Onderwerp
Bestedingsvoorstel EZH-gelden:
“Investeren in de wijken”
1.1. Korte voorgeschiedenis
In het voorjaar 2000 is de EZH-campagne succesvol
afgesloten.
De Delftse bevolking heeft in het kader van deze actie
massaal gestemd op het project “Kansen voor ruimte: Investeren in de wijken”. De
gemeenteraad heeft naar aanleiding daarvan besloten om het maximale bedrag van
ruim ¦ 13 miljoen beschikbaar te stellen om de leefbaarheid
in de wijken te verbeteren. De verdeling van
dit EZH-budget “Investeren in de wijken” is een vervolg op het raadsbesluit van
30 maart 2000 en de notitie “Slotfase EZH-projecten” van april jongstleden
waarin gesproken wordt over: het verbeteren van fietsroutes en de bouw van
fietsenstallingen, het opknappen van groen, verbeteren van verlichting,
bestrijding van hondenpoep, onderhoud en schoonhouden van straten, maar ook
extra voorzieningen zoals verbetering van het straatmeubilair, meer openbare
toiletten en het realiseren van kunst in de wijken. Een vereiste bij de
besteding van dit budget is de betrokkenheid en de inspraak van bewoners en
jongeren per wijk. Het is dan ook de bedoeling aan te sluiten bij de uitvoering
van de wijkplannen en wijkprogramma’s en bewoners nauw bij dit proces te
betrekken. De uiteindelijke resultaten moeten in alle wijken evenredig meetbaar
en merkbaar zijn. Ongeveer de helft van het totale bedrag van ¦ 13,65 miljoen moet besteed worden aan activiteiten voor
kinderen en jongeren, de andere helft aan verbetering van de leefbaarheid in de
wijken. Dit leidt tot de volgende bedragen: gevoteerd bedrag voor de
opzoomeractiviteiten van de Opknapkaravaan en projectleiding ¦ 950.000,=, gereserveerd bedrag voor monitoring en
communicatie ¦ 300.000,=. Het resterende bedrag ¦ 12.400.000,= wordt dus voor de helft (¦ 6.200.000,=) besteed aan voorzieningen voor kinderen en
jongeren, de andere helft aan verbetering van de leefbaarheid in de zeven
wijken. De bestedings-voorstellen zijn mede gebaseerd op tien ingediende
projectvoorstellen. Deze ingediende voorstellen betreffen onder andere het
investeren in de kwaliteit van de openbare leefomgeving, een kwaliteitsimpuls
voor de wijken door ondersteuning van de wijkplannen, het verminderen van de
geluidsoverlast van het spoor en het realiseren van ontmoetings- en
opvangmogelijkheden voor jongeren. Binnen de ingediende voorstellen zit een
aantal subvoorstellen (aanpak van hondenpoep, meer groen-voorzieningen, kunst,
openbare toiletten, drinkwaterplaatsen, verlichting, enz.), die bij de
projectvoorstellen met name genoemd worden. Niet alle ingediende voorstellen
zullen echter volledig gehonoreerd worden; het rooien van bomen in de Händellaan
of het bestraten van de Kuyperwijk bijvoorbeeld vallen buiten de orde van dit
voorstel. De indieners van deze voorstellen zijn op de hoogte gebracht van de
einduitslag en zullen ook van dit voorstel in kennis gesteld worden. Het
project “Investeren in de wijken” beslaat een periode van 3 tot 5 jaar. In die
tijd moeten de projecten opgezet en grotendeels afgerond worden. Het betreft
een éénmalige investering waar personele kosten en onderhoudskosten een
onderdeel van kunnen zijn. Dit verschilt per project.
1.2.
(Wijk)aanpak
In de wijken is momenteel al veel overleg gaande met
verscheidene bewonersgroepen over verschillende onderwerpen. Ook is het
afgelopen jaar een aantal malen de mening van de inwoners van Delft gevraagd,
of is hen gevraagd te participeren in een overleggroep. Daarbij ging het dan
bijvoorbeeld over de invulling van speelplekken, de invoering van 30km
gebieden, het plaatsen van fietsenstallingen, leefregels in de wijk of het
plaatsen van afvalcontainers. Maar ook, algemener, over het maken van een
wijkplan en de besteding van de EZH gelden. Hieruit zijn in de wijken diverse
bewonersoverleggen ontstaan.
Ook met jongeren is uitvoerig gecommuniceerd over hun wensen
en behoeftes. In het kader van het integraal jongerenbeleid bijvoorbeeld zijn
gesprekken met diverse jongeren in de wijken gevoerd waaruit heel veel
informatie kwam voor wat betreft hun wensen over héél Delft (wonen, winkels,
sport), maar ook over hun wensen met betrekking tot de voorzieningen in de
wijken zelf. Bij een gehouden jongerenmanifestatie eind ’99 konden jongeren hun
wensen op allerlei manieren kenbaar maken en tijdens het maken van de
wijkplannen Buitenhof en Vrijenban is gebruik gemaakt van speciale
jongerenpanels waar jongeren per wijk hebben aangeven waar wat hen betreft
verbeteringen mogelijk zijn en kansen liggen.
Om een resultaatgerichte aanpak te bewerkstelligen, is het
verstandig aan te sluiten bij al deze bestaande overleggen. Zo worden in de
wijken Wippolder en Voordijkshoorn momenteel, samen met bewoners, wijkplannen
gemaakt. In Voorhof en Tanthof zijn overleggen gaande over de uitvoering van de
gemaakte wijkplannen. In Vrijenban en Buitenhof gaan binnenkort soortgelijke
overleggen van start. In Tanthof kan aangesloten worden bij de bestaande
bewonersoverleggen waarin door bewoners al is aangegeven dat zij een actieve
rol willen spelen bij de uitwerking van de EZH-plannen. Ook in de wijkplannen
staat aangegeven waar de wensen en behoeftes in de wijken liggen. Van deze
inventarisaties van wensen en problemen kan direct gebruik gemaakt worden.
Indien er raakvlakken zijn met onderstaande voorstellen kunnen deze in
samenwerking met groepen bewoners direct opgepakt worden.
De roep om snelle uitvoering en liefst korter en minder
praten wordt in alle wijken gehoord. Vooral bij jongeren. Er wordt om tempo
gevraagd! De wijkcoördinatoren ontmoeten in hun wijk veel bewoners die vinden
dat zij voldoende ‘gehoord’ zijn en zeer gemotiveerd zijn mee te werken aan de
snelle uitvoering van een aantal projecten. In deze notitie wordt dan ook, om
deze motivatie positief aan te wenden en niet te ondermijnen, voorgesteld om
waar mogelijk direct met het merendeel van de projecten aan de slag te gaan en
daaraan ook de nodige ruchtbaarheid te geven. Een eventueel te houden volgende
‘kiesronde’ per wijk om wensen te inventariseren of te prioriteren, zou niet
begrepen worden en het proces van uitvoering stagneren. Een snelle start is dan
ook de belangrijkste reden om het budget wel per wijk te verdelen, maar
afhankelijk van de behoeften en het
karakter van de wijk, per wijk te bekijken waar de prioriteiten liggen.
Dit betekent dat de uitvoering van de projecten per wijk kan verschillen, maar
het totale budget dat uiteindelijk in de wijk besteed wordt, zal globaal gelijk
zijn. Het budget per wijk staat dus vast, maar binnen dat bedrag kan met de
budgetten van de projecten geschoven worden naar aanleiding van de prioritering
binnen de wijk. Een andere reden voor deze vorm van verdeling is het feit dat
een aantal projecten voor meerdere wijken aan de orde, dus wijkoverschrijdend,
is.
1.3. Eerste bestedingsvoorstel
Vooruitlopend op dit bestedingsvoorstel
is besloten een projectleider aan te stellen en op kortere termijn concreet in
de wijken aan de slag te gaan. (raadsbesluit 25-5-2000). De projectleider is
aangesteld en ook het concreet in de wijken aan de slag gaan, gebeurt inmiddels
in de vorm van “De Opknapkaravaan”. Met de leus “De wijken in het
zonnetje” wordt de wijken ingetrokken. De wijken Tanthof, Wippolder en de
Binnenstad zijn door de Opknapkaravaan aangedaan. Voor dit jaar staan Hof van
Delft, Vrijenban, Voorhof en Buitenhof op het programma. Graffiti is verwijderd,
beplanting gesnoeid, bestrating verbeterd en hondenpoep opgeruimd. Evaluatie in
Tanthof leerde dat de waardering onder bewoners hoog was en dat er gevraagd
werd om meer van dit soort akties (bijvoorbeeld in het voor- en najaar).
1.4. Strategie
Onderstaande projectvoorstellen geven een indicatie hoe het
resterende budget besteed gaat worden. Het moge duidelijk zijn dat de looptijd
van de meeste projecten meerdere jaren beslaat. Zoals al eerder betoogd,
verdient het aanbeveling zo snel mogelijk te beginnen. Een aantal projecten
leent zich hier ook uitstekend voor. Het is nadrukkelijk de bedoeling om bij de
uitvoering van onderstaande voorstellen samen te werken met partijen binnen en
buiten de ambtelijke organisatie om een zo breed mogelijk draagvlak tot stand
te brengen. Hoe meer draagvlak hoe sneller het project in uitvoering kan gaan.
Echter zodra er met verschillende partijen naar een oplossing of idee gekeken
wordt, bestaat de kans dat dit op onderdelen aangepast moet worden. Dit
impliceert dat gaandeweg het proces van inspraak en instemming extra alertheid
geboden is op mogelijke aanpassingen van onderdelen van het voorstel. Uiteraard
wordt met de uitvoering pas begonnen zodra er overeenstemming is en helder is
wanneer iets daadwerkelijk gerealiseerd kan worden.
1.5. Wijkoverschrijdende projecten
Wijkoverschrijdende projecten zijn projecten die verder
reiken dan één wijk. Sommige van deze projecten zijn reeds in uitvoering (zoals
de speel-plekken) en behoeven om die reden geen wijkoverleg (meer). Er wordt
bij deze projecten gekeken naar de
verdeling van reeds bestaande voorzieningen over de wijken. Ook wordt er
getoetst of het ‘leefbaarheids-budget’
naar evenredigheid van het inwonersaantal per wijk wordt besteed. In een
later stadium, het uitvoeringsgedeelte, wordt uiteraard ieder voorstel met de
buurt besproken. Een aantal thema’s en
projecten die ingediend zijn om de situatie voor de kinderen en jongeren in de
Delft te verbeteren, kunnen op deze wijze opgepakt worden. Voorbeelden hiervan
zijn: het TOS-project, de uitvoering van de speelplekkenplannen of de uitbreiding
van de speelballocaties. Hetzelfde geldt voor sommige voorstellen ter
verbetering van de leefbaarheid in de wijken. Andere voorstellen echter, zoals
meer en kleurrijker beplanting, zullen samen met de buurt of de wijk
vormgegeven moeten worden. Zodra dit globale plan van aanpak akkoord
bevonden is, kan begonnen worden met een gedetailleerdere invulling. Deze
invulling zal in samenwerking met de vakdisciplines en betrokken bewoners uit
de doelgroep gemaakt worden.
1.6.
Binnenstad
De Binnenstad is, zoals bekend, qua karakter verschillend
van de andere wijken en heeft bijvoorbeeld ook geen wijkprogramma waar op
aangesloten kan worden. Sommige projecten uit dit voorstel, zoals een Speelbal
of een skatebaan, kunnen niet in de Binnenstad gerealiseerd worden. Andere
zaken echter, zoals openbare toiletten, drinkwaterplaatsen of verbetering van
het straatmeubilair, waaronder straatverlichting, zijn bij uitstek geschikt
voor de Binnenstad. Samen met het Binnenstadsforum en vertegenwoordigers van
jongeren wordt bekeken waar het budget voor de Binnenstad het best aan besteed
kan worden.
2.
Projectvoorstellen kinderen en jongeren
In de ene wijk in Delft wordt meer voor kinderen en jongeren
georganiseerd dan in de andere wijk. Ook verschillen de speelmogelijkheden
zoals (bewaakte) speeltuinen, Speelbal/Balspel, skatebanen, basketbalvelden en
dergelijke nogal per wijk. Bekeken wordt in welke wijken behoefte is aan (meer)
sport- en spelprojecten.Van onderstaande projecten kan een aantal (2.1; 2.2;
2.3 en 2.4) wijkoverschrijdend opgepakt worden. Andere (2.5; 2.6 en 2.7) zullen
al in de beginfase in de wijk besproken worden.
TOS/Speelbal/Balspel/Brede-schoolpleinen
- Het TOS (Thuis
Op Straat)-project staat voor het teruggeven van de straat aan de buurt. “Het
goud ligt op straat” is het motto, daarmee doelend op de mogelijkheid tot meer
recreëren op straat. Het biedt sport- en spelactiviteiten aan voor kinderen tot
13 jaar op straten en pleinen, in buurthuizen en sportzalen en op alle andere
mogelijke locaties in de buurt en is vooral gericht op verbetering van de
leefbaarheid. Een belangrijke doelstelling is het bevorderen van de
betrokkenheid van bewoners bij hun eigen buurt zodat de sociale samenhang
verbetert.
- Balspel is een
vaste speelgoedcontainer in de wijk Buitenhof waarvan de medewerkers sport- en
spelactiviteiten ondernemen met jongeren vanaf 11 jaar. De medewerkers zijn in
dienst van de BreedWelzijnDelft/ Jongerenpreventiewerkers op straat (Hierna te
noemen: BWD/JOS).
-
Speelbal is een vaste speelgoedcontainer in Poptahof voor de jeugd
uit de wijk tot 13 jaar. Deze medewerkers zijn in dienst van Delft Wonen.
De filosofieën van Speelbal/Balspel en TOS hebben veel
overeenkomsten. Beide betrekken ouders en bewoners bij de uitvoering van de
sport- en spelactiviteiten en bevorderen op deze wijze de contacten tussen
bewoners. Speelbal/Balspel zijn herkenbare, vaste locaties in de wijk; TOS
biedt de kans om bewoners in de buurt te benaderen, zo vullen ze elkaar
naadloos aan. De BWD/JOS zal beide projecten organiseren en coördineren.
- De speelpleinen van
de Brede-school zijn schoolpleinen die in het kader van de
Brede-schoolgedachte toegankelijk gemaakt worden en dan in de wijk als openbare
speelgelegenheid dienen. Het gebruik van de schoolpleinen van de Brede-scholen
bieden kansen tot samenhang en samenwerking tussen bovenstaande onderdelen.
2.1. TOS
Het sport- en spelaanbod van TOS is voor verschillende
leeftijdscategorieën tot 13 jaar, wat goed aansluit bij de activiteiten van
Balspel/Speelbal die eveneens bedoeld zijn voor 4 tot 13 jarigen. TOS bestaat
uit medewerkers van de BWD/JOS die kinderen en jongeren in de buurt benaderen
met sport- en spelmiddelen. Er wordt daarbij intensief samengewerkt met jong en
oud. Het opzoeken van de kinderen, de kans om ‘in de straat’ activiteiten te
organiseren, maakt TOS een mobiel project.
Het college heeft op 4 april 2000 besloten het TOS-project
een proefperiode van vier jaar te steunen. Eén jaar wordt gefinancierd door de
Provincie. Na die drie jaar moet het project geëvalueerd worden en kan bekeken
worden of TOS structureel gemaakt kan worden of geen vervolg krijgt. Een
vervolg kan ook inhouden dat bij gebleken succes externe partijen bijdragen aan
een structurele financiering van het project. Of dat een gedeelte uit de
wijkbudgetten gefinancierd wordt.
Start TOS-werkgroep: maart 2001
Verantwoordelijk: projectleider Brede-school (in
samenwerking met het vakteam Welzijn)
Externe participanten: PJ Partners, BWD, corporaties
Voorstel: TOS-project opstarten met gegarandeerde
exploitatie van drie jaar
Voorgesteld budget: ¦ 650.000, = (de provincie draagt eenmalig ¦ 200.000,= bij)
2.2.
Speelbal/Balspellocaties
In de wijken Buitenhof en Voorhof bestaan de sport- en
spelprojecten Balspel (voor jongeren vanaf 11 jaar) en Speelbal (voor kinderen
van 4 tot 13 jaar) al gedurende een lange periode. De positieve ervaringen
opgedaan met deze twee speelprojecten zijn bepalend geweest voor de huidige
keuze om te komen tot uitbreiding van deze voorzieningen. Spelen in de eigen
wijk op veilige locaties ervaren kinderen als plezierig en levert een
belangrijke bijdrage aan de verbetering van het woon- en leefklimaat in de
wijken omdat daar geleerd wordt om samen te spelen en te sporten.
Ook voor de nieuwe locaties van het Speelbal/Balspelproject
moet bekeken worden of externe partijen, zoals corporaties, kunnen bijdragen
aan een structurele voortzetting van dit project. De BWD/JOS zal een
belangrijke bijdrage leveren aan het initiëren en coördineren. De exploitatie
van het Speelbal/Balspel project wordt eveneens voor drie jaar gefinancierd.
Start Speelbal/Balspel-werkgroep: maart 2001
Verantwoordelijk vakteam: Wijkzaken (in nauwe samenwerking
met Welzijn)
Externe participanten: BWD, corporaties
Voorstel: bepalen welke wijken in aanmerking komen voor de
plaatsing van nieuwe sport- en spelcontainers, geschikte locaties vaststellen
en de containers realiseren met een gegarandeerde exploitatie van drie jaar.
Ook dient in deze periode overleg te zijn met de corporaties over bijdragen in
de kosten.
Voorgesteld budget: ¦ 1.200.000,=
2.3.
Schoolpleinen Brede-scholen
In het kader van de ‘Brede-school-gedachte’ moeten
schoolpleinen, bij scholen die gaan werken volgens deze visie, ingericht worden
als openbare speelplaats. Ook deze herinrichtingsplannen dienen uiteraard te
voldoen aan de huidige veiligheidseisen. In overleg met alle scholen die van
hun pleinen een openbare speelvoorziening willen maken moet een plan gemaakt
worden voor de herinrichting van deze schoolpleinen. In het EZH-project
Brede-school is voor dit doel ¦ 210.000
uitgetrokken en uitgewerkt in een stimuleringsregeling. Het gaat daarbij om een
beperkt bedrag voor een beperkt aantal schoolpleinen. Door de middelen van het
EZH-project “Investeren in de wijken” hiermee te integreren kan de
stimuleringsregeling verruimd worden en kan ook aandacht geschonken worden aan
de beveiliging van speeltoestellen en schoolgebouwen tegen vandalisme.
Tot het Brede-school-programma behoort ook een sport- en
spelprogramma. Dit is ook een onderwerp van de Sportvisie.
De Brede-school-makelaars gaan dan ook aanhaken bij twee
Sportvisie-werkteams waar voorstellen worden voorbereid die buurtbewoners en
scholieren stimuleren om meer aan sport te gaan en te blijven doen. Een deel
van het Brede-school-programma omvat culturele en sportieve activiteiten die op
de schoolpleinen kunnen worden uitgevoerd, zoals het TOS-project en de
eventuele mobiele skatebanen.
Brede-school werkgroep: aansluiten bij bestaande werkgroep
Brede-school
Verantwoordelijke: Projectleider Brede-school (in
samenwerking met de Programmaleider Integraal Jongerenbeleid)
Externe participanten: onderwijsinstellingen, BWD
Voorstel: scholen die bereid zijn hun pleinen voor een ieder
toegankelijk te maken, te ondersteunen bij de herinrichting van deze pleinen
Voorgesteld budget: ¦ 500.000,=
2.4.
Speelplekken
Speelplekken moeten aantrekkelijk zijn en voldoen aan de
Europese veiligheidseisen. Voor de wijken Voorhof, Wippolder, Tanthof,
Voordijkshoorn, Vrijenban en Buitenhof zijn inmiddels samen met bewoners
speelplekkenplannen gemaakt die in uitvoering gaan of reeds in uitvoering zijn.
Na overleg in de wijken bleek dat de wensen die zijn ingebracht de
oorspronkelijke begroting te boven gaan. Er was voldoende budget voor het
veilig maken, maar extra wensen van bewoners voor ‘leuker en beter’ konden niet
gehonoreerd worden. Om aan deze wensen van de bewoners tegemoet te komen moet
een aanvullend bedrag beschikbaar gesteld worden zodat er gewerkt kan worden
aan kwalitatief hoogwaardige speelvoorzieningen. Bij het maken van de
speelplekkenplannen is al geanticipeerd op de mogelijkheid de speelplekken in
Delft aantrekkelijker en spannender te maken door de inzet van extra budget. Er
zijn naar aanleiding van de wensen van bewoners drie gradaties van aanpak
aangebracht. De speelplekken met de hoogste prioriteit worden momenteel veilig
gemaakt. De volgende fases zijn afhankelijk van de toekenning van onderstaand
budget.
Start: in uitvoering
Verantwoordelijk vakteam: Ingenieursbureau
Externe participanten: Inicio, Infragroen, bewoners, speeltuinorganisaties,
BWD
Voorstel: verbeteren openbare speelvoorzieningen en
betreffende toegangspaden
Voorgesteld budget: ¦ 1.400.000,=
2.5.
Speel- en trapvelden
De bestaande speel- en trapvelden in Delft worden zeer
intensief gebruikt. Ook de basketbalvelden zijn erg in trek. De staat van
onderhoud van deze velden laat vaak te wensen over. De jeugd zelf ervaart
spelen in de buurt als uitermate plezierig, maar klaagt regelmatig over de
staat waarin deze velden verkeren.
“Mooi Zo Goed Zo” maakt graag gebruik van de velden bij diverse evenementen
zoals ‘Sport on the Streets’. Het spelen op zo’n veld levert echter soms
overlast op voor omwonenden. Om die overlast zoveel mogelijk te beperken,
kunnen bijvoorbeeld ballenvangers geplaatst worden. Bij het opknappen van de
velden kan gedacht worden aan drainage, kunstgras of asfalteren. Er is ook
vraag naar betere en veiliger aanlooproutes van en naar de speelvelden.
Start werkgoep: april 2001
Verantwoordelijke: Programmaleider Integraal Jongerenbeleid
Voorstel: speelvelden opknappen, trapvelden voorzien van
doelen en ballenvangers, toegangspaden verbeteren
Externe participanten: bewoners, BWD, MzGz
Voorgesteld budget: ¦ 850.000,=
2.6.
Skatebanen
Delft heeft maar één skatebaan, in Tanthof, die bij jongeren
zeer in trek is. Er is veel vraag naar uitbreiding van het aantal
skatevoorzieningen. Om aan deze vraag te voldoen moet een aantal mogelijke
locaties gezocht worden die redelijk verspreid over de stad liggen. Uit het
jongerenproject “Laat de knikkers maar rollen” is de aanleg van een skatebaan
gehonoreerd. Daarvoor is ¦
100.000,= beschikbaar. Daarnaast kan de huidige skatebaan uitgebreid worden. De
BWD/JOS stelt voor een aantal
verrijdbare skatebanen aan te schaffen die kunnen worden ingezet bij de
TOS en Speelbal/Balspel projecten čn bij de Brede-schoolactiviteiten.
Start werkgroep: maart 2001
Verantwoordelijk vakteam: Wijkzaken (samen met
programmaleider Integraal Jongerenbeleid)
Externe participanten: bewoners, BWD
Voorstel: locaties bepalen en skatebanen realiseren
Voorgesteld budget: ¦ 900.000,=
2.7.
Activiteiten
Tijdens de schoolvakanties zijn sommige buurthuizen een deel
van de vakanties gesloten en is er vaak weinig te doen voor jongeren in de
wijken. Tijdens de zomervakantie, maar ook rond Oud en Nieuw, is er juist
behoefte aan activiteiten. Het is belangrijk om samen met jongeren zulke
activiteiten te organiseren. In eerdere gespeksronden is naar voren gekomen dat
er behoefte is aan soaplessen, muziek workshops, een theatergroep voor jongeren
en festivals in de wijk waarbij een rijdend podium ingehuurd kan worden om een
deel van deze activiteiten uit te voeren. Door de landelijke projectgroep Jeugd
In Beweging (JIB) wordt aanbevolen om in samenwerking met onderwijs,
sportverenigingen, jongerenwerk en buurtinstellingen met en voor jongeren
laagdrempelige activiteiten te organiseren. Bovendien raadt zij aan om sport-
en culturele activiteiten hand in hand te laten gaan teneinde aan te sluiten
bij de belevingswereld van jongeren. Deze activiteiten zouden met name buiten
schooltijd en in de vakanties aangeboden moeten worden. Deze aanbeveling wordt
gedaan op grond van geconstateerde bewegingsachterstand bij jongeren en als
gevolg daarvan genieten jongeren in het kader van Sportvisie 2000+6 prioriteit.
De activiteiten dragen niet alleen bij aan het terugdringen van de
bewegingsachterstand, maar ook aan het verhogen van de leefbaarheid in de wijken
en het voorkomen van de negatieve effecten van groepsvorming onder jongeren. Op
basis van de aanbevelingen van JIB en de evaluatie van de zomeractiviteiten in
het jongerenwerk van vorig jaar (zie actieprogramma Integraal Jongerenbeleid)
wordt voorgesteld in genoemde periode begeleide activiteiten te organiseren,
wat goed aansluit bij het Brede-schoolprogramma
Werkgroep: aansluiten bij Integraal Jongerenbeleid
Verantwoordelijke: Programmaleider Integraal Jongerenbeleid
(in samenwerking met de Projectleider Brede-school)
Externe participanten: bewoners, BWD, MzGz, VAK
Voorstel: laagdrempelig activiteitenaanbod op gebied van
sport en cultuur uitbreiden. Tevens voorzien in begeleiding van deze
activiteiten.
Voorgesteld budget: ¦ 700.000,= (350.000,= voor het Brede-schoolprogramma,
budgetverantwoordelijke projectleider Brede-school en 350.000,= ten gunste van
wijkoverschrijdende activiteiten, budgetverantwoordelijke programmaleider
Integraal Jongerenbeleid)
3.
Projectvoorstellen leefbaarheidsverbetering
Ook voor deze projecten geldt dat er een aantal wijkoverschrijdend opgepakt worden. Andere
zullen al in de beginfase in de wijk besproken worden.
3.1. ‘Delftse Opknapkaravaan’
Uit de wijkoverleggen blijkt steeds
weer dat ‘schoon, heel en veilig’ bovenaan de prioriteitenlijst staat; zoals de
aanpak van de hondenpoep, de bestrijding van graffiti en het (’s nachts) veilig
over straat kunnen. Gezien het succes van de Opknapkaravaan is het van
belang deze, weliswaar in gewijzigde vorm, nog enige tijd door te zetten. Door
bewoners wordt veel waarde gehecht aan het direct kunnen bespreken van het
‘klein onderhoud’ met betrokken uitvoerende ambtenaren. Ook het zien van direct
resultaat spreekt bijzonder aan. Er moeten echter enige wijzigingen in de
bestaande voorwaarden aangebracht worden zodat
de “Opknapkaravaan” kan uitgroeien tot een echte variant van de
Rotterdamse “Opzoomeractiviteiten”. Het is de bedoeling dat het initiatief meer
komt te liggen bij bewoners en externe partijen zoals corporaties en scholen.
De gemeentelijke Opknapkaravaan wordt dan meer ondersteunend aan bewoners en
bijvoorbeeld corporaties. De reorganisatie en het wijkgericht werken
zullen tot gevolg hebben dat in drie
jaar tijd het structurele onderhoud in de wijken verbeterd wordt, zodanig dat
de behoefte aan de Opknapkaravaan vermindert. De benodigde extra gelden voor
akties kunnen op die termijn eventueel uit de wijkbudgetten betaald
worden.
Start werkgroep: oktober 2001
Verantwoordelijk vakteam: Wijkzaken
Externe participanten: bewoners, scholen, corporaties,
Delfland, Casema
Voorstel: Delftse opzoomeractiviteiten ter ondersteuning van
initiatieven van bewoners en corporaties. Dit ten behoeve van de zeven
woonwijken voor een periode van drie jaar
Voorgesteld budget: ¦ 450.000,=
3.2.
Verfraaien van wijken door nieuwe beplanting
Uit de wijkplannen blijkt dat er behoefte bestaat aan meer
kleur in het groen, en ook aan meer ‘zelfwerkzaamheid’ van bewoners in de
groenlocaties. Dit kan door bijvoorbeeld op bepaalde groenplekken in woonwijken
zichtbaar meer kleur aan te brengen door nieuwe (seizoengebonden) beplanting in
de vorm van bloembollen en het aanbrengen van bloembakken. Het onderhoud kan
gedeeltelijk door de omwonenden zelf gebeuren. Samen met de bewoners, de
opbouwwerker en wijkcoördinatoren wordt in kaart gebracht welke locaties in de
wijk geschikt zijn voor meer “kleur” (bloembollen, bloembakken en
beplanting). Dit project kan
samenvallen met de opzoomeractiviteiten van de Delftse Opknapkaravaan.
Start werkgroep: maart 2001
Verantwoordelijk vakteam: Wijkzaken
Externe participanten: bewoners, Stichting Kindertuinen
Voorstel: investeren in meer ‘kleur’ in 6 wijken (exclusief binnenstad) door
bloembollen, bloembakken en beplanting.
Voorgesteld budget: ¦ 750.000,=
3.3. Een
schonere stad
Uit de genoemde overleggen en aanmeldingen voor de
Opknapkaravaan blijken overlast nummer één, twee en drie nog steeds te bestaan
uit hondenpoep, graffiti en zwerfvuil. Als aanvulling op het dagelijks beheer
van de stad moet een actieplan geformuleerd worden dat gericht is op het
tegengaan van dit soort overlast. In dit plan moeten preventieve, facilitaire
en repressieve maatregelen zijn opgenomen tegen de overlast die veroorzaakt
wordt door hondenpoep, graffiti en zwerfvuil. Met betrekking tot bestrijding
van deze overlast moet een stringent ontmoedigingsbeleid geformuleerd en
uitgevoerd worden.
Start werkgroep: april 2001
Verantwoordelijk vakteam: Stadsbeheer
Externe participanten: Kynologenclub, bewoners
Voorstel: actieplan maken tegen deze vormen van vervuiling
Voorgesteld budget: ¦ 1.900.000,=
3.4.
Verfraaien van wijken door kunst
De wijken ‘mooier’ maken kan door meer groen, of schonere
straten, maar ook meer kunst kan bijdragen aan een beter woonklimaat.
Verfraaiing van de omgeving kan bijvoorbeeld door een kwaliteitsimpuls van het
straatmeubilair of beelden of andersoortige kunst in de wijk. Samen met bewoners
kan ook zelf aan kunst gewerkt worden. Kijk naar het voorbeeld in de Wippolder
waar een gemęleerd gezelschap van bewoners onder leiding van een kunstenaar
Delftse thema’s op tegeltableau’s schilderde Ook kan er gedacht worden aan
kunstroutes door wijk. Het betreft hier een eenmalige investering in alle
wijken.
Start werkgroep: mei 2001
Verantwoordelijk vakteam: Cultuur (CKE)
Externe participanten: kunstenaars/architecten, bewoners,
culturele instellingen.
Voorstel: meer kunst in de wijken creëren
Voorgesteld budget: ¦ 700.000,=
3.5.
Buurtacademieprogramma
Het project Buurtacademie voorziet in een programma in de
wijken met een cursusaanbod van educatieve en culturele activiteiten binnen
bestaande instellingen en laagdrempelige voorzieningen in de buurt. Dit
programma is toegespitst op
verschillende leeftijdscategorieën en bevolkingsgroepen. De activiteiten worden
voor de hele stad onder één vlag aangeboden, zodat ze herkenbaar zijn als een
activiteit van de Buurtacademie. Voor een deel kunnen in de academie bestaande
activiteiten worden ondergebracht. Nieuwe activiteiten, die deels op dit moment
al ontwikkeld worden, krijgen er ook hun plek. Te denken valt aan voorlichting
over het systeem van het Nederlandse onderwijs, de gezondheidszorg, de wijkaanpak,
Internet of kinderopvang. Daar zit, voor een deel, ook de aansluiting bij čn de
overlap naar de Brede School. Daarnaast bieden stedelijke organisaties (zoals
de Vrije Akademie) via de Buurtacademie decentraal een op specifieke
doelgroepen gericht programma aan. Inhoudelijk uitgangspunt voor de
buurtacademie is het aanbieden van activiteiten die de zelfredzaamheid en het
volwaardig deelnemen aan de Delftse samenleving van bewoners vergroten. Het
aanbod is wijkgericht, op basis van vraag, waarbij rekening gehouden wordt met
het reeds bestaande activiteitenprogramma in de wijken. Een makelaar kan
(multi)culturele activiteiten in de wijken ontwikkelen en de vraag afstemmen op
het gemeentelijke cultuuraanbod. Het betreft hier een eenmalige aktie voor een periode
van drie jaar.
Start werkgroep: mei 2001
Verantwoordelijk vakteam: Welzijn
Externe participanten: corporaties, BWD,
onderwijsinstellingen, jongerencentra, buurthuizen, Sportraad, GGD en
zelforganisaties van migranten
Voorstel: een breed aanbod van educatieve activiteiten
aanbieden in bestaande voorzieningen in de wijk
Voorgesteld budget: ¦ 750.000,00
3.6.
Veiligheid
Veiligheid is een breed begrip. Er kan van alles onder
vallen. Van een gevoel van onbehaaglijkheid bij bijvoorbeeld een enge plek tot
werkelijk onveilige verkeerssituaties. Gevoelens van onveiligheid op straat
worden in belangrijke mate veroorzaakt door negatieve omgevingsfactoren:
slechte verlichting, plekken die door overmatige begroeiing aan het zicht zijn
onttrokken, onoverzichtelijke achterpaden, enz. Samen met bewoners en corporaties moet gekeken worden naar
oplossingen op buurtniveau.
Sociale veiligheid kan op vele manieren verbeterd worden.
Andere steden hebben daar al ervaring mee. Denk aan het project
buurtbemiddeling dat inhoudt dat buurtbewoners zelf bemiddelen bij burenruzies.
Bewoners worden opgeleid tot bemiddelaars. Of het project Buurtvaders. Dit zijn
allochtone vaders die toezicht op straat houden om allochtone jongeren te
begeleiden. Ouderen voelen zich minder geďsoleerd en daardoor veiliger als ze
vanuit huis kunnen communiceren. Internet is daar uitstekend geschikt voor.
Daarvoor kunnen cursussen Internet voor ouderen georganiseerd worden. Bekeken
moet worden welke projecten in dit kader opgepakt worden.
Vaak wordt het deelnemen aan het verkeer door vooral
fietsers en wandelaars als onveilig ervaren. Dit ondanks het feit dat de
gemeente de uitvoering van 30 km gebieden en het fietsactieplan ter hand
genomen heeft. In de wijken wordt er gesproken over onveilige oversteekplaatsen,
te weinig verkeerslichten, slechte en donkere fietsroutes, te weinig
fietsenstallingen. Met bewoners moeten deze locaties bekeken worden en
oplossingen gezocht worden. Er moeten aanvullende verkeers-voorzieningen komen
en aangehaakt worden bij de invoering van 30 km. gebieden, het fietsactieplan
en het Keurmerk Veilig Wonen van de Politie. Voor zover mogelijk wordt ook
aangesloten bij de voortgangsnota van 1999 ‘Een veilige stad voor
iedereen’ waarin uitgangspunten zijn
geformuleerd waarbinnen het veiligheidsbeleid op wijkniveau vorm kan
krijgen.
Werkgroepen: aansluiten bij projectgroep Integraal
Veiligheidsbeleid
Verantwoordelijk vakteam: Wijkzaken
Externe participanten: bewoners, Politie, corporaties
Voorstel: verbetering veiligheid(sgevoelens) op fysiek,
sociaal en verkeerskundig gebied
Voorgesteld budget: ¦ 1.650.000,=.
4. Verdeling budget
4.1.
Principe
Als eerste wordt het algemene
verdeelprincipe op hoofdlijnen uiteengezet waarna een optelling volgt van de
bovengenoemde voorstellen voor projecten. Het totale budget van ¦13.650.000,=
wordt dus, gezien de eis dat de helft aan kinderen en jongeren besteed moet
worden, gesplitst in twee delen: de ene helft aan kinderen en jongeren tot 24
jaar, de andere helft aan verbetering van de leefbaarheid in de zeven Delftse
wijken. Het budget wordt per wijk verdeeld en afhankelijk van de
behoeften en het karakter van de wijk
wordt bekeken waar de prioriteiten liggen. De uitvoering van de projecten per
wijk kan verschillen. Het totale budget dat uiteindelijk in de wijk besteed
wordt, zal globaal gelijk zijn.
Totaal beschikbaar volgens raadsbesluit ¦ 13.650.000
Reeds gevoteerd: karavaan +
projectleiding - 950.000
¦ 12.700.000
Algemene kosten communicatie,
monitoring - 300.000
¦ 12.400.000
Hieruit volgt dat een bedrag van f
6.200.000 aan kinderen en jongeren en eenzelfde bedrag van f 6.200.000 aan de
verbetering van de leefbaarheid in de wijken besteed zal worden. Dit betekent
dat er in iedere wijk globaal 8,5 ton aan leefbaarheid en 8,5 ton aan kinderen
en jongeren besteed zal worden. Het is echter wel zo dat in de ene wijk meer
voor jongeren of verbetering van de leefbaarheid moet of kan gebeuren dan in de
andere wijk. Dit wordt gecompenseerd door een evenredig deel van het budget aan
een ander project te besteden, zodanig dat het uiteindelijk bestede budget per
wijk (1,7 miljoen) nagenoeg gelijk zal zijn. Dit geldt eveneens voor de
Binnenstad waar waarschijnlijk qua ruimte minder voor kinderen en jongeren
gerealiseerd kan worden, maar daarentegen weer meer ter verbetering van de
leefbaarheid.
4.2.
Overzicht totale budget:
Hierbij een overzicht van de totaal te besteden bedragen. De
projectleider houdt de regie en initieert in samenwerking met de vakteams de
projecten. Zoals gezegd zal iedere wijk een evenredig deel van het budget
leefbaarheid (8,5 ton) te besteden krijgen. Het budget voor kinderen en
jongeren zal evenwichtig over de hele stad verdeeld worden. Bij de
budgetverdeling wordt in het oog gehouden dat het totale budget dat in de wijk
besteed wordt globaal gelijk zal zijn aan de andere wijken. Het budget per wijk
staat vast. Binnen dit budget kan flexibel omgegaan worden met de bestedingen
voor de verschillende projecten, al naargelang de behoeften en prioriteiten
binnen een wijk.
Er wordt jaarlijks getoetst of de
verdeling over de wijken globaal evenwichtig is. Ieder jaar wordt een
financieel overzicht van de stand van zaken aan de raad voorgelegd. Aan het
eind van 2001 zal het eerste overzicht er liggen.
Kinderen
en jongeren
TOS-project ¦ 650.000,=
Speelbalprojecten
¦ 1.200.000,=
Schoolpleinen ¦ 500.000,=
Speelplekken ¦ 1.400.000,=
Speel- en trapvelden ¦ 850.000,=
Skatebanen ¦ 900.000,=
Activiteiten ¦ 700.000,=
¦ 6.200.000,=
Leefbaarheid
Opzoomeractiviteiten Opknapkaravaan ¦ 450.000,=
Kleur in het groen in de wijk ¦ 750.000,=
Schonere stad (hondenpoep, graffiti, zwerfvuil) ¦ 1.900.000,=
Kunst in de wijken ¦ 700.000,=
Buurtacademie ¦ 750.000,=
Veiligheid ¦ 1.650.000,=
¦ 6.200.000,=
Totaal ¦ 12.400.000,=