Het PolitieKeurmerk Veilig Wonen® als werkwijze

 

Het PolitieKeurmerk Veilig Wonen® (PKVW)is een succesvol instrument voor de verhoging van de veiligheid. Daar waar woningen in Nederland hiermee zijn beveiligd daalde het inbraakrisico met 95%. Wanneer ook woongebouw en woonomgeving aan de pkvw-eisen voldoen blijkt de woonomgeving ook veiliger en voelt men zich ook veiliger. De raad heeft in 2002 een nota pkvw aangenomen, waarin zij besloot dat het pkvw de norm is voor nieuwbouw en beheer.

 

Raadsbesluit februari 2002 (Zie ook bijlage 1)

Op 21 februari 2002 stelde de gemeenteraad de nota “project veilig wonen; eindverslag voorbereidingsfase”  vast.  Daarmee besloot zij dat:

1.         de gemeente Delft, voor zover zij daar zelf verantwoordelijk is, voor nieuwbouwlocaties het geldende eisenpakket volgens het Politie Keurmerk Veilig Wonen® hanteert. En daar waar een corporatie of projectontwikkelaar een overeenkomst met de gemeente aangaat  wordt het voldoen aan dit eisenpakket als voorwaarde in de ontwikkelovereenkomst  opgenomen;

2.         de gemeente Delft, eveneens voor zover zij daar verantwoordelijk voor is, het geldende eisenpakket ook hanteert bij de inrichting en het beheer van de bestaande woonomgeving  en zij corporaties of particuliere verhuurders stimuleert om - binnen hun verantwoordelijkheid – dat eveneens doen.

3.         een bouwplanadviseur aan te stellen voor maximaal 2 jaar.

8,9       promotie van het pkvw geschiedt door interne voorlichting en een

            publieksfolder.

 

 

Uitvoering van het raadsbesluit 2002

·         Eind 2003 een bouwplanadviseur pkvw aangesteld. Hij heeft:

o        in 2003 kennis overgedragen aan alle betrokken vakteams.

o        Door promotie is bij twee woningcorporaties is het pkvw uitgangspunt bij groot onderhoud en renovatie.

o        geadviseerd bij algemene veiligheidsvraagstukken.

o        aan alle aanvragers van een bouwvergunning voor de nieuwbouw van een of meerdere woningen, een gratis keurmerkadvies verstrekt.

·         Opname van het pkvw in project- en grondovereenkomsten, hierdoor zijn inmiddels diverse projecten in ontwikkeling waarvoor bij eindoplevering het keurmerk Veilig wonen® verstrekt moet kunnen worden (VDD-terrein, Papsouwselaan).

·         Het vakteam TOR heeft enkele toezichthouders opgeleid tot preventieadviseur. Samen met de politie hebben de preventieadviseurs kosteloos preventieadviezen aangeboden aan Delftse bewoners in een deel  van het Westerkwartier.

 

Financiering van het raadsbesluit 2002  

In het raadsbesluit 2002 is alleen de financiering van een tijdelijke bouwplanadviseur opgenomen tot eind 2004. Voor deze nota is onderzocht of binnen het ISV-2 middelen vrijgemaakt konden worden vooreen formatieplaats voor een bouwplanadviseur vanaf 2005, het op pkvw-niveau brengen van de bestaande woonomgeving en het aanbieden van preventieadviezen aan woningeigenaren.  Afhankelijk van de gekozen variant varieerde de kosten van 215.000 tot 715.000  euro per jaar.

Gelet op de kosten bleek geen van de varianten haalbaar.

 

Overdracht taken politie naar gemeente:

Landelijk is besloten dat de politie het grootste deel van haar pkvw-taken overdraagt aan de gemeenten. Per 1 januari 2006 moet deze overdracht gereed zijn. Het gaat over de uitvoerende taken van de bouwplanadviseurs en de preventieadviseurs. De politie blijft betrokken bij de verdere ontwikkeling van het pkvw-instrumentarium en de advisering over zeer bijzondere situaties. Tot eind 2005 kan de politie incidenteel een klein deel van de taken van de gemeentelijke bouwadviseur overnemen. Vanaf 2005 moet een extern bouwplanadviseur worden ingehuurd.

 

Taken van de bouwplanadviseur:

Gezien het verdwijnen van de bouwplanadviseurs bij gemeente en politie, wordt voorgesteld de taken van de bouwplanadviseur als volgt te organiseren:

·         Van de vakteams die met het pkvw moeten werken wordt verwacht dat ze minimaal beschikken over algemene kennis van het pkvw en de actuele handboeken.

·         De bouwplanadviseur wordt per project ingehuurd. De specialistische kennis van de bouwplanadviseur hoeft niet full-time binnen de gemeente aanwezig te zijn. Hij toetst de bouwplannen, inrichtingsplannen en legt projecten voor aan de regionale keurmerkcommissie. Hij kan ook oordelen over twijfelgevallen en vrijstellingsmogelijkheden.

·         Kennis en ervaring worden door de vakteams opgebouwd door periodieke plantoetsing en aansluitend een toelichting door een bouwplanadviseur.

Wanneer het pkvw een eis is voor een project moet met de andere bouwpartijen, ontwikkelaar of architect, worden afgesproken dat zij leveren volgens de PKVW normen en dat dit gedurende het proces regelmatig wordt getoetst.

Waarborging van de toepassing van het pkvw:

Dit voorstel gaat uit van de gemeentelijk beleidscyclus pdca –Plan-Do-Check-Act- (INK) en het principe “werk maken met werk”.

 

PDCA

P.      Het pkvw moet worden opgenomen als richtlijn of eis in alle relevante stukken, zodat de eisen in een vroeg stadium op tafel liggen (Plan).

o        Gemeentelijke richtlijnen zoals de planinformatie en het handboek openbare ruimte

o        Bij projecten wordt formeel vastgelegd in contract of overeenkomst:

§         dat het certificaat veilig wonen een eis is,

§         wie waarvoor verantwoordelijk is,

§         wanneer tussentijds wordt getoetst.

D.      Binnen de gemeente moet medio 2005 het pkvw een manier van werken zijn. (Do)

o        Binnen de vakteams moet voldoende kennis over het pkvw beschikbaar moet zijn. In eerste instantie bij de ontwerpers, maar ook bij projectleiders en toetsers. 

C.      Gemonitoord wordt wat wel en niet is gerealiseerd (Check).

o        Bij projecten vindt zo vroeg mogelijk in het proces de eerste toetsing plaats (ruim voor aanvraag bouwvergunning). Externe partijen (projectontwikkelaars), zijn zelf verantwoordelijk voor de pkvw-toets van hun producten. Op verzoek van de gemeentelijk projectleider overleggen zij een verslag van de toetsing door bouwplanbegeleider pkvw.

o        coördinatie: de verschillende ontwerpers moeten hun deelplannen gezamenlijk laten beoordelen door een bouwplanbegeleider pkvw en uiteindelijk door de regionale keurmerkcommissie. Het tijdstip waarop verschilt per project. De bouwplanbegeleider en de verantwoordelijke projectleider bepalen dit in overleg.

A.      Jaarlijks doet de programmamanager integrale veiligheid hiervan verslag aan ons college eventueel met voorstel tot wijziging van beleid of uitvoering (Act).

 

Werk maken met werk .:

Feitelijk de enige manier waarop het merendeel van de maatregelen als niet kostenverhogend kan worden uitgevoerd,is door het te combineren met reeds geplande werkzaamheden bijvoorbeeld de herinrichting van een straat.

 

Afstemming:

Bij de voorbereiding van deze nota is regelmatig overlegd met de betrokken vakteams (Groen, mobiliteit en TOR). De uiteindelijke beslispunten zijn tot stand gekomen in overleg met de directeur wijk- en stadszaken, het hoofd ingenieursbureau, het Coördinatie Overleg Projectdocumenten (COP), vakteamhoofd projecten en de politie.

Om het “Pkvw als manier van werken” mogelijk te maken, biedt het vakteam Monumentenzorg en bouwkwaliteit eind 2004 bovengenoemde vakteams gerichte cursussen pkvw aan.

 

Voorstel                                                                                                   

Volgend op het raadsbesluit d.d. 21-2-2002, stellen wij u voor het huidige beleid en de uitvoering als volgt bij te stellen:

 

Niveaus woning en woonomgeving:

  1. In ontwikkelovereenkomsten, projectontwikkelingovereenkomsten (conform raads besluit d.d. 21-2-2002  reeds ingevoerd) en grondovereenkomsten wordt:
    1. het certificaat Veilig Wonen® verplicht gesteld;
    2. vastgelegd welke taken en verantwoordelijkheden de partijen hebben inzake het politiekeurmerk veilig wonen;
    3. vastgelegd op welke momenten de (deel)ontwerpen (gezamenlijk) worden getoetst door een bouwplanbegeleider pkvw®, wanneer de plannen worden voorgelegd aan de regionale keurmerkcommissie pkvw;
    4. bepaald dat de regionale keurmerkcommissie pkvw een positief advies moet hebben verstrekt, voordat de bouwvergunning wordt aangevraagd voor het project.
  2. In het handboek openbare ruimte van de gemeente Delft wordt, onder verantwoordelijkheid van het ingenieursbureau, het pkvw opgenomen als richtlijn, met als beperking dat alleen de niet-kostenverhogende maatregelen worden uitgevoerd.
  3. De gemeentelijke projectleider is verantwoordelijk voor de opname van het pkvw in de overeenkomsten  en ziet toe op de naleving van hetgeen is bepaald in de overeenkomsten.
  4. Wanneer bij een nieuwbouwproject wordt overwogen  het certificaat Veilig wonen® niet meer als eis te stellen, wordt hierover met de programmamanager integrale veiligheid overlegd.
  5. Wanneer na overleg met de programmamanager integrale veiligheid de verantwoordelijk projectleider oordeelt dat het de gestelde eis “certificaat Veilig wonen®” niet haalbaar is, wordt aan B&W voorgesteld deze eis te schrappen.
  6. Als het certificaat Veilig Wonen® verplicht is gesteld dan dient, voordat de bouwvergunning wordt aangevraagd, door de regionale keurmerkcommissie pkvw een positief advies voor het project te zijn verstrekt. In ontwikkelovereenkomsten, projectontwikkelingovereenkomsten (conform raadsbesluit d.d. 21-2-2002 reeds ingevoerd) en grondovereenkomsten wordt opgenomen dat de projectontwikkelaar hiervoor verantwoordelijk is.
  7. Met ingang van 1-1-2005 vervalt de tijdelijke formatieplaats voor een bouwplanadviseur bij het vakteam Monumentenzorg en bouwkwaliteit (MBK). Deze wordt niet omgezet in een vaste formatieplaats.

Met ingang van 1-1-2005 registreert de sector Bouw- en milieutoezicht van de ingediende bouwvergunningaanvragen en de opgeleverde woningen: voor welk aantal woningen een positief pkvw-advies is verstrekt en voor welk aantal woningen het certificaat daadwerkelijk is verstrekt. De sector doet hiervan verslag aan de programmamanager integrale veiligheid.

 

 

 

Omgevingsniveau:

  1. Bij onderhoud en herstructuring van de woonomgeving wordt aan de kostenneutrale eisen van het pkvw voldaan, waar de Gemeente Delft hiervoor verantwoordelijk is.
  2. Op nieuwe woningbouwlocaties dient de woonomgeving aan de pkvw-eisen te voldoen, waar de Gemeente Delft daarvoor verantwoordelijk is.
  3. De gemeentelijke ontwerpers van de sector Ingenieursbureau en  de vakteams Mobiliteit, Ruimtelijke ordening, Groen en Projecten, dienen over voldoende kennis te beschikken om conform het keurmerk te (laten) ontwerpen. De vakteamhoofden zijn verantwoordelijk voor dit kennisniveau.
  4. Wanneer is overeengekomen dat een nieuwbouwproject aan het pkvw dient te voldoen en het noodzakelijk is dat de bestaande woonomgeving tegen meerkosten  wordt aangepast om het certificaat Veilig Wonen haalbaar te maken, dan wordt het plan incl. begroting voorgesteld aan B&W.
  5. Periodiek worden enkele ontwerpen van de sector ingenieursbureau voorgelegd aan een bouwplanadviseur pkvw. Indien mogelijk wordt voor grotere plannen het deelcertificaat Veilige Woonomgeving aangevraagd. De vakteams doen hiervan verslag aan de programmamanager integrale veiligheid.

Algemeen:

  1. De jaarrapportages van de programmamanager integrale veiligheid te gebruiken als uitgangspunt voor de verbetering van de werkwijze en indien nodig de bijstelling van het beleid.

 


 

BIJLAGE 1:

 

B&W besluit februari 2002

 

Punten uit het raadsbesluit d.d. 21-2-2002.

 

De gemeenteraad voorstellen, conform de beslispunten en voorstellen uit het eindverslag van de projectgroep veilig wonen en de aanbiedingsnota.  Het deelbudget veiligheid, bestaande uit 4 x € 90.000 tm 2004 en 1 x € 45.000 tm 2007, mede te bestemmen voor:

·         Het aantrekken van een medewerker pkvw . Voorlopig voor de periode 2002 tm 2004. Maximaal 1 fte ad € 57.000. (Conform eindverslag.)

·         Aanpassing van de bestaande woonomgeving aan de eisen van het pkvw. (Conform eindverslag.)

·         Een subsidieregeling pkvw voor de aanpassing van huurwoningen aan de eisen van het pkvw tezamen met de woningcorporaties.  (Aanvullend op het eindverslag.)

Voorts stellen wij voor in te stemmen met de beslispunten (p.9 eindverslag);

·         1, 2, 3, 8, 9, 10 en 11.

 

Beslispunten pagina 9 eindverslag:

1.       de gemeente Delft zal voor nieuwbouwlocaties bij de inrichting en het beheer van de woonomgeving steeds het daarvoor geldende eisenpakket volgens het pkvw hanteren door dit, voor zover zij zelf verantwoordelijk is, als eis te hanteren en daar waar een corporatie of projectontwikkelaar een overeenkomst met de gemeente aangaat, het voldoen aan dit eisenpakket als voorwaarde in de ontwikkelingsovereenkomst op te nemen;

2.       de gemeente Delft zal bij de inrichting en het beheer van de bestaande woonomgeving steeds het daarvoor geldende eisenpakket volgens het pkvw hanteren door dit, voor zover zij zelf verantwoordelijk is, als eis te hanteren en corporaties of particuliere verhuurders te stimuleren binnen hun verantwoordelijkheid eveneens te voldoen aan dit eisenpakket;

3.       de gemeente Delft zal zorgen dat bij nieuwbouw in bestaande woonomgevingen ook die woonomgeving aan de desbetreffende eisen volgens het pkvw voldoet teneinde het pkvw-label te kunnen verkrijgen;

8.       de gemeente Delft zal (met inzet van de bouwplan- en preventie-adviseurs van de Politie Haaglanden) in 2002 via interne voorlichting volgens het in het eindverslag opgenomen Communicatieplan de eigen organisatie, met name de vakteam Bouwtoezicht en monumenten, Ruimtelijke Ordening, Ingenieursbureau, Mobiliteit, Grondzaken, Projecten en Wijkzaken informeren over Veilig Wonen op basis van de in het eindverslag opgenomen Protocollen, uitmondend in het adequaat aanpassen van handboeken, checklists en programma’s van eisen, etc. die door deze vakteams worden gebruikt;

9.       de gemeente Delft zal ten behoeve van de publieksvoorlichting een informatiefolder over Veilig Wonen uitbrengen (en actueel houden), waarin het publiek wegwijs wordt gemaakt op het gebied van Veilig Wonen in de Delftse situatie; de folder dient een aanvulling te zijn op de folders die reeds bestaan vanuit het landelijke project PKVW-; beide folders zullen gecombineerd worden verspreid via de gebruikelijke informatiebalies van de gemeente Delft, de Politie Haaglanden, de Delftse woningcorporaties en de kantoren van assurantietussenpersonen;

10.   de gemeente Delft zal vooruitlopend op definitieve afspraken over de gemeentelijke rol bij het verder stimuleren van Veilig Wonen tenminste één medewerker van het vakteam BTM de opleidingen “preventieadviseur” en “bouwplanadviseur” laten volgen.

11.   De voorbereidingsfase van de Project Veilig Wonen hierbij als afgerond te beschouwen.