Hierbij bieden wij u het concept Delfts OntwikkelingsProgramma 2005-2015 (DOP2) aan dat op 21 september jl. door ons college is vastgesteld.

 

In het concept DOP2 zijn, als doorvertaling van de Ontwikkelingsvisie Delft 2025 en ter actualisatie van het in april 2000 bij U ingediende Delfts Ontwikkelingsprogramma 2000-2005 (DOP1), de Delftse plannen en ambities met betrekking tot de stedelijke vernieuwing vastgelegd voor de komende vijf jaar, met een doorkijk tot 2015. Ook zijn de hiermee gemoeide investeringen ingeschat en is de wijze van dekking indicatief aangegeven. Gezien lopende programma’s en het ISV2-beleidskader is door ons in het DOP opnieuw gekozen voor een thematische én gebiedsgerichte benadering. De thematische benadering komt tot uiting in de drie centrale themaprogramma’s: Kennis, economie en cultuur, Wonen/ samenleven en Duurzaamheid. De gebiedsgerichte benadering laat zich vertalen in vier specifiek Delftse programma’s: Woonwijken, Spoorzone, Binnenstad, TU-gebied en Schie-oevers.

 

Overeenkomstig het ISV2-beleidskader hebben wij in het concept DOP2 een inspanning gepleegd om:

 

·       doelstellingen van stedelijke vernieuwing te onderbouwen en zoveel mogelijk weer te geven in termen van toetsbare resultaten (SMART) waarbij de outputindicatoren uit het ISV2 beleidskader als uitgangspunt zijn genomen (zie te bereiken effecten);

·       zoveel mogelijk relaties te leggen tussen de beleidsterreinen ‘sociaal’ en ‘fysiek’ en tevens een aantal fysieke voorwaarden op te nemen voor een aantrekkelijke sociale en veilige omgeving;

·       ook programma’s en doelstellingen op het gebied van bijvoorbeeld ‘cultuurimpuls’ en ‘wonen, zorg en welzijn’ op te nemen;

·       inzicht te geven in programma’s voor het tweede ISV tijdvak (2005-2010) en een globaal overzicht te geven van onze voornemens in het daaropvolgende tijdvak (2010-2015);

·       een financiële paragraaf toe te voegen die inzicht geeft in de met de diverse programma’s verwachte kosten en opbrengsten, verdeeld over alle bij stedelijke vernieuwing betrokken partijen conform het nieuwe format uit het beleidskader ISV2;

·       weer te geven hoe en met welk resultaat wij met lokale partijen overleg hebben gevoerd en hoe zij bij de uitvoering zijn en worden betrokken;

·       naast provinciale  en landelijke beleidskaders en randvoorwaarden ook voldoende aandacht te geven aan bovenlokale afstemming;

·       op het onderdeel ‘bodem’ ondanks onduidelijkheid over additionele budgetten een reëel uitgangspunt te kiezen (zie deelprogramma bodemsanering).

 

Het Delfts OntwikkelingsProgramma is in een eerdere versie op 10 augustus jl. besproken in een ambtelijke bijeenkomst over bovenlokale afstemming bij het Stadsgewest Haaglanden en is op 17 augustus jl. besproken met ambtenaren van uw bureau Stedelijke Vernieuwing. De aldaar gemaakte opmerkingen zijn in dit concept en in onze programma’s verwerkt. Wij menen dat wij met de vaststelling en honorering van ons Ontwikkelingsprogramma in staat worden gesteld om de (dreigende) problemen in onze stad aan te pakken en de kansen te benutten die er liggen en daarmee onze ambities ook echt waar te maken. De komende ISV2 periode zal dan ook voor ons in het teken blijven staan van een goede samenwerking met alle partijen die de gezamenlijke ambities met betrekking tot de stedelijke vernieuwing in Delft willen waarmaken. De provincie Zuid Holland, maar ook de rijksoverheid zijn daarbij voor ons uiterst belangrijke partners.

 

De financiering van ons programma is bijna sluitend. Wij zijn dan ook van mening dat het DOP2 voor ons uitvoerbaar is, mits wij de door u onlangs indicatief bekend gemaakte bijdragen (incl. bodem en geluid) van uw zijde ook daadwerkelijk ontvangen. Ter dekking van het (relatief geringe) resterend tekort zullen wij u separaat in overweging geven extra provinciale bijdragen beschikbaar te stellen.

 

Met de toezending van het bijgaand concept Ontwikkelingsprogramma verzoeken wij U formeel om de inhoud ervan te toetsen aan het provinciaal en ISV2 beleidskader. Wij moeten voor 15 februari 2005 een definitief, dus eventueel gewijzigd en door de Raad vastgesteld en daarna gedrukt Ontwikkelingsprogramma bij U indienen. Dit betekent, terugrekenend, dat wij uw bevindingen graag uiterlijk medio november zouden willen ontvangen.

 

 

Hoogachtend,

Burgemeester en Wethouders van Delft