

Geluidsbelasting woningen

Vermindering

Min. 90 woningen geluidssaneren

 

13

Duurzaamheid

Afvalbeleid

Optimalisering

GFT 90% zuiver; min. 5 retourettes; stabilisatie hoeveelh. te verbr.

 

 

 

 

 

afval; min. 500 ondergrondse afvalcontainers

 

14

Duurzaamheid

Energiebesparing

Optimalisering

Min. 30% in min. 2000 best. won.; min. 3% lokale energieopwekk.

 

15

Mobiliteit

Gebruik OV, fiets en auto

Stijging resp. daling

Gebruik auto t.o.v. landelijk: Max. 75% of min. 25% extra daling

 

16

Mobiliteit

Autoverkeer op hoofdroutes

Concentratie

Min. 50% als verblijfsgebied aangew.+ingericht; bep. doorg. fie in min. 4 wegvakken

 

17

Mobiliteit

Bereikbaarheid econ. activit.

Waarborging

Min. 2 geconc. parkeervoorz. en 50% autoluwe binnenstad; voldoende stallingsvoorz.

 

 

 

 

 

voor fietsers bij bel. best.; hoogw. OV naar TU; herinr. Schoemakerstr./ Delftech.

 

18

Mobiliteit

Aantal verkeersslachtoffers

Afname

max. 200 verkeersslachtoffers

 

19

Leefbaarheid

Tevredenheid over de wijk

Zo hoog mogelijk

Voorhof en Wippolder samen: halvering verschil tov. rest van Delft

 

20

Leefbaarheid

Sociaal isolement in wijken

Zo laag mogelijk  

In elk van de 7 wijken een netwerk ingericht tbv signalering + passend aanbod

 

21

Leefbaarheid

Zelfredzaamheid burgers

Zo hoog mogelijk

Dak/thuislozen: 90% in beeld; min. 80% opgevangen; min. 75% gehuisvest

 

22

 

 

 

Minderheden: min. 90% voelt zich thuis, min. 95% begeleid, min. 95% volgt onderw.

 

23

Leefbaarheid

(Gebruik van) buurtaccommodaties

Zo hoog mogelijk

Min. 4 buurtaccommodaties en min. 2 permanente jongerenvoorzieningen

 

24

Leefbaarheid

Venstersch./ brede school concept

Invoering

In elk van de 7 wijken een gerealiseerd programma

 

25

Leefbaarheid

Sport- en spelmogelijkh. in wijken

Optimalisering

Min. 1,5 speelplek per 100 0-9 jarigen; min. 78 voor 10-19 jarigen; wijkoverleg;

 

 

 

 

 

min. Europese veiligheidsnorm

 

26

Leefbaarheid

Criminaliteit

Zo laag mogelijk

Ranglijst gem.: nr. 40 of lager voor misdrijven en nr. 33 of lager voor geweldsdelicten

 

27

Leefbaarheid

Aanbod kinderopvangvoorz.

Differentiatie/afstemming

40% kan gebruik m. v. hele dagopv. + 15% v. b.s.o.; min. 400 extra plaatsen b.s.o.

Bijlage 3: ISV monitor 2000: procesformat

 

 

 

start

bestuurlijke

 

 

 

nrs.

Projecten

planvorming

besluitvorming

in uitvoering

voltooid

projectleider

 

 

 

 

 

 

 

1

Herontwikkelen TU-gebied

 

 

 

 

E. Bijleveld

2

Revatilisering Schieoevers

 

 

 

 

G. Huizing/P. Boone

3

Realisatie Aardewerkcentrum

 

 

 

 

Ellen de Vries

4

Realisatie Stadshal

 

 

 

 

B. Engelberts

5

Realisatie Twinning Centre

 

 

 

 

C. van Laren

6

Herinrichting Markt

 

 

 

 

G. Huizing/P. Boone

7

Monitoring Binnenstad

 

 

 

 

G. Huizing/P. Boone

8

Drainage binnenstad

 

 

 

 

P.de Dood

9

Verbetering water Ecodus

 

 

 

 

Paul Baan (S.Clarisse)

10

Afkoppelen regenwater Wippolder

 

 

 

 

Paul Baan (P.d.Dood)

11

Verbetering ecologische hoofdstructuur

 

2001

 

 

D. Tubbing

12

Vermindering onttrekking grondwater

 

 

 

 

Paul Baan (J.Tuit)

13

Uitbreiden proef watersysteem Tanthof

 

 

 

 

Paul Baan (S.Clarisse)

14

Verbetering watersysteem Poptahof

 

 

 

 

Paul Baan

15

Bodemsanering Oostsingel 151-152

 

 

 

 

J. Kolijn

16

Bodemsanering Delfgauwseweg 64-80

 

 

 

 

J. Kolijn

17

Bodemsanering Scheepmakerij 5-12

 

 

 

 

J. Kolijn

18

Bodemsanering Uitweg

 

 

 

 

J. Kolijn

19

Onderzoekslijst bodemsanering

 

 

 

 

J. Kolijn

20

Raamsaneringsplan bodemsanering

 

 

 

 

J. Kolijn

21

Onderzoek verdachte locaties bodemsanering

 

 

 

 

J. Kolijn

22

Geluidisolatie woningen (fase 1)

 

In 2001

In 2002

In 2002-2003

G.J. Ravensbergen

23

Wijkveiligheidsplannen

 

 

 

 

G. Hooning

24

Verbetering sporthallen, sportzalen

 

 

 

 

R. v.d. Berg

25

Aanpassing gebouw SV Geerweg

24apr01

dec-01

1e kwart. 2002

2e kwart. 2002

H. Kluver

26

Realisatie bocciabanen

 

Project ligt stil. Géén voortgang !!!!!

 

 

M.Breukel

27

Verplaatsing JPT/Vensterschool concept

 

 

1e kwart. 2002

 

A. van Dijk

28

Informatiepunten biblioservicepunten

 

 

 

 

J. v.d. Berg

29

Herontwikkeling Scheepmakerij

 

 

 

 

Sacha Koenes

30

Herontwikkeling Zuidpoort

 

 

 

 

H. Twisk

 

 (vervolg ISV monitor 2000 procesformat)

start

bestuurlijke

 

 

 

nrs.

Projecten

planvorming

besluitvorming

in uitvoering

voltooid

projectleider

31

Herstructurering DDW

 

 

 

medio 2003

P. de Jong

32

Herstructurering Wippolder

 

 

 

 

S. Hibender

33

Herstructurering Minervaplein

 

Buurtaandelen jun2001 in uitvoering.

 

 

S. Hibender

34

Herstructurering Poptahof

 

 

 

 

E. Kesselaar

35

Subsidieverlening MRSV

 

 

 

 

T. Kronshorst

36

Subsidie Monumenten

 

 

 

 

T. Kronshorst

37

Programma Opplussen (1e fase:326 won.)

 

 

 

 

J. v.d. Bie

38

Aankoop Paulusmavo

 

 

2002

2003

E. Kesselaar

39

Buurtaccomodatie Westerkwartier

 

 

jun2001

 

S. Hibender

40

Buurtaccomodatie Sranti

 

 

 

 

S. Hibender

41

Buurtaccomodatie Poptahonk

 

29mei2001

 

 

P. de Jong

42

Buurtaccomodatie Voorhof II

 

 

 

 

G. Huizing/P.Boone

43

Buurtaccomodatie Tanthof

 

 

 

 

S. Hibender

 


ad Bijlage 3: relatie tussen ISV-doelstellingen en ISV-projecten en programma’s

 

 

 

bestandsnaam: ISVprocesformat5

TU-gebied

Schieoevers

Aardew.centr.

Stadshal

Twinning centr

Herinrichting Markt

Monitoring binnenstad

Drainage binnenst.

Water Ecodus

Afk. regenwater Wipp.

Ecologisch hoofdstr.

Verm. onttrekk. Grondw.

Watersyst. Tanthof

Watersyst. Poptahof

Bodemsan. Oostsingel

Bodemsan. Delfg.weg

Bodemsa. Scheepmakerij

Bodemsan. Uitweg

Onderz.lijst bodemsan.

Raamsan.plan bodemsan.

Verdachte loc. bodemsan.

Geluidsisolatie woningen

Wijkveiligheidsplannen

Verbeter. sporthall/-zalen

Aanpasen SV Geerweg

Realisatie bocciabanen

Verpl. JPT/Vensterschool

Inform. biblioservicepunt

Herontw. Scheepmakerij

Herontw. Zuidpoort

Herstruct. DDW

Herstruct. Wippolder

Herstruct. Minervaplein

Herstruct. Poptahof

Subsidieverl. MRSV

Subsidie Monumenten

Programma Opplussen

Aankoop Paulusmavo

Buurtaccom.. Westerkw.

Buurtaccom. Sranti

Buurt acoom.Poptahonk

Buurtaccom. Voorhof 2

Buurtaccomodatie Tanth.

Nr.

TPr

ISV-Doelstelling

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

E

Stijging aantal arbeidsplaatsen

+

-

0

+

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

 

 

 

0

0

 

 

 

 

 

 

 

 

2

E

Evenwicht woon- werk balans

 

-

 

 

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

 

 

 

0

0

 

 

 

 

 

 

 

 

3

E

Terugdr.uitkeringsger. en werklozen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4

E

Bevordering toerisme

 

 

+

0

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

 

 

 

 

0

0

 

 

 

 

 

 

 

5

W

Differentiatie huur- en koopsector

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

+

+

0

+

-

-

 

-

 

 

 

 

 

6

W

Meer woningen voor senioren

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

+

0

0

+

-

 

 

 

 

 

 

 

 

7

W

Toename opgepluste woningen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

+

+

 

-

 

+

 

 

 

 

 

 

8

W

Meer grondgebonden woningen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

0

 

0

0

0

-

 

 

 

 

 

 

 

9

W

Instandhouding monumenten

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

 

 

 

 

+

+

 

 

 

 

 

 

 

10

D

Optimale riolen en oppervlaktewater

0

 

 

 

 

 

 

+

+

0

+

0

+

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

+

0

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

11

D

Weinig stagn. door bodemsanering

 

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

-

-

+

+

+

+

+

+

+

 

 

 

 

 

 

 

 

+

-

-

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

12

D

Vermindering geluidsbelasting won.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

 

 

 

 

 

 

 

+

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

13

D

Optimalisering afvalbeleid

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

+

-

0

 

 

 

 

 

 

 

 

 

14

D

Optimalisering energiebesparing

 

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

-

+

0

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

15

M

Stijging gebruik OV+fiets/daling auto

+

 

 

 

 

+

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

 

 

0

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

16

M

Concentr.autoverkeer op hoofdroutes

 

 

 

 

 

0

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

17

M

Bereikbaarheid econ. Activiteiten

 

+

 

 

 

0

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

 

 

 

 

-

 

 

 

 

 

 

 

 

18

M

Vermindering aant. verkeersslachtoff.

 

 

 

 

 

+

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

19

L

Optimalisering wijktevredenheid

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

 

 

 

 

0

 

 

 

 

+

+

+

0

 

 

 

 

 

 

 

20

L

Min. sociaal isolement in wijken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

 

 

 

 

+

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

21

L

Optimale zelfredzaamheid burgers

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(vervolg ISVprocesformat)

TU-gebied

Schieoevers

Aardew.centr.

Stadshal

Twinning centr

Herinrichting Markt

Monitoring binnenstad

Drainage binnenst.

Water Ecodus

Afk. regenwater Wipp.

Ecologisch hoofdstr.

Verm. onttrekk. Grondw.

Watersyst. Tanthof

Watersyst. Poptahof

Bodemsan. Oostsingel

Bodemsan. Delfg.weg

Bodemsa. Scheepmakerij

Bodemsan. Uitweg

Onderz.lijst bodemsan.

Raamsan.plan bodemsan.

Verdachte loc. bodemsan.

Geluidsisolatie woningen

Wijkveiligheidsplannen

Verbeter. sporthall/-zalen

Aanpasen SV Geerweg

Realisatie bocciabanen

Verpl. JPT/Vensterschool

Inform. biblioservicepunt

Herontw. Scheepmakerij

Herontw. Zuidpoort

Herstruct. DDW

Herstruct. Wippolder

Herstruct. Minervaplein

Herstruct. Poptahof

Subsidieverl. MRSV

Subsidie Monumenten

Programma Opplussen

Aankoop Paulusmavo

Buurtaccom.. Westerkw.

Buurtaccom. Sranti

Buurt acoom.Poptahonk

Buurtaccom. Voorhof 2

Buurtaccomodatie Tanth.

Nr.

TPr

ISV-Doelstelling

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

23

L

Opt.(gebruik v.) buurtaccommodaties

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

+

-

 

+

 

 

+

+

+

+

 

 

 

 

+

+

+

+

+

24

L

Brede school programma

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

-

+

+

 

 

 

 

 

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

25

L

Opt. sport- en spelmogelijkh.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

+

+

+

 

 

 

 

+

+

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

26

L

Zo laag mogelijke criminaliteit

 

0

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

 

 

 

 

 

 

 

 

 

27

L

Diff./afstemming aanbod kinderopv.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

 

 

 

0

+

 

0

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

-

=

lage bijdrage aan doelstelling

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

=

gemiddelde bijdrage aan doelstelling

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

+

=

hoge bijdrage aan doelstelling

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


 

Colofon

 

Uitgave             Gemeente Delft,

                                   Cluster Wijk- en Stadszaken

                                   Sector Wijkzaken en Projecten

                                   december 2001

 

Realisatie                     Gemeente Delft (binnenwerk), Klats Publiciteit, Delft (kaft)

 

Druk                            Combiwerk, Delft

                                   Oplage 100 stuks

 

Informatie                     Wijkzaken en Projecten,

                                   P.A.M. (Peter) de Jong, S. (Nicky) Bouman

                                   tel.                 (015) 2602508, 2602774

                                   bezoekadres: Barbarasteeg 2, Delft

                                   postadres:      Postbus 340, 2600 AH Delft

                                   emailadres:    pdjong@delft.nl

 

                                   Copyright Gemeente Delft

                       

 



[1]              Belanghebbenden worden in de gelegenheid gesteld tijdens de ter visie-legging schriftelijk te reageren, dan wel zijn of haar reactie kenbaar te maken tijdens de inloopmiddag.