Stuk 99 I
Delft, 10 juni 2003.
03/016255
Onderwerp:
Wijziging Algemene Plaatselijke
Verordening.
Onderdeel honden.
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
Het
voorgenomen beleid in relatie tot de aanpak van overlast tengevolge van vervuiling
door honden leidt ook tot een wijziging van de APV.
Voorgestelde
nieuwe tekst:
Artikel 62
1.
De eigenaar of houder van een hond is verplicht
ervoor te zorgen dat de hond zich niet van uitwerpselen ontdoet op andere
plaatsen dan door burgemeester en wethouders daarvoor specifiek aangewezen
hondenuitlaatstroken.
2.
De strafbaarheid wegens overtreding van het in het eerste lid gestelde
gebod wordt opgeheven indien hij die zorg heeft voor de hond dan wel hij die de
hond onder zijn hoede heeft, er zorg voor draagt dat de uitwerpselen
onmiddellijk worden verwijderd.
Wij
stellen u voor, onder voorbehoud van gunstig advies van de commissie
leefbaarheid, deze wijziging van de
Algemene Plaatselijke Verordening vast te stellen.
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,
H.M.C.M.
van Oorschot ,burgemeester.
N.
Roos ,secretaris.
Stuk 99 II
03/016255
De
raad der gemeente Delft,
gelezen
het voorstel van het college van 10 juni 2003;
gelet
op artikel 149 van de Gemeentewet
b
e s l u i t:
vast
te stellen de volgende verordening tot wijziging van de Algemene
Plaatselijke Verordening voor Delft 1992
Artikel 62
1.
De eigenaar of houder van een hond is verplicht
ervoor te zorgen dat de hond zich niet van uitwerpselen ontdoet op andere
plaatsen dan door burgemeester en wethouders daarvoor specifiek aangewezen
hondenuitlaatstroken.
2.
De strafbaarheid wegens overtreding van het in het eerste lid gestelde
gebod wordt opgeheven indien hij die zorg heeft voor de hond dan wel hij die de
hond onder zijn hoede heeft, er zorg voor draagt dat de uitwerpselen
onmiddellijk worden verwijderd.
Deze
verordening treedt in werking zes weken na bekendmaking.
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 26 juni 2003.
,burgemeester.
,griffier.