Delft
is een compacte stad met een historisch stadshart en met een grote
universiteit. Delft is binnen en buiten de landsgrenzen bekend. Veel toeristen
komen de historische binnenstad bewonderen en veel buitenlandse studenten komen
aan de TU vakken volgen.
Delft
profileert zich als kennisstad, waarbij de Technische Universiteit een
aanzuigende werking heeft op andere onderwijsinstellingen en allerlei
hoogwaardige kennisgerelateerde bedrijvigheid. In dat kader is Delftechpark
ontwikkeld en wordt bedrijventerrein Technopolis (12.000 arbeidsplaatsen) in
ontwikkeling genomen. Komende jaren wordt een forse groei van 50.000
arbeidsplaatsen naar zo’n 65.000 arbeidsplaatsen nagestreefd. De gewenste
verdere uitbouw van Delft als centrum van kennisintensieve dienstverlening en
technologische vernieuwing vergt een bijpassend woonaanbod. Er is ruimte vrij
om de omvangrijke betaalbare huurvoorraad van bescheiden kwaliteit meer in
balans te brengen met aanbod dat door deze ‘kenniswerkers’ wordt gewenst. De marges zijn klein, gezien
de beperkte bouwmogelijkheden in Delft. De beperkte uitbreidingsmogelijkheden
van Delft zullen vooral benut worden voor:
1)
het
toevoegen van woonkwaliteit die een aanvulling vormen op bestaande
woonkwaliteiten in de stad;
2)
het
meer in evenwicht brengen van vraag en aanbod op de woningmarkt.
Bij
de verdere locale uitwerking van de regionale Woonvisie legt de gemeente Delft
het accent op:
1)
transformatie
van eenzijdig samengestelde wijken en buurten met als inzet het kwalitatief
versterken van de sociale sector, toevoegen van woonkwaliteit en meer
differentiatie;
2)
een
nieuwbouwprogramma toevoegen met een accent op de koopsector in de middeldure
en duurdere prijssegmenten, waarmee doorstroming beoogd wordt;
3)
het
versterken en waar mogelijk toevoegen van onderscheidende woonmilieus.
Nieuwbouwprogamma
Delft
is een compacte stad, waarbij de bebouwing vaak gelijk loopt met de
gemeentegrenzen. Onlangs is de gemeentegrens met Schipluiden verlegd, waardoor
Delft nu één uitleggebied kent, Harnaschpolder, waar circa1.100 woningen
gerealiseerd kunnen worden. De meeste nieuwbouw vindt dan ook plaats binnen
bestaand stedelijk gebied als gevolg van herstructurering en
functieveranderingen. Het betreft tot 2015 maximaal zo’n 7.900 woningen,
waaronder circa 1.250 studenteneenheden. Tegelijkertijd worden minimaal 870
woningen gesloopt. De netto toename bedraagt derhalve maximaal 7.030 woningen
en wooneenheden (afronding op 10-tallen). Veel plannen zijn echter nog ‘zacht’,
waardoor gegevens over woningtypen, sector en prijscategorieën nog onbekend
zijn. Van de wel bekende plannen betreft het in meerderheid meergezinswoningen
en woningen in de koopsector. Ongeveer een kwart van de bekende nieuwbouwplannen
betreft sociale huurwoningen. Bij herstructureringsprojecten streeft de
gemeente na woningaanpassing, vervanging en nieuwbouw naar een verhouding van
60% betaalbare woningen en 40% duurdere woningen. Binnen Delft kunnen twee
transformatieprojecten van regionaal belang genoemd worden: Spoorzone en
Harnaschpolder.
Met
de ontwikkeling van Harnaschpolder wil Delft tegemoet komen aan de grote vraag
naar groenstedelijk wonen, een woonmilieu met als drager van veel ‘ groene’ en
‘blauwe’ elementen. Zowel in de regio, alsook in Delft bestaat hieraan een
groot tekort.
Het
realiseren van een bouwprogramma met een duidelijk accent op middeldure en dure
grondgebonden koopwoningen komt tegemoet aan de grote vraag naar dit type in
Delft en het zeer beperkte aanbod. Stapeling wordt mogelijk geconcentreerd in
de HOV-zone en in Voordijkhoornse polder, waar een meer stedelijk karakter goed
aansluit op de bebouwing van de
aangrenzende Kuyperwijk. Met het programma wordt beoogd doorstroming op gang te
brengen vanuit de bestaande stad. Het te realiseren woonklimaat moet daarnaast
een aantrekkelijk vestigingsklimaat vormen voor de opvang van de beoogde
toename van het aantal kenniswerkers in
Delft.
Tegelijkertijd
wordt plaats ingeruimd voor sociale woningbouw voor bijzondere doelgroepen.
Hierbij wordt nadrukkelijk gedacht aan jongeren/starters, woningen met zorg
voor senioren en wonen voor mensen met
lichamelijke en/of geestelijke beperkingen.
Op
termijn biedt de ondertunneling van het spoor een gouden kans voor
herinrichting van het spoorgebied. In de Spoorzone wordt een centrumstedelijk
woonmilieu van allure nagestreefd, deels in de vorm van hoogbouw en met een
nadruk op functiemenging. Wonen, werken, winkelen en ontspannen wisselen elkaar
af, in een hoge bebouwingsdichtheid die flink de lucht ingaat. Functiemenging
biedt een mooie overgang van de historische binnenstad naar de omliggende
(woon)wijken. Vanuit Voorhof grenst Poptahof aan het centrum, met dichte
bebouwing die in maatvoering tussen de laagbouw van de tuinstad en de hoogbouw
van morgen past. In het Zuiden vormt
het in ontwikkeling zijnde Campusterrein een vloeiende overgang van kennis en
technologie van de TU en de hieraan gerelateerde bedrijvigheid, naar de
binnenstad. Op de langere termijn kan het ontstaan van een stadswijk met sfeer
en karakter tussen Schie en Spoor eveneens aansluiting vinden.
Naast
een woonplek voor mensen die zich op de stad, de TU en Technopolis richten, is
de aantrekkingskracht van de Spoorzone ongetwijfeld ook groot op meer regionaal
georiënteerde mensen, gezien de nabijheid van het station, waarmee andere
randstedelijke centra binnen handbereik zijn.