Stuk 160 I Delft,
14 oktober 2003.
03/026660
Onderwerp: Toekomstvisie omvang woningvoorraad
Delft.
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
In het rapport Toekomstvisie omvang woningvoorraad
Delft wordt de vraag beantwoord welke omvang de sociale woningvoorraad nu en in
de toekomst moet hebben om de doelgroep van beleid in voldoende mate in Delft
te kunnen huisvesten. Samengevat luidt het rapport als volgt.
Huidige stand van zaken.
De
omvang van de sociale huurvoorraad in Delft is zeer omvangrijk in vergelijking
met omliggende gemeenten, de regio maar
ook landelijk. Ruim de helft van de woningvoorraad in Delft bestaat uit sociale
huurwoningen. Delft is daarmee koploper in de regio en heeft naar verhouding
ruimschoots meer sociale huurwoningen dan Den Haag en Zoetermeer. Ten opzichte van
de kleinere omliggende gemeenten is het verschil nog groter. De sociale
huurvoorraad in Delft kenmerkt zich daarnaast door een bovengemiddeld aandeel
woningen in de goedkoopste huurprijsklasse (meer dan 40% huur tot € 307). Op
regionaal niveau heeft amper eenderde van de sociale huurvoorraad een huur tot
€ 307,--.
In
omvang is de sociale woningvoorraad (53% voorraad) meer dan voldoende om de
doelgroep van beleid te huisvesten (47% huishoudens). Het surplus is 3.224
woningen. Niet alle doelgroephuishoudens maken daarnaast aanspraak op een
sociale huurwoning. Zo woont 11% in een koopwoning.
De
zowel absoluut als relatief grote omvang van de goedkope sociale huursector
leidt tot veel goedkope scheefheid. Circa 6.100 sociale huurwoningen bewoond
door huishoudens die niet tot de doelgroep behoren. Theoretisch kan de sociale
voorraad anno 2003 met 6.100 woningen afnemen (0% scheefheid)
Het
beperkte aanbod aan koopwoningen in het midden- en duurdere segment in Delft
houdt de scheefheid in stand. De stijging van de koopprijzen afgelopen jaren,
in combinatie met het toch al beperkte woningaanbod in het midden- en hogere
prijssegment in Delft, leidt tot stagnatie van de doorstroming vanuit de
onderkant van de markt. Gevolg is dat er veel minder woningen in de sociale
voorraad vrijkomen, dan er gevraagd worden.
Voor
een sociale huurwoning in Delft moet je momenteel lang wachten. Binnen
Haaglanden is de gemiddelde wachttijd echter alleen in Den Haag substantieel
korter. In de kleinere omliggende gemeenten is de wachttijd zelfs nog veel
langer dan in Delft.
De
vraagdruk naar koopwoningen in de duurdere prijsklassen is veel groter dan de
vraagdruk naar goedkopere huurwoningen. Hoewel de lange wachttijd voor een
sociale huurwoning in Delft groot is, blijkt de vraag naar middeldure en dure
koopwoningen in Delft nog vele malen groter. Oplevering van VINEX-locaties met
woningen in het duurdere segment in omliggende gemeenten heeft voor Delft
afgelopen jaren dan ook tot een fors negatief migratiesaldo geleid, waarbij vooral
huishoudens in de middenleeftijdsklassen en gezinnen met kinderen vertrokken.
Toekomstige ontwikkelingen.
In geen enkel scenario neemt de doelgroep in Delft
komende jaren toe. Meest waarschijnlijk is een afname van de doelgroep met zo’n
1.900 huishoudens (gemengd scenario).
De omvang van de huidige nieuwbouwplannen is ruim
voldoende om aan de bevolkingsgroei en het huidige woningtekort te voldoen.
Het huidig (bekend zijnde) aantal te slopen
goedkope woningen wordt ruimschoots gecompenseerd middels het aantal nieuw te
realiseren goedkope huurwoningen.
De door de corporaties genoemde gewenste afname van
3.000 woningen in de sociale sector kan met recht een minimum variant genoemd
worden voor een evenwichtige woningvoorraad. In het geval dat de doelgroep in
omvang gelijk blijft, moet de scheefheid met de helft afnemen om de doelgroep
hetzelfde te huisvesten als nu. Bij een meer realistische afname van de
doelgroep met 1.900 huishoudens hoeft de scheefheid slechts met 1.100
(eenvijfde) af te nemen. Bij een scheefheid van 0% kan de sociale woningvoorraad tot 2015 theoretisch
met 8.000 woningen afnemen.
Het accent van de bouwplannen ligt op de duurdere
prijsklassen en de koopsector, hetgeen direct inspeelt op de grote vraag naar
dit segment in Delft en waarmee de zo gewenste doorstroming, en hiermee gepaard
gaande afname van de scheefheid, op gang kan komen.
Bij het beoordelen van nieuwbouw- en
herstructureringsplannen moeten de consequenties voor de omvang van de totale
voorraad in de verschillende prijssegmenten altijd in acht worden genomen.
Monitoring
In dit rapport worden een aantal verwachtingen
uitgesproken over de ontwikkeling van de doelgroep, de woningvoorraad en
doorstroming. De praktijk moet uitwijzen hoe de woningmarkt zich komende jaren
gaat ontwikkelen. Het opzetten van een monitoringsysteem waarin
marktontwikkelingen met een aantal kengetallen met enige regelmaat gevolgd
kunnen worden is noodzakelijk om tijdig op veranderingen in te kunnen spelen.
Uitgangspunten nieuwbouw en herstructurering (op
basis van woningmnarkt analyse):
In het nieuwbouwprogramma moet een duidelijk accent
liggen op realisatie van woningen in het middeldure en dure (koop)segment voor:
o Het
bedienen van de marktvraag waarbij het woningtekort in de middeldure en dure
(koop)klassen in Delft het allergrootst is;
o Het
op gang brengen van doorstroming uit de goedkope sociale voorraad;
o Het
realiseren van de ambitie Delft kennisstad, waarbij het bieden van voldoende
huisvestingsmogelijkheden voor hoogopgeleide en financieel draagkrachtige
werknemers een harde voorwaarde is om kennisintensieve hoogwaardige
bedrijvigheid aan te kunnen trekken.
Nieuwbouw in de sociale (huur)sector blijft in beperkte mate
altijd nodig:
o
Deels ter vervanging en verbetering van de kwaliteit
van de betaalbare huurvoorraad;
o
Het realiseren van huisvesting voor specifieke
doelgroepen zoals ouderen (aanpasbaar bouwen);
o
Het realiseren van een evenwichtig
gedifferentieerde samenstelling van de woningvoorraad in nieuwbouwwijken.
Herstructurering moet een
bijdrage leveren aan:
-
Het beter laten aansluiten van de bestaande
woningvoorraad op de gevraagde woonkwaliteiten;
-
Een evenwichtig gedifferentieerd woonaanbod in
bestaande wijken en buurten;
-
Een meer evenwichtige verdeling tussen huur en
koopwoningen in relatie tot de vraag in Delft en in relatie tot de regio als
geheel. Woningcorporaties hebben becijferd dat de sociale voorraad met minimaal
3.000 woningen moet afnemen gezien de vraag. Theoretisch kan de woningvoorraad
bij een scheefheid van 0% tot 2015 afnemen met 8.000 woningen.
Conclusies:
·
Er zijn nu en in de toekomst meer dan genoeg
sociale huurwoningen in de Gemeente Delft;
·
De doorstroming vanuit sociale huurwoningen naar
middeldure en dure (koop) woningen stagneert door het zeer beperkte aanbod aan
deze woningen in Delft alsmede de sterk gestegen koopprijzen;
·
Nieuwbouw met een duidelijk accent op middeldure en
dure koopwoningen is nodig om:
a) De
marktvraag te bedienen waarbij het woningtekort in de middeldure en dure
(koop)klassen in Delft het allergrootst is;
b) de
doorstroming uit de bestaande (goedkope) voorraad op gang te brengen;
c) het
realiseren van de ambitie Delft kennisstad waarbij een voldoende aanbod aan
huisvesting voor de kenniswerkers hoort.
Wij
stellen u voor, onder voorbehoud van gunstig advies van de commissie
leefbaarheid,
1.
In te stemmen met de conclusies en de
uitgangspunten nieuwbouw en herstructurering zoals hierboven wordt verwoord;
2. De
uitgangspunten nieuwbouw uit te werken naar gebiedsgerichte aantallen/percentages
sociale sector / marktsector als richtlijn en hierbij de uitkomsten van het WBO
2002 te betrekken.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Delft,
H.M.C.M. van Oorschot ,burgemeester.
N. Roos ,secretaris.
Stuk 160 II
03/026660
De raad der gemeente Delft;
gelezen het voorstel van het college van 14 oktober
2003;
overwegende dat,
·
er nu en in de toekomst meer dan voldoende sociale
huurwoningen in de Gemeente Delft zijn;
·
de doorstroming vanuit sociale huurwoningen naar
middeldure en dure (koop) woningen stagneert door het zeer beperkte aanbod aan
deze woningen in Delft alsmede de sterk gestegen koopprijzen;
·
nieuwbouw met een duidelijk accent op middeldure en
dure koopwoningen is nodig om;
a) De
marktvraag te bedienen waarbij het woningtekort in de middeldure en dure
(koop)klassen in Delft het allergrootst is;
b) de
doorstroming uit de bestaande (goedkope) voorraad op gang te brengen;
c) het
realiseren van de ambitie Delft kennisstad waarbij een voldoende aanbod aan
huisvesting voor de kenniswerkers hoort.
b
e s l u i t :
1. in
te stemmen met de conclusies en de uitgangspunten zoals in het bijgaande
raadsvoorstel is aangegeven;
2. in
te stemmen met de uitwerking van de uitgangspunten naar gebiedsgerichte
aantallen en/of percentages sociale sector
/ marktsector als richtlijn en de uitkomsten van het WBO 2002 hierbij te
betrekken.
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 30 oktober 2003.
,burgemeester.
,griffier.