Gemeente Rijswijk                                          

 

 

 

Aan: de colleges van B&W van Rijswijk en Delft

 

 

                                                                                                                        10 maart 2004

 

 

Geachte dames en heren,

 

Met veel genoegen bieden wij u hierbij de eindrapportage Vooronderzoek fusie brandweer Delft / Rijswijk aan. Deze rapportage is het resultaat van een verkenning naar een mogelijke fusie tussen de brandweerkorpsen van Rijswijk en Delft. Het onderzoek werd uitgevoerd door een projectgroep, in samenwerking met de onderdeelscommissies van de ondernemingsraden van Delft en Rijswijk. De Hulpverleningsregio Haaglanden is eveneens betrokken bij het proces. Het resultaat van het vooronderzoek dat nu voor u ligt, is op 29 januari 2004 definitief vastgesteld door de stuurgroep, waarin ondergetekenden zitting hebben.

 

Het initiatief tot een fusieverkenning tussen deze brandweerkorpsen werd genomen door het college van Rijswijk, naar aanleiding van een raadsbesluit van juli 2001. In dit besluit werd het college van Rijswijk opgedragen nader onderzoek te doen naar:

 

-          de mogelijkheid voor een intensievere samenwerking dan wel een fusie met een brandweerkorps van een van de buurgemeenten

-          een organisatorische aanpassing alsmede een andere financiering van de regeling FLO

-          de mogelijkheid van werving van vrijwilligers voor de brandweer

-          inbedding van de rampenbestrijding binnen de gemeentelijke organisatie

 

Het college van Delft heeft positief op het voorstel van de gemeente Rijswijk gereageerd. Beide gemeenten hebben vervolgens de huidige personele en financiële knelpunten van de sector Brandweerzorg en Rampenbestrijding geïnventariseerd.

 

De beide colleges stemden op 25 februari 2003 in met een verkenning naar de mogelijkheden van een fusie tussen beide brandweerorganisaties, waarna de raadscommissies ook hun toestemming hebben gegeven. In de verkenning is rekening gehouden met de knelpunten van beide gemeenten, alsmede de bestuurlijke opdracht van het college van Rijswijk. Daarnaast zijn verbeterpunten meegenomen die voortkomen uit de audits die zijn uitgevoerd op basis van het normenboek brandweer Haaglanden.

 

Na afronding van de eindrapportage is er op verzoek van de gemeente Rijswijk aan de hand van de rapportage een wervend beleidsdocument opgesteld door een extern adviesbureau. De opdracht aan bureau Van Dijke was om de rapportage te analyseren en hierbij met name te kijken naar de financiële gevolgen van een eventuele fusie van beide gemeentelijke brandweren. Daarnaast werd verzocht om enkele losse eindjes nader uit te werken en om de informatie uit de rapportage, die vrij technisch van aard is, om te zetten in een bestuurlijke beleidsnotitie. Deze notitie is ter ondersteuning van het besluitvormingsproces bijgevoegd.

 

Uit zowel de rapportage als de notitie van bureau Van Dijke wordt geconcludeerd dat het mogelijk is een fusie te realiseren binnen het totaal van de huidige begrotingen van beide brandweerkorpsen, waarbij verbetering van de brandweerzorg in beide gemeenten een feit is en bestaande knelpunten worden opgelost. Daarbij wordt voldaan aan de financiële taakstellingen tot 2004 van beide brandweerkorpsen en aan de bestuurlijke opdracht vanuit Rijswijk. Bijkomende voordelen zijn dat de organisaties elkaar qua kennis en kunde versterken en er op verschillende onderdelen efficiencywinsten te behalen zijn. Tot slot is door de schaalvergroting die bij een fusie ontstaat, de nieuwe organisatie een meer gelijkwaardige partner binnen de Hulpverleningsregio Haaglanden.

 

Aandachtspunten bij het tot stand brengen van een fusie worden gevormd door de functiewaardering, waarin de gemeenten op onderdelen van elkaar afwijken, en de berekening van de gemeentelijke bijdragen. Het uitgangspunt bij een fusie is dat de bijdrage voor geen van beide gemeentes meerjarig boventrendmatig stijgt. Ook de bezuinigingstaakstelling die beide gemeenten voor de komende jaren hebben kan een risico vormen voor de kwaliteit en het takenpakket van de nieuwe brandweerorganisatie. Echter, in de huidige situatie vormt deze taakstelling (zeker gelet op de reeds aanwezige financiële knelpunten) eveneens een probleem voor beide afzonderlijke brandweerkorpsen.

 

Op basis van bovenstaande stellen wij voor in te stemmen met de eindrapportage Vooronderzoek fusie brandweer Delft / Rijswijk en de in het rapportage geformuleerde aanbevelingen van de projectgroep over te nemen.

 

Hoogachtend,

 

 

 

 

 

mw. G.W. van der Wel-Markerink                                    mr. H.M.C.M van Oorschot

Burgemeester van Rijswijk                                              Burgemeester van Delft