Inhoudsopgave

 

1. Het onderzoek............................................................................................................................

1.1 Inleiding...................................................................................................................................

1.2 Aanleiding van het onderzoek.....................................................................................................

1.3 Doelstelling van het onderzoek...................................................................................................

1.4 Methode van onderzoek.............................................................................................................

2. Enquête horecaondernemers.......................................................................................................

3. Enquête omwonenden.................................................................................................................

3.1 Overlast...................................................................................................................................

3.2 Tijdstip van overlast naar gebied.................................................................................................

3.3 Overlast gemeld bij politie of gemeente.......................................................................................

4. Conclusies en aanbevelingen.......................................................................................................


1. Het onderzoek

 

1.1 Inleiding

De sector Bouwen, toezicht en ondernemen van cluster Publiekszaken heeft een onderzoek laten uitvoeren ten behoeve van de evaluatie van de vrije openings- en sluitingstijden van horecabedrijven. Het onderzoek is voor het grootste deel uitgevoerd door drie studenten van de School voor Communicatiesystemen uit Utrecht: Bas Labordus, Giovanni Eersteling en Jacco Tunzi. De belangrijkste vragen in het betreffende onderzoek zijn in welke mate de horecaondernemers tevreden zijn met de vrije openings- en sluitingstijden en in welke mate omwonenden hiervan overlast ondervinden.

 

1.2 Aanleiding van het onderzoek

Sinds juni 1998 is in de gemeente Delft een nieuw horecabeleid van kracht. Het nieuwe beleid maakt het voor horecaondernemers mogelijk om maximaal vier avonden per week af te wijken van de reguliere openings- en sluitingstijden. Dit houdt in dat eigenaren van de horecagelegenheden zelf mogen bepalen op welke vier dagen van de week ze een vrije openings- en sluitingstijd hebben.

Na twee jaar ervaring opgedaan te hebben met het huidige horecabeleid was het tijd om te evalueren.

 

1.3 Doelstelling van het onderzoek

Het doel van het onderzoek is het verkrijgen van inzicht in de mate waarin de regeling voor vrije openings- en sluitingstijden bevalt onder de horecaondernemers en of de omwonenden overlast daarvan ervaren.

 

1.4 Methode van onderzoek

De opzet van het onderzoek is tweeledig. Enerzijds zijn de horecaondernemers ondervraagd die een vergunning voor verruimde openings- en sluitingstijden hebben. De horecaondernemers werden gevraagd naar hun ervaring met het huidige horecabeleid en hun mogelijke wensen, opmerkingen en klachten. Anderzijds is er een enquête gehouden onder de omwonenden van de betreffende horecagelegenheden. De omwonenden werden gevraagd naar hun ervaring met overlast.

Alle horecabedrijven met een vergunning voor verruimde openings- en sluitingstijden zijn aangeschreven met het verzoek een korte vragenlijst in te vullen. Van de 55 horecabedrijven met een vergunning hebben 27 de vragenlijst geretourneerd. De enquêtes zijn ongeveer een week na de poststempel persoonlijk in de horecagelegenheid opgehaald.

Onder de omwonenden is een telefonische enquête gehouden. Van de 683 mensen, die in een straal van 50 meter van een horecagelegenheid met vergunning wonen, zijn er 602 bereikt. Uiteindelijk hebben 454 mensen aan het onderzoek meegewerkt.

Voorts is er voor de opzet van het onderzoek gebruik gemaakt van verschillende informatiebronnen. Er zijn informatieve gesprekken gehouden met de volgende organisaties: de politie, Milieu Delft, Koninklijk Horeca Nederland, afdeling Delft Oostland. Hieronder volgt een korte samenvatting.

Bij de politie worden alle incidentmeldingen, aangiften en delicten geregistreerd. Uit deze registratie is volgens de politie gebleken dat er door de nieuwe openingstijden een verschuiving van delicten heeft plaats gevonden van het ene uitgaansgebied naar het andere. De toename van delicten is in de uitgaansgebieden hoger dan buiten deze gebieden. Het sluiten van een café in de Kromstraat heeft het aantal delicten in deze straat doen afnemen, terwijl na de opening van de disco (Speakers) op de Brugwal een toename is waar te nemen. De hoeveelheid delicten is ook afhankelijk van het seizoen en de weersomstandigheden.

Bij de gemeente Delft worden klachten over geluidsoverlast en vernielingen  geregistreerd. Helaas zijn er van de vernielingen geen correcte cijfers bekend omdat in de gehele stad het straatmeubilair is vervangen.

De registratie van geluidsoverlast valt niet binnen het kader van de regeling voor vrije openings- en sluitingstijden. Aangezien er geen tijdstippen genoteerd zijn bij de geregistreerde klachten is er geen inzicht te verkrijgen in de toe- of afname van het aantal klachten na 04:00 uur.

Koninklijk Horeca Nederland, afdeling Delft Oostland (KHN Delft) heeft  in 1996 enquêtes gehouden onder de horecaondernemers in Delft. Aan de horecaondernemers was gevraagd wat zij vonden van het toenmalige bonnensysteem. Mede aan de hand van dit onderzoek is een nieuw horecabeleid ontwikkeld, dat per juni 1998 van kracht is.

Volgens KHN Delft is het voordeel van het huidige systeem, dat er meer duidelijkheid is over de vrije openingstijden voor zowel de ondernemer als de omwonenden en de bezoekers. De gebruikers en de omwonenden zijn nu bekend op welke dagen de horecaondernemer langer open is. Het vertrekkende horecapubliek is via de vrije openingstijden meer gespreid.

KHN Delft is een tegenstander van volledige vrije openingstijden vanwege de mogelijkheid van horecatoerisme richting Delft.

2. Enquête horecaondernemers

Ten behoeve van de evaluatie van het huidige horecabeleid zijn horecabedrijven met een vergunning voor vrije openings- en sluitingstijden ondervraagd. Onderzocht is of zij met deze nieuwe regeling genoeg mogelijkheden in handen hebben om hun bedrijf op de gewenste dagen en op de gewenste tijden te openen en te sluiten. Voorts is gevraagd of zij last ervaren van horecatoerisme of andere vormen van overlast.

Van alle 55 horecabedrijven met een vergunning voor vrije openingstijden hebben 27 ondernemers meegewerkt aan dit onderzoek.

 

Tabel 1: Respons

 

Aantal

%

Respons

27

48

Non respons

28

52

Totaal

55

100

 

In eerste instantie is gevraagd of de horecaondernemers 4 dagen vrij openen en sluiten voldoende vinden. Driekwart van de ondernemers vindt dit voldoende. Geen van de ondernemers vindt dat ze teveel dagen met vrije openingstijden tot hun beschikking hebben.

Ruim de helft van de horecaondernemers wensen meer flexibiliteit in het gebruik van de vrije openings- en sluitingstijden.

Geen van de horecaondernemers heeft sinds de vrije openingstijden een toename van overlast of hinder in of buiten de zaak ondervonden. Op dit punt waren ze allemaal eensgezind.

Het horecatoerisme is volgens een vijfde van de horecaondernemers toegenomen. Het merendeel heeft hier geen zicht op of heeft geen toename kunnen ontdekken.

Het overgrote deel van de horecaondernemers is tevreden over de vrije openings- en sluitingstijden van het huidige horecabeleid. Enkele horecaondernemers wensen onbeperkte vrije openingstijden en meer flexibiliteit met de openingstijden.

3. Enquête omwonenden

Alle mensen, die in een straal van 50 meter van een horecaonderneming wonen met een vergunning voor vrije openings- en sluitingstijden, zijn gevraagd om mee te werken aan dit onderzoek. Van de 683 omwonenden zijn er 602 bereikt. Uiteindelijk hebben 454 mensen aan het onderzoek meegewerkt.

Om inzicht te verkrijgen in de overlast die omwonenden ervaren is gevraagd naar wat voor soort overlast zij ervaren. Verder is gevraagd naar de frequentie en het tijdstip van overlast. Aan de hand van de toe- of afname van overlast na 4:00 uur is na te gaan in hoeverre de overlast is te wijten aan de vrije openings- en sluitingstijden.

 

3.1 Overlast

Aan de omwonenden is gevraagd of zij overlast hebben en wat voor soort overlast zij ervaren. In onderstaande tabel zijn de antwoorden weergegeven.

Tabel 2: Soort overlast

 

%Overlast

% Geluidsoverlast

% Troep en Vernieling

Ja

53

46

19

Nee

47

54

81

Totaal

100

100

100

 

Iets meer dan de helft van de omwonenden heeft wel eens overlast van de horecagelegenheden in de buurt. Bijna de helft van de omwonenden heeft wel eens geluidsoverlast. Gemiddeld heeft men 3 keer per maand geluidsoverlast. Een vijfde heeft last van troep en vernielingen.

 

3.2 Tijdstip van overlast naar gebied

Aan de omwonenden is gevraagd op welk tijdstip zij geluidsoverlast hebben ervaren.

In de volgende tabel is het percentage omwonenden dat geluidsoverlast heeft ervaren uiteengezet naar tijdstip.

 

Tabel 3: Geluidsoverlast naar tijdstip

 

% geluidsoverlast

voor 24:00 uur

% geluidsoverlast

24:00 - 4: 00 uur

% geluidsoverlast

na 4:00 uur

Ja

23

40

11

Nee

77

60

89

Totaal

100

100

100

 

Van alle omwonenden heeft tweevijfde alleen overlast gehad voor 4:00 uur ‘s nachts. Ruim een tiende heeft wel eens overlast gehad na 4:00 ‘s nachts. Hieruit is af te leiden dat de geluidsoverlast die de omwonenden ervaren niet te wijten is aan de vrije openings- en sluitingstijden.

 

3.3 Overlast gemeld bij politie of gemeente

Van de omwonenden heeft een tiende in het afgelopen halfjaar contact opgenomen met politie of gemeente (50 personen). Van de omwonenden die geen contact hebben opgenomen met de politie of gemeente heeft 9% overwogen dit wel te doen.

4. Conclusies

Er bestaat een breed draagvlak onder de horeca-ondernemers voor het huidige sluitingstijdsbeleid, terwijl omwonenden van horecabedrijven nauwelijks meer overlast ondervinden dan onder het oude sluitingstijdenregime.

Er is geen aanleiding om het huidige beleid te veranderen.