De gemeenteraad van Delft heeft in september 2002 een motie aangenomen waarin
het college opgedragen wordt een Delftse Stadsetiquette te ontwikkelen. Deze
motie sloot goed aan bij het streven om de leefbaarheid in de stad te
vergroten en onveiligheidsgevoelens weg te nemen. Er liggen belangrijke
parallellen met doelen in de wijkaanpak en het collegeprogramma als geheel.
Met
de motie startte een zoektocht naar een Delftse variant van de stadsetiquette.
Eerst heeft hiertoe een oriëntatie bij 2 andere steden plaatsgevonden,
Rotterdam en Gouda, en is er overleg geweest met deskundigen. In het najaar van
2003 is ook een internet-enquête uitgevoerd, waarvan de uitkomsten
representatief waren voor de Delftse bevolking. Daaruit bleek vooral dat de
Delftenaren veel belang hechten aan de volgende thema’s: veiligheid, een
prettige woonomgeving en aan respect. Eind november 2003 is een speciale
Commissie Extern georganiseerd. De opkomst van de burgers daarbij was helaas
zeer beperkt. De workshop bracht wel een grote hoeveelheid ideeën en
oplossingsrichtingen naar voren.
Na afronding van deze fase van de zoektocht was de gedachte ontstaan om
in Delft een stap verder en dieper te gaan dan het opstellen van een tiental
gedragsregels en omgangsvormen, zoals in bijvoorbeeld Gouda is gebeurd. Het
louter in gang zetten van een proces om tot tien Delftse Stadsregels te komen
werd niet meer beschouwd als wenselijk. Immers, ook uit de ervaringen in Gouda
werd duidelijk dat flankerend aan de stadsregels aanvullende interventies
gewenst waren om de stadsregels effect te laten sorteren op het daadwerkelijk
tegengaan van ongewenst gedrag in de openbare ruimte en het stimuleren van
betrokkenheid en gemeenschapsgevoel[1].
De wens om in Delft een stap verder te gaan werd ook bevestigd tijdens
overleg van het bestuur met de belangrijkste partners in de wijkaanpak in
oktober 2004, het zogenaamde partneroverleg Wijkaanpak [2].
Duidelijk werd daarin dat bij de partners behoefte is aan een sterk accent op
het in gang zetten en voortzetten van acties en initiatieven die gericht zijn
op het stimuleren van de betrokkenheid en sociale samenhang enerzijds en het
ontmoedigen van asociaal gedrag en het oplossen van ergernissen anderzijds. Dit
vanuit de idee dat daarmee een krachtige boodschap de stad in gezonden kan
worden dat het menens is met het tegengaan van ongewenst gedrag en
overlast.
Het uitvoeringsproces van die acties en
initiatieven zou dicht bij de Delftenaren moeten liggen en bestaande
samenwerkingsverbanden en structuren in de stad zouden goed moeten worden
benut. Dit sluit in feite aan bij de al
ontwikkelde werkwijze van de Delftse wijkaanpak.
Het volgende schema illustreert het voorgestelde
proces:
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2. Doel van de Delftse variant van de Stadsetiquette
Het voorgestelde doel van de Delftse variant van de stadsetiquette is daarmee:
vanuit een centrale boodschap gezamenlijk acties en initiatieven in gang te
zetten, en ook voort te zetten, die voelbaar en tastbaar maken dat in de stad
gewerkt wordt aan het tegengaan van overlast en ongewenst gedrag in de woon- en
leefomgeving en het stimuleren van betrokkenheid en sociale samenhang.
Gezamenlijk in dit verband betekent dat gemeente, partners, bewoners en
bedrijven samen hun krachten bundelen. Zo neemt de stadsetiquette in feite de
vorm aan van een paraplu, waaronder een veelheid van inspanningen vallen die er
allen op gericht zijn om onverschilligheid en a-sociaal gedrag tegen te gaan en
betrokkenheid en sociale samenhang te stimuleren.
Het beoogde eindresultaat is een verbetering van de leefbaarheid in de
wijken en een versterking van het gevoel van sociale veiligheid in Delft.
3.
Nadere uitwerking: een themagerichte aanpak
In het partneroverleg Wijkaanpak van oktober 2004
is voorgesteld om inspanningen in het kader van de Delftse stadsetiquette
jaarlijks te richten op twee of drie thema´s. Deze thema’s kunnen jaarlijks
bepaald worden in het partneroverleg.
Bij de keuze van de thema’s voor 2005 is er vanuit
gegaan dat voor het stimuleren van betrokkenheid en sociale samenhang al een
zeer ruim scala aan mogelijkheden bestaat. Zoals: de
straatfeestcheque-regeling, regeling rondom Fleur-Delft op-acties, het Leukste
straat van Delft-initiatief, de Kunst in de Wijken – projecten, de mogelijkheid
begroetingsgroepen te starten en leefregelprojecten, de Wijkwebs, Kindlintjes,
e.d. Voor het moment lijken deze
mogelijkheden te volstaan bij het stimuleren van betrokkenheid en sociale
samenhang en is er geen directe noodzaak deze mogelijkheden uit te breiden of
te vernieuwen.
Voor 2005 zijn daarom de volgende drie thema’s
voorgesteld:
1. het
bevorderen van woonplezier;
2. het
realiseren van schonere wijken;
3. het
stimuleren van de positieve wijze waarop jongeren zich gedragen in de openbare
ruimte en het bijdragen aan de positieve beeldvorming van jongeren.
Hoewel in relatie tot deze thema’s reeds een heel
aantal acties door partners en gemeente zijn genomen, worden extra en beter
afgestemde inspanningen wenselijk geacht om meer zichtbare en tastbare
resultaten te behalen.
Voor de aanpak van ieder thema worden speciaal
daarop toegesneden samenwerkingsverbanden van gemeente en partners aangegaan.
Zo vormt zich op dit moment een samenwerkingsverband gericht op een betere
gezamenlijke aanpak van de woonoverlastproblematiek. Voor het realiseren van
schonere wijken bestaat al een
samenwerkingsverband van alle betrokken onderdelen binnen het gemeentelijke
apparaat en de corporaties en vindt in het Integrale Handhavingoverleg Openbare
Ruimte ook afstemming plaats met de politie.
Inspanningen in het kader van de aanpak van deze
thema’s zullen niet altijd gericht zijn op de gehele stad. Zij zullen vooral
worden toegespitst op die delen van de stad waar dergelijke inspanningen het
meest relevant zijn.
4.
Communicatie: het belang van een centrale boodschap
Centraal in de communicatie over de Delftse variant
van de stadsetiquette staan de
resultaten die behaald worden. Dit vanuit het belang dat wordt gehecht aan
het voelbaar en tastbaar maken dat in de stad echt gewerkt wordt aan het
tegengaan van overlast en het stimuleren van betrokkenheid en sociale
samenhang. De focus in de communicatie wordt daarbij gericht op de drie
jaarlijks gekozen thema’s. Het is van belang gedurende het jaar door op een
continue wijze hierover te communiceren en niet op een campagne-achtige wijze
te werken.
Omdat de term stadsetiquette thans nog te vaak
geassocieerd wordt met de wijze waarop er in Gouda en Rotterdam invulling aan
is gegeven, is het voor Delft van belang te zoeken naar een centrale boodschap
die de Delftse invulling van de stadsetiquette goed dekt. De centrale boodschap
kan ondersteund worden door het gebruik van een slogan, motto en/of woordbeeld.
Voorbeelden zijn: ‘De Delftse manier’ of ‘In Delft doen we het zo!’
De communicatie over initiatieven en resultaten zal
steeds vanuit deze centrale boodschap moeten plaatsvinden. Daarmee kan er
samenhang ontstaan tussen de veelsoortige initiatieven en resultaten die tot
stand worden gebracht in het kader van de Delftse invulling van de
stadsetiquette.
De gemeente en betrokken partners kunnen vanuit
deze centrale boodschap dan toch op een samenhangende wijze communiceren via de
eigen kanalen die zij daartoe ter beschikking hebben.
5.
Organisatie
In het partneroverleg wordt de nadere invulling van
de Delftse variant van de stadsetiquette bepaald en vormgegeven. Na een
verkenning van de meest actuele thema’s door de partners en de gemeente worden
jaarlijks uiteindelijk twee of drie thema’s gekozen. Bij de verkenning van de
thema’s en bij de samenwerkingsverbanden die vervolgens worden aangegaan om met
de gekozen thema’s aan de slag te gaan, kunnen ook andere partners worden
betrokken. Dit zal ook vaak wenselijk blijken te zijn.
Het partneroverleg heeft ook een belangrijke rol in
het monitoren van de voortgang van en het vaststellen van de geboekte
resultaten met de wijze waarop de Delftse variant van de stadsetiquette is
vormgegeven.
Het projectleiderschap voor de Delftse variant van
de stadsetiquette berust bij het vakteam Wijkzaken. Dit vakteam is
verantwoordelijk voor de coördinatie van en afstemming tussen activiteiten die
bijdragen aan het beoogde doel van de Delftse variant voor de Stadsetiquette.
Ook is dit vakteam verantwoordelijk voor de voorbereiding van het
partneroverleg en de rapportage over de voortgang van initiatieven in het kader
van de stadsetiquette. Voor de uitwerking van de centrale boodschap, het
opstellen van een communicatieplan en de uitvoering daarvan, wordt
ondersteuning geboden door het vakteam Communicatie.
6.
Kosten en dekking
Met
de financiering van de inspanningen in het kader van de aanpak van de twee of drie jaarlijkse thema’s zullen
vooral bijdragen zijn gemoeid uit reeds beschikbare budgetten van gemeente en
partners: bijvoorbeeld de wijkbudgetten, EZH-gelden of de leefbaarheidsbudgetten
van de corporaties. In de samenwerkingsverbanden wordt uitgewerkt welke
middelen precies nodig zijn en op welke wijze financiering zal plaatsvinden.
Aanvullende
financiële middelen zijn benodigd voor de uitwerking van de centrale boodschap
van de stadsetiquette en de communicatie over de inspanningen en de resultaten
in het kader van de stadsetiquette.
De
kosten die hiermee gemoeid zijn worden geschat op een totaal bedrag van €25.000
voor de jaren 2005-2006. Hieruit worden de volgende activiteiten gefinancierd:
Activiteit |
Opmerking |
Bedrag |
Het ontwikkelen
van een slogan en logo |
De gemeente moet
volledig beschikken over de rechten voor gebruik. Gebruik moet
passen binnen huisstijl van de gemeente. |
€ 5.000,- |
Uitdragen van de boodschap
en resultaten in de periode 2005-2006: via advertenties in lokale kranten,
via wijkkranten, folders, bijeenkomsten, een resultatenboekje, e.d. |
|
€ 20.000,- |
Media-aandacht |
Persberichten
e.d. |
€
0,- |
Totaal |
|
€ 25.000,- |
Dekking:
Vanuit
de eerste fase van de uitwerking van de Delftse variant van de stadsetiquette
resteert nog een bedrag van €5000,- euro. Voorgesteld wordt het resterende
bedrag, zijnde € 20.000 euro, als volgt te dekken:
€ 17.000
uit Participatie woonconsument (projectno. 20618)
€ 3.000 uit Wijkbudgetten Algemeen
(projectno. 60130)
Voorstel
·
In te stemmen
met de voorgestelde invulling van de Delftse variant van de stadsetiquette
·
In te stemmen
met de voorgestelde dekking van de kosten
·
Het voorstel
ter kennisname aan de raad aan te bieden
[1] Dit werd bevestigd door een evaluatieonderzoek eind 2004 van het Verwey-Jonkerinstituut naar het project Tien Gouden Stadsregels in Gouda.
[2] Aan het partneroverleg Wijkaanpak nemen thans de volgende partners deel: het bureauhoofd van de politie Delft, de directeuren van de corporaties Woonbron, Vestia, Duwo en Vidomes, de directeur van het Grotius college als vertegenwoordiger van het voorgezet onderwijs, de directeur van Breed Welzijn Delft (BWD) en de directeur van Stichting Ouderenwerk Delft (SOD). Afhankelijk van de onderwerpen die worden besproken in het partneroverleg worden desgewenst ook andere partners uitgenodigd tot deelname. Het partneroverleg is eind 2003 gestart op initiatief van wethouder Torenstra. Afhankelijk van de onderwerpen nemen ook andere bestuurders deel aan het overleg. Zo heeft wethouder Baljé diverse malen deelgenomen aan het overleg over de stadsetiquette.