Stuk 55 I                                                                                              

03/001383                                                                                           Delft, 8 april 2003.

 

 

Onderwerp:       Wijziging Algemene Plaatselijke Verordening

voor Delft 1992

 

Aan de gemeenteraad.

 

Geachte dames en heren,

 

In het collegeprogramma staat vermeld dat er legale graffitiplaatsen in Delft moeten komen. Hiertoe zal de nota ‘legale graffitiplaatsen’ in de commissie Leefbaarheid van 10 april 2003 besproken worden. In de nota wordt voorgesteld in te stemmen met legale graffitilocaties bij jongerencentrum The Border en de Irenetunnel.

 

De Algemene Plaatselijke Verordening moet in verband met de komst van legale graffitiplaatsen gewijzigd worden. Artikel 49 van deze verordening luidt nu, voorzover van belang:

1. (…)

2. Het is verboden zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende op de weg of op dat gedeelte van een onroerend goed dat vanaf de weg zichtbaar is:

  1. (…)
  2. met kalk, krijt, teer of een kleur- of verfstof enige afbeelding, letter, cijfer of teken aan te brengen.

Aan artikel 49 van de Algemene Plaatselijke Verordening moet een nieuw lid toegevoegd worden, namelijk dat ons college legale graffitiplaatsen kan aanwijzen, waarbij het overigens verboden is deze te gebruiken voor het aanbrengen van handelsreclame.

 

Wij stellen u voor, onder voorbehoud van gunstig advies van de commissie Leefbaarheid, deze wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening vast te stellen.

 

 

Hoogachtend,

 

Burgemeester en wethouders van Delft,

 

 

H.M.C.M. van Oorschot , burgemeester

 

 

N. Roos                        , secretaris.


 

Stuk 55 II

03/001383

 

 

 

De raad der gemeente Delft,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 april 2003;

 

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de volgende verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening voor Delft 1992

 

Artikel I

 

In artikel 49 wordt, onder vernummering van het vijfde lid tot zesde lid, een lid ingevoegd, dat luidt:

 

5. Burgemeester en wethouders kunnen plaatsen aanwijzen waar de handelingen die in lid 2 sub b van dit artikel genoemd zijn, toegestaan zijn.

Het is verboden deze plaatsen te gebruiken voor het aanbrengen van meningsuitingen en bekendmakingen die betrekking hebben op handelsreclame.

Burgemeester en wethouders kunnen nadere voorschriften vaststellen; deze regels mogen geen betrekking hebben op de inhoud van die meningsuitingen en bekendmakingen.

 

Artikel II

Deze verordening treedt in werking zes weken na bekendmaking.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2003.

 

 

 

                                                           , burgemeester

 

 

 

                                                           , griffier.