Nota

 

Datum

16-09-2003

Ons Kenmerk

03/030700

Opsteller

Fabienne Mantes

Bijlagen

4

Onderwerp

Optimalisatie grofvuilbeleid met als doel een schone leefomgeving, meer hergebruik en meer brengen van grofvuil

 

Geacht college,

 


1. Inleiding

In deze adviesnota staat het voorstel voor het nieuwe grofvuilbeleid. Evenals het eerder geformuleerde beleid op onder meer het gebied van hondenpoep en aanhangers (wegsleepregeling) vormt dit grofvuilbeleid één van de schakels in het schoonhouden van de openbare ruimte in Delft.

 

De aanleiding van dit grofvuilbeleid is de vervuiling van de leefomgeving in de wijken door het bijplaatsen en verkeerd aanbieden van grofvuil door sommige bewoners. Los liggend vuil leidt tot zwerfvuil en gedumpte hopen huisraad verloederen het straatbeeld. De overlast die hierdoor wordt veroorzaakt leidt tot veel ergernis bij de inwoners van Delft. Dit blijkt onder meer uit gesprekken in de wijkplatforms waarin herhaaldelijk op maatregelen is aangedrongen en de vele andere signalen van bewoners onder andere uit het Delft Internet Panel. Het bijgeplaatste grofvuil zorgt tevens voor onvoorzien extra werk voor de medewerkers van de Reiniging. Daarnaast wordt grofvuil onvoldoende gescheiden voor hergebruik, wat onnodige verwerkingskosten met zich meebrengt en bovendien slecht is voor het milieu. Tenslotte wordt geconstateerd dat inwoners van Delft relatief weinig gebruik maken van de mogelijkheid grofvuil weg te brengen naar het Overlaadstation.

 

In deze nota worden maatregelen voorgesteld om de leefomgeving schoner te krijgen. Daarnaast worden maatregelen voorgesteld om het brengen van grofvuil naar het Overlaadstation te stimuleren en meer hergebruik van product en materiaal te realiseren.

 

Wij stellen de volgende maatregelen voor:

 

  1. Grofvuil uit de anonimiteit te halen door het voor de deur aan te laten bieden nadat het is aangemeld
  2. Het grofvuil niet meer op dezelfde dag als het restafval op te halen.
  3. Extra toezicht en handhaving inzetten op onaangemeld en verkeerd aangeboden grofvuil.
  4. Extra inzet op gebied van communicatie over de grofvuilaanpak.
  5. Het bieden van een ophaalservice tegen een kostendekkend tarief voor bewoners die niet kunnen of willen wachten op de ophaaldag van grofvuil.
  6. In de hoogbouw in overleg met woningbouwcorporaties de ophaalfrequentie nader bepalen.
  7. Hernieuwde afspraken maken met kringloopbedrijven over producthergebruik.
  8. De Reiniging realiseert meer materiaalhergebruik van grofvuil dan nu het geval is.

9.       Openingstijden van het Overlaadstation op zaterdag verruimen van nu 8.00-12.00 naar 8.00 -16.00.

 

2. Huidige situatie

Inwoners van Delft kunnen wekelijks gratis grofvuil[1] laten ophalen nadat zij dit telefonisch of digitaal hebben aangemeld via het Infopunt Stadsbeheer. Delft kent in vergelijking met andere gemeenten een inzamelsysteem met een hoog service niveau. De hoge inzamelfrequentie van één keer in de week gratis ophalen van grofvuil stimuleert de burgers van Delft echter onvoldoende tot het zelf wegbrengen van grofvuil naar het Overlaadstation. In 2002 brachten 12.297 inwoners van Delft hun vuil zelf weg en maakten 28.578 inwoners een afspraak met het Infopunt voor het laten ophalen van grofvuil[2]. Hoewel ruim 40.000 inwoners op de juiste wijze gebruik maken van de voorzieningen, maakt slechts 30% gebruik van het Overlaadstation als gratis brengvoorziening. Het zou wenselijk zijn dit percentage te verhogen met als positief effect lagere ophaalkosten, meer materiaalhergebruik en minder vervuiling in de straten. 

 

Grofvuil wordt momenteel aangeboden op de aanbiedplaatsen van vuilcontainers, veelal op de hoek van een straat. Door het anonieme karakter van deze aanbiedlocatie voelen weinig mensen zich verantwoordelijk voor de aanbiedwijze van grofvuil en is het voor velen verleidelijk grofvuil bij te plaatsen in plaats van het zelf aan te melden bij het Infopunt. Omdat het bijgeplaatste grofvuil meegenomen wordt met de reguliere inzameling, zijn hier geen cijfers van bekend. Wel registreerde het Infopunt in 2002 maandelijks ongeveer 100 meldingen die door de reinigingsinspectie onderzocht werden. Door het anonieme karakter van grofvuil is de overtreder voor de reinigingsinspectie echter moeilijk te achterhalen.

 

De introductie van ondergrondse containers brengt ook nieuwe aanbiedregels met zich mee waar de burger niet altijd goed mee weet om te gaan. Zo is bepaalde huisraad dat eerder moeiteloos verdween in de grote rolcontainers nu te groot van omvang voor de opening van de ondergrondse container. Dit kleinere grofvuil wordt dan achtergelaten bij de ondergrondse containers of er in gepropt wat tot verstoppingen leidt. Grofvuil wordt ook geplaatst op de platen van de container, waardoor de medewerker de ondergrondse container niet kan legen.

 

Grofvuil wordt in Delft door drie verschillende voertuigen ingezameld[3]:

  1. Een kraakperswagen die binnen de reguliere restafval route brandbaar grofvuil ophaalt;
  2. Een kraakperswagen voor grof groenafval;
  3. Een grofvuilauto voor metalen, elektrische apparatuur en overig grofvuil.

 

Door deze wijze van inzamelen worden producten die voor kringloop in aanmerking komen onnodig als grofvuil afgevoerd. Daarnaast worden nog herbruikbare materialen onnodig verbrand. Dit is zowel uit milieutechnisch als bedrijfseconomisch oogpunt onwenselijk.

 

 

3. Gewenste situatie

  1. Een schone leefomgeving doordat al het grofvuil telefonisch of digitaal wordt aangemeld en volgens de regels wordt aangeboden;
  2. Er wordt door meer inwoners grofvuil gebracht naar het Overlaadstation;
  3. Meer producthergebruik en materiaalhergebruik van grofvuil.

 

3.1 Maatregelen voor een schone leefomgeving

Om de gewenste situatie te bereiken wordt voorgesteld:

 

- Inwoners voortaan grofvuil voor de deur aan te laten bieden nadat het bij het Infopunt is aangemeld. Deze maatregel haalt grofvuil uit de anonimiteit. De verwachting is dat de aanbieder een groter verantwoordelijkheidsgevoel zal hebben voor het netjes aanbieden van het eigen grofvuil en dat er geen grofvuil meer wordt bijgeplaatst door buurtbewoners door een grotere sociale controle. Voor toezichthouders zal het duidelijker zijn van wie het aangetroffen grofvuil afkomstig is, of het is aangemeld en of het volgens de regels wordt aangeboden. Met de woningbouwcorporaties van hoogbouwflats wordt overleg gevoerd om te bezien of er nog speciale afspraken nodig zijn omdat niet alle hoogbouwflats een interne opslagmogelijkheid voor grofvuil hebben.

 

- Het grofvuil niet meer op dezelfde dag als het restafval in te zamelen.  Hierdoor wordt het huidige verwachtingspatroon doorbroken dat de grofvuil ophaaldag dezelfde is als de restafval ophaaldag. Het grofvuil dat dan op de restafval ophaaldag wordt aangetroffen is per definitie onaangemeld. Dit vergemakkelijkt het werk van de toezichthouders.  Wanneer er geen onaangemeld (grof)vuil meer naast de (mini)containers wordt neergezet kan de reguliere inzameling efficiënter worden.

 

- Voor inwoners die hun grofvuil niet op de afgesproken dag willen neerzetten en eerder van hun grofvuil af willen, wordt voorgesteld dit tegen een kostendekkend tarief op te halen, nadat zij het grofvuil bij het Infopunt hebben aangemeld.

 

- Om de maatregelen kracht bij te zetten wordt extra toezicht en handhaving voorgesteld. De verwachting is dat met name in het begin van de nieuwe inzamelwijze dit extra toezicht en handhaving op het naleven van de regels nodig is. Indien het vuil op een verkeerde manier wordt aangeboden zal stevig worden opgetreden door de verwijderingsbijdrage in rekening te brengen en zonodig een boete op te leggen.

 

3.2 Het brengen van grofvuil stimuleren

Indien grofvuil meer wordt gebracht betekent dit dat er minder grofvuil ingezameld hoeft te worden. Dit betekent lagere inzamelkosten voor de Reiniging maar ook minder vervuiling in de straten.

 

-Door het Overlaadstation ook op zaterdagmiddag open te stellen is de verwachting dat er meer inwoners gebruik zullen maken van de brengmogelijkheid. Om het brengen van grofvuil te stimuleren wordt voorgesteld de openingstijden van het Overlaadstation op zaterdag te verruimen van 8.00 tot 12.00 naar 8.00 tot 16.00. De openingstijden worden dan van maandag tot en met zaterdag van 8.00 tot 16.00.

 

- Als extra stimulans voor het brengen van grofvuil wordt voorgesteld op proef afspraken te maken met een commercieel verhuurbedrijf om een vorm van korting te geven bij de huur van een aanhangwagen. De inwoner die een aanhangwagen komt huren voor het brengen van grofvuil naar het Overlaadstation kan dit bijvoorbeeld doen tegen een gereduceerd tarief. Na de proef periode wordt gekeken of het systeem haalbaar is en of er in een behoefte wordt voorzien.

 

3.3. Een hoger milieurendement behalen uit grofvuil

Het Nederlandse afvalbeleid is er op gericht het ontstaan van afval zoveel mogelijk te beperken en de afvalstoffen die ontstaan zo milieuvriendelijk mogelijk te verwerken[4].

 

Door de huidige wijze van inzamelen van grofvuil worden producten die voor een tweede leven in aanmerking komen onnodig als grofvuil afgevoerd. Daarnaast worden nog herbruikbare materialen onnodig verbrand. Dit is zowel uit milieutechnisch als bedrijfseconomisch oogpunt onwenselijk. Voor een hoger milieurendement en lagere verwerkingskosten wordt voorgesteld:

 

- Hernieuwde afspraken te maken met Kringloopbedrijven. Momenteel is het de burger die beoordeelt of iets voor kringloop dan wel voor grofvuil in aanmerking komt. Hierdoor worden nog herbruikbare goederen onnodig afgevoerd als grofvuil. Voorgesteld wordt kringloopbedrijven intensiever te betrekken bij het ophalen en selecteren van nog bruikbare producten.

 

- De Reiniging realiseert meer materiaalgebruik uit grofvuil dan nu het geval is. Dit scheelt in de verwerkingskosten en is milieuvriendelijker. Het verwerkingstarief van bijvoorbeeld A kwaliteit hout is € 41,- per ton, dat van restafval €79, - per ton. Door de huidige wijze van inzamelen worden stromen als bovengenoemd hout, verbrand voor het verwerkingstarief van restafval.  Goed gescheiden, schone afvalstromen kunnen bovendien als grondstof dienen voor nieuwe producten.  

 

- Momenteel wordt onderzocht of er verspreid door de stad meer “afvalbrengpunten” gerealiseerd kunnen worden. Het doel van deze brengpunten is laagdrempelige voorzieningen te realiseren om milieuvriendelijk gedrag van inwoners te stimuleren. Nu al participeren sommige scholen met het gescheiden inzamelen van papier, batterijen en textiel door de daartoe bestemde containers beschikbaar te stellen. Dit zou uitgebreid kunnen worden met afgedankte elektrische apparaten (computers, broodroosters, etc.). Het aantal deelnemers kan uitgebreid worden met bijvoorbeeld andere scholen of buurthuizen. Door gerichte communicatie en informatie in de buurt en wijk kunnen deze voorzieningen meer bekendheid krijgen. Na het onderzoek naar de diverse mogelijkheden zal een voorstel gedaan worden. 

 

De maatregelen hebben een positief effect op het schoonhouden van de stad en het hergebruik van grofvuil. Echter, het vraagt van de bewoners ook een bepaalde inzet. Men dient grofvuil aan te melden, digitaal of per telefoon bij het Infopunt, waarna een datum wordt afgesproken.  Dit kan enige wachttijd betekenen, doorgaans tussen 1 en 2 weken.

 

4. Communicatie

De volgende boodschap staat centraal richting de bewoners van Delft: ‘Delft moet schoon, heel en groen zijn met aandacht voor het milieu. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de gemeente Delft en bij de bewoners samen’.

 

De communicatie sluit aan bij ‘Reiniging op maat’, dit houdt in dat de communicatie op maat zal zijn: bewoners van een rijtjeshuis ontvangen andere informatie dan bewoners van flats met inpandige bergingen, omdat zij hun grofvuil op een andere manier dienen aan te bieden.

Sp4eciale aandacht zal uitgaan naar de volgende doelgroepen: bewoners van laagbouw, bewoners van hoogbouw (meer dan vier verdiepingen), allochtone doelgroepen en nieuwe bewoners van Delft.

 

Met communicatie willen we bereiken dat:

·         Bewoners weten wat in hun situatie grofvuil is;

·         Bewoners weten welke verantwoordelijkheid zij zelf hebben;

·         Bewoners weten wat de verantwoordelijkheid van de gemeente is;

·         Bewoners weten waar zij terecht kunnen met producten die voor een tweede leven in aanmerking komen.

 

Voor de start van het nieuwe beleid vindt een 0-meting plaats, na ongeveer een jaar een 1-meting. Hieruit moet blijken of de kennis, houding en het gedrag van de doelgroepen over grofvuil vergroot of verbeterd is. Hiervoor zullen de gebruikelijke registratie-instrumenten gebruikt worden (zoals het Infopunt Stadsbeheer, postcoderegistratie bij Overlaadstation, DIP en het vuilregistratiesysteem).


5. Financiële consequenties

De nieuwe inzet voor het gericht inzamelen van aangemeld grofvuil wordt geraamd op € 100.000,-. De softwarematige aanpassingen die nodig zijn in het grofvuilmeldingen programma voor de nieuwe ophaalwijze van grofvuil worden geraamd op € 5.000,-.

 

Daarnaast is er sprake van (tijdelijk) extra handhaving van €70.000,-. Ondanks dit extra toezicht wordt € 70.000,- aan kosten verwacht voor het inzamelen van illegaal gedumpt grofvuil en het opvangen van eventuele knelpunten. Uit de geplande resultaatmetingen zal gekeken worden of het gewenste resultaat is behaald en of het extra toezicht nog gehandhaafd dient te worden.

 

De kosten voor extra communicatie zijn structureel € 40.000,-

 

Indien een kringloopbedrijf intensiever wordt betrokken bij het ophalen van kringloopgoederen/ grofvuil zijn de geraamde extra kosten € 15.000,-  tot een totaal van
€ 85.000,- op basis van de bestaande subsidieregeling voor kringloopbedrijven. De besteding in 2002 was € 46.000,-.

 

De openstelling op zaterdagmiddag van het Overlaadstation betekent aan inzet extra personeel  € 25.000 extra kosten per jaar. De kortingsregeling voor de huur van een aanhangwagens wordt geraamd op € 4.000 op jaarbasis. De kosten van de extra maatregelen worden teniet gedaan omdat de inzameling efficiënter wordt ingezet [5].

 

Overzicht financiële consequenties

 

 

Maatregel

kosten

baten

1

Wijziging inzet huidige inzameldienst

 

       330.000,00

2

Nieuwe inzet grofvuilinzameling

           100.000,00

 

3

Softwarematige aanpassingen
grofvuilmeldingen programma

              5.000,00

 

4

Inzet handhaving op naleving regels

             70.000,00

 

5

Opbrengsten handhaving uit boetes en verwijderingkosten

 

 PM

6

Inzet inzameldienst bijgeplaatst grofvuil en opvangen knelpunten

             70.000,00

 

7

Extra communicatie

             40.000,00

 

8

Inzet kringloopbedrijven producthergebruik;extra kosten "groot ophaal"

             15.000,00

 

9

Extra inzet personeel door verruiming openingstijden Overlaadstation

             25.000,00

 

10

 kortingsregeling aanhangwagens

               4.000,00

 

11

Verminderde verwerkingskosten

 

 PM

12

Onvoorzien

              1.000,00

 

 

Totaal

           330.000,00

       330.000,00

 

Juridische gevolgen

Voor het op zaterdagmiddag openstellen van het Overlaadstation dient de Provinciale milieuvergunning aangepast te worden.

 

In artikel 1 van de afvalstoffenverordening wordt grof huisafval omschreven als huishoudelijke afvalstoffen die te groot/ en of te zwaar zijn om op dezelfde wijze als andere huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst te worden aangeboden.

 

Het is beter de term “groot” te verduidelijken omdat dit een subjectief begrip is. Het voorstel is om de term “groot” te relateren aan het inzamelmiddel. De afvalstoffenverordening dient dan op dit punt aangepast te worden. De aangepaste afvalstoffenverordening wordt separaat, na besluitvorming over deze nota, aangeboden.

 

Het zich ontdoen van grof huisafval is geregeld in hoofdstuk 3 van de afvalstoffenverordening. Het aanbieden en overdragen van grof huisafval is geregeld in artikel 33. Op grond van artikel 33 van de afvalstoffenverordening kunnen de maatregelen na goedkeuring vaststelling, door B&W, worden gehandhaafd.

 

Tijdsplanning

De nieuwe grofvuilaanpak gaat in op 1 januari 2004.

 

Voorstel aan het college:

Aan het college wordt gevraagd akkoord te gaan met de volgende maatregelen:

  1. Grofvuil uit de anonimiteit te halen door het voor de deur aan te laten bieden nadat het is aangemeld
  2. Het grofvuil niet meer op dezelfde dag als het restafval op te halen.
  3. Extra toezicht en handhaving inzetten op onaangemeld en verkeerd aangeboden grofvuil.
  4. Extra inzet op gebied van communicatie over de grofvuilaanpak.
  5. Het bieden van een ophaalservice tegen een kostendekkend tarief voor bewoners die niet kunnen of willen wachten op de ophaaldag van grofvuil.
  6. In de hoogbouw in overleg met woningbouwcorporaties de ophaalfrequentie nader bepalen.
  7. Hernieuwde afspraken maken met kringloopbedrijven over producthergebruik.
  8. De Reiniging realiseert meer materiaalhergebruik van grofvuil dan nu het geval is.
  9. Openingstijden van het Overlaadstation op zaterdag verruimen van nu 8.00-12.00 naar 8.00 -16.00.

 

Aanhangwagens gratis op het Overlaadstation voor een jaar op proef ter beschikking te stellen aan de inwoners van Delft.

Hoogachtend,

 

Fabienne Mantes

Beleidsadviseur Reiniging

 

 


Bijlage I Meldingenregistratie Infopunt

 

Maandelijks maken ruim 2.000 bewoners gebruik van de mogelijkheid grofvuil telefonisch aan te melden. Digitaal grofvuil melden is ook mogelijk. In maart 2002 is begonnen met een proef in de Wippolder alvorens het digitaal melden in juni 2002 in heel Delft mogelijk te maken. Met gemiddeld meer dan 300 meldingen per maand vormde deze digitale dienst in 2002 zo’n 15% van het totaal aantal meldingen grofvuil.

 

In 2002 werden op het Infopunt in totaal 26.268 telefonische meldingen geregistreerd tegen 2.310 digitale meldingen vanaf 18 juni 2002 tot het einde van het jaar.  Juni Augustus 2003 is tot nu toe de recordmaand met 533 571 digitale grofvuilmeldingen. Op maandag 5 mei 2003, toen ook het Infopunt gesloten was, werd een recordaantal van 54 digitale grofvuilmeldingen geregistreerd.

 

Daarnaast kan men grofvuil zes dagen in de week zelf wegbrengen naar het Overlaadstation. In 2002 bezochten in totaal 12.297 inwoners van Delft het Overlaadstation, wat wekelijks ongeveer 236 bezoekers betekent.

 

Onderstaande grafieken tonen de ontwikkeling van de digitale grofvuilmeldingen tot en met augustus 2003.


Bijlage II Huidige inzameling grofvuil

 

Grofvuil wordt in Delft door drie verschillende voertuigen ingezameld. Ten eerste door een kraakperswagen die binnen de reguliere restafval route grofvuil ophaalt dat bestaat uit brandbaar materiaal tot een bepaalde omvang en groot tuinafval boven een bepaalde omvang dat moeilijk composteerbaar is, zoals boomstronken. De gehele vracht van dit voertuig wordt via het Overlaadstation afgevoerd naar de Afvalverwerking Rijnmond (AVR) om als restafval verbrand te worden. Omdat het brandbare grofvuil met de kraakperswagen wordt opgehaald, is dit verbonden aan de ophaaldag van huishoudelijk restafval in een bepaalde wijk.

 

Daarnaast rijdt een kraakperswagen de groente-, fruit- en tuinafval (GFT) route voor composteerbaar materiaal. Binnen deze route wordt ook het groot tuinafval tot een bepaalde omvang, bijvoorbeeld takken tot polsdikte, meegenomen. De vrachten van dit voertuig worden via het Overlaadstation afgevoerd als GFT naar de AVRAM om daar gecomposteerd te worden.

 

Tenslotte haalt een aparte grofvuilauto het niet brandbare grofvuil en te grote stukken brandbaar grofvuil op. De vrachten bestaan dus veelal uit metalen en elektrische apparatuur, maar bijvoorbeeld ook uit hout dat te groot is voor de kraakperswagen. De herbruikbare fracties worden gesorteerd en vervolgens afgevoerd naar de diverse eindverwerkers.

 

Onderstaande tabel toont de samenstelling van de grofvuilmeldingen in Delft. Van deze samenstelling wordt 67% verbrand.

 

Afvalstroom

%

WeB

5

spiralen

2

fietsen/bromfietsen

4

matrassen

3

meubels

14

kasten

5

hout

12

div bb

16

div nb

10

huisraad bb

4

huisraad nb

8

vloerbedekking

6

zakken

5

kachels

1

verpakkingen

1

stammen/ stronken

1

Groen

4

totaal

100


Bijlage III Achtergrond afvalbeleid

 

Het Nederlandse afvalbeleid is grotendeels gebaseerd op de ladder van Lansink[6], waarbij de volgende voorkeursvolgorde wordt gehanteerd voor afvalbeheer: afvalpreventie, producthergebruik, materiaalhergebruik, verbranden met energieterugwinning, verbranden zonder energieterugwinning en tenslotte storten.

 

Kringloopbedrijven spelen wat betreft producthergebruik van “grofvuil” een belangrijke rol door producten een tweede leven te geven. Volgens de huidige methode beoordeelt de burger zelf of een product nog voor een tweede leven in aanmerking komt als kringloopgoed, dan wel voor grofvuil. Dit is een behoorlijk subjectieve beoordeling. Wat volgens de één nog jaren mee kan, is voor een ander niks meer waard.

 

Wanneer een product niet voor een tweede leven in aanmerking komt, kan het materiaal waar dat product uit bestaat vaak nog wel opnieuw gebruikt worden. Een optimale scheiding van materiaal wordt gerealiseerd wanneer er scheiding aan de bron plaats vindt; of thuis of op een milieupark. Evenals het grofvuil dat is opgehaald door de grofvuilauto worden huishoudelijke afvalstoffen die burgers naar het overlaadstation brengen direct gescheiden in één van de verschillende containers op het milieupark.

 

Enerzijds is het scheiden van afvalstoffen dus milieuvriendelijker doordat de afzonderlijke fracties gerecycled kunnen worden, daarnaast bespaart het verwerkingskosten. Ter vergelijking: het verwerkingstarief van A kwaliteit hout is € 41,- per ton, dat van restafval € 79,- per ton. Grofvuil dat nu door de kraakperswagen voor brandbare fracties wordt opgehaald bestaat voor een belangrijk deel uit herbruikbare fracties en kringloopartikelen die tegen het dure verwerkingstarief van restafval worden afgevoerd. Dit is zowel vanuit milieutechnisch als bedrijfseconomisch oogpunt onwenselijk.

 

Het Afval Overleg Orgaan (AOO) heeft het Stimuleringsprogramma afvalscheiding en preventie bij huishoudens (STAP) geformuleerd. STAP helpt gemeenten het beleid uit te voeren zoals dit staat in het Landelijk afvalbeheersplan (LAP) en in het convenant verpakkingen III.

 

Het AOO heeft de nieuwe gemeentelijke doelstellingen voor restafval en bronscheiding van huishoudelijk afval begin van dit jaar vastgesteld.  De doelstellingen voor de klasse zeer stedelijk is 43% gescheiden inzameling van het huishoudelijk afval. Voor de scheiding van grofvuil is een richtlijn van 75% van het totale aanbod grofvuil geformuleerd.


Bijlage IV Toelichting op efficiëntere inzameling

 

Deze bijlage geeft een toelichting op de financiële consequenties van de gewijzigde inzameling. Momenteel wordt in de route van het ophalen van mini en verzamelcontainers restafval ook het brandbaar grofvuil en het bijgeplaatste vuil meegenomen. Het bijgeplaatste vuil zorgt voor ongeveer 16% verstoring per route. Deze verstoring telt zwaar mee voor de arbeidsbelasting van de medewerkers van de Reiniging, waarvoor afhankelijk van de leeftijd van een medewerker een maximaal aantal eenheden afval en tonnen per dag is vastgesteld (P90 norm).

 

In het voorgestelde scenario wordt het ophalen van aangemeld grofvuil losgekoppeld van het ophalen van restafval en is er geen sprake meer van bijgeplaatst vuil. Immers, wat nu wordt bijgeplaatst bewandelt    dan dezelfde weg als het overig grofvuil, namelijk: het grofvuil wordt aangemeld bij het Infopunt Stadsbeheer om opgehaald te worden door de Reiniging of een kringloopbedrijf, of men brengt het weg naar het Overlaadstation. 

 

Omdat nu geen ( grof) vuil meer wordt bijgeplaatst en afzonderlijk moet worden meegenomen  kunnen in het nieuwe scenario meer containers restafval opgehaald worden met minder mankracht en materiaal waarbij binnen de arbeidsbelastingnormen wordt gebleven. Daarom kan er op weekbasis een kraakperswagen minder worden ingezet, dat is inclusief de medewerkers een besparing van € 160 (3 medewerkers + auto per week) x 5 dagen per week x 8 uur per dag x 52 weken = € 332.800,- op jaarbasis. Feestdagen worden hierin meegeteld omdat het afval op een andere dag ingezameld wordt.

 

Voor het personeel van de reiniging heeft dit echter geen effect omdat er permanent vacatures worden aangehouden om fluctuaties te kunnen opvangen.

 

De nieuwe inzet voor het gericht ophalen van aangemeld brandbaar grofvuil is geraamd op twee dagen per week inzamelen met twee medewerkers en een voertuig. Dit betekent € 120 (2 medewerkers + auto) x 2 dagen per week x 8 uur per dag x 52 weken = € 99.840 aan kosten op jaarbasis.

 

Ondanks de geraamde € 70.000 voor (tijdelijk) extra handhaving is er ook € 70.000 geraamd voor het alsnog ophalen van onaangemeld gedumpt (grof)vuil.

 

De verwachting is dat door het boeken van gunstige resultaten in de loop van de tijd het budget voor de handhaving en dat voor ophalen van onaangemeld vuil terug gebracht kan worden. Dit is echter sterk afhankelijk van het effect van de maatregelen op het gedrag van de inwoners en is nu nog speculatie. Door het toepassen van een evenwichtige mix aan instrumenten op gebied van motivatie, capaciteit en gelegenheid wordt getracht het gedrag van inwoners gunstig te beïnvloeden. De instrumenten zijn in dit geval de ruimere openingstijden van het Overlaadstation, meer communicatie en handhaving, het voor de deur aan laten bieden en het in stand houden van de ophaalservice. De praktijk zal moeten uitwijzen of deze beïnvloedbare kosten correct, te krap of te ruim geraamd zijn waarna bijstelling plaats zal vinden. 



[1] Onder grofvuil wordt verstaan: afvalstoffen die door hun omvang niet in het door de gemeente verstrekte inzamelmiddel passen en/ of door aard en samenstelling niet in het inzamelmiddel thuis  horen en /of te zwaar zijn om op dezelfde wijze als andere huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst te worden aangeboden.

[2] Zie bijlage I voor meer informatie over de meldingenregistratie van het Infopunt.

[3] Zie bijlage II voor extra informatie over de inzameling van grofvuil

[4] Zie bijlage III voor meer achtergrond informatie over het Nederlandse afvalbeleid.

[5] Zie bijlage IV voor een toelichting op de efficiëntere inzet van de inzameling

[6] Vernoemd naar toenmalig Tweede Kamerlid Lansink die in 1979 een motie indiende over de rangschikking van afvalverwerking en die door de Tweede Kamer werd aangenomen. Deze rangschikking vormt de basis van de in 1994 in de Wet milieubeheer vastgelegde voorkeursvolgorde van afvalbeheer, LAP 2002-2012, p.36, VROM