Geachte heer Brandsma,

 

 

Dank voor uw brief waarin u informatie verschaft over de stand van zaken binnen de organisatie van de Woonkoepel.

 

Het spijt ons dat het bestuur van de Woonkoepel zich door interne problemen genoodzaakt ziet af te treden. Wij begrijpen dat  dit aftreden is ingegeven door een onevenwichtigheid in de organisatie die zich al langere tijd voordoet.

 

Het is ons bekend dat de Woonkoepel de laatste tijd niet soepel functioneert. Het besluit van het bestuur om af te treden is ook voor ons aanleiding om  ons opnieuw te orienteren over de wijze waarop de woonconsument invloed kan uitoefenen op het woonbeleid op stedelijk niveau.

Daarbij zullen wij aandacht besteden aan de volgende onderwerpen:

 

- Het organiseren van de deskundigheid die nodig is om over de hoofdlijnen van het gemeentelijk woonbeleid te kunnen adviseren. Adviseren op stedelijk niveau vereist een andere benadering dan die van directe belangenbehartiging.

 

- Het betrekken van verschillende groepen woonconsumenten, van huurders tot (verenigingen van ) eigenaren, bij het gemeentelijk beleid. Huurders van corporatiewoningen vormen immers slechts de helft van de Delftse woonconsumenten.

 

- Mogelijkheid en wenselijkheid van aanpassingen in de overlegprocedure. Met name is er de vraag of het driehoeksoverleg een geschikt middel is om consumenteninvloed vorm te geven.

 

Over deze en verwante onderwerpen hopen wij binnenkort een visie te presenteren, die wij graag met huurders en andere belanghebbenden willen bespreken.

 

Gezien de situatie binnen de Woonkoepel en in afwachting van mogelijke organisatorische veranderingen zullen wij de Woonkoepel vooralsnog niet uitnodigen voor het deelnemen aan een driehoeksoverleg.

 

Vertrouwend u hiermee voldoende te hebben geinformeerd.

 

Hoogachtend,

 

Burgemeester en wethouders van Delft,

 

 

 

                                               , burgemeester

 

 

 

                                               , secretaris