datum vaststelling door B&W : |
|
procesverantwoordelijke: |
Hoofd Vakteam Juridische Zaken |
actualisatie: |
jaarlijks in de maand januari en bij
tussentijdse mutaties direct |
datum laatste actualisatie: |
1 oktober 2003 |
beheerder/coördinator deelplan: |
Coördinator rampenbestrijding dhr.
R.A. van Woudenberg / mw. mr. R.H.V. Buise (vakteam JZ) |
1.3. processen in dit specifieke deelplan
1.4. Relatie overige processen
1.4.1. Intern betrokken vakteams
1.4.2. Mogelijk externe betrokkenen
1.5. Doel en positionering deelplan
1.7. Prestatienormen Leidraad Operationele Prestaties
1.8. Relatie met reguliere werkzaamheden
1.9. Beheer en actualisatie deelplan
1.9.1. Actualiseren van JZ-medewerkers en
alarmeringslijsten
1.9.2. Actualiseren deelplan JZ aan externe en interne
ontwikkelingen
1.9.3. Jaarlijkse bijeenkomst JZ-medewerkers om kennis bij
te houden
1.10. Erkenning van aansprakelijkheid en het doen van
toezeggingen:
2.2. Waarschuwing en alarmering tijdens diensttijd
2.3. Waarschuwing en alarmering buiten diensttijd
2.4. Waarschuwing en alarmering bij uitvallen van
telefonische verbindingen
3.2. Ramp of crisis binnen de grenzen van de gemeente
3.2.1. Gemeentelijke Crisisstaf
3.2.2. Gezamenlijk Actiecentrum
3.2.3. Actiecentrum en Crisisteam JZ
3.2.4. Regionaal Coördinatiecentrum
3.2.5. Overige eenheden (operationele diensten, externen)
3.2.6. Schematische weergave gemeentelijke
organisatiestructuur :
3.3. Grensoverschrijdende ramp of crisis
3.3.1. Gemeentelijke organisatie bij grensoverschrijdende
ramp of crisis
3.3.2. Regionale organisatie bij grensoverschrijdende ramp
of crisis
3.3.3. Schematische weergave regionale
organisatiestructuur
Hoofdstuk 4 Verbindingen/communicatie
4.3. Bereikbaarheid van overige organen en instellingen
4.6. Gemeentelijke afspraken met betrekking tot externe en
interne communicatie
Hoofdstuk 5 Taken, functies en
verantwoordelijkheden
5.2. processpecifieke aspecten
5.2.1. De doelgroepen van de uitvoering van het proces
5.2.2. De verantwoordelijkheid van het Crisisteam JZ
5.2.4. Beheer en bezetting Crisisteam JZ.
5.2.4.1. Het opvangen van personeel.
5.2.4.2. Het instrueren van personeel.
5.2.5. Het inrichten van het Crisisteam JZ.
Hoofdstuk 6 Beschikbare middelen
6.2. Overzicht beschikbaarheid personeel
6.3. Overzicht beschikbaarheid materiaal en materieel
6.3.3. Logistieke voorzieningen
Dit deelplan
is opgesteld als handreiking ten tijde van crisis, calamiteiten/rampen en/of
zware ongevallen. Onderdelen uit dit document kunnen gehanteerd worden bij het
wegnemen van de bedreiging en het herstel van de dagelijkse situatie. Bij de
samenstelling van dit deelplan is uitgegaan van de volgende definitie van een
ramp of zwaar ongeval:
“Een ramp of zwaar ongeval is een gebeurtenis waardoor een ernstige
verstoring van de algemene veiligheid is ontstaan, waarbij het leven en de
gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële belangen in
ernstige mate worden bedreigd of zijn geschaad, en waarbij een gecoördineerde
inzet van diensten en organisaties van verschillende discipline is vereist om
de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken.” (art. 1,
Wet rampen en zware ongevallen).
Ook indien er geen sprake is van een rampsituatie volgens bovenstaande
definitie kunnen onderdelen uit dit draaiboek benut worden om bestuurlijk op te
treden in een ongewenste situatie.
Het plan is onderverdeeld in de volgende hoofdstukken:
1.
Algemeen
2.
Alarmering
3.
Organisatie
4.
Verbindingen/Communicatie
5.
Taken,
functies en verantwoordelijkheden
6.
Beschikbare
middelen
Hieronder is een overzicht opgenomen betreffende processen die aan de orde zijn in het kader van het bestrijden van rampen en zware ongevallen. Landelijk worden, onder meer in instrumenten als de Leidraad Maatramp en de Leidraad Operationele Prestaties, vijfentwintig processen onderscheiden. Voor deze processen is een beperkt aantal disciplines (gemeentelijk en operationeel) procesverantwoordelijk. De procesverantwoordelijke discipline draagt ervoor zorg dat het proces, al dan niet met inschakeling van andere organisaties, externen en/of de resterende disciplines, adequaat wordt uitgevoerd. De procesindeling suggereert derhalve geen exclusiviteit in de zin van proceseigenaar, zonder enige inmenging van elders, maar bedoelt de ‘eerst-aanspreekbare’ in beeld te brengen. De in de regio Haaglanden gevolgde procesindeling spoort voor het overgrote deel met de landelijke systematiek. Op onderdelen heeft een kleine herschikking plaatsgevonden. Een in deze regio vastgesteld rampenplan en rampenbestrijdingsplan is op onderstaande procesindeling gebaseerd.
Nr. |
proces
conform systematiek Leidraad Operationele Prestaties |
procesverantwoordelijk |
1 |
Alarmering bestuur en uitvoerenden |
Ambtenaar rampenbestrijding |
CLUSTER
BRON- EN EFFECTBESTRIJDING |
||
2 |
Bestrijden brand en emissie
gevaarlijke stof |
Brandweer |
3 |
Redden en technische hulpverlening |
|
4 |
Waarnemen en meten |
|
5 |
Waarschuwen bevolking |
|
6 |
Toegankelijk en begaanbaar maken |
|
7 |
Ontsmetting van mens en dier |
|
8 |
Besmettingscontrole en organisatie
ontsmetten van voertuigen |
|
CLUSTER
GENEESKUNDIGE HULPVERLENING |
||
9 |
Spoedeisende medische hulpverlening
(SMH) |
GHOR |
10 |
Openbare gezondheidsbescherming
(OGB) |
|
11 |
Psychosociale hulpverlening (PSH) |
|
CLUSTER
RECHTSORDE EN VERKEER |
||
12 |
Handhaven openbare orde |
Politie |
13 |
Afzetten en afschermen |
|
14 |
Verkeer regelen |
|
15 |
Gidsen |
|
16 |
Ontruimen en evacueren |
|
17 |
Identificeren van overledenen |
|
18 |
Strafrechtelijk onderzoek |
|
CLUSTER
BEVOLKINGSZORG |
||
19 |
Voorlichting |
Communicatie |
20 |
Opvang en verzorging |
Werk Inkomen & Zorg (WIZ) |
21 |
Primaire levensbehoeften |
WIZ |
22 |
Registratie van slachtoffers |
Burgerzaken |
23 |
Milieuzorg |
Milieu / Milieuzorg |
24 |
Schaderegistratie- en aanmelding |
Centrale Staf/TRM |
25 |
Uitvaartverzorging |
WIZ |
26 |
Nazorg (IAC) |
Gemeente |
OVERIGE
|
||
|
Juridische ondersteuning processen |
Gemeente/hoofd JZ |
De procesverantwoordelijke voor het proces Juridische
ondersteuning is de gemeente Delft.
De gemeente Delft heeft op voorhand het hoofd JZ aangewezen als
procesverantwoordelijke binnen het deelplan Juridische ondersteuning.
Dit deelplan heeft betrekking op de algemene juridische
ondersteuning ten tijde van rampen en zware ongevallen.
Aan het ten uitvoer brengen van dit procesplan werken de volgende cluster/vakteams mee:
1. Gemeentelijke
Crisisstaf
2. Vakteam
Juridische Zaken
Daarnaast kan een beroep worden gedaan op bijvoorbeeld:
1. VNG;
2. andere
gemeenten in de regio Haaglanden.
Indien er sprake is van een ramp of een zwaar ongeval wordt het Crisisteam JZ opgericht.
De doelgroep van het proces juridische ondersteuning is de burgemeester en de gemeentelijke Crisisstaf. De burgemeester en/of gemeentelijke crisisstaf neemt bij vragen direct contact op met het Crisisteam JZ, medewerkers JZ/Rampen en Zware Ongevallen (RZO).
Het doel van het proces juridische ondersteuning is het ondersteunen en
adviseren van o.a. de gemeentelijke Crisisstaf bij besluitvorming, het leveren
van expertise op het gebied van wetgeving, het opstellen van
(nood)verordeningen, bevelen e.d.
Tijdens een (dreigende) ramp of zwaar ongeval is de kans groot dat de
burgemeester, belast met het opperbevel, besluiten moet nemen die ingrijpende
gevolgen hebben. Bijvoorbeeld het vorderen van een gebouw, het ontruimen van
een bedrijventerrein of het evacueren van een woonwijk. In een dergelijke
situatie is de burgemeester vaak genoodzaakt een beroep te doen op het
gemeentelijk noodrecht zoals het geven van een noodbevel. Voordat de
burgemeester een besluit neemt, is een duidelijk beeld van de juridische (on)mogelijkheden
onontbeerlijk. Dit deelplan beoogt uitkomst te bieden bij te nemen spoedeisende
beslissingen.
Indien de burgemeester onterechte of onnodige besluiten neemt, dan zullen
eventuele benadeelden snel reageren door bijvoorbeeld klachten en schadeclaims
in te dienen. Daarnaast kan een onjuist gegeven noodbevel of noodverordening
leiden tot problemen bij de strafrechtelijke opsporing en vervolging.
De burgemeester kan bij diens besluitvorming een memorandum gebruiken (bijlage 1).
Het doel van het deelplan JZ is het aanleveren van
juridische handvatten en producties. Dit om voorbereiding van effectieve
juridische advisering ten tijde van een ramp of zwaar ongeval mogelijk te
maken, waaronder:
·
het inzichtelijk maken van juridische
risico’s;
·
het inventariseren en voorkomen van
nodeloze aansprakelijkheid;
·
het onder de aandacht brengen van
juridische aspecten van besluitvorming (bevoegdheden etc)
De burgemeester neemt in
overleg met de Gemeentelijke Crisisstaf het besluit tot het instellen van het
Crisisteam JZ. Het crisisteam JZ werkt vanuit het Actiecentrum JZ. Het
Crisisteam JZ dient binnen 1 uur na
het instellingsbesluit operationeel te zijn. Bij een dreigende crisis die nog
niet leidt tot een besluit tot instelling van het Crisisteam JZ, zal de
ambtenaar rampenbestrijding een voorwaarschuwing doen uitgaan naar het hoofd
JZ. Hierbij hoeft nog geen Crisisteam JZ te worden ingericht. De medewerkers
dienen zich wel beschikbaar te houden.
Het landelijk
instrumentarium, de Leidraad Operationele Prestaties (LOP) geeft globale
indicaties van de hoeveelheid hulpverleners en eenheden die nodig zou zijn om
bij rampen hulp aan de regio’s te kunnen verlenen op een niveau dat overeenkomt
met de huidige standaard van zorg bij individuele ongevallen. De LOP is bedoeld
voor de in regionaal verband optredende hulpdiensten en de daarin samenwerkende
gemeenten.
De hulpvraag richting JZ zal niet zozeer afhankelijk zijn
van bovengenoemde indicaties. Er wordt uitgegaan van een standaard team.
Operationele
prestaties
In dit kader zijn potentieel de volgende activiteiten aan de orde:
Actie 1: Besluit tot
instellen van het Crisisteam JZ en
Actie 2: Het
oprichten van het Actiecentrum JZ;
Actie 3: Bemensen
van computer/telefoon voor
registratie en beantwoording van vragen;
De voorgestelde
operationele prestaties zijn:
Actie |
Doelstelling
qua tijd (in het algemeen: z.s.m.) |
1. Instellingsbesluit Crisisteam JZ |
Bij instelling van een Gemeentelijke Crisisstaf |
2. meld-/ infopunt operationeel |
Start registratie: z.s.m |
Wat
betekent dit voor het Crisisteam JZ?
Het Crisisteam JZ dient binnen 1 uur na het instellingsbesluit
bemenst en operationeel te zijn.
Voor het benodigde aantal
medewerkers ten behoeve van beantwoording van hulpvragen etc. geldt de
volgende norm: 2 medewerkers.
Vanwege aflossing is
minimaal één andere medewerk(st)er benodigd om te kunnen (blijven) voldoen
aan deze norm. Er geldt in alle
gevallen een minimum van 3 JZ/RZO-medewerkers zodat onderling kan worden
afgelost c.q. in ploegendienst gewerkt kan worden.
Indien zich een ramp heeft voltrokken, hebben de
werkzaamheden in het kader van advisering aan de crisisstaf de hoogste
prioriteit. Gedeeltelijk continueren van de dagelijkse dienstverlening wordt
nagestreefd, maar zal niet altijd haalbaar zijn.
Het college van burgemeester en wethouders draagt zorg voor
de verspreiding van dit deelplan, dan wel gedeelten daarvan aan
functionarissen, andere overheden en instanties die bij de rampenbestrijding
betrokken worden. Eveneens draagt het college van burgemeester en wethouders
zorg voor de verspreiding van de wijzigingen en aanvullingen van dit deelplan.
Het voorliggende deelplan JZ met bijbehorende bijlagen wordt jaarlijks in de maand januari, gecontroleerd en aangepast aan de meest actuele stand van zaken.
Indien daartoe aanleiding is wordt het deelplan tussentijds
aangepast. Alvorens hiertoe over te gaan wordt overleg gepleegd met de
ambtenaar rampenbestrijding. Eveneens dient op het voorblad van het
voorliggende deelplan JZ te worden opgenomen op welke datum dit deelplan voor
het laatst is geactualiseerd. De geactualiseerde versie dient vervolgens zo spoedig
mogelijk te worden vermenigvuldigd en beschikbaar te worden gesteld aan alle
bij de rampenbestrijdingsorganisatie betrokken partijen.
Onder het beheer van het deelplan wordt mede begrepen
het regelmatig deelnemen aan oefeningen, themagebonden seminars en dergelijke
en het ter kennis brengen van de inhoud van dit deelplan aan nieuwe
medewerkers. Voor zover dit noodzakelijk wordt geacht, worden medewerkers in de
gelegenheid gesteld om cursussen te volgen op het gebied van het taakveld van
het onderhavige deelplan.
Jaarlijks zal het vakteamhoofd JZ de JZ-medewerkers alsmede
de alarmeringslijsten actualiseren. Zowel de JZ/RZO-medewerkers als de
ambtenaar rampenbestrijding zullen hiervan een overzicht ontvangen.
Crisisteam JZ zorgt voor jaarlijkse actualisatie, naar
aanleiding van interne (o.a. reorganisatie e.d.) en externe (landelijke)
ontwikkelingen.
Tijdens een jaarlijks terugkerende bijeenkomst worden alle JZ-medewerkers geïnformeerd over de inhoud van het deelplan JZ, de bijbehorende taken alsmede actuele ontwikkelingen. Door deze bijeenkomsten worden de medewerkers betrokken bij het deelplan JZ en blijven zij op de hoogte van de inhoud.
het
zich onthouden van uitspraken is ieders verantwoordelijkheid!
De gemeente erkent
geen enkele aansprakelijkheid of gehoudenheid tot het betalen van
schadevergoeding door de verlening van haar medewerking bij de registratie
ingevolge de Wet rampen en zware ongevallen (WRZO). Dit wordt expliciet vermeld
op alle schadeaangifteformulieren en de toelichting hierop.
De burgemeester en de
andere leden van de Gemeentelijke Crisisstaf zullen zich onthouden van het doen
van mondelinge of schriftelijke toezeggingen inzake de vergoeding van de schade
of aansprakelijkheid van de gemeente Delft voor de aangerichte schade. Ook de
overige medewerkers van de gemeente Delft dienen zich te onthouden van
dergelijke uitspraken. Het is van groot belang dat een ieder beseft dat elke
toezegging, hoe gering of hoe
onschuldig of hoe goed bedoeld ook, kan leiden tot verplichtingen waarop de
gemeente tot nakoming kan worden aangesproken. Ingeval van niet verzekerde en
niet vergoedbare schade bestaat immers de kans dat benadeelden zich tot de
overheid wenden en alles aangrijpen om schadevergoeding te verkrijgen.
De burgemeester neemt in
overleg met de Gemeentelijke Crisisstaf het besluit tot het instellen van het
Crisisteam JZ. Hiertoe laat de burgemeester de centrale meldkamer (Regionale
Alarm Centrale) van de brandweer de ambtenaar rampenbestrijding (ARB)
alarmeren. De ambtenaar rampenbestrijding roept de
procesvertegenwoordiger/hoofd JZ op.
Alarmeringsschema
Commandant |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Brandweer |
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bureauchef Politie |
|
1) |
burgemeester |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Regionaal Genees- kundig Commandant |
|
|
2) |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
ambtenaar
rampenbestrijding |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
3) |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gemeente Secretaris |
na
overleg bgm : hoofden
Actiecentra |
na overleg bgm : derden, des-kundigen |
voorlichter |
|
hoofd
verbindings-groep gemeentelijk coördinatiecentrum |
hoofd
ondersteunings-groep gemeentelijk coördinatiecentrum |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||
|
3)
|
3) |
3) |
3) |
|
3) |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
cluster- directeur & wet-houders |
|
hoofden
vakteams die niet in Gemeentelijke Crisisstaf zitting hebben = JZ |
|
voorlichters
|
|
leden
verbindingsgroep |
|
leden
onder-steuningsgroep BHV
en bodes beveiliging |
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
|
3) |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
medewerkers
gemeentelijk actiecentra o.a. Crisisteam JZ |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
3) |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
medewerkers
Crisisteam JZ en overige gemeentelijke eenheden |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1) Advies over de uitgifte voorwaarschuwing of alarmering
2) Opdracht geven van voorwaarschuwing of alarmering
3) Alarmering of voorwaarschuwing
Na beoordeling van de
situatie roept de procesvertegenwoordiger de coördinator consulenten/jurist RZO
(Jaap van der Hoest) op. Laatstgenoemde roept de consulent/jurist RZO (Rosalie
Buise) op c.q. geeft een voor-waarschuwing stand-by te staan.
De opkomstplaats en het actiecentrum JZ is de Torenhove, tweede verdieping,
kamer 2.15.
Indien deze locatie onbereikbaar is, zal men zich melden aan de Westvest 41
(2611 AZ Delft). De leden van het Crisisteam JZ wachten de opdrachten af van de
procesvertegenwoordiger.
Bij het zich voordoen van een calamiteit waarbij telefoonverbindingen gedeeltelijk of geheel uitvallen, vindt alarmering plaats door middel van :
· oproepen via Radio West
· oproepen via lokale radio (Gemeente Delft)
· teletekst
· door de inzet van bodes/ordonnansen
Tijdens een ramp of crisis wordt een alternatieve organisatie opgezet waarmee zo effectief mogelijk de ramp of crisis bestreden kan worden. Er wordt hierbij zoveel mogelijk aangesloten bij reguliere structuren, maar de bijzondere omstandigheden tijdens een ramp maken dat de organisatie speciaal moet worden ingericht om optimaal in te kunnen spelen op de omstandigheden. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de organisatie bij een ramp of crisis binnen de grenzen van de gemeente en de organisatie bij een grensoverstijgende ramp of crisis.
De burgemeester is
verantwoordelijk voor de bestrijding van de ramp of crisis, hij heeft het
opperbevel. Bij hem ligt de (bestuurlijke) verantwoordelijkheid voor de
JZ-taken tijdens een ramp. De rampenorganisatie is erop gericht om het
opperbevel van de burgemeester gestalte te geven.
Op het moment dat zich
binnen de gemeente Delft een incident voordoet dat in omvang of complexiteit
uitstijgt boven de “normale” dagelijkse incidenten, kan de burgemeester, na
overleg met of op advies van de commandant van de brandweer, de Regionaal
Geneeskundig Commandant, de bureauchef van politie, of de ambtenaar
rampenbestrijding, besluiten de Gemeentelijke Crisisstaf (GCS) geheel of
gedeeltelijk bijeen te roepen.
De Gemeentelijke
Crisisstaf (GCS) heeft tot taak de burgemeester bij het door hem te voeren
strategisch beleid bij te staan en is multidisciplinair samengesteld. Indien de
burgemeester gebruik maakt van de bevoegdheden van de Wet rampen en zware
ongevallen, dan is de crisisstaf de gemeentelijke rampenstaf in de zin van
artikel 11, eerste lid van die wet.
Samenstelling
De samenstelling kan
wisselen naar aard van het incident. Zo kan het noodzakelijk blijken dat
vertegenwoordigers van nutsbedrijven of Hoogheemraadschap van Delfland zitting
nemen in de crisisstaf. Daarnaast kan het zijn dat een incident het
noodzakelijk maakt de crisisstaf uit te breiden met een officier van justitie,
maar ook de directie of een medewerker van een getroffen bedrijf. Dit alles ter
beoordeling van de burgemeester.
Voorts kan besloten worden
de omvang van de crisisstaf te beperken indien geen noodzaak tot deelname is
van enkele functionarissen. De crisisstaf wordt indien noodzakelijk ondersteund
door een telefoniste, een plotter en een verslaglegger.
De operationele
vertegenwoordigers zorgen zelf voor hun vervanging. In de crisisstaf worden
afspraken gemaakt over vergaderritmiek, verslaglegging, vergaderdiscipline en
aflossing.
De Gemeentelijke
Crisisstaf is ondergebracht in de ruimte aan de Westvest 41 in de gemeente
Delft. Een alternatieve locatie voor de Gemeentelijke Crisisstaf is het
Stadhuis aan de Markt 87 te Delft.
Het Gezamenlijk
Actiecentrum vormt de verbindingsschakel tussen de Gemeentelijke Crisisstaf en
de uitvoerende onderdelen van de rampenbestrijdingsorganisatie (operationele
diensten en de verschillende actiecentra). De opdrachten van de crisisstaf
worden via de vertegenwoordigers in het Gezamenlijk Actiecentrum doorgegeven
naar de verantwoordelijke uitvoerders. Tevens lopen berichten omtrent
realisatie van de opdrachten via het Gezamenlijk Actiecentrum naar de
crisisstaf. Indien noodzakelijk vind in het Gezamenlijk Actiecentrum de
afstemming van de opdrachten tussen de verschillende actiecentra plaats.
Het Gezamenlijk
Actiecentrum wordt niet bij elke ramp of crisis ingericht. De crisisstaf
besluit – afhankelijk van de noodzaak van afstemming en de omvang van de ramp –
tot het al dan niet inrichten van het Gezamenlijk Actiecentrum.
Samenstelling
· Burgerzaken: Niels Vloemans ( met het oog op het proces registreren van slachtoffers)
De gemeente is
zoals gesteld verantwoordelijk voor een aantal processen in het kader van de
rampenbestrijding. De uitvoering bij een ramp of ongeval in het kader van deze
processen vindt plaats in actiecentra. Het crisisteam JZ verzorgt de juridische
ondersteuning. Zij zal dit primair vanuit de Torenhove doen.
Het Crisisteam JZ werkt de vragen van de Crisisstaf uit (mondeling en/of schriftelijk) en rapporteert tijdig terug aan de Crisisstaf. Indien zich knelpunten voordoen bij genoemde taken (zie § 5.2.3) wordt dit teruggekoppeld aan de burgemeester.
Indien er sprake is
van gecoördineerde inzet van hulpdiensten, zal binnen de operationele kolom op
tactisch niveau een Regionaal Coördinatiecentrum (RCC) worden ingericht. Hier
vindt de coördinatie plaats van de inzet van de brandweer, de politie en de
GHOR. Feitelijk
is dit een gemeenschappelijk actiecentrum van de
hulpdiensten. De burgemeester heeft het opperbevel over het regionaal
coördinatiecentrum.
Het Gezamenlijk Actiecentrum en de Gemeentelijke Crisisstaf
worden ondersteund door een verbindingscentrum.
Hier kunnen alle berichten voor de crisisstaf of het Gezamenlijk Actiecentrum
direct naar toe worden gemaild, gefaxt of doorgebeld.
De coördinatie van de hulpverlening door de politie,
brandweer en GHOR op de plaats van het incident gebeurt in het CTPI (Coördinatie Team Plaats
Incident), dit hangt hiërarchisch onder het RCC.
Indien de omvang van een ramp of incident de capaciteit van
de gemeente overstijgt, bestaan diverse mogelijkheden om bijstand aan te vragen. Dit kan bijvoorbeeld regionaal plaatsvinden
op basis van de op 30 maart 1999 tussen de regiogemeenten bekrachtigde
bijstandsregeling “Besluit inzake Intergemeentelijke Samenwerking
Rampenbestrijding in de Regio Haaglanden” (zie bijlage 3 van het rampenplan) of
op basis van bijstandsverzoeken van de burgemeester aan de Commissaris van de
Koningin. Het is echter zaak dat vanuit het Crisisteam JZ tekort aan capaciteit
tijdig wordt gesignaleerd naar de Crisisstaf, zodat direct maatregelen
getroffen kunnen worden.
bij ramp of zwaar ongeval in één gemeente
Feitelijke relaties tussen staven en teams
Formele bestuurlijke relaties
Een ramp of crisis kan
zich beperken tot het grondgebied van een gemeente, maar kan zich ook
gemakkelijk uitspreiden over een aantal gemeenten. Als er sprake is van een
grensoverstijgende ramp of crisis, bestaat de behoefte om de hulpverlening en
de bestrijding van de ramp of crisis tussen de gemeenten af te stemmen. Het
Algemeen Bestuur van de Hulpverleningsregio Haaglanden heeft de “Regeling
bestuurlijke coördinatie bij gemeenteoverschrijdende crisisomstandigheden
binnen de regio Haaglanden” vastgesteld. Deze regeling regelt de coördinatie
van de rampenbestrijding bij grensoverstijgende rampen en voorziet onder andere
in een coördinerend burgemeester. (zie bijlage X bij het gemeentelijk
rampenplan). De coördinerend burgemeester wordt ondersteund door een Regionaal
Beleidsteam.
De gemeentelijke organisatie bij een grensoverstijgende ramp of crisis is in grote lijnen hetzelfde als bij een lokale ramp. Zeker met het oog op de verantwoordelijkheid voor JZ, zal in de gemeentelijke organisatie weinig veranderen. De burgemeester blijft het opperbevel houden over de rampenbestrijding. Zie voor een schematisch overzicht paragraaf 3.3.3.
Bij een ramp of crisis die de grenzen van meerdere gemeenten overstijgt is het belangrijk dat de rampenbestrijding gecoördineerd plaatsvindt. De behoefte bestaat de rampenbestrijding door de betrokken gemeenten en de hulpverleningsdiensten op elkaar af te stemmen. Hiertoe is een regionale organisatie opgezet die erop gericht is deze coördinatie in de hand te werken.
Een Regionaal Beleidsteam (RBT) wordt operationeel wanneer
er behoefte bestaat aan afstemming en coördinatie tussen gemeenten. Dit RBT
staat onder leiding van een coördinerend burgemeester (1e de
burgemeester van de gemeente Den Haag, 2e de burgemeester van de
gemeente Zoetermeer en als 3e de burgemeester van de gemeente Delft,
of één van de overige leden van het Dagelijks Bestuur van de
Hulpverleningsregio Haaglanden).
De lokale rampenbestrijdingsorganisatie blijft dus in stand,
maar waar het gaat om de regionale afstemming en coördinatie heeft het RBT een
rol.
bij
ramp of zwaar ongeval in meer dan één gemeente
Feitelijke relaties tussen staven en teams
Formele bestuurlijke relaties
Helderheid in communicatie is van essentieel belang in de
rampenbestrijding. De communicatie in de rampenbestrijding volgt sterk de
organisatorische hiërarchie van de gemeentelijke organisatie.
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de
communicatiediscipline en bereikbaarheid.
De burgemeester neemt bij juridische vragen direct contact
op met de procesverantwoordelijke.
Er zijn geen externe instanties die direct ingeschakeld
worden door Crisisteam JZ.
Het Crisisteam JZ beschikt standaard over :
1 inkomende telefoonlijn (2602408) en, 3 uitgaande
telefoonlijnen (2602408, 2602122, 2602102)
1 inkomende faxlijn, 1 uitgaande faxlijn 015-2197323
1 e-mail adres emoesker@delft.nl
Opdracht:
Terugkoppeling berichten:
Een
ieder onthoudt zich van het doen van toezeggingen dan wel het erkennen van
aansprakelijkheid.
In dit hoofdstuk zal worden stilgestaan bij de taken en verantwoordelijkheden van het Crisisteam JZ.
JZ, en dus ook de burgemeester/Crisisstaf, maakt het
volgende onderscheid:
- concrete schadeverzoeken
- overige juridische vraagstukken
Schadeverzoeken worden afgedaan via deelplan CRAS door TRM. Overige juridische
vraagstukken zullen door JZ worden afgehandeld.
Het plan is bedoeld voor:
-
Degenen die juridische vragen hebben
naar aanleiding van (dreigende) rampen en zware ongevallen;
-
De bij de rampenbestrijding betrokken
organisaties;
-
De medewerkers van het Crisisteam JZ.
De gemeente Delft heeft op voorhand
het hoofd JZ aangewezen als procesverantwoordelijke binnen het deelplan
Juridische ondersteuning.
De discipline die aan het proces “juridische ondersteuning” uitvoering geeft is
het Crisisteam JZ/RZO. Een deel van het vakteam JZ houdt zich in de normale
organisatie bezig met juridische ondersteuning in het algemeen,
aansprakelijkheidsvraagstukken, concipiëren van verordeningen, voorbereiding
van besluitvorming, het behandelen van schadeclaims en risicomanagement.
Vanwege de ervaring met juridische ondersteuning is ervoor gekozen het deelplan
JZ bij het vakteam JZ onder te brengen en zoveel mogelijk aansluiting te zoeken
bij de dagelijkse werkzaamheden.
Uitgangspunt is het geven van deskundige juridische adviezen
ten behoeve van een doelmatige en doeltreffende crisisbesluitvorming en
–management.
De procesvertegenwoordiger draagt de eindverantwoordelijkheid van het
proces juridische ondersteuning van de ramp. De procesvertegenwoordiger
fungeert als intermediair tussen gemeentelijke crisisstaf en de JZ-medewerkers.
Taken procesverantwoordelijke:
1.
Is
aanwezig bij alle bijeenkomsten van het Crisisteam JZ |
|
2.
Zorgt
dat Juridische ondersteuning op de agenda van de vergadering van het
Crisisteam JZ staat |
|
3.
Zorgt
er voor dat alle opdrachten en handelingen altijd worden teruggekoppeld naar
de burgemeester en het Crisisteam JZ |
|
4.
Adviseert
de burgemeester betreffende: ·
Te nemen bevelen en vaststelling
daarvan; ·
Vaststellen van verordeningen; ·
Communicatie van dergelijke
besluiten; |
|
5.
Adviseert
intern: ·
over de afstemming van juridische
werkzaamheden met de hoofden van andere actiecentra |
|
6.
Geeft
opdracht · opdrachten
van de burgemeester te vertalen in juridische activiteiten en deze af te stemmen met Communicatie voor
berichtgeving naar buiten; · alle
verstrekte opdrachten te laten terugkoppelen naar het Crisisteam JZ |
|
7.
Zorgt
zo snel mogelijk na het beëindigen van de rampbestrijdingswerkzaamheden voor
een (integraal) evaluatieverslag, inclusief aanbevelingen |
|
8.
Instrueert
medewerkers JZ RZO over de situatie, de aard en de omvang van de ramp of het
zware ongeval. |
|
9.
Verdeelt
ontvangen opdrachten onder medewerkers JZ/RZO. |
|
10.
Is verantwoordelijk voor het actueel houden van het
deelplan Juridische Ondersteuning |
|
Het personeel verzamelt
zich in eerste instantie op de hoofdlocatie van het Actiecentrum JZ om vandaar
uit verder geïnstrueerd en voorzien te worden van de benodigde middelen. Het
Crisisteam JZ dient binnen één uur na het instellingsbesluit operationeel te
zijn.
Het hoofd van
het Crisisteam JZ instrueert het personeel over de situatie, de aard en de
omvang van de ramp of het zware ongeval. Vervolgens zal het personeel opdrachten
ontvangen om uit te voeren.
Tijdens de
instructie dienen afspraken gemaakt te worden over de uitvoering en
terugkoppeling van de activiteiten. In de beginfase van het Crisisteam JZ
zullen de JZ-medewerkers regelmatig op vooraf afgesproken tijdstippen
bijeenkomen voor een briefing over de rampsituatie en een terugkoppeling over
de activiteiten waarna een eventuele nieuwe taakverdeling wordt gekozen en
opgepakt. Chaos wordt hiermee voorkomen en iedereen blijft volledig
geïnformeerd. Afhankelijk van situatie/aard van de ramp of het zware ongeval
zal dit overleg al dan niet frequent plaatsvinden.
Ten tijde van een ramp of
zwaar ongeval zullen de kantoren van het vakteam JZ onderdak bieden aan het
Crisisteam JZ. Mocht de Torenhove door
de ramp of een zwaar ongeval niet bereikbaar of “bewoonbaar” zijn dan zal
het team kantoor hebben in de Westvest 41 (2611 AZ Delft). Indien ook dit niet
mogelijk is zal in overleg met vakteam HSM alternatieve ruimten worden gezocht
voor het actiecentrum JZ.
Afhankelijk van het verzoek om juridische ondersteuning, kunnen de modellen (bijlagen
I t/m X) worden gebruikt.
De activiteiten van het Crisisteam JZ dienen binnen één uur
na het instellingsbesluit van de Gemeentelijke Crisisstaf operationeel te zijn.
De locaties, middelen en het personeel dienen vooraf beschikbaar te zijn en
geïnformeerd te zijn over het doel van het deelplan JZ.
Er zijn minimaal 3 medewerkers benodigd ten behoeve
van de juridische ondersteuning.
Informatievoorziening:
1. verbindingen
naar rampenterrein, gemeentelijke Crisisstaf en overige organisatiedelen
2. vaste
telefoons (3), mobiele telefoons en fax (1)
3. rampenplan
en deelplan(nen)
4. radio,
televisie
5. internetverbinding
(met teletekst)
6. kaarten/plattegronden
7. evt.
foto- en/of filmapparatuur
8. informatie
over gebouwen
Kantoorbenodigdheden:
1. wettenbundels
2. digitale
juridische bibliotheek
3. computers/tekstverwerkingsmogelijkheden
4. kopieermachine
5. pennen,
notitieblokken
6. print-
en kopieerpapier
Overige
benodigdheden:
voedsel
en drank
Er zijn geen
waakvlamovereenkomsten van toepassing voor het deelplan JZ.
Voor eventuele mobiliteitsvoorzieningen zijn meerdere fietsen beschikbaar.
De hoofdlocatie van het
actiecentrum van het Crisisteam JZ bevindt zich op de locatie waar het vakteam
JZ normaliter is gevestigd, de Torenhove. Indien deze locatie niet
beschikbaar/bereikbaar of anderszins toegankelijk is zal het Crisisteam JZ op
de uitwijklocatie aan de Westvest 41 (2611 AZ Delft) zijn.
Na een oproep dienen alle JZ RZO-medewerkers zich
primair te melden op de hoofdlocatie Torenhove voor nadere instructie.
Bezoekadres Hoofdlocatie Uitwijklokatie
Crisisteam JZ
Torenhove
Martinus Nijhofflaan
2 Westvest 41
I.
Checklist/Activiteitenschema
II.
Noodbevoegdheden
III.
Noodbevel
ongeval met gevaarlijke stoffen
IV.
Noodbevel
elektriciteitsuitval
V.
Verwijderingsbevel
VI.
Noodverordening
evacuatie
VII.
Noodverordening
verbod zich in een (ramp)gebied op te houden
VIII.
Noodverordening
ramptoerisme
IX.
Noodverordening
bomruiming
X.
Besluit
intrekking noodverordening
XI.
Kennisgevingen
ex artikel 176 Gemeentewet
BIJLAGE I Checklist/Activiteitenschema
In de checklist is aangegeven over welke gegevens de
burgemeester, belast met het opperbevel, dient te beschikken voor een
doelmatige en doeltreffende crisisbesluitvorming zijn:
Checklist
·
overleg
driehoek;
·
noodsituatie: zijn de in de artikelen 175 en 176 bedoelde omstandigheden
aanwezig?;
·
subsidiariteit: zijn de gewone middelen en instrumenten ontoereikend?;
·
proportionaliteit: zijn de maatregelen niet ingrijpender dan strikt
noodzakelijk is?;
·
grondslag: één grondslag vermelden, óf artikel 175 óf artikel 176?;
·
inhoud: is de inhoud van het noodbevel/de noodverordening
voldoende duidelijk en concreet? Zonodig gebiedskaart toevoegen of versie in
vreemde talen samenstellen;
·
grondrechten: indien inbreuk wordt gemaakt op grondrechten, gaat het dan
om een gerechtvaardigde inbreuk?;
·
vorm: noodbevel voorzover dit praktisch mogelijk is aan
degene(n) tot wie het zich richt uitreiken (beroep en bezwaar mogelijk),
noodverordening algemeen bekend maken;
·
instructie
politie: is de instructie
aan de politie voldoende duidelijk; is het mandaat (ex artikel 177 Gemwet) niet
te ruim geformuleerd (geen beleids- of beoordelingsvrijheid)?;
·
binnentreden bevoegdheid kan niet worden ontleend aan noodmaatregel, maar
aan de APV, art 6.3 (verordening ex artikel 149a Gemeentewet);
·
bekendmaking: via de media en andere middelen;
·
noodverordening
zo spoedig mogelijk ter kennisname naar: de
gemeenteraad, de commissaris van de Koningin, de hoofdofficier van justitie;
·
bekrachtiging
noodverordening in
eerstvolgende raadsvergadering;
·
intrekken
noodverordening besluit zo
spoedig mogelijk naar de raad, de commissaris van de Koningin en de
hoofdofficier van justitie.
Activiteiten: noodzakelijk?
Voltooid?
Maken
noodverordeningen/noodbevelen
ja/nee |
Bekend maken
noodverordeningen/noodbevelen ja/nee |
Aanvragen
bijstand ja/nee |
Bekrachtiging in de
gemeenteraad ja/nee |
BIJLAGE
II NOODBEVOEGDHEDEN
De noodbevoegdheden
van de burgemeester zijn neergelegd in de artikelen 175 (noodbevel) en 176 (noodverordening)
van de Gemeentewet. Het gaat om ingrijpende bevoegdheden die het normale
bevoegdhedenpatroon doorbreken. Zij geven de burgemeester de bevoegdheid om in
geval van (dreigende) ernstige wanordelijkheden of rampen de maatregelen te
nemen die hij noodzakelijk acht ter beperking van het gevaar of ter handhaving
van de openbare orde.[1]
Op grond van art. 175
heeft de burgemeester de bevoegdheid tot het geven van een bindende aanwijzing
in een concrete situatie aan een of meerdere personen (noodbevel). Art. 176
kent de burgemeester de bevoegdheid toe algemeen verbindende voorschriften uit
te vaardigen (noodverordening). Kenmerkend voor zowel het noodbevel als de
noodverordening is dat hogere wetgeving opzij kan worden gezet, met
uitzondering van de Grondwet en verdragen. Het gaat derhalve om ingrijpende
bevoegdheden, die de burgemeester een grote mate van vrijheid bieden om snel en
slagvaardig te kunnen optreden in uitzonderlijke situaties. Tegelijkertijd is
juist vanwege deze beleidsvrijheid - die een doorbreking van het normale
bevoegdhedenpatroon inhoudt en bovendien is opgedragen aan een eenhoofdig
bestuursorgaan - terughoudendheid in het gebruik geboden. Uit een oogpunt van
rechtszekerheid en democratische legitimatie verdienen gewone middelen, dat wil
zeggen niet op gemeentelijk noodrecht gebaseerde maatregelen, de voorkeur.
Voorkomen moet worden dat te snel naar noodmaatregelen wordt gegrepen, zolang
met gewone middelen kan worden volstaan. Daarbij kan worden gedacht aan de
artikelen 172 en volgende van de Gemeentewet en de APV.
Noodbevel
|
Noodverordening |
Artikel 175
Gemeentewet |
Artikel 176
Gemeentewet |
Gericht tot één of
meerdere personen |
Algemeen
verbindende voorschrift |
Is uitgewerkt zodra
het bevel is opgevolgd |
Schept een
blijvende rechtstoestand |
Wordt medegedeeld
aan degene(n) tot wie het bevel zich richt; het heeft de voorkeur het bevel
ook op schrift uit te reiken zodra dit praktisch mogelijk is. |
Algemene
bekendmaking op een door de burgemeester te bepalen wijze |
Sanctie artikel 184
Wetboek van Strafrecht (misdrijf) |
Sanctie artikel 443
Wetboek van Strafrecht (overtreding) |
Bestuursrechtelijke
toetsing |
Bestuurlijke
controle: bekrachtiging door
gemeenteraad; melding aan
commissaris van de Koningin |
BIJLAGE III NOODBEVEL ONGEVAL MET GEVAARLIJKE STOFFEN
DE BURGEMEESTER VAN
DELFT
OVERWEGENDE
dat zich op ..……..
(datum) te/omstreeks ….... uur een ongeval met ………….. (omschrijving ongeval) in
…….... (straat) in de gemeente Delft heeft voorgedaan;
dat tengevolge
hiervan .………. (omschrijving gevaarlijke stof) in de lucht is gekomen/dat
gevreesd moet worden
dat hierdoor ……….. (omschrijving gevaarlijke stof) in de lucht komt;
dat hierdoor het
leven en gezondheid van personen die zich in …………... (aanduiding deel van de
gemeente waar de dreiging zich voordoet) bevinden ernstig wordt bedreigd;
gelet op artikel 175
van de Gemeentewet;
BEVEELT
Delft, ….…. (datum),
……... (tijd)
De burgemeester van
Delft,
…………………….
(handtekening)
Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht kan degene wiens
belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken, binnen 6 weken na de datum
van bekendmaking van het besluit, daartegen een gemotiveerd bezwaarschrift
indienen bij de burgemeester van Delft, p/a Postbus 78, 2600 ME Delft. Hiervoor dient een bezwaarschrift te worden
ingediend dat naam en adres, dagtekening, kenmerk of omschrijving van het
besluit en de gronden van het bezwaar moet bevatten. Een kopie van het besluit
waartegen het bezwaar zich richt moet worden meegezonden. Mits tijdig bezwaar
is gemaakt, kan aan de voorzieningenrechter van de Arrondissementsrechtbank in
Den Haag, sector bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag, worden
verzocht om met betrekking tot het besluit een voorlopige voorziening te
treffen.
Toelichting:
In
geval van een ongeval met gevaarlijke stoffen geldt het advies: ga naar binnen
en sluit ramen en deuren. Dit kan evenwel niet in een noodbevel worden
opgenomen vanwege het grondwettelijke beschermde recht op privacy en het
grondwettelijk beschermde huisrecht. Het in het model opgenomen bevel om zich
uit een nader omschreven gebied te verwijderen richt zich tot een ieder die
zich in dat gebied op de openbare weg bevindt, behoudens de bewoners van de in
het gebied gelegen woningen en de gebruikers van de in het gebied gelegen
gebouwen. Door de zinsnede ‘op de openbare weg’ wordt de geadresseerde de keuze
gelaten zich uit het aangegeven gebied te verwijderen dan wel zich aan de
omschrijving van het bevel te onttrekken door zich bijvoorbeeld in een voor het
publiek toegankelijk gebouw te begeven of toegang te verzoeken tot een
particuliere woning.
Het
bevel ramen en deuren te sluiten staat op gespannen voet met het grondwettelijk
beschermde recht om de woning naar eigen keuze te gebruiken. Niettemin kunnen
er situaties zijn die het dringend noodzakelijk maken dat een dergelijk bevel
wordt gegeven. Naar analogie van hetgeen wordt opgemerkt in de toelichting bij
de model noodverordening bomruiming ten aanzien van het voorschrift ramen en
deuren te openen zou er sprake kunnen zijn van subjectief noodrecht. Zie het
rapport “Het gebruik van gemeentelijke noodbevoegdheden”, Zwolle, 1994, blz.
162; zie ook hierover No 24-05-1988, Gst 6860 1988, 5.
Met
betrekking tot het bevel aan de bewoners van de in het gebied gelegen woningen
en de gebruikers van de in het gebied gelegen gebouwen om zich gedurende een
bepaalde tijd in hun woning of gebouw op te houden is het van belang of hier
het recht op bewegingsvrijheid of het recht op persoonlijke vrijheid in het
geding is. Het recht op bewegingsvrijheid kan door middel van een noodmaatregel
worden beperkt, het recht op persoonlijke vrijheid niet. Volgens jurisprudentie
van het Europese Hof van Justitie valt de verplichting om zich gedurende een
beperkte tijd in een gebouw op te houden zonder dat er sprake is van opsluiting
en waarbij contact met de buitenwereld mogelijk blijft onder beperking van de
bewegingsvrijheid.
BIJLAGE IV NOODBEVEL ELEKTRICITEITSUITVAL
DE BURGEMEESTER VAN
DELFT
OVERWEGENDE
dat velen zich
verzameld hebben danwel zich verzamelen in …………….... (omschrijving
wijk/desbetreffend gedeelte gemeente) van de gemeente Delft;
(dat dit gepaard kan
gaan/gaat met het gebruik van grote hoeveelheden alcohol en andere stimulerende
middelen;)
dat de elektriciteit
in de gemeente Delft/in een deel van de gemeente Delft
waaronder het op de
bij dit bevel behorende kaart aangemerkte gebied is uitgevallen;
dat de
elektriciteitsuitval naar hij van de zijde van ………………… (naam, functie) heeft
vernomen tenminste ………. uur zal duren;
dat door de
combinatie van de in bovengenoemde overwegingen genoemde feiten bij hem
ernstige vrees is ontstaan voor ernstige verstoring van de openbare orde, zoals
massale vechtpartijen, plunderingen en vernielingen van publieke en private
eigendommen, waaronder straatmeubilair, geparkeerde auto’s en winkels;
gelet op artikel 175
van de Gemeentewet;
BEVEELT
Delft, ……... (datum),
……..…. (tijd)
De
burgemeester van Delft,
…………..….
(handtekening)
Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht kan degene wiens
belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken, binnen 6 weken na de datum
van bekendmaking van het besluit, daartegen een gemotiveerd bezwaarschrift
indienen bij de burgemeester van Delft, p/a Postbus 78, 2600 ME Delft. Hiervoor dient een bezwaarschrift te worden
ingediend dat naam en adres, dagtekening, kenmerk of omschrijving van het
besluit en de gronden van het bezwaar moet bevatten. Een kopie van het besluit
waartegen het bezwaar zich richt moet worden meegezonden. Mits tijdig bezwaar
is gemaakt, kan aan de voorzieningenrechter van de Arrondissementsrechtbank in
Den Haag, sector bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag, worden
verzocht om met betrekking tot het besluit een voorlopige voorziening te
treffen.
Toelichting:
Dit
bevel is te gebruiken indien door elektriciteitsuitval in gebieden waar mensen massaal
samenkomen, vaak het centrum tevens uitgaans- en winkelgebied van de gemeente,
wanordelijkheden kunnen ontstaan met grootschalige vechtpartijen en
vernielingen van publieke en private eigendommen. Het bevel richt zich tot een
ieder die zich in het desbetreffende gebied op de openbare weg bevindt. Door
deze laatste clausule wordt de geadresseerde de keuze gelaten of zich te
verwijderen of zich aan de omschrijving te onttrekken door naar binnen te gaan
in bijvoorbeeld een horecagelegenheid of toegang tot een particuliere woning te
verzoeken. Een algeheel bevel om (ergens) naar binnen te gaan en binnen te
blijven is niet mogelijk in verband met het recht op privacy en het huisrecht.
Met
betrekking tot het bevel aan de bewoners van de in het gebied gelegen woningen
om zich gedurende een bepaalde tijd in hun woning op te houden is het van
belang of hier het recht op bewegingsvrijheid of het recht op persoonlijke
vrijheid in het geding is. Het recht op bewegingsvrijheid kan door middel van
een noodmaatregel worden beperkt, het recht op persoonlijke vrijheid niet.
Volgens jurisprudentie van het Europese Hof van Justitie valt de verplichting
om zich gedurende een beperkte tijd in een gebouw op te houden zonder dat er
sprake is van opsluiting en waarbij contact met de buitenwereld mogelijk blijft
onder beperking van de bewegingsvrijheid.
BIJLAGE V
VERWIJDERINGSBEVEL
Het
verdient aanbeveling een bevel op basis van een noodbevel op grond van artikel
175 van de Gemeentewet op schrift uit te reiken aan degenen tot wie het zich
richt, zodra dit praktisch mogelijk is. Het is overigens niet noodzakelijk dat
de naam en overige gegevens van degene tot wie het bevel zich richt in het
bevel worden vermeld.
BEVEL
NAMENS DE BURGEMEESTER VAN DELFT
Naar
aanleiding van het besluit van de burgemeester van de gemeente Delft d.d.
………...
(datum)
ingevolge artikel 175 van de Gemeentewet, krijgt u
Naam : …………………………...
Voornamen : …………………………...
Geboortedatum : …………………………...
Geboorteplaats : …………………………...
Adres : …………………………...
Woonplaats : …………………………...
hierbij
het BEVEL
Delft,
……………... (datum), ………... (tijd)
De
burgemeester van Delft,
namens
deze,……………….…..…. (handtekening)
Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht kan degene wiens
belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken, binnen 6 weken na de datum
van bekendmaking van het besluit, daartegen een gemotiveerd bezwaarschrift
indienen bij de burgemeester van Delft, p/a Postbus 78, 2600 ME Delft. Hiervoor dient een bezwaarschrift te worden
ingediend dat naam en adres, dagtekening, kenmerk of omschrijving van het
besluit en de gronden van het bezwaar moet bevatten. Een kopie van het besluit
waartegen het bezwaar zich richt moet worden meegezonden. Mits tijdig bezwaar
is gemaakt, kan aan de voorzieningenrechter van de Arrondissementsrechtbank in
Den Haag, sector bestuursrecht, Postbus 20302, 2500 EH Den Haag, worden
verzocht om met betrekking tot het besluit een voorlopige voorziening te
treffen.
BIJLAGE VI NOODVERORDENING EVACUATIE
DE BURGEMEESTER VAN
DELFT
OVERWEGENDE
dat ……………..
(omschrijving (dreigende) gebeurtenis);
dat hierdoor de
veiligheid van de in het bedreigde gebied verblijvende personen ernstig wordt
bedreigd;
dat het in dit
verband noodzakelijk is ter handhaving van de openbare orde en ter beperking
van het gevaar voor personen algemeen verbindende voorschriften te geven;
gelet op artikel 176
van de Gemeentewet;
BESLUIT
vast te stellen de
volgende verordening:
Artikel 1
Een ieder is
verplicht op aanwijzing van de daartoe bevoegde ambtenaren van politie of
brandweer te vertrekken uit het op de bij deze verordening behorende kaart
aangemerkt gebied/met ………….. (omschrijving (dreigende) calamiteit) bedreigde
gebied. De burgemeester maakt tijdig bekend welke gebieden concreet worden
bedreigd. Huisdieren moeten worden meegenomen.
Artikel 2
Het is een ieder verboden
zich in het in het eerste artikel bedoelde gebied te begeven.
Artikel 3
De verplichting
bedoeld in artikel 1 en het verbod bedoeld in artikel 2 gelden niet voor
personen die door de
daartoe bevoegde autoriteiten zijn ingezet om in het gebied bedoeld in artikel
1 hulp te verlenen.
Artikel
4
1. De verplichting bedoeld in artikel 1 en het verbod bedoeld
in artikel 2 gelden niet voor personen aan wie door de burgemeester een
ontheffing is verleend.
2. De burgemeester kan aan deze ontheffing nadere voorwaarden
verbinden. Bij overtreding van deze voorwaarden kan de burgemeester de
ontheffing intrekken.
Artikel 5
Degenen
die op grond van artikel 1 verplicht zijn om uit het in artikel 1 bedoelde
gebied te vertrekken en degenen aan wie het op grond van artikel 2 verboden is
zich in dat gebied te begeven zijn, indien zij in dat gebied woonachtig zijn,
gehouden, zich met inachtneming van de aanwijzingen van de politie of
brandweer, naar een door de politie of brandweer aangewezen opvangcentrum te
begeven om zich daar te laten registreren. Zij zijn verplicht aan de daartoe
aangewezen ambtenaren de voor de registratie noodzakelijke gegevens te
verstrekken.
Deze
voorschriften treden in werking met onmiddellijke ingang na bekendmaking/op
.... (datum) te ..……… uur.
Delft,
….……. (datum), …..…. (tijd)
De
burgemeester van Delft
………………...
(handtekening)
Toelichting:
Deze
verordening is bedoeld voor situaties waarin een groter gebied ontruimd moet
worden dan bijvoorbeeld bij de demontage van een vliegtuigbom het geval is. De
ontruiming zal zich tevens over een langere periode uitstrekken. In verband
daarmee is een ontheffingenbeleid opgenomen. Tevens bevat de verordening de
verplichting voor de evacué(e)s om zich in een daartoe aangewezen opvangcentrum
te laten registreren. Daarbij dient men zich te realiseren dat deze
verplichting niet geldt voor degenen die reeds eerder vrijwillig zijn
vertrokken.
De
verordening bevat (impliciet) de bepaling dat bewoners in het bedreigde gebied
hun woningen dienen te verlaten. In verband met het grondwettelijk beschermde
recht op privacy bestaat hiervoor geen deugdelijke wettelijke grondslag.
Niettemin kan de situatie dringend vereisen dat een dergelijk voorschrift wordt
gegeven. Er zou dan sprake kunnen zijn van subjectief noodrecht (zie het
rapport “Het gebruik van gemeentelijke noodbevoegdheden”, Zwolle, 1994, blz
162; zie ook hierover No 24-05-1988, Gst 6860 1988, 5).
BIJLAGE VII NOODVERORDENING VERBOD OPHOUDEN
(RAMP)GEBIED
DE BURGEMEESTER VAN
DELFT
OVERWEGENDE
dat het in verband
met de ramp die de ……………..(plaatsaanduiding) en wijde omgeving getroffen
heeft, gewenst is maatregelen te treffen ter handhaving van de openbare orde en
ter beperking van gevaar;
gelet op artikel 176
van de Gemeentewet,
BESLUIT
vast te stellen de
volgende verordening:
Artikel 1
Het is een ieder,
voor zover niet rechtstreeks betrokken bij de rampbestrijding, verboden vanaf
……………….. (dag, datum en tijd) zich op te houden binnen het in deze verordening
bedoelde gebied.
Onder dit gebied
wordt verstaan het gebied begrensd door de ………. straat, de …..…. straat, de
………... straat, (enzovoorts), de hierbedoelde weggedeelten daaronder begrepen.
Dit verbod geldt tot
het tijdstip waarop door of vanwege de burgemeester bekend is gemaakt dat het
gebied weer is opengesteld.
Artikel 2
Rechthebbenden op een
onroerend goed, gelegen in het in artikel 1 genoemde gebied, zijn verplicht –
indien de omstandigheden zulks noodzakelijk maken – te gedogen dat
werkzaamheden en maatregelen die redelijkerwijs noodzakelijk zijn in verband
met de bestrijding van de ramp kunnen worden uitgevoerd.
Artikel 3
Zo dikwijls de
naleving van enig voorschrift dit vereist, wordt hierbij aan hen, die met de
handhaving van dat voorschrift zijn belast of daaraan moeten meewerken, de last
verstrekt al dan niet afgesloten terreinen en ruimten, woningen daaronder
begrepen, desnoods tegen de wil van de eigenaar, bewoner of gebruiker, te allen
tijde te betreden of binnen te treden, zulks voor zover het woningen betreft
met inachtneming van de Algemene wet op het binnentreden.
Artikel 4
Alle
aanwijzingen, gegeven door de politie in het belang van de openbare orde en/of
veiligheid
van personen, vee, andere levende have en goederen dienen stipt te worden
nagekomen.
Artikel 5
Deze
verordening treedt in werking onmiddellijk na haar vaststelling en afkondiging
(of op een nader te bepalen of bepaald tijdstip).
Delft, ….
(datum), …. (tijd)
De
burgemeester van Delft,
….
(handtekening)
Toelichting:
Deze verordening is bedoeld voor situaties waarin
een (ramp)gebied ontruimd moet worden (en blijven gedurende een bepaalde
periode). Die situatie heeft zich ten tijde van de vuurwerkramp van 13 mei 2000
in Enschede gedurende een langere periode voorgedaan. Gedurende die periode is
de noodverordening, voor wat betreft de afgrenzing van het niet te betreden
gebied, regelmatig aangepast. De verordening bevat (impliciet) de bepaling dat
bewoners in het gebied hun woningen dienen te verlaten. In verband met het
grondwettelijk beschermde recht op privacy bestaat hiervoor geen deugdelijke
wettelijke grondslag. Niettemin kan de situatie dringend vereisen dat een
dergelijk voorschrift wordt gegeven. Er zou dan sprake kunnen zijn van
subjectief noodrecht (zie het rapport “Het gebruik van gemeentelijke noodbevoegdheden”,
Zwolle, 1994, blz 162; zie ook hierover No 24-
05-1988, Gst 6860 1988, 5).
BIJLAGE VIII NOODVERORDENING RAMPTOERISME
DE BURGEMEESTER VAN
DELFT,
OVERWEGENDE
dat te verwachten is,
dat naar aanleiding van de ramp die de ……….…. straat en wijde omgeving heeft
getroffen, velen naar de gemeente Delft zullen komen om het rampgebied te
bekijken;
dat dit ramptoerisme,
naar gevreesd moet worden, zal leiden tot een ernstige verstoring van de
hulpverlening en ernstig gevaar voor de openbare orde zal veroorzaken en dat
met het oog daarop maatregelen getroffen dienen te worden,
gelet op artikel 176
van de Gemeentewet,
BESLUIT
vast te stellen de
volgende verordening:
Artikel 1
1. Het is een ieder, niet woonachtig in de gemeente Delft, die
niet aannemelijk kan maken zich op het grondgebied van de gemeente Delft te
bevinden voor een ander doel dan een bezoek aan het rampgebied, verboden zich
in de gemeente Delft op te houden.
2. Dit verbod geldt tot het tijdstip waarop door of vanwege de
Burgemeester bekend is gemaakt dat het is opgeheven.
Artikel 2
Alle aanwijzingen,
gegeven door de politie in het belang van de openbare orde en/of
veiligheid van
personen, vee, andere levende have en goederen, dienen stipt te worden
nagekomen.
Artikel 3
Deze verordening
treedt in werking onmiddellijk na haar vaststelling en bekendmaking.
Delft, ………. (datum),
…….…. (tijd)
De burgemeester van
Delft,
……….. (handtekening)
BIJLAGE IX NOODVERORDENING BOMRUIMING
DE BURGEMEESTER VAN
DELFT
OVERWEGENDE
dat nabij ..………
(nadere aanduiding locatie), kadastraal bekend als .……... sectie .……. een
vliegtuigbom/ander nader te benoemen explosief is aangetroffen;
dat getracht zal
worden de bom/ander nader te benoemen explosief op ……...... (datum)
omstreeks .………….
(tijd) te ontgraven, onschadelijk te maken en te verwijderen;
dat ernstig rekening
moet worden gehouden met ontploffingsgevaar tengevolge van de hierboven
genoemde werkzaamheden waardoor het leven en de gezondheid van personen in de
omgeving van de bom alsmede materiele belangen in ernstige mate worden
bedreigd;
dat het in dit
verband noodzakelijk is ter handhaving van de openbare orde en ter beperking
van het gevaar voor personen en goederen algemeen verbindende voorschriften te
geven;
gelet op artikel 176
van de Gemeentewet;
BESLUIT
vast te stellen de
volgende verordening:
Artikel 1
Op aanwijzing van de
daartoe bevoegde ambtenaren van politie of brandweer dienen de personen die
zich binnen het op de bij deze verordening behorende kaart als zone A
aangemerkt gebied bevinden zich voor .... (datum en tijd) uit dit gebied te
verwijderen en daarvan verwijderd te houden, totdat de politie of brandweer
toestemming heeft gegeven bedoeld gebied weer te betreden.
Artikel 2
Op aanwijzing van de
daartoe bevoegde ambtenaren van politie en brandweer dienen de bewoners van de
huizen en gebruikers van de gebouwen die zich binnen het op de bij deze
verordening behorende kaart als zone A en zone B aangemerkt gebied bevinden, de
deuren en ramen van de woningen en de gebouwen te openen en geopend te houden,
totdat van de zijde van de daartoe bevoegde ambtenaren van politie of brandweer
de mededeling is ontvangen dat ramen en deuren mogen worden gesloten.
Artikel 3
Het is een ieder
verboden het op de bij deze verordening behorende kaart als zone A
aangemerkt gebied te
betreden, totdat van de zijde van de daartoe bevoegde ambtenaren van politie of brandweer mededeling is ontvangen dat het in
dit artikel neergelegde verbod is opgeheven.
Artikel 4
De
verplichting bedoeld in artikel 1 en het verbod in artikel 3 gelden niet voor
degenen die uit hoofde van hun functie rechtstreeks betrokken zijn bij of door
het bevoegde gezag uitdrukkelijk zijn belast met het ontgraven, onschadelijk
maken en verwijderen van de in de aanhef bedoelde vliegtuigbom/ander nader te
benoemen explosief.
Artikel 5
Rechthebbenden
op een onroerend goed gelegen in het in artikel 1 bedoelde gebied dienen,
indien de omstandigheden dit noodzakelijk maken, te gedogen dat in verband met
het onschadelijk maken van de vliegtuigbom redelijkerwijs noodzakelijke
werkzaamheden en maatregelen kunnen worden uitgevoerd.
Artikel 6
Deze
verordening treedt in werking op ..……… (datum) te ……..... uur.
Delft,
…..…. (datum),…… …. (tijd)
De
burgemeester van Delft,
…………………..
(handtekening)
Toelichting:
Deze
verordening bevat de bepaling dat bewoners binnen een bepaald gebied hun
woningen dienen te verlaten en ramen en deuren open moeten laten staan. In
verband met het grondwettelijk beschermde recht op privacy bestaat hiervoor
geen deugdelijke wettelijke grondslag. Niettemin kan de situatie dringend
vereisen dat een dergelijk voorschrift wordt gegeven. Er zou dan sprake kunnen
zijn van subjectief noodrecht (zie het rapport “Het gebruik van gemeentelijke
noodbevoegdheden”, Zwolle 1994, blz. 162; zie ook hierover No 24-05-1988, Gst
6860 1988, 5).
BIJLAGE X BESLUIT INTREKKING
NOODVERORDENING
DE
BURGEMEESTER DELFT
OVERWEGENDE
dat de
dreiging van …………………. (nadere omschrijving gebeurtenis) is
opgeheven/aanzienlijk is afgenomen;
dat
hierdoor de noodzaak tot ontruiming/evacuatie/het geven van algemene
voorschriften in verband met de algemene veiligheid en het voorkomen en
bestrijden van wanordelijkheden is komen te vervallen;
gelet op
artikel 176 lid 6 van de Gemeentewet;
BESLUIT
de
algemeen verbindende voorschriften in de zin van artikel 176 van de Gemeentewet
zoals gegeven op .……………. (datum/data) met onmiddellijke ingang in te trekken.
Delft,
……..…. (datum), …………..…. (tijd)
De
burgemeester van Delft,
……………………..
(handtekening)
Toelichting:
De
noodverordening kan op de volgende wijzen ophouden te gelden.
·
De raad
kan in de eerstvolgende vergadering na het vaststellen door de burgemeester van
de verordening besluiten deze niet te bekrachtigen en de burgemeester gaat
daartegen niet in beroep bij de commissaris van de Koningin.
·
De
commissaris van de Koningin kan de voorschriften schorsen zolang zij niet
bekrachtigd zijn. De schorsing stuit onmiddellijk de werking van de
voorschriften.
De
burgemeester besluit tot de voorschriften in te trekken wegens normalisering
van de omstandigheden. Dit besluit dient zo spoedig mogelijk ter kennis te
worden gebracht van de gemeenteraad, de commissaris van de Koningin en de
hoofdofficier van justitie.
BIJLAGE
XI KENNISGEVINGEN EX
ARTIKEL 176 GEMEENTEWET
Facilitaire
dienstverlening Juridische
zaken De
Torenhove Bankrekening
BNG 28.50.01.787, Centrale
nummers: Internet
www.gemeentedelft.info |
Retouradres : |
|
|
|
Aan de Commissaris van de Koningin Provincie Zuid-Holland Postbus 90602 2509 LP Den Haag |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Datum |
Onderwerp |
|
Noodverordening ex artikel 176 Gemeentewet |
Ons kenmerk |
|
|
|
Uw brief van |
|
|
|
Uw kenmerk |
|
|
|
|
|
|
Geachte heer/mevrouw,
Overeenkomstig het bepaalde in het tweede lid van
artikel 176 van de Gemeentewet breng ik u hierbij ter kennis de noodverordening
zoals deze door mij is vastgesteld en bekendgemaakt op …………...
Dit in verband met
…..
De verordening treedt
in werking/is in werking getreden op (datum en tijdstip) en blijft van kracht
tot een nader door mij te bepalen tijdstip.
Tevens treft u
bijgaand het raadsvoorstel tot bekrachtiging van de noodverordening aan.
Hoogachtend,
………………..
burgemeester
van de gemeente
Facilitaire dienstverlening Juridische
zaken De
Torenhove Bankrekening
BNG 28.50.01.787, Centrale
nummers: Internet www.gemeentedelft.info |
Overeenkomstig het bepaalde in het tweede lid van
artikel 176 van de Gemeentewet breng ik u hierbij ter kennis de
noodverordening zoals deze door mij is vastgesteld en bekendgemaakt op
……………………. Dit in verband met ……. De verordening treedt in werking op (datum en
tijdstip vermelden) en blijft van kracht tot een nader door mij te bepalen
tijdstip. Tevens treft u bijgaand het raadsvoorstel tot
bekrachtiging van de noodverordening aan. Hoogachtend, …………………… burgemeester van de gemeente |
|
|
|
Aan de Officier van Justitie Hoofd Arrondissementsparket Den Haag Postbus 20302 2500 EH DEN
HAAG |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Datum |
Onderwerp |
|
Noodverordening ex artikel 176 Gemeentewet |
Ons kenmerk |
|
|
|
Uw brief van |
|
|
|
Uw kenmerk |
|
|
|
Bijlage |
|
|
|
Geachte heer/mevrouw,
Overeenkomstig het bepaalde in het tweede lid van artikel
176 van de
Gemeentewet breng ik u hierbij ter kennis de noodverordening
zoals deze
door mij is vastgesteld en bekendgemaakt op ……………………. Dit in
verband met …….
De verordening treedt
in werking op (datum en tijdstip vermelden) en blijft van kracht tot een nader
door mij te bepalen tijdstip.
Tevens treft u
bijgaand het raadsvoorstel tot bekrachtiging van de noodverordening aan.
Hoogachtend,
……………………
burgemeester van de gemeente
Facilitaire dienstverlening Juridische
zaken De
Torenhove Bankrekening
BNG 28.50.01.787, Centrale
nummers: Internet www.gemeentedelft.info |
Retouradres : |
|
|
|
De gemeenteraad T.a.v. de griffier |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Datum |
Onderwerp |
|
Noodverordening ex artikel 176 Gemeentewet |
Ons kenmerk |
|
|
|
Uw brief van |
|
|
|
Uw kenmerk |
|
|
|
Bijlage |
|
|
Geachte leden,
Overeenkomstig het bepaalde in het tweede lid van artikel
176 van de
Gemeentewet breng ik u hierbij ter kennis de noodverordening
zoals deze
door mij is vastgesteld en bekendgemaakt op ………………………...
Dit in verband met ………………..
De verordening treedt
in werking op (datum en tijdstip vermelden) en blijft van kracht tot een nader
door mij te bepalen tijdstip.
Artikel 176, derde
lid, van de Gemeentewet schrijft voor dat de noodverordening door u in uw
eerstvolgende vergadering moet worden bekrachtigd. Bijgaand treft u daartoe
voor uw vergadering van ……..(datum) een voorstel aan.
Hoogachtend,
……………………
burgemeester van de gemeente
Facilitaire dienstverlening Juridische
zaken De
Torenhove Bankrekening
BNG 28.50.01.787, Centrale
nummers: Internet www.gemeentedelft.info |
Retouradres : |
|
|
|
Aan de Commissaris van de Koningin Provincie Zuid-Holland Postbus 90602 2509 LP Den Haag |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Datum |
Onderwerp |
|
Intrekking Noodverordening |
Ons kenmerk |
|
|
|
Uw brief van |
|
|
|
Uw kenmerk |
|
|
|
Bijlage |
|
|
Geachte heer/mevrouw,
Hierbij stuur ik u, conform
het bepaalde in artikel 176, zevende en tweede lid, van de Gemeentewet, een
afschrift van mijn besluit tot intrekking van de (naam noodverordening) dat ik
heden heb vastgesteld.
De verordening wordt
per (datum en tijdstip) aangezien (reden vermelden).
Hoogachtend,
………………..
burgemeester
van de gemeente
Facilitaire
dienstverlening Juridische
zaken De
Torenhove Bankrekening
BNG 28.50.01.787, Centrale
nummers: Internet
www.gemeentedelft.info |
|
|
|
|
Retouradres: Aan de
officier van justitie Hoofd
arrondissementsparket Den Haag Postbus 20302 2500 EH DEN HAAG |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Datum |
Onderwerp |
|
Intrekking
Noodverordening |
Ons kenmerk |
|
|
|
Uw brief van |
|
|
|
Uw kenmerk |
|
|
|
Bijlage |
|
|
Geachte heer/mevrouw,
Hierbij stuur ik u,
conform het bepaalde in artikel 176, zevende en tweede lid, van de Gemeentewet,
een afschrift van mijn besluit tot intrekking van de (naam noodverordening) dat
ik heden heb vastgesteld.
De verordening wordt
per (datum en tijdstip) ingetrokken aangezien
(reden vermelden).
Hoogachtend,
……………………
burgemeester van de gemeente
Facilitaire
dienstverlening Juridische
zaken De
Torenhove Bankrekening
BNG 28.50.01.787, Centrale
nummers: Internet
www.gemeentedelft.info |
|
|
|
|
|
|
Retouradres: De
gemeenteraad T.a.v. de
griffier |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Datum |
Onderwerp |
|
Intrekking
noodverordening |
Ons kenmerk |
|
|
|
Uw brief van |
|
|
|
Uw kenmerk |
|
|
|
Bijlage |
|
|
Geachte leden,
Hierbij stuur ik u,
conform het bepaalde in artikel 176, zevende en tweede lid, van de Gemeentewet,
een afschrift van mijn besluit tot intrekking van de (naam noodverordening) dat
ik heden heb vastgesteld.
De verordening wordt
per (datum en tijdstip) ingetrokken aangezien (reden vermelden).
Hoogachtend,
……………………
burgemeester van de gemeente
[1] Het gaat hier niet om ‘Buitengewone Omstandigheden’. Dat is
een situatie op grond van een feitelijke toestand die slechts door de regering
(de minister president) in het leven kan worden geroepen, met bekrachtiging
daarna door de Tweede Kamer. Het gaat dan bijvoorbeeld om oorlogsomstandigheden
of rampzalige gebeurtenissen op (vrijwel) landelijke schaal. Wanneer die
toestand is uitgeroepen kan noodwetgeving in werking worden gesteld als
bijvoorbeeld de Wet verplaatsing bevolking (grootschalige evacuatie), de
Vorderingswet (vordering van gebouwen ), etc.