Meerjarenraming Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing
(MR-ISV) 2002 - 2004
Inhoud Pag.
Hoofdstuk
1.
Inleiding 2
1.1 Samenvatting..................................................................................…. 2
1.2 Provinciale bijdragen voor de stedelijke
vernieuwing........................ 3
Hoofdstuk
2.
Besluitvormingsprocedure MR-ISV 2002-2004 4
Hoofdstuk
3. Beleid voor de stedelijke vernieuwing Delft 4
3.1 Themaprogramma
wonen...................................................................... 4
3.2 Themaprogramma
economie................................................................. 4
3.3 Themaprogramma
mobiliteit........……….............................................. 5
3.4 Themaprogramma
duurzaamheid...........……….................................... 5
3.5 Themaprogramma
leefbaarheid.............................................................. 5
3.6 Resultaten ISV monitor 2001…...…………………………………….. 5
3.7 Beleid stedelijke vernieuwing
samengevat......................................….. 6
Hoofdstuk
4.
Financieel overzicht MR-ISV 2002 - 2004 8
Hoofdstuk
5.
Toelichting per post 9
5.1 Uitgaven..........................................….................................................. 9
Wonen...............................…..................................................... 9
Economie........................….......................…............................ 10
Mobiliteit......................….......................................................... 11
Duurzaamheid................................…........................................ 11
Leefbaarheid................................…........................................... 15
5.2 Inkomsten...............................................…..…...................................... 17
ISV bijdrage provincie
ZH.............…........................................ 17
Wbb-gelden provincie
ZH.......................................................... 18
Rente/
prijscompensatie.............................................................. 18
PSB-gelden provincie
ZH……….....………………………….. 18
Hoofdstuk
6.
Inspraakprocedure 19
Hoofdstuk
7. Verdeelbesluit 21
Hoofdstuk
8. Toelichting bij de
rekening 2001 22
1. ISV-monitor
2001: inhoudelijk…………………………….. 27
3. ISV-monitor 2001: procesformat…………………………… 35
HOOFDSTUK
1. INLEIDING
1.1 Samenvatting
Deze
MR-ISV geeft een overzicht van de besteding van ISV-gelden en is daarmee een
noodzakelijke 'tussenstap' om te komen 'van DOP tot uitvoering'. De aan Delft
toegekende ISV-bijdrage bedraagt over de gehele periode (2000 t/m 2005) circa €
11,5 miljoen [1]), zijnde
het door de provincie vastgestelde ‘indicatief ISV-budget’ voor Delft. Deze
bijdrage is/wordt door de provincie in gedeelten (drie keer per jaar via de
zgn. ISV-voorschotten) aan de Gemeente Delft uitgekeerd.
Voor de
verdeling van deze ISV-bijdrage wordt dit jaar opnieuw een Meerjarenraming aan
de Gemeenteraad voorgelegd, zodat de door de provincie Zuid Holland verleende
en nog te verlenen ISV-voorschotten kunnen worden verdeeld en besteed. In de
MR-ISV 2002 - 2004 komt, overeenkomstig de voorgaande MR-ISV 2001 – 2005,
opnieuw nadruk te liggen op de volgende prioriteiten: voortzetting van het
ingezette stadsvernieuwingsbeleid (zoals de bevordering van de herstructurering
en leefbaarheid, het opplussen, gevelaanpak, wonen boven winkels, monumenten,
verhuis- en bedrijvensubsidies en voorbereidingskosten) en bijdragen aan de
overige prioriteiten uit het DOP, voor zover zij niet elders gedekt worden. Het
gaat hierbij om bijdragen voor de revitalisering en verduurzaming van het gebied
Schie-oevers, de ontwikkeling van het TU-terrein, het Aardewerkcentrum, de
Stadshal, de autoluwe binnenstad, het programma water en ecologie, het
programma bodemsanering, de geluidssanering van woningen, veiligheidsprojecten,
het Twinning centre, de service- en informatiepunten, enkele nieuwe
sociaal-culturele, educatieve en sportvoorzieningen en tenslotte de
verplaatsing van scholen resp. de invoering van het Brede School concept. Om de
ISV-gelden in 2003 te kunnen besteden, is het van belang dat er door de
Gemeenteraad nog in 2002 een geactualiseerde Meerjarenraming met verdeelbesluit
voor het ISV wordt vastgesteld.
In het kader van de stedelijke vernieuwing wordt/is gewerkt
aan:
·
Uitvoering van in de vorige MR-ISV aangegeven
(deel)programma’s en projecten;
·
Ontwikkeling en jaarlijks bijhouden van een lokaal
monitorsysteem, dat de koppeling legt tussen de programma’s/ projecten
enerzijds en de te bereiken effecten uit het DOP anderzijds;
·
Koppeling van de MR-ISV met de jaarlijkse gemeentelijke
begrotingscyclus (via oa begrotingswijzigingen);
·
Opzetten en uitbouwen van een interne organisatiestructuur;
·
Afstemming en participatie van provincie, regio,
buurgemeenten en lokale externe partijen.
De eerste
drie acties worden door de voorliggende geactualiseerde Meerjarenraming
Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (MR-ISV) gestuurd. Een relatie met de
begrotingscyclus is gelegd via de Zomernota 2003-2006, die onlangs is
vastgesteld. In de Zomernota maakt de MR-ISV onderdeel uit van het onderdeel
‘ontwikkelingen in afzonderlijke reserves, voorzieningen en subcircuits’. Tegelijkertijd met het vaststellen van de
MR-ISV wordt door de raad een ISV-verdeelbesluit en een besluit tot wijziging
van de gemeentebegroting genomen. De laatste twee acties (organisatiestructuur
en afstemming/ participatie) kregen en krijgen de nodige aandacht via een in
september 2002 met medewerking van de provincie georganiseerde werkconferentie
voor projectleiders ISV/SV en via de samenwerking met Schipluiden inzake de
herontwikkeling van de Harnaschpolder en via het door de provincie
georganiseerde regionaal overleg en afstemming.
1.2 Provinciale bijdragen voor
stedelijke vernieuwing
Delft
ontvangt de ISV-voorschotten met ingang van 1 januari 2000 van de provincie
Zuid Holland. In totaal gaat het hierbij om ca.
€ 11,5 miljoen, die nu in gedeelten aan Delft is/wordt overgemaakt. Dit
ISV-geld staat overigens los van de stadsvernieuwingsgelden, die Delft nog t/m
2001 rechtstreeks van het Rijk heeft ontvangen en waarvan de verdeling wordt
bepaald via de parallel aan deze raming vast te stellen Meerjarenraming
Stadsvernieuwing (MRSV 2002-2004).
Door de
provincie Zuid Holland is separaat aan de bovengenoemde ISV budgettoekenning
gevraagd om de zgn. ‘herijkingsmodule’ voor de in het ISV onder te brengen
bodemsaneringsgevallen, voorheen gefinancierd via de Wet Bodembescherming
(Wbb). De Gemeente Delft heeft haar ‘herijkingsmodule’ hiertoe medio 2001
opgestuurd aan de provincie en nadien ambtelijk besproken en opnieuw herijkt,
maar tot op heden is hierover (ondanks frekwent ambtelijk overleg) echter nog
geen definitieve duidelijkheid van de provincie Zuid Holland resp. het
ministerie VROM. Rond 1 oktober 2002 wordt een beschikking verwacht. In deze
MR-ISV wordt er desondanks van uitgegaan dat de provincie positief reageert op
het verzoek van Delft om naast de bovengenoemde indicatieve bijdrage en in
2000/2001 reeds uitgekeerde bodem- en geluidsgelden in totaal ca. € 5,9 mln.
euro over te dragen uit het Wbb-budget in het ISV (conform het laatste verzoek
m.b.t. herijking bodemmodule).
Eind 2000
zijn daarnaast op het verzoek van de Provincie Zuid Holland besprekingen
gestart om invulling te geven aan het Provinciaal Grote Stedenbeleid (PSB). Dit
heeft geleid tot een drietal additionele projecten, die in het kader van de
MR-ISV uitgevoerd worden. Dit zal voor de periode t/m 2003 naar verwachting tot
een provinciale bijdrage ad ca € 0,4 mln. leiden. Een eerste bijdrage ad €
136.000,- is in 2001 reeds verstrekt. De resterende PSB-budgetten voor 2003 en
2004 moeten evenwel formeel nog door Delft worden aangevraagd en door de
provincie worden beschikt, maar zijn overeenkomstig de vorige raming wel in de
MR-ISV opgenomen.
HOOFDSTUK 2. BESLUITVORMINGSPROCEDURE
MR-ISV 2001 - 2004
Het
tijdpad van de besluitvorming is als volgt:
Vaststelling
concept MR-ISV in college 01-10-2002
Concept
MR-ISV ter visie [2]) 14-10-2002
tot 28-10-2002
Inloopspreekuur 16-10-2002
Vaststelling
MR-ISV in college 19-11-2002
Bespreking
MR-ISV in de commissie Leefbaarheid 03-12-2002
Vaststelling
MR-ISV in de gemeenteraad 19-12-2002
HOOFDSTUK 3. BELEID VOOR DE STEDELIJKE
VERNIEUWING IN DELFT
Het
Delftse beleid rond stedelijke vernieuwing is verwoord in het DOP via een
vijftal themaprogramma’s en een vijftal gebiedsgerichte programma’s. Per
themaprogramma zijn er meetbare doelstellingen geformuleerd. Hieronder volgt
per themaprogramma een kort overzicht van de prioriteiten in het kader van deze
Meerjarenraming. De prioriteiten zijn op een uitzondering na (overheveling
negatief budget MRSV) hetzelfde als in de vorige MR-ISV. Daarbij is de
verdeling van de budgetten aangepast aan de actualiteit. Per project zijn in
overleg met de projectleiders niet benutte budgetten uit 2001 ‘doorgeschoven’
naar een volgende jaarschijf (meestal 2003). Per project is er daarnaast een
relatie met de te bereiken effecten in het kader van het ISV/DOP. In paragraaf
3.6 en in de bijlagen (resultaten ISV-monitor) wordt ingegaan op de vraag of en
in hoeverre de te bereiken effecten ook echt zijn of worden bereikt.
3.1 Themaprogramma wonen.
In deze
MR-ISV zijn – overeenkomstig de vorige raming - de volgende prioriteiten
opgenomen:
1.
Continuering van het huidige stadsvernieuwingsbeleid, zoals
beschreven in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing (gevelaanpak, wonen boven
winkels, monumenten, verhuis- en herinrichtingskosten, voorlichting en
inspraak, herstructurering en leefbaarheid, opplussen en voorbereidingskosten).
Dit houdt ook in dat het negatief saldo MRSV (oa. lopende verplichtingen) per
2004 als uitgave zal worden overgeheveld naar de MR-ISV;
2.
Binnen de post leefbaarheid en herstructurering is een
beperkte bijdrage aan de uitvoering van het convenant met de gemeente
Schipluiden over onder meer de herontwikkeling van de Harnaschpolder mogelijk.
3.2 Themaprogramma economie.
Voor dit
themaprogramma gelden – overeenkomstig de vorige raming - de volgende
prioriteiten:
1. De
ontwikkeling van het TU-gebied;
2. Voortzetting
van de bedrijvensubsidie Binnenstad, zoals beschreven in de Meerjarenraming
Stadsvernieuwing (MRSV);
3. Revitalisering
en verduurzaming Schie-oevers;
4. Bijdrage
aan de realisering van een Aardewerkcentrum;
5. Bijdrage
aan de realisering van een Stadshal;
6. Bijdrage
aan de realisering van een Twinning Centre, Radex en BTC.
3.3 Themaprogramma mobiliteit
Het
gemeentebestuur wil in deze MR-ISV – overeenkomstig de vorige raming - aan de
realisatie van het programma autoluwe Binnenstad voorrang geven.
3.4 Themaprogramma duurzaamheid
In deze
MR-ISV zijn – overeenkomstig de vorige raming - de volgende prioriteiten
opgenomen:
1. Voortzetting
van het programma drainage-maatregelen Binnenstad;
2. Bijdrage
aan het programma Water en Ecologie;
3. Bodemsaneringen
ISV;
4. Geluidssaneringen
ISV.
3.5 Themaprogramma leefbaarheid
Voor de besteding van de
ISV-middelen gelden bij dit themaprogramma – overeenkomstig de vorige raming –
de volgende prioriteiten:
1. De
nieuwbouw van buurtaccommodaties
2. Fysieke
maatregelen veiligheid
3. Bijdrage
Sporthallen/ sportzalen
4. Diverse
sport- en spelvoorzieningen in wijken
5. Verplaatsing
van scholen/ vensterschool
6. Service-
en informatiepunten
7. Drie
projecten in het kader van het Provinciaal Stedenbeleid (PSB)
3.6 Resultaten
ISV-monitor 2001.
Vanwege de
verplichting daartoe in de wet Stedelijke Vernieuwing, is de vorig jaar
ontwikkelde ISV-monitor opnieuw ‘gevuld’ met gegevens, ditmaal over 2001. Doel
van deze monitoring is:
q
zicht houden op de voortgang van ISV projecten en
programma’s
q
zicht houden op het bereiken van de ISV doelstellingen
q
zicht houden op de relatie tussen de projecten en
programma’s enerzijds en de stedelijk te bereiken ISV doelstellingen anderzijds
q
zonodig bijsturen van het stedelijk vernieuwingsbeleid
De Delftse
ISV-monitor vergelijkt de ISV-brede doelstellingen uit het DOP met de
daadwerkelijk bereikte resultaten. De monitor kent zowel een inhoudelijke
als een procesmatige kant. De inhoudelijke kant gaat in op de vraag of
en in hoeverre de doelstellingen uit de themaprogramma’s uit het DOP (dus voor
Delft als geheel) ook echt worden bereikt (vooral cijfermatig gezien) en de
procesmatige kant van de monitor gaat in op de vraag of en in hoeverre de in
het kader van het ISV in gang gezette programma’s en projecten ‘op schema’ liggen
en wat de relatieve bijdrage is aan de te bereiken effecten. De inhoudelijke
monitor 2001 vergelijkt dus de diverse cijfers per 31-12-2001 met die van een
jaar daarvoor; de procesmatige monitor brengt de (globale) voortgang van
projecten in beeld.
Uit de
inhoudelijke ISV-monitor 2001 blijkt dat het beleid op een aantal onderdelen
aandacht verdient. Bijstelling van de ten doel gestelde te bereiken effecten
kan volgens de ISV-wetgeving alleen via tussentijds overleg met de Provincie
Zuid Holland plaatsvinden. In tegenstelling tot de situatie van vorig jaar,
moet dit overleg nu waarschijnlijk wel gevoerd worden en wel op die punten
waarop de doelstelling redelijkerwijs niet haalbaar blijkt. De conclusies uit
de monitor die voor de stedelijke vernieuwing in Delft van belang zijn, zijn
kort aangeduid dit jaar de volgende:
1. Duurzaamheid:
riolen en oppervlaktewater: het aantal overstortinrichtingen moet verder worden
teruggebracht
2. Duurzaamheid:
afvalbeleid: meer retourettes realiseren
3. Mobiliteit:
concentratie autoverkeer op hoofdroutes: beperking van de doorgaande functie
van meer wegvakken
4. Mobiliteit:
verder terugdringen van de automobiliteit
5. Leefbaarheid:
beperking criminaliteit: verder terugdringen van het aantal misdrijven en
geweldsdelicten
De
conclusie van de monitor is – overigens net als vorig jaar - dat Delft voor wat
de uitvoering van haar ISV programma betreft, wel ‘op koers’ maar nog niet
voldoende ‘op schema’ ligt. Binnenkort zal moeten worden bezien of de uitvoering van het huidig beleid (binnen
of buiten SV/ISV-kader) alsnog extra inspanningen vereist dan wel dat in een
ander kader reeds is voorzien in het bereiken van bovenstaande doelstellingen.
Indien dit niet het geval is, moet er overleg met de provincie plaatsvinden
over bijstelling van de ISV-doelstellingen uit 2000. Daarnaast laat de
beschikbaarheid van een aantal cijfers soms te wensen over; dit betreft echter
veelal externe instanties die dus niet te beinvloeden zijn door een gemeente.
Vanuit de ISV-monitor 2001 bezien, moeten in elk geval de volgende zaken nader
onderzocht worden:
1. Economie:
doelstelling en projecten met betrekking tot uitkeringsgerechtigden nader
bezien (ook te weinig cijfers voorhanden om dit te meten)
2. Wonen:
doelstelling mbt opplussen (2000 won.) niet haalbaar
3. Duurzaamheid:
doelstelling en projecten mbt terugbrengen van het aantal overstortinrichtingen
nader bezien
4. Duurzaamheid:
afvalbeleid: doelstelling en projecten mbt retourettes nader bezien
5. Mobiliteit:
concentratie autoverkeer op hoofdroutes: doelstelling en projecten mbt
beperking doorgaande functie van extra wegvakken nader bezien
6. Leefbaarheid:
beperking criminaliteit: grotendeels niet beinvloedbaar door gemeente,
doelstelling en projecten nader bezien
Het
aandachtspunt uit de monitor 2000 met betrekking tot de noodzaak van voltooiing
van projecten en programma’s is en wordt vormgegeven via een onlangs gehouden
en voortaan periodiek te organiseren ISV werkconferentie. Op deze bijeenkomst zijn
oa. een aantal werkafspraken gemaakt om projecten en/of het bereiken van
doelstellingen te intensiveren.
3.7 Beleid
Stedelijke Vernieuwing samengevat.
Voor de komende planperiode
wordt in totaal ongeveer € 19,3 miljoen euro gereserveerd voor stedelijke
vernieuwing [3]). De
aldus gevormde ISV-gelden worden in deze raming gereserveerd voor de volgende
prioriteiten:
q
Voortzetting van het ingezette stadsvernieuwingsbeleid in en
na 2003, te weten de bevordering van herstructurering en leefbaarheid, het
opplussen van de woningvoorraad, de gevelaanpak, de regeling wonen boven
winkels, monumenten en verhuis- en bedrijvensubsidies, de voorbereidingskosten
en de uitvoering van drainage-maatregelen in de binnenstad;
q
Bijdragen aan de overige prioriteiten uit het DOP, voor
zover zij niet elders gedekt worden. Het gaat hier om de revitalisering en
verduurzaming van het gebied Schie-oevers, de ontwikkeling van het TU-gebied,
het Aardewerkcentrum, de Stadshal, het programma van de autoluwe binnenstad,
water en ecologie, bodemsaneringen (zie voetnoot), geluidssanering, veiligheid,
Twinning centre, service- en informatiepunten en enkele nieuwe
sociaal-culturele, educatieve en sportvoorzieningen, en het Brede School
concept waar onder de verplaatsing van een of meer scholen. Verder zal
geinvesteerd worden in drie projecten in het kader van het Provinciaal Grote
Stedenbeleid (PSB).
HOOFDSTUK
4. FINANCIEEL OVERZICHT
HOOFDSTUK 5.
TOELICHTING PER POST
5.1 Uitgaven
UITGAVEN
THEMAPROGRAMMA WONEN
1.
GEVELAANPAK BINNENSTAD
Dit is een voortzetting,
vanaf 2004, van het in de vorige raming geraamde bedrag ad € 68.067,- per jaar.
Overeenkomstig de vorige MR-ISV wordt voorgesteld om de huidige budgetten in de
subsidieverordening stadsvernieuwing na die tijd ongewijzigd te handhaven. Een
en ander houdt verband met te bereiken effecten in de sfeer van bevordering van
het toerisme (E4, nr.4)
2.
SUBSIDIE WONEN BOVEN WINKELS
BINNENSTAD
Dit betreft een voortzetting, vanaf 2004, van het in de vorige raming
geraamde bedrag ad € 14.521,- per jaar. Overeenkomstig de vorige MR-ISV wordt
voorgesteld om de huidige budgetten in de subsidieverordening stadsvernieuwing
na die tijd ongewijzigd te handhaven. Een en ander houdt verband met te
bereiken effecten in de sfeer van bevordering van het toerisme (E4, nr.4)
3.
SUBSIDIE MONUMENTEN
Dit is een voortzetting, vanaf 2004, van het in de vorige Meerjarenraming
opgenomen budget ad € 453.780,- per jaar. Overeenkomstig de vorige MR-ISV wordt
voorgesteld om de huidige budgetten in de subsidieverordening stadsvernieuwing
na die tijd ongewijzigd te handhaven. Dit in verband met het volgende te
bereiken effect: verbetering van minimaal 100 gemeentelijke en 20
Rijksmonumenten per 1-1-2005 (W5, nr. 9).
4.
SUBSIDIE VERHUIS- EN
HERINRICHTINGSKOSTEN
Dit betreft een voortzetting, vanaf 2004, van het in de vorige
Meerjarenraming geraamde bedrag ad € 113.445,- per jaar. Overeenkomstig de
vorige MR-ISV wordt voorgesteld om de huidige budgetten in de
subsidieverordening stadsvernieuwing na die tijd ongewijzigd te handhaven. Een
en ander houdt verband met het volgende te bereiken effect van het
themaprogramma wonen: een grotere differentiatie in prijs en kwaliteit in de
huur- en koopsector (W1, nr. 5).
5.
VOORLICHTING EN INSPRAAK
Dit is een voortzetting, vanaf 2004, van het in de vorige Meerjarenraming
opgenomen bedrag ad € 9.076,- per jaar. Het betreft eenmalige kosten, verband
houdende met voorlichtings- en inspraakbijeenkomsten.
6.
VOORBEREIDINGSKOSTEN ISV
Het betreft hier kosten van de sector Wijkzaken en Projecten en de vakteams
RO en Grond, verband houdende met in de MR-ISV opgenomen programma’s en
projecten, veelal in de opstart- cq. voorbereidingsfase. De budgethoogten zijn
dezelfde als in de MR-ISV 2001-2004 het geval was, zij het dat het onbenut
budget van 2001 vanwege verwachte projecten is ‘bijgeplust’ in de jaarschijf
2003.
7.
BEVORDERING HERSTRUCTURERING EN
LEEFBAARHEID
Dit is een voortzetting, vanaf 2004, van het in de vorige Meerjarenraming
vermelde bedrag voor de bevordering van de herstructurering en de leefbaarheid
van wijken (zie ook de gelijkluidende post in de MRSV). In deze categorie zal
naast de herstructurering van de Poptahof en een eventuele bijdrage in verband
met de verplaatsing van Haring/ Hatek uit het Hozu-gebied te zijner tijd ook
een eventuele bijdrage worden ondergebracht ten behoeve van de uitvoering van
het convenant met de gemeente Schipluiden over onder meer de herstructurering
van de Harnaschpolder. Een en ander houdt verband met het volgende te bereiken
effect van het themaprogramma wonen: een grotere differentiatie in prijs en
kwaliteit in de huur- en koopsector (W1, nr. 5).
8.
OPPLUSSEN WONINGVOORRAAD
De budgethoogte van deze post is hetzelfde als in de MR-ISV 2001-2004 het
geval was. Het betreft een
voortzetting, vanaf 2003, van het in de Meerjarenraming Stadsvernieuwing
opgenomen opplusprogramma voor huurwoningen. Een en ander houdt verband met het
te bereiken effect, W3, nr. 7 (meer opgepluste woningen).
UITGAVEN
THEMAPROGRAMMA ECONOMIE
9. ONTWIKKELING TU-GEBIED
Deze post is opgenomen om
de herontwikkeling van het TU-terrein ter hand te kunnen nemen, samen met
private investeerders en de TU Delft. Een en ander ter uitwerking van het in
het DOP opgenomen gebiedsgerichte programma “TU-gebied”. Het niet besteed
budget uit 2001 is vanwege het feit dat in dat jaar (i.v.m. uitbesteding van
werkzaamheden) meer uitgaven worden verwacht, overgeheveld naar 2003.
10.
BEDRIJVENSUBSIDIE BINNENSTAD
Dit betreft een voortzetting, vanaf 2004, van het in de vorige
Meerjarenraming geraamde bedrag ad € 204.201,- per jaar. Een en ander houdt
verband met te bereiken effecten in de sfeer van bevordering van het toerisme
(E4, nr.4) en een gunstige ontwikkeling van het aantal arbeidsplaatsen
(DOP-doelstelling E1, nr. 1).
11.
REVITALISERING EN VERDUURZAMING
SCHIE-OEVERS
Een van de in het DOP opgenomen gebiedsgerichte programma’s is de
revitalisering en de verduurzaming van het bedrijventerrein Schie-oevers. Het
project wordt door de gemeente uitgevoerd in samenwerking met de Bedrijvenkring
Schie-oevers. Het project is enigszins vertraagd, daarom is in 2001 ca. €
166.000,- niet uitgegeven. Dit bedrag is in deze raming overgeheveld naar het
budgetjaar 2003 omdat in dat jaar meer werkzaamheden worden verwacht. Daarnaast
is op het in de vorige Meerjarenraming opgenomen budget voor 2002 ca € 80.000,-
gekort om het saldo van de Meerjarenraming ISV per ultimo 2004 op nul uit te
laten komen. Dit laatste is reeel gezien een voor 2002 verwachte
onderschrijding op het budget voor dit project. Het project houdt overigens
verband met DOP doelstelling E1, nr. 1 en D5, nr. 14.
12.
BIJDRAGE AARDEWERKCENTRUM
De gemeente Delft wil in verband met de verdere uitbouw van de bekendheid
van de stad Delft als aardewerkstad en daarmee van het toerisme, de realisatie
van een nieuwe toeristische voorziening op aardewerkgebied bevorderen. Opgenomen
is het eveneens in de vorige raming opgenomen bedrag ad € 453.780,- in verband
met maatregelen voor de bereikbaarheid van deze voorziening (Korte Geer 1). Een
en ander houdt verband met DOP doelstelling E4, nr. 4.
13.
BIJDRAGE STADSHAL
Het gaat hier om de realisatie van een gebouw waarin plaats is voor
werkplaatsen en atelierruimtes voor architecten, ontwerpers en kunstenaars.
Daarnaast wordt een ruimte ingericht als ‘publieksgedeelte’ voor
tentoonstellingen, symposia, informatie enz. Vanuit het ISV wordt gezien de
relatie met de te bereiken doelstellingen (E1, nr. 1) en het te verwachten
financieringstekort van dit project, een financiële bijdrage geleverd. Het niet
benut budget 2001 is in verband met de uitvoering van huidige werkzaamheden
overgeheveld naar de jaarschijf 2002.
14.
BIJDRAGE TWINNING CENTRE
(RADEX/BTC)
Met het project ICIT beoogt Delft, samen met Rotterdam, het aantal
bedrijven in de IT-sector te vergroten. Naast de lokale invulling van het
Twinning concept worden via ICT ook bedrijven gesteund met
managementondersteuning en financiën die niet door Twinning worden
gefinancierd. Een en ander houdt verband met DOP doelstelling E1, nr. 1. In
verband met de iets vertraagde uitvoering van de verbouwing van het zgn.
Meisjeshuis (realisatie ontmoetingsruimte), is het onbenut budget 2001
herverdeeld over de budgetjaren 2002 en 2003.
UITGAVEN
THEMAPROGRAMMA MOBILITEIT
15.
BIJDRAGE AUTOLUWE BINNENSTAD
In het kader van het autoluw-plus maken van de Delftse binnenstad, wordt de
komende jaren een reeks van activiteiten, maatregelen en projecten uitgevoerd.
Een van de activiteiten betreft de herinrichting van de Markt en de
overeengekomen monitoring in de binnenstad. Het in 2001 niet benut gedeelte van
het budget ad € 109.000,- is vanwege de verwachte uitvoering van plannen voor
de herinrichting van de markt, ‘bijgeplust’ bij het budget 2003.
UITGAVEN
THEMAPROGRAMMA DUURZAAMHEID
16.
DRAINAGEMAATREGELEN BINNENSTAD
Deze post is een voorzetting van de in de MRSV opgenomen post voor
drainage-maatregelen in de binnenstad. Het doel van deze maatregelen is de
overlast ten gevolge van grondwater in het noordoostelijk deel van de
binnenstad tegen te gaan. Het budget is verhoogd tot € 91.000,- gezien de naar
verwachting hogere kosten van diverse te treffen civieltechnische maatregelen.
Zie ook DOP doelstelling D1, nr. 10.
17.
PROGRAMMA WATER EN ECOLOGIE
In het kader van het Waterplan wordt een programma ‘water en ecologie’
uitgevoerd. Dit programma behelst een groot scala aan activiteiten, maatregelen
en projecten. Evenals in de vorige meerjarenraming is een zestal daarvan, omdat
zij passen binnen het DOP en de definitie van stedelijke vernieuwing èn omdat
zij in de financiering met een tekort te kampen hebben, opgenomen in de MR-ISV.
Hieronder volgt per project een beschrijving.
Water in Ecodus
Dit project wordt gekoppeld aan de ontwikkeling van Voordijkshoorn. De
uitvoering wordt naar verwachting in het 4e kwartaal van 2002 ter
hand genomen met een doorloop naar 2003. Daarom is het onbenut budget voor 2001
overgeheveld naar 2002.
Afkoppelen regenwater in
Wippolder
In het
kader van dit project zijn voorstellen opgesteld en uitgevoerd voor:
·
open afvoer van regenwater van daken
via molgoten naar straatkolken
·
toepassing van geperforeerde leiding
voor de infiltratie van regenwater afkomstig van daken en wegen
·
regeling van grondwaterpeil middels
infiltratie en drainage
·
afvoer van overtollig regenwater en
grondwater naar buffersloten met peilfluctuatie
· toepassing van natuurlijke zuivering in buffersloten en een
natuurvriendelijke inrichting van de oevers
· aanvullende bouwvoorschriften t.a.v. gebruik van materialen bij reparaties,
verbouwingen en renovaties van woningen ter voorkoming van diffuse
verontreiniging.
In 2002 wordt een ecologische oever ingericht. Daarnaast wordt uit deze
post een deel van de monitorkosten gefinancierd.
Verbetering ecologische
hoofdstruktuur
Bij dit project wordt gestreefd naar vergroting van de natuurwaarden in het
stedelijk gebied van Delft, het verbeteren van de ecologische relaties tussen
stad en land en de realisatie van een zoveel mogelijk zelfregulerend ecologisch
systeem. Een en ander krijgt vorm in het Oeverplan dat eind december 2001 is
vastgesteld door de Gemeenteraad. In 2002 en 2003 wordt circa 7 kilometer oever
natuurvriendelijk ingericht.
Grondwateronderzoek
binnenstad fase 3
In de
binnenstad zijn onderzoeken uitgevoerd door Wareco en door Royal Haskoning
(voorheen Iwaco). Het onderzoek van Wareco is gezamenlijk betaald door
Hoogheemraadschap, provincie en gemeente. Het aandeel van de gemeente is
gefinancierd uit de MRSV. Binnenkort zal de gemeenteraad een besluit nemen naar
aanleiding van de conclusies van dit onderzoek. De verwachting is dat vanaf de
tweede helft van 2002 met een doorloop naar 2003 en 2004 de uitvoering
plaatsvindt. Het overschot van 2001 is daarom overgeheveld naar het budget voor
2003.
Opschalen proefproject
Tanthof
In 2001 is een proef genomen in Tanthof. In september 2002 wordt het gebied
uitgebreid. Daarna zullen in 2003 en 2004 verdere opschalingen plaatsvinden,
die uit andere budgetten worden gefinancierd.
Ontwerp en inrichting watersysteem Poptahof
Dit deelproject van het Waterplan richt zich op de verbetering van het
ontwerp en de inrichting van het watersysteem in de wijk Poptahof. In 2001
heeft hiervoor een onderzoek plaatsgevonden, uitgevoerd door de TU Bouwkunde;
het totale budget is niet volledig benut. In 2002 zal de component water verder
worden uitgewerkt via de opstelling van het masterplan Poptahof. Naar
verwachting zullen vanaf 2003 de eerste maatregelen worden uitgevoerd. Dit
betekent dat naar verwachting ook het budget voor 2002 niet volledig benut zal
worden. Het resterend budget 2001 is daarom doorgeschoven naar 2002 en het
budget 2002 is verschoven naar 2003.
Resume
ISV bijdragen programma Water en Ecologie
18. BODEMSANERINGEN ISV
Het ISV-programma bodemsaneringen (herijkingsmodule ISV-bodemsanering)
bestaat uit negen bodemsaneringsprojecten, die alle – mits de provincie
instemt met het Delftse verzoek tot overheveling van gelden uit de Wbb-regeling
naar het ISV – gefinancierd kunnen worden via het Delftse ISV-budget. Ondanks
het feit dat deze overdracht op dit moment nog steeds niet zeker is, gaat deze
Meerjarenraming hier vooralsnog wel van uit. Zolang er geen zekerheid is over
de provinciale financiering, zullen er –afgezien van reeds genomen besluiten-
geen nieuwe verplichtingen worden aangegaan. Zo spoedig mogelijk zal
bijstelling van de raming plaatsvinden in die zin dat indien de provincie niet
of slechts gedeeltelijk akkoord gaat met de overdracht van de Wbb-budgetten,
deze alsdan en dienovereenkomstig in het kader van het ISV-programma komen te
vervallen. Hierbij gaat de Gemeente Delft er van uit dat het te bereiken effect
op dit punt – zie ISV/DOP doelstelling D2, nr. 11 – indien er ‘gekort’ is of
wordt, alsnog in overleg met de provincie kan worden bijgesteld. Hieronder
volgt per deelproject nadere informatie en een resume van de opgenomen
budgetten overeenkomstig de laatste herijking van de ISV-bodemmodule.
Oostsingel 151-152
Dit project bevindt zich in de
onderzoeksfase. Het saneringsplan voor de pluim is gereed. Eind 2002 zal een
saneringsplan voor de bron worden opgesteld.
Delfgauwseweg 64-80
Dit deelproject behelst het opstellen
van een saneringsplan en het uitvoeren van bodemsanering incl. evaluatie.
Scheepmakerij 5-12
Het bodemonderzoek is uitgevoerd.
Aanvullend bodemonderzoek is noodzakelijk. Er vindt nog overleg plaats of dit
door de Gemeente Delft zal worden uitgevoerd; vooralsnog is voor de raming
uitgegaan van wel.
Uitweg
Dit project behelst het uitvoeren van bodemsanering incl. de evaluatie
hiervan. De saneringskosten zijn uit andere middelen (MRSV) betaald.
Gasfabrieksterrein Zuidwal
Hier gaat het om het nader onderzoeken van de
resterende nog niet voldoende onderzochte deellocaties van het voormalig
gasfabrieksterrein Zuidwal. Opgenomen zijn de in de laatste herijking geraamde
onderzoeks- en saneringskosten van het dynamisch deel. De 2e fase
van de sanering (kosten in totaal ca. € 5,2 mln.) is in overleg met de
provincie verschoven naar de volgende ISV-periode.
Raamsaneringsplan.
Dit project is erop gericht om een
raamsaneringsplan op te stellen voor sterk verontreinigde G4 zones in Delft,
zodat stagnaties bij de uitvoering van bouw- en inrichtingsprojecten wordt
voorkomen. Het project is vooralsnog getemporiseerd vanwege het uitblijven van
duidelijkheid over de overdracht van Wbb-gelden.
Onderzoekslocaties Spoorzone
Dit deelproject van het
gebiedsgericht programma Spoorzone behelst onderzoek naar verdachte locaties
van bodemverontreiniging. Opgenomen zijn de kosten van een indicatief
bodemonderzoek teneinde aard en omvang van de verontreiniging vast te stellen.
Rotterdamseweg 366-372
Dit is een bedrijventerrein dat
deel uitmaakt van het gebiedsgericht programma Schie-oevers. Opgenomen zijn
verwachte onderzoekskosten teneinde aard en omvang van de verontreiniging vast
te stellen.
Rotterdamseweg thv 390
Dit is een persleidingtrace dat
deel uitmaakt van het gebiedsgericht programma Schie-oevers. Opgenomen zijn
geraamde onderzoekskosten teneinde aard en omvang van de verontreiniging vast
te stellen.
Dit betreft een onderdeel van het gebiedsgericht programma
Binnenstad/Zuidpoort. Opgenomen zijn geraamde onderzoekskosten teneinde
aard en omvang van de verontreiniging vast te stellen.
Resumé ISV-bijdragen bodemsaneringen
19. GELUIDSSANERINGEN ISV
(A-LIJST)
Om
de geluidsbelasting van woningen terug te brengen, moeten er geluidsisolerende
maatregelen bij bestaande woningen worden aangebracht. Voor dit project zijn in
2001 in het kader van de MR-ISV geen uitgaven gedaan. Voor het lopende project
Oostsingel/ Vrijenbanselaan eo zijn de VROM-gelden (budgetten 2000 en 2001)
afdoende gebleken. Van het VROM-budget van 2001 kan 50 % (€ 97.562,-) worden
meegenomen naar 2002. Dit bedrag is gereserveerd voor de uitvoeringskosten het
laatste deel van het lopende saneringsproject Oostsingel/Vrijenban in 2002 (29
woningen). Het budget van 2001 (€ 13.000,-) is overgeheveld naar 2002. De
ISV-gelden voor 2002 en 2003 zullen worden gebruikt voor de uitvoering van de
volgende twee projecten:
·
Een saneringsproject van 41 woningen
aan de Delfgauwseweg. Een herberekening van de gevelbelasting is uitgevoerd. Op
korte termijn zal de akoestisch adviseur voor dit project worden geselecteerd.
In 2002 zullen met name voorbereidingskosten worden gemaakt. Naar verwachting
zullen de uitvoeringskosten in 2003 worden gemaakt.
·
Een saneringsproject van 40 woningen
aan o.a. de Stalpaert van de Wielenweg.
UITGAVEN THEMAPROGRAMMA LEEFBAARHEID
20. UITVOERING BOUWTRAJECTEN
BUURTACCOMMODATIES
Het uitgangspunt van het accommodatiebeleid is, dat er per wijk een goed
gebruikte accommodatie moeten komen/zijn in Delft. Per 1-1-2005 dienen daarom
minimaal 4 nieuwe buurtaccommodaties te zijn gebouwd (zie ook DOP-doelstelling
L5, nr. 23). Naast de gelden vrijgemaakt in de MRSV en in de gemeentebegroting
is daarom voor dit doel overeenkomstig de vorige MR-ISV ook in deze ISV raming
geld opgenomen. Het bedrag ad € 908.000,- in 2003 en 2004 is/blijft (conform de
vorige raming) gereserveerd voor de bouw van het nu lopende bouwprogramma voor
nieuwe buurtaccommodaties.
21. FYSIEKE MAATREGELEN
PROJECTEN VEILIGHEIDSPLAN
In het kader van het integraal veiligheidsbeleid worden plannen gemaakt om
tot een veilig(er) woon-, leef- en uitgaansklimaat te komen in Delft. In 2001
is een verzinkbaar toilet aan de Burgwal (50% bijdrage) uit dit budget
gefinancierd. Het is de bedoeling dat er de komende jaren enkele van dergelijke
voorzieningen bijkomen in de binnenstad. Daarnaast zijn afspraken gemaakt ten
aanzien van een jaarlijkse bijdrage ad € 45.378,- ten behoeve van het project
Veilig Wonen, doch dit is nog niet geefectueerd.
22. BIJDRAGE SPORTHALLEN/
SPORTZALEN
Opgenomen zijn voorbereidingskosten ten behoeve van een onderzoek naar de
herontwikkelingsmogelijkheden van het gebied rond Sporthal Buitenhof. Na een
B+W/Raadsbesluit begin 2003 zal de herontwikkeling van dit gebied ter hand
worden genomen.
23. DIVERSE SPORT- EN
SPELVOORZIENINGEN
Evenals in de voorgaande raming kent dit programma twee deelprojecten:
q
aanpassing gebouw BOVG Geerweg: het
bestaand gebouw wordt geschikt gemaakt voor gebruik door meerdere functies;
q multifunctionele bocciabanen: het realiseren van overdekte bocciabanen.
Voor dit deelproject is onlangs subsidie toegekend ad € 57.801,-.
Resume ISV bijdragen diverse sport- en spelvoorzieningen.
24. VERPLAATSING SCHOLEN/ BREDE
SCHOOL CONCEPT
Dit project betreft de verplaatsing van de locatie Jac. P. Thijsse van de
Freinetschool Delft van de Frederik van Eedenlaan naar elders in deze straat.
Tevens behelst dit programma een bijdrage aan de realisatie van het brede
schoolconcept, waarvoor elders (o.a. in de MRSV) ook gelden zijn vrijgemaakt.
Resume ISV-bijdrage verplaatsing
scholen/ brede school
25. SERVICE- EN INFORMATIEPUNTEN
Dit ISV-programma behelst
het ontwikkelen van informatiepunten in wijken, zo mogelijk in combinatie met
het vensterschoolprogramma. In 2001 is niets uitgegeven, omdat het
gemeentebestuur in combinatie met overwegingen rond de Delftse bibliotheekfilialen
van mening was dat niet kon worden vooruitgelopen op de uitkomst van de pilot
in de Wippolder (per 1-4-02 afgelopen). In de nota 2e fase KIS is
een planning van de realisatie van infopunten opgenomen. De raming is
overeenkomstig het verwachte uitgavenpatroon (meeste uitgaven in 2003): het
onbenutte budget 2001 is ‘bijgeplust’ in 2003.
26. PROVINCIAAL STEDENBELEID (PSB)
In dit kader is (zie de vorige meerjarenraming) gekozen voor een
wijkgerichte inzet van middelen, waarmee de herstructureringswijken Voorhof en
Buitenhof een project voor de realisatie van een buurtaccommodatie en twee
projecten in het kader van de Brede School worden uitgevoerd. In 2001 is de
eerste jaarschijf van de provinciale bijdrage overgemaakt; de uitgaven zijn
echter nog niet op gang gekomen. De in de vorige raming opgenomen budgetten
zijn daarom in de Meerjarenraming een jaar doorgeschoven.
Resume ISV bijdragen PSB
5.2 Inkomsten
1. ISV-BIJDRAGE PROVINCIE ZUID
HOLLAND
Het indicatief budget
van de provincie Zuid Holland voor de stedelijke vernieuwing in Delft is in
februari 2000 met de vaststelling van de nota ‘Provinciale taken
Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing’ vastgesteld op afgerond € 11,5 mln.
euro. Daarnaast heeft de provincie in 2000, 2001 en 2003 in totaal ca. € 0,6
mln. bodem- en geluidsgelden bij het ISV-voorschot uitgekeerd. Voor wat betreft
de verdeling over de vijf jaarschijven blijkt de uitbetaling (in principe drie
keer per jaar) evenwel enigszins vetraagd op gang te komen. De verwachting is
dat dit leidt tot iets hogere inkomsten in het boekjaar 2001 dan de jaren erop
(hoofdzakelijk omdat de voorschotten 2000 in 2001 zijn uitgekeerd).
2.
WBB-GELDEN PROVINCIE ZUID HOLLAND
De gemeente Delft heeft bij
de indiening van haar Ontwikkelingsprogramma bij de provincie Zuid Holland ook
de zgn. Wbb-gelden geclaimd. De bedoeling is dat deze gelden na ontvangst door
de gemeente Delft in de gemeentelijke kasreserve ‘stedelijke vernieuwing’
(ISV-fonds) worden gestort. In 2001 heeft de gemeente via de herijkingsmodule
in totaal € 12.270.217,- gevraagd over te hevelen naar het ISV. Thans lopen nog
besprekingen met de Provincie over deze claim, die inmiddels in overleg met de
PZH is gefaseerd (mn. Zuidwal), leidend tot een lagere claim van ca. € 5,9 mln.
In de huidige raming is dit opgenomen als inkomsten. Komen deze niet, dan zal
Delft –afgezien van reeds genomen besluiten en lopende projecten- niet meer
voorfinancieren. De inkomsten en uitgaven van de Delftse ISV-bodemmodule zullen
worden aangepast aan de verwachte inkomsten en uitgaven zodra er meer
duidelijkheid is over de honorering van de Delftse claim.
3. RENTE/ PRIJSCOMPENSATIE.
Tot 1997 is het systeem
gehanteerd van de bijschrijving van de omslagrente. Op grond van de nota
reserves was bij de vorige raming besloten vanaf 1-1-1998 dit te wijzigen in
toevoeging van een rentepercentage dat overeenkomt met de prijscompensatie. In
2001 was dit 2,25%, in 2002 4,5% en in de jaren daarna is dit teruggebracht tot
3,5%.
4. PSB-GELDEN PROVINCIE ZUID HOLLAND
Separaat aan de ISV-gelden
heeft de gemeente Delft met de provincie Zuid Holland afspraken gemaakt over de
gelden voor Provinciale Stedenbeleid (PSB). Deze gelden zijn bedoeld ter
dekking van het programma Provinciaal Grote Stedenbeleid (post 26). De eerste tranche van deze PSB-gelden is
inmiddels ontvangen; de resterende tranches zijn (situatie september 2001) wel
ambtelijk toegezegd, maar moeten nog formeel door B+W worden aangevraagd en
door de provincie beschikt worden. Mocht er alsnog minder geld worden overgemaakt
door de PZH, dan zal in de eerstvolgende raming dienovereenkomstig worden
gekort op het genoemd programma. Gezien de inhoudelijke relatie met het DOP is
afgesproken dat deze gelden in ieder geval in het Delftse ISV-fonds zullen
worden gestort.
5.
BBIOS/IPSV BIJDRAGE
Dit zijn de gelden die de
Gemeente Delft heeft (en zal) ontvangen van het ministerie VROM in het kader
van het IPSV budget (ingevolge het Besluit Bevordering Innovatieve Ontwikkeling
Stedelijke Vernieuwing). Eind 2001 is dit budget door VROM aan Delft verleend
voor het experiment wijkaandelen Minervaplein. Dit project wordt gefinancierd
via de MRSV (post herstructurering en leefbaarheid).
6. GEMEENTELIJKE BIJDRAGE
Opgenomen is een bijdrage
vanuit de gemeentebegroting ten gunste van de MR-ISV ter dekking van het
destijds in het DOP geraamde financieringstekort. Het bedrag ad € 341.000,- per
jaar is gelijk aan de jaarlijkse bijdrage die de afgelopen jaren, tot en met
2001, aan de MRSV is bijgedragen. Onlangs is (met name vanwege de gestopte
Rijksbijdrage aan de SV) besloten deze bijdrage over te hevelen naar de MR-ISV.
Om begrotingstechnische redenen is de bijdrage voor 2003 echter komen te
vervallen; hierdoor sluit de raming vooralsnog (licht) negatief.
HOOFDSTUK
6. INSPRAAKPROCEDURE
Het concept voor de
Meerjarenraming Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing is van 14 oktober tot
en met 25 oktober 2002 ter visie gelegd. Op 16 oktober 2002 is een
inloopspreekuur voor belanghebbenden georganiseerd. Een en ander is in de
plaatselijke pers bekend gemaakt. Belanghebbenden zijn met deze procedure in de
gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren, dan wel zijn of haar zienswijze
kenbaar te maken.
Het inloopspreekuur is niet
bezocht. Wel zijn er in het kader van de ter visielegging zienswijzen ingediend
door achtereenvolgens Vestia Delft, de Bewonerswerkgroep BinnenstadNoord en
door Delftwonen. Daarnaast heeft in een overleg met de gezamenlijke corporaties
een presentatie plaatsgevonden van zowel het concept voor de MRSV als het
concept voor de MR-ISV.
De binnengekomen reacties hebben
niet geleid tot wijziging van het voorliggende concept. Voorgesteld wordt de
binnengekomen reacties als volgt te beantwoorden:
1.
Vestia Delft is, verwijzend naar
hun reactie van 25 oktober 2001 op de voorgaande concept meerjarenramingen,
teleurgesteld over de invloed die zij heeft kunnen uitoefenen op de
besluitvorming. Verder geeft Vestia aan dat in de ramingen volgens hen
onvoldoende gemeentelijke (financiële) bijdragen zijn opgenomen om sociale
huisvesting in diverse projecten te kunnen realiseren. Hierbij wordt verwezen
naar de problematiek rond gebouwd parkeren, grondquotes en
proceskosten/capaciteit.
Antwoord: De in de raming opgenomen gelden zijn
nodig om te kunnen voldoen aan eerder aangegane verplichtingen en vastgelegde
beleidsvoornemens, waar onder het continueren van het bestaande subsidiebeleid.
Op grond hiervan is er geen ruimte om de gemeentelijke bijdragen aan sociale huisvestingsprojecten
op dit moment te verhogen, zoals Vestia dat nodig vindt. Met de corporaties is
overeengekomen een discussie op te starten over een mogelijk toekomstige
bijdrage van de Gemeente Delft aan nog uit te voeren herstructureringsplannen.
Een en ander in het kader van de tussen gemeente en corporaties overeengekomen
(maar nog te tekenen) prestatieafspraak no. 23, inhoudende dat corporaties en
gemeente voor 1 januari 2004 per buurt/wijk/complex concrete afspraken maken
over de inzet van mensen en middelen voor noodzakelijke ingrepen in de
woningvoorraad en (het beheer van) de woonomgeving. Hierbij kunnen wat de
gemeente betreft de huidige (in de ramingen opgenomen) subsidiebudgetten
verhuis- en herinrichtingskosten en opplussen worden betrokken. De financiële
vertaling van de prestatieafspraak no. 23 zal met name zijn beslag krijgen in
volgende Meerjarenramingen ISV voor de periode 2005-2010. Dit sluit overigens
goed aan bij het door Vestia meegestuurde ‘overzicht herstructurering Delft’
van 8 oktober 2002. Wij vinden het tenslotte belangrijk om alle Delftse
corporaties in 2004 (net als in 1999) te betrekken bij de opstelling van een
nieuw Ontwikkelingsprogramma voor de periode 2005-2015.
2.
De Bewonerswerkgroep
BinnenstadNoord geeft aan dat in de Meerjarenramingen zou moeten worden
aangegeven wanneer en hoe het tekort aan speelgelegenheden voor 10-19 jarigen
in de Binnenstad wordt weggewerkt. Verder vraagt de werkgroep aandacht en geld
voor de vermindering van riooloverstorten, met name in de binnenstad (vanwege
de realisatie van de ‘polder’). Tenslotte wordt tevredenheid uitgesproken over
de diverse drainagemaatregelen in de binnenstad, al vraagt men zich wel af waar
het geld is gebleven dat in 2002 was uitgetrokken voor de aanleg van de
drainage Raam/ Schutterstraat.
Antwoord: In de Binnenstad zijn
diverse speelplekken voor jongeren tussen 10 en 19 jaar aanwezig. De wens van
bewoners om extra speelplekken te realiseren, valt op zich buiten het bestek
van beide Meerjarenramingen. Wel is in de MRSV onder de post ‘herstructurering
en leefbaarheid’ een post ‘wijkbudgetten’ opgenomen, waar dergelijke en andere
voorzieningen die de leefbaarheid in de wijk kunnen bevorderen, in principe uit
kunnen worden betaald. Probleem in de Binnenstad is echter dat er veelal (te)
weinig fysieke ruimte aanwezig is om extra speelplekken te realiseren.
Dergelijke claims moeten immers altijd worden afgewogen tegen andere claims om
ruimte. Het staat de werkgroep echter vrij om in het overleg met de gemeente
haalbare locaties voor te stellen. Zodra deze zijn gevonden, kunnen wellicht
extra speelvoorzieningen worden gerealiseerd in de Binnenstad.
Voor wat de
riooloverstorten betreft, is onlangs in een ander kader dan de
Meerjarenramingen, namelijk in het kader van de Zomernota 2003-2005 extra geld
(ca. € 7 mln.) beschikbaar gesteld voor de vermindering van het aantal in Delft
aanwezige riooloverstorten volgens het geactualiseerde Gemeentelijk
Rioleringsplan. Weliswaar moet in het kader van het ISV gezien de monitor 2001
nog nader overleg plaatsvinden met de provincie ZH over de in 2000 vastgelegde
(naar nu blijkt wat te hoge) DOP-doelstelling (te weten: 25% minder
riooloverstorten in 2005), vast staat nu wel dat in 2006 voldaan zal worden aan
de eisen die het Hoogheemraadschap Delfland ter zake stelt. Een verdere
terugdringing van het aantal riooloverstorten in de Binnenstad ter plaatse van
de ‘afsluiting’, wordt daarnaast in het kader van het Waterplan meegenomen. Het
door de werkgroep gesignaleerde probleem met betrekking tot de waterkwaliteit
is dus door de Gemeente Delft gesignaleerd en zal worden opgelost. Gezien de
vrijgemaakte gelden in het kader van het Rioleringsplan is geen reden voor dit
doel geld vrij te maken in een van beide Meerjarenramingen.
De gelden voor
de aanleg van de drainage Raam/ Schutterstraat tenslotte, zijn in de MRSV
opgenomen onder post 3 ‘binnenstad overig’ (zie blz. 7 en 8, concept MRSV
2003-2004).
3.
Woningcorporatie Delftwonen
spreekt haar teleurstelling uit over het late stadium waarop beide concept
Meerjarenramingen ter bespreking met de corporaties beschikbaar is gekomen en
verzoekt daarnaast om in het kader van de MR-ISV, themaprogramma Wonen, extra
ISV-subsidie vrij te maken voor de herstructurering van Die Delfgaauwse Weye.
Antwoord: De procedure van
totstandkoming van beide Meerjarenramingen is toegelicht aan de corporaties.
Het is daarbij helaas niet mogelijk gebleken de gevraagde stukken reeds in de
zomer 2002 aan de corporaties toe te zenden, zoals kennelijk door Delftwonen
werd verwacht. De stukken zijn evenwel ruim voor de periode van de ter
visielegging aan de corporaties toegezonden met het verzoek om een reactie. Zie
verder het antwoord onder punt 1.
Wat de gevraagde extra
subsidie voor het DDW-project betreft, wordt opgemerkt dat hier door de
Gemeente Delft in het kader van de MRSV in de afgelopen jaren reeds diverse
kosten zijn betaald (met name verhuis- en herinrichtingskosten, kosten bouwrijp
maken, voorbereidingskosten en BWS-subsidies). Verder is in de MRSV voor de
komende periode (onder post 5 ‘Die Delfgaauwse Weye’ en post 19 ‘bevordering
herstructurering en leefbaarheid’) voor de periode 2002-2004 in totaal €
874.000,- gereserveerd voor de aanpak van de woonomgeving in het gebied DDW.
Daarnaast is door de Gemeente Delft in 2001 aan Delftwonen voor de zorgflat aan
de Bieslandsekade reeds een zgn. ‘goedkope Bouwfondslening’ verstrekt. Een
extra bijdrage in het kader van de MR-ISV vanwege een thans berekend negatief
exploitatieresultaat wordt niet overwogen omdat dit in strijd is met het tot nu
toe gehanteerde principe dat via beide Meerjarenramingen geen onrendabele
investeringen van marktpartijen of corporaties worden gesubsidieerd.
HOOFDSTUK 7 ISV- VERDEELBESLUIT
Onder verwijzing naar het
totaaloverzicht in hoofdstuk 4 wordt voorgesteld de volgende verdeelbesluiten
te nemen.
Voor 2003
wordt voorgesteld te besluiten de volgende bedragen te reserveren:
· voorbereidingskosten
ISV: € 194.000,-
· opplussen
woningvoorraad: € 182.000,-
· ontwikkeling
TU-gebied: € 102.000,-
· herstructurering
Schie-oevers: € 393.000,-
· bijdrage
Twinning centre ca: € 257.000,-
· bijdrage
autoluwe binnenstad: € 472.000,-
· bijdrage
water en ecologie: € 558.000,-
· bodemsaneringen
ISV: € 4.810.000,-
· geluidssaneringen
ISV: € 159.000,-
· uitvoering
bouwtrajecten buurtaccommodaties: € 454.000,-
· fysieke
maatregelen veiligheidsplan: € 128.000,-
· bijdrage
sporthallen/ zalen: € 50.000,-
· diverse
sport en spelvoorzieningen: € 260.000,-
· verplaatsing
scholen/ vensterschool: € 91.000,-
· service-
en informatiepunten: € 182.000,-
· provinciaal
grote stedenbeleid: € 136.000,-
-------------
totaal:
€ 8.428.000,-
HOOFDSTUK 8 TOELICHTING OP DE
REKENING 2001
8.1 Uitgaven MR-ISV jaarschijf
2001 N
= nadeel
(bedragen
afgerond op € 1.000,-)
Themaprogramma Wonen
6. Voorbereidingskosten ISV: € 82.000,-
V
De kosten blijven aanmerkelijk achter bij de raming.
Een en ander heeft deels te maken met het feit dat ISV-projecten en programma’s
zich langzamer voltrekken dan gepland, deels omdat vakteams minder op deze post
boeken dan voorzien. Voor de raming is dit een meevaller.
9. Ontwikkeling TU-gebied: € 68.000,- V
De kosten voor de herontwikkeling
van het TU-gebied zijn niet op deze post geboekt. Voor de raming is dit geen
meevaller omdat de kosten doorschuiven.
11. Revitalisering en verduurzaming
Schie-oevers: € 166.000,- V
In 2001 zijn diverse
studies verricht (o.a. parkeerinventarisatie). Er zijn echter nog geen concrete
plannen uitgevoerd. De uitgaven zijn hierdoor lager dan geraamd. Voordat aan de
uitvoering van plannen kan worden gewerkt, moeten de plannen eerst in overleg
met de betrokkenen verder worden uitgewerkt. Ook moeten er nog andere (externe)
financieringsbronnen worden aangeboord om de totale herstructurering- en verduurzamingsoperatie
mogelijk te maken. Voor de raming is de ‘onderschrijding’ op het ISV-post voor
de Schie-oevers echter geen meevaller, omdat de kosten doorschuiven naar latere
jaren.
13. Bijdrage Stadshal: € 260.000,- V
In juni 2001 heeft over de
beschikbaarstelling van het totale budget ad € 340.000,- in de Gemeenteraad
besluitvormingvorming plaatsgevonden. Omdat de afspraken over de uitvoering van
de plannen voor de verbouwing van het Bacinol A gebouw tot Stadshal eerst
daarna konden worden gemaakt, blijven de kosten achter ten opzichte van de
begroting. Voor de raming is dit echter geen meevaller, omdat de resterende
kosten ad € 260.000,- in zijn geheel doorschuiven naar 2002.
14. Bijdrage Twinning Centre/ Radex/ BTC: €
386.000,- V
De bijdrage voor dit
project behoefde in 2001 nog niet te worden verleend. Voor de raming is dit
echter geen meevaller, omdat de kosten doorschuiven.
Themaprogramma Mobiliteit
15. Bijdrage autoluwe binnenstad: €
109.000,- V
De uitgaven voor dit
project blijven iets achter bij de raming. Dit komt vooral door de
getemporiseerde uitvoering van de herinrichting van de Markt. Voor de raming is
dit geen meevaller, omdat de kosten doorschuiven.
Themaprogramma Duurzaamheid
17. Bijdrage water en ecologie: €
193.000,- V
De lagere uitgaven worden vooral verklaard door het
feit dat geraamde onderzoekskosten voor de aanpak van de grondwaterproblematiek
in de binnenstad elders gefinancierd zijn (MRSV) en door de koppeling van het
project EcodusVer aan de ontwikkeling van Voordijkshoorn, waardoor de
uitvoering pas eind 2002 / begin 2003 plaatsvindt. Daarnaast zijn de geraamde
maatregelen in de Poptahof niet genomen; deze worden naar verwachting in het
kader van het masterplan Poptahof pas vanaf 2003 uitgevoerd. Voor de raming is
dit alles echter geen meevaller, omdat de bijdragen uit het ISV voor het
programma water en ecologie doorschuiven.
18. Bodemsaneringen ISV: € 271.000,- V
De uitgaven voor dit programma blijven achter bij de
raming. Dit komt vooral door het ontbreken van duidelijkheid van de provincie
over de overdracht van gelden uit de Wbb-regeling die in de MR-ISV als
inkomsten waren voorzien (met name had dit gevolgen voor de kosten voor de
projecten Zuidwal, Oostsingel en het Raamsaneringsplan). Voor de raming zijn
dit echter geen meevallers, omdat de ermee gemoeide kosten doorschuiven. Wat
wel een kleine meevaller is, is de sanering van de Uitweg, die in 2001 uit de
MRSV is betaald. Per saldo resteert een kleine meevaller ad ca. € 15.000,-.
19. Geluidssaneringen ISV: € 13.000,- V
In 2001 en 2002 blijkt het
lopende saneringsproject aan de Oostsingel/Vrijenbanselaan geheel te kunnen
worden gefinancierd uit een hiervoor bedoeld VROM-budget (jaarschijf 2000 en
2001). Dit betekende, dat het ISV-budget 2001 hiervoor niet behoefde te worden
benut. Voor de raming is dit echter geen meevaller, omdat de kosten
doorschuiven in verband met andere nog uit te voeren saneringsprojecten.
Themaprogramma Leefbaarheid
21. Bijdrage fysieke maatregelen
veiligheid: € 64.000,- V
Omdat de planvorming van
dit programma trager loopt dan voorzien, blijven ook de kosten achter. Voor de
raming is dit echter geen meevaller, omdat de kosten doorschuiven.
23. Bijdrage div. sport- en
spelvoorzieningen: € 136.000,- V
Dit budget is niet benut want de
geplande realisatie van nieuwe bocciabanen blijkt niet haalbaar. Voor de raming
is dit echter geen meevaller, omdat de kosten doorschuiven in verband met een
(nog vast te stellen) aangepast voorstel.
24. Bijdrage verplaatsing scholen/
Vensterschool: € 590.000,- V
Ook dit budget is niet
benut want de geplande verplaatsing van de JPT-school heeft in 2001 nog niet
plaatsgevonden. Hierdoor zijn de uitgaven lager dan voorzien. Voor de raming is
dit echter geen meevaller, omdat de kosten doorschuiven.
25. Bijdrage service- en informatiepunten:
€ 91.000,- V
Er hebben in 2001 geen uitgaven
plaatsgevonden op deze post omdat niet kon worden vooruitgelopen op de uitkomst
van de pilot in de Wippolder (die per 1-4-2002 afloopt). Dit feit op zich houdt
weer verband met de gewenste herijking van het beleid rond de
bibliotheekfilialen. Momenteel wordt een nota ‘2e fase KIS’
voorbereid, waarin ook een nieuwe planning van de infopunten wordt opgenomen.
Voor de raming is de genoemde ‘onderschrijding’ echter geen meevaller, omdat de
betreffende kosten doorschuiven naar 2002 en/of 2003.
26. Provinciaal Stedenbeleid: € 136.000,-
V
De projecten zijn wel in
gang gezet, echter de kosten zijn nog niet geboekt. Voor de raming is dit geen
meevaller, omdat de kosten doorschuiven.
1. ISV-voorschotten provincie Zuid-
Holland: € 463.000,- V
In 2001 zijn door de provincie ook de voorschotten
over 2000 betaald. Dit is voor de raming geen meevaller, omdat deze inkomsten
reeds in 2000 waren voorzien.
2. Wbb-gelden provincie Zuid Holland: €
398.000,- N
De voorziene inkomsten zijn nog niet
gerealiseerd. Dit houdt verband met de nog lopende discussie met de provincie
en het Rijk over de over te hevelen budgetten in het kader van de wet
Bodembescherming (Wbb). De verwachting is dat in 2002 hierover wel meer
duidelijkheid komt. Dit is vooralsnog echter geen tegenvaller voor de raming
omdat ervan wordt uitgegaan dat de inkomsten wel binnenkomen.
4. PSB-gelden provincie ZH
Conform de raming.
6. BBIOS-gelden ministerie VROM: €
14.000,- V
Deze inkomsten houden
verband met de in 2001 toegekende IPSV-bijdrage voor het uit te voeren project
‘aanpak Minervaplein’. De gelden
zijn gezien de overeenkomstige regelingen (IPSV, ISV) in het ISV-fonds gestort.
Voor de raming is dit echter geen meevaller, omdat deze gelden bedoeld zijn
voor de uitvoering van het experiment ‘wijkaandelen’ aan het Minervaplein.
Themaprogramma Economie.
1. Arbeidsplaatsen:
Doelstelling: bij stijging
landelijk aantal arbeidsplaatsen stijgt Delft 1,1 maal. Aantal arbeidsplaatsen
Delft in toeristensector stijgt 10%. Bij daling is die van Delft 2/3 van
landelijke daling.
Nulmeting: de
CBS-cijfers van de nulmeting zoals in 1997 zijn niet meer beschikbaar. Als
gevolg van een gewijzigde berekeningsmethode door het CBS luiden de cijfers
thans:
Jaar Delft Nederland
1997 44.770
(45.280) 6.067.200 (7.037.000)
1999 49.210 6.694.100
2000 49.980 6.889.100
(tussen haakjes waren de cijfers
van de nulmeting)
In de toeristische sector:
1998
1.164
1999
1.231
2000
1.315
De landelijke stijging van het
aantal banen van werkzame personen is 13,5%.
De stijging in Delft is 12%. Bij
de ISV-monitor 2001 blijft Delft achter bij de landelijke stijging. Hierbij
moet er rekening mee worden gehouden, dat het CBS voor de tweede maal de
berekeningmethode heeft gewijzigd.
De stijging in de toeristensector
bedraagt 13%. De doelstelling daarvan is 10%.
Conclusie: op koers.
Aantal arbeidsplaatsen niet voldoende gestegen. Doelstelling arbeidsplaatsen
toeristensector gehaald.
Doelstelling:
verhouding beroepsbevolking : arbeidsplaatsen 1:1.
beroepsbevolking arbeidsplaatsen verhouding
Nulmeting: CBS: 1996/1998: 43.500 44.770 1 : 1,03
Delft: 1997/1999: 45.000 46.130 1 : 1,03
1998/2000: 49.210
1999/2001: 49.980
Conclusie: op koers.
Aandachtspunt:
recentere CBS-cijfers niet bekend.
3. Uitkeringsgerechtigden en werklozen:
Doelstelling:
terugdringen aantal uitkeringsgerechtigden fase 4 t.o.v. het totaal met 20%.
Nulmeting
1999: 70,6%.
In 2001: 77%. De
stijging is een gevolg van de afname van cliёnten in fase 1 t/m 3. De
klanten die een redelijke kans maken op de arbeidsmarkt zijn grotendeels
uitgestroomd. Overblijft het aantal fase-4 cliёnten.
In
ontwikkeling: onderzocht wordt in hoeverre binnen fase-4 en
onderverdeling kan worden gemaakt van cliёnten die wel en die niet
kansrijk zijn op de arbeidsmarkt.
Aandachtspunt:
CIW (vm Arbeidsbureau) heeft cijfers 2001 t.a.v. van bij hen ingeschreven
uitkeringsgerechtigden niet beschikbaar. Doelstelling –20% niet haalbaar. In
overleg met de provincie doelstelling bijstellen; terugdringen totaal aantal
uitkeringsgerechtigden.
4. Toerisme:
Doelstelling:15% meer
bezoekers en 10% meer overnachtingen.
Nulmeting 1998: 711.100 bezoekers en
96.687 overnachtingen. Blijkens nadere informatie moeten deze cijfers van de
nulmeting worden bijgesteld in resp. 731.017 bezoekers en 120.113
overnachtingen.
In 2001: 790.003 bezoekers en 137.022
overnachtingen.
Conclusie: een stijging van het aantal
bezoekers met 11%. Met het aantal bezoekers ligt Delft op koers. Het aantal
overnachtingen is met 14% toegenomen; de doelstelling + 10% is hiermee
gehaald.
Themaprogramma
Wonen.
5. Huur- en koopwoningen:
Doelstelling: stijging
koop+dure huur tot 40%.
Nulmeting
1999: 35%.
In 2001: op basis
van berekening a.d.h.v. Woningmarkt-onderzoek ’95 en woningvoorraad per
01-01-01 berekend op 36%.
In
ontwikkeling: diverse dure huur+dure koop plannen, zoals o.a. Doelen,
Schie-oevers, Zuidpoort-gebied.
Conclusie:
op koers.
6. Seniorenwoningen:
Doelstelling: 150 extra
won. met zorg, waarvan 2/3 (=100)goedkoop.
Nulmeting
1999: niets gerealiseerd.
In 2000: 53 won.
(Atrium) gerealiseerd.
In 2001: 0
seniorenwoningen gerealiseerd.
In
ontwikkeling: 90 seniorenwoningen Zuidpoort waarvan 1/3 goedkoop.
Conclusie:
op koers.
7. Opplussen woningen:
Doelstelling: 2000
woningen volgens seniorenscore.
Nulmeting
1999: 0 woningen opgeplust.
In 2001: 57
woningen Bieslandsekade opgeplust.
In ontwikkeling: Er zijn 212 woningen in
uitvoering. In de periode t/m 2004 worden nog 480 woningen opgeplust.
Vervolgens zijn 252 won. nog in onderzoek. Totaal worden 1001 woningen
opgeplust, waarvan 252 won. nog in onderzoek zijn.
Conclusie: de doelstelling van 2000 woningen
wordt niet gehaald.
Aandachtspunt: in overleg met de provincie
doelstelling bijstellen naar + 750
won.
8. Grondgebondenwoningen:
Doelstelling: plus 200.
Nulmeting
1999: oorspronkelijk vermeld dat niets is gerealiseerd. Achteraf
blijkt dat 134
woningen
zijn gebouwd.
In 2000: 82
woningen gerealiseerd.
In 2001: 43
woningen gerealiseerd.
Conclusie: de
doelstelling is met +259 woningen gehaald.
9. Monumenten:
Doelstelling: 100
gemeentelijke monumenten en 20 rijksmonumenten verbeteren.
Nulmeting 1999: niets gerealiseerd.
Achteraf blijkt dat in 1999 18 gemeentelijke monumenten en 18 rijksmonumenten
zijn verbeterd.
In 2000: 21 gemeentelijke- en 14
rijksmonumenten.
In 2001: 30 gemeentelijke- en 39
rijksmonumenten.
Conclusie:. t.a.v. gemeentelijke monumenten
ligt Delft met +69 op koers.
De
doelstelling voor rijksmonumenten is met +71 ruimschoots gehaald.
Themaprogramma Duurzaamheid.
10. Riolen en oppervlakte water:
Doelstelling: min. 55% afgekoppeld, 25% minder
overstort, herstuctureren min. 2 deelsystemen, waterkwaliteit gemiddeld ca. 3
en 15% natuurvriendelijke oevers.
Nulmeting: 1999: 50% afgekoppeld,
waterkwaliteit ca 2 en 0% natuurvriendelijke oevers.
In 2001: Percentage afgekoppeld (nog)
onbekend. Aantal overstortinrichtingen 119 is gelijk aan 1999. Totaal 14,4 ha
watersystemen geherstructureerd. Waterkwaliteit 2,3 (STOWA-methodiek) 5,7%
natuurvriendelijke oevers ingericht.
In ontwikkeling: Cijfers afkoppeling in
oktober 2002 bekend. In 2002 start inrichting nieuwe natuurvriendelijke oevers.
De eerstvolgende bemonstering waterkwaliteit is in 2005.
Conclusie: op koers v.w.b. deelsystemen,
waterkwaliteit en natuurvriendelijke oevers.
Aandachtspunt: cijfers afkoppeling worden oktober
2002 aangeleverd. Aantal overstortinrichtingen is t.o.v. 1999 nog niet
teruggebracht. Project in gang zetten dit te stimuleren, of anders in overleg
met de provincie doelstelling bijstellen.
11. Bodemsanering:
Doelstelling: minimaal 3 ernstig+urgente
bodemsaneringen, onderzoeksprogramma en raamsaneringsplan.
Nulmeting: 1999 niets gerealiseerd.
In 2001: 1 ernstig+urgent afgerond.
In ontwikkeling: 2 ernstig+urgent in
onderzoeksfase opgestart. Onderzoeksprogramma in 2004 gereed. Raamsaneringsplan
niet opgestart; in afwachting van ISV-bodembudget
Conclusie: op koers.
12. Geluidsbelasting
woningen:
Doelstelling: minimaal
90 won. geluidssaneren.
Nulmeting: In 1999 2141 won. geluidbelast.
In 2001: 0 won. gesaneerd.
In ontwikkeling: Oostsingel+Vrijenbanseln 29
won., alsmede 40 won. Delfgauwseweg.
Conclusie: op koers.
13. Afvalbeleid:
Doelstelling: 90% zuiver GFT-afval, 5
retourettes, stabilisatie hoeveelheid te verbranden afval, min. 500
ondergrondse afvalcontainers.
Nulmeting: ca. 90% zuiver GFT-afval, 1
retourette, 26.000 ton te verbranden afval, 32 ondergrondse containers. Volgens
opgave Duurzaamheid bedroeg hoeveelheid te verbranden afval in 1999; 27.259 ton
en waren er 92 ondergrondse containers.
In 2001: % zuiver-GFT onbekend.
Retourettes 0 gerealiseerd. Verbrand afval 25.010 ton
(-4,5%). Ondergrondse containers 400.
Conclusie: v.w.b. ondergrondse containers op
koers. T.a.v. verbranden afval doelstelling gehaald.
Aandachtspunt: % zuiver GFT-afval alsnog berekenen.
Plannen voor 4 retourettes in ontwikkeling/uitvoering nemen; anders
doelstelling in overleg met provincie bijstellen.
14. Energiebesparing:
Doelstelling: minimaal 30% in tenminste 2000
bestaande won. en ca. 3% energie via lokale opwekkingsprojecten.
Nulmeting: 1998 was verbruik 6.543.149 GJ
per jaar.
In 2001: ENECO kan geen cijfers leveren
m.b.t. energieverbruik. In kader DelftsBlauweDaken zijn 407 huishoudens
voorzien van zonnepanelen; besparing 9%.
Conclusie: doelstelling besparing via
lokaalopwekkingsproject gehaald.
Aandachtspunt: energiebesparing niet te meten wegens
ontbreken cijfers ENECO.
Themaprogramma
Mobiliteit.
15. Gebruik
Ov, fiets en auto:
Doelstelling: bij
landelijke stijging; Delft x 0,75. Bij daling;Delft x 1,25.
Nulmeting 1997: landelijk: 36%
autobestuurders en 13% autopassagiers. In Delft waren deze percentages resp.
30% en 17%.
In 2001:
Conclusie:
t.a.v. (toename) autopassagiers ligt Delft op koers. Het autogebruik
(autobestuurders) in Delft vertoont echter een -ongewenste- stijgende tendens.
Aandachtspunt: CBS heeft
berekeningsmethode cijfers 2001 gewijzigd in 2-jaarsgemiddelden. Het
autogebruik moet gezien de ISV-doelstelling worden beperkt. Lopende projecten
om autogebruik te beperken en/of gebruik openbaarvervoer/fiets te stimuleren
moeten het gewenste effect gaan sorteren. Lukt dat niet, dan de projecten intensiveren
of de ISV-doelstelling aanpassen in overleg met de provincie.
16 autoverkeer
op hoofdroutes:
Doelstelling: 50% van lokaal
wegennet als verblijfsgebied aangewezen en ingericht als
30 km gebied/woonerf. Voor 4
wegvakken wordt de doorgaande functie beperkt.
Nulmeting
1999: 25% verblijfsgebied. Geen doorgaande functie beperkt.
In 2000: 38%
verblijfsgebied en doorgaande functie 1 wegvak beperkt.
In 2001: % 30km-verblijfsgebied onbekend.
In 2001 is binnenstad als 30km- verblijfsgebied ingericht. Géén doorgaande
functie van wegvak beperkt.
Conclusie:
in 2001 geen informatie bekend.
In
ontwikkeling: beperken doorgaande functie Delftsestraatweg nabij manege.
Aandachtspunt: berekenen % 30 km-verblijfsgebieden
moet worden opgepakt. Voorts moeten plannen worden ontwikkeld voor beperken
doorgaande functie resterende 3 wegvakken, dan wel in overleg met de provincie
deze doelstelling bijstellen.
17. Bereikbaarheid economische activiteiten:
Doelstelling: 2 parkeervoorzieningen, autoluwe
binnenstad, fietsenstallingen bij belangrijke bestemmingen, hoogwaardige OV
naar TU, herinrichting. Schoemakerstr.
Nulmeting
1999: Nog niets gerealiseerd.
In 2001: parkeervoorziening. Phoenixstraat
gereed. Gestart met autoluwe binnenstad, vergunning parkeren schil west en herinrichting
Schoemakerstraat en Delfgauwseweg.
Conclusie: op koers.
18. Verkeersslachtoffers:
Doelstelling: <200.
Nulmeting 1996: 272.
In 2001: 223.
Conclusie: op koers.
Themaprogramma
Leefbaarheid
19. Tevredenheid Voorhof/Wippolder:
Doelstelling: verschil
Voorhof+Wippolder t.o.v. stad halveren.
Nulmeting 1999: 12%.
In 2000: 6%.
In 2001: 6%
Conclusie: doelstelling gehaald.
20. Sociaal isolement:
Doelstelling: netwerk
in elk van 7 wijken.
Nulmeting 1999: beleid in ontwikkeling.
In 2001: wijksteunpunten in Buitenhof,
Voorhof en Tanthof gerealiseerd.
Conclusie: op koers.
21. Zelfredzaamheid
burgers (dak-/thuislozen):
Doelstelling: 90% in beeld, 80% daarvan
opgevangen in instellingen, 75% hiervan woont daarna zelfstandig.
Nulmeting
1999: 90% dak-/thuislozen in beeld via opvanginstellingen. Circa
60% van hen
vindt een
zelfstandige woonvorm.
In 2001: Voorzichtige schatting: 60% in
beeld, 50% opgevangen en 60% vindt woonvorm.
Conclusie: er zijn géén betrouwbare cijfers
beschikbaar over in beeld hebben, opvangen en zelfstandigheid na opvang van
dak-/thuislozen.
Aandachtspunt: géén betrouwbare cijfers bekend. “In
beeld” hebben loopt terug. Is niet wenselijk. Registratie moet worden verbeterd
zodat bij de ISV-monitor 2002 wél betrouwbare cijfers kunnen worden geleverd.
22. Minderheden:
Doelstelling: min. 90% voelt zich thuis, min.
95% van VVTV’ers wordt begeleid, min. 95% AMA’s volgt onderwijs.
Nulmeting
1999: 90% wordt begeleid, 75% AMA’s volgt onderwijs.
In 2001: 80% voelt zich thuis. Met de
inwerkingtreding van Vreemdelingenwet is de term VVTV vervallen. Deze groep is
thans opgenomen in het percentage nieuwkomers dat zich thuis voelt. Van de
AMA’s volgt 100% onderwijs.
Conclusie: op koers.
23. Buurtaccomodaties:
Doelstelling: 4
buurtaccomodaties en min. 2 jongerenvoorz.
Nulmeting 1999: Nog niets gerealiseerd.
In 2001: Nog niets gerealiseerd.
In ontwikkeling: bouw gestart
buurtaccommodatie Westerkwartier en jongerenaccommodatie Wippolder. In 2002
start bouw buurtaccommodatie Sranti en Poptahof en voorbereiding buurtaccommadatie
Tanthof en planvorming jongerenaccommodatie Kuyperwijk.
Conclusie: op koers.
24. Vensterschool/
brede school:
Doelstelling: in elk
van 7 wijken gerealiseerd programma.
Nulmeting 1999: beleid in ontwikkeling.
In 2001: realisatie van programma in
Voorhof en Buitenhof.
In ontwikkeling: m.i.v. schooljaar 2004-2005
zijn alle wijken door Brede school bediend.
Conclusie: op koers.
25. Sport- en
spelmogelijkheden:
Doelstelling: min. 1,5 speelplek per 100 0-9
jarigen, min. 78 voorzieningen voor 10-19 jarigen, inspraak belanghebbenden,
voldoen Europese veiligheidsnorm.
Nulmeting
1999: gemiddeld 2 speelplekken op 100 0-9 jarigen, 72 voor 10-19
jarigen.
Bij latere
besluitvorming is terugbrengen speelplekken 0-9 jarigen geschrapt.
In 2001: voor 10-19 jarigen skatebaan
Mozartln (halfpipe) gerealiseerd.
In ontwikkeling: aanleg skatepark Prov.weg
in 2002 met 7 skatetoestellen.
Conclusie: op koers. Doelstelling 0-9 jarigen
en inspraak gehaald. Voldoen aan Europese veiligheidsnorm is in uitvoering.
26. Criminaliteit:
Doelstelling: op
ranglijst misdrijven >nr. 40 en ranglijst geweldsdelicten >nr. 33.
Nulmeting 1999: resp. nr. 40 en nr. 33.
N.B. De cijfers van de nulmeting dateren van 1996.
In 2000 (cijfers 1998):
misdrijven nr. 35 en geweldsdelicten nr. 39.
In 2001 (cijfers 2000): 8.504
misdrijven c.q. 88 per 1.000 inw. Daarmee staat Delft op nr. 33 en stijgt
daarmee op de ranglijst. Het aantal geweldsdelicten met 594 is 6,2 per 1.000
inw. daarmee staat Delft op nr. 34, nog wel binnen de doelstelling (nr. 33)
Conclusie: zowel m.b.t. de misdrijven als
met de geweldsdelicten stijgt Delft op de ranglijst. Een ongunstige
ontwikkeling, hoewel t.a.v. de geweldsdelicten de doelstelling (nog) niet is
overschreden.
Aandachtspunt: het aantal misdrijven en
geweldsdelicten moet worden teruggebracht d.m.v. uitvoering opgenomen projecten
veiligheidsplan. Levert dit niet het gewenste effect op, dan intensivering
beleid of bijstellen van de doelstelling in overleg met de provincie.
27. Kinderopvang:
Doelstelling: 40% hele
dagopvang, 15% buitenschoolse opvang en min 400
extra
plaatsen buitensch.opvang.
Nulmeting
1999: 36% hele dagopv., 13% buitenschoolse opv., 288
buitenschoolse opv.
In 2001: 45% hele
dagopvang, 10% buitensch.opv., 310 plaatsen buitensch.opv.
Conclusie: op koers. De tijdelijke terugval
van het % buitenschoolse opv. heeft te maken met een gewijzigde rekenmethode.
De doelstelling wordt wél gehaald gezien in voorbereiding zijnde plannen. Dat
geldt ook voor de extra plaatsen buitenschoolse opv.
Bijlage 2: Overzicht ISV-doelstellingen
|
Nr. |
Programma |
Onderwerp |
Gewenst effect |
Meetbare doelstelling |
|
1 |
Economie |
Aantal arbeidsplaatsen |
Stijging |
10% meer stijging of 1/3 minder daling dan landelijk |
|
2 |
Economie |
Woon- werk balans |
Evenwicht |
Schommelen rond 1:1 |
|
3 |
Economie |
Uitkeringsger. en werklozen |
Zo laag mogelijk % |
Terugdringen % DMZ-uitk.ger. in fase 4 met 20% |
|
4 |
Economie |
Toerisme |
Stijging |
15% stijging bezoeken en 10% stijging overnachtingen |
|
5 |
Wonen |
Woningen huur- en koopsector |
Betere differentiatie |
Stijging aandeel koop+ dure huur tot 40% door stadswon. |
|
6 |
Wonen |
Woningen voor senioren |
Stijging |
150 extra won. met zorgaanbod waarvan 2/3 goedkoop |
|
7 |
Wonen |
Opplussen van woningen |
Stijging |
Min. 2000 opgepluste woningen obv seniorenscore |
|
8 |
Wonen |
Grondgebonden woningen |
Stijging |
Min. 200 extra grondgebonden woningen |
|
9 |
Wonen |
Monumenten |
Instandhouding |
Verbetering min. 100 gem. en min. 20 Rijksmonumenten |
|
10 |
Duurzaamheid |
Riolen en oppervlaktewater |
Optimalisering |
Min. 55% afgekoppeld, 25% minder overstorten, herstr. |
|
|
|
|
|
min. 2 deelsyst., waterkwal. gem. ca 3, min. 15%
natuurvr. oevers |
|
11 |
Duurzaamheid |
Bodemsanering |
Zo min mogelijk stagnatie |
Ernstig + urgent: Min. 3 bodemsaneringen;
onderzoeksprogramma; |
|
|
|
|
|
Raamsaneringsplan |
|
12 |
Duurzaamheid |
Geluidsbelasting woningen |
Vermindering |
Min. 90 woningen geluidssaneren |
|
13 |
Duurzaamheid |
Afvalbeleid |
Optimalisering |
GFT 90% zuiver; min. 5 retourettes; stabilisatie
hoeveelh. te verbr. |
|
|
|
|
|
afval; min. 500 ondergrondse afvalcontainers |
|
14 |
Duurzaamheid |
Energiebesparing |
Optimalisering |
Min. 30% in min. 2000 best. won.; min. 3% lokale
energieopwekk. |
|
15 |
Mobiliteit |
Gebruik OV, fiets en auto |
Stijging resp. daling |
Gebruik auto t.o.v. landelijk: Max. 75% of min. 25% extra
daling |
|
16 |
Mobiliteit |
Autoverkeer op hoofdroutes |
Concentratie |
Min. 50% als verblijfsgebied aangew.+ingericht; bep.
doorg. fie in min. 4 wegvakken |
|
17 |
Mobiliteit |
Bereikbaarheid econ. activit. |
Waarborging |
Min. 2 geconc. parkeervoorz. en 50% autoluwe binnenstad;
voldoende stallingsvoorz. |
|
|
|
|
|
voor fietsers bij bel. best.; hoogw. OV naar TU; herinr.
Schoemakerstr./ Delftech. |
|
18 |
Mobiliteit |
Aantal verkeersslachtoffers |
Afname |
max. 200 verkeersslachtoffers |
|
19 |
Leefbaarheid |
Tevredenheid over de wijk |
Zo hoog mogelijk |
Voorhof en Wippolder samen: halvering verschil tov. rest
van Delft |
|
20 |
Leefbaarheid |
Sociaal isolement in wijken |
Zo laag mogelijk |
In elk van de 7 wijken een netwerk ingericht tbv
signalering + passend aanbod |
|
21 |
Leefbaarheid |
Zelfredzaamheid burgers |
Zo hoog mogelijk |
Dak/thuislozen: 90% in beeld; min. 80% opgevangen; min.
75% gehuisvest |
|
22 |
|
|
|
Minderheden: min. 90% voelt zich thuis, min. 95%
begeleid, min. 95% volgt onderw. |
|
23 |
Leefbaarheid |
(Gebruik van) buurtaccommodaties |
Zo hoog mogelijk |
Min. 4 buurtaccommodaties en min. 2 permanente
jongerenvoorzieningen |
|
24 |
Leefbaarheid |
Venstersch./ brede school concept |
Invoering |
In elk van de 7 wijken een gerealiseerd programma |
|
25 |
Leefbaarheid |
Sport- en spelmogelijkh. in wijken |
Optimalisering |
Min. 1,5 speelplek per 100 0-9 jarigen; min. 78 voor
10-19 jarigen; wijkoverleg; |
|
|
|
|
|
min. Europese veiligheidsnorm |
|
26 |
Leefbaarheid |
Criminaliteit |
Zo laag mogelijk |
Ranglijst gem.: nr. 40 of lager voor misdrijven en nr. 33
of lager voor geweldsdelicten |
|
27 |
Leefbaarheid |
Aanbod kinderopvangvoorz. |
Differentiatie/afstemming |
40% kan gebruik m. v. hele dagopv. + 15% v. b.s.o.; min.
400 extra plaatsen b.s.o. |
Bijlage 3: ISV monitor 2001: procesformat
Colofon
Uitgave Gemeente
Delft,
Cluster Wijk-
en Stadszaken
Sector
Wijkzaken en Projecten
Vakteam
Projecten
december 2002
Realisatie Gemeente
Delft (binnenwerk), Klats Publiciteit, Delft (kaft)
Druk Combiwerk,
Delft
Oplage 100
stuks
Informatie Wijkzaken
en Projecten,
P.A.M.
(Peter) de Jong
tel. (015) 2602508, 2602774
bezoekadres:
Barbarasteeg 2, Delft
postadres:
Postbus 340, 2600 AH Delft
emailadres: pdjong@delft.nl
site: www.gemeentedelft.info
Copyright
Gemeente Delft
[1] Dit bedrag is excl. door de provincie nog uit te keren bodem- en gevelisolatiegelden
[2] Belanghebbenden worden in de gelegenheid gesteld tijdens de ter visie-legging schriftelijk te reageren, dan wel zijn of haar reactie kenbaar te maken tijdens de inloopmiddag.
[3] Aanname hierbij is wel dat de zgn. Wbb-gelden (ca € 5,9 mln. voor de periode t/m 2004) worden overgedragen door de provincie en alsnog in het ISV-fonds gestort kunnen worden. Lukt dit niet, dan zal alsnog vrij drastisch gekort moeten worden op het programma bodemsaneringen ISV (dat thans in totaal ca. € 6,1 mln behelst). Omdat hier nu (situatie september 2002) niet veel meer over bekend is, en dit een grote vertraging zou betekenen, met name in een van de voor Delft meest belangrijke projecten (Zuidpoort en Oostsingel), is in deze raming vooralsnog uitgegaan van de laatste herijking (medio 2002). Zodra de provincie duidelijkheid geeft zal dit programma echter moeten worden aangepast aan de definitieve overdracht van Wbb-gelden.