Het programma
veiligheid zoals dat in de programmabegroting is opgenomen kent 3 onderdelen
die in samenhang met elkaar de veiligheid vergroten:
Integrale veiligheid
(IVB)
Handhaving en
Toezicht
Brandweer/brandveiligheid.
Begin 2004 is voor
het onderdeel integraal veiligheidsbeleid de kadernota Naar een veiliger
Delft vastgesteld. De nota Naar een veiliger Delft vormt het plan
van aanpak voor de periode 2004 - 2006. Voortaan wordt binnen dit kader
jaarlijks een werkprogramma opgesteld en elk jaar wordt de voortgang
geëvalueerd. De evaluatie 2005 zal pas in het begin van 2006 worden afgerond en
dan in procedure worden gebracht. In dit werkplan 2006 wordt bezien welke
(sub)thema’s er dit jaar de aandacht krijgen.
II
Het werkprogramma veiligheid 2005
Bij de indeling van
het werkplan 2006 is dezelfde indeling gehanteerd als van het werkplan 2005.
Wel is er 1 nieuw onderwerp toegevoegd namelijk dreigingsbeeld en zijn bij
enkele thema’s accenten verlegd zoals in de wijkveiligheid waar aandacht komt
voor buurtbemiddeling en tunnelaanpak en bij slachtofferzorg het onderwerp eer
gerelateerd geweld. Enkele andere thema’s zijn uit de projectfase gekomen en
(bijna) “going concern” geworden zoals bijvoorbeeld beheer en handhaving op het
station.
Naast alle
inhoudelijke thema’s waar de capaciteit van de projectleiders en medewerkers
aan is toegedeeld gaat een deel van de capaciteit ook zitten in overleg en
afstemming met de meest relevante
partners op veiligheidsgebeid: politie,
brandweer en handhaving,
De indeling 2006 ziet
er als volgt uit:
Doel: ervoor zorgen
dat daders van een misdrijf of overtreding een passende straf of sanctie
krijgen
1.1 Halt
Halt ontvangt een
jaarlijkse subsidie voor voorlichting op scholen. Elk jaar wordt op basisscholen in groep 7/8 de voorlichting “Goed
of Fout “ gegeven. Aan de hand van een lesbrief worden regels besproken en
waarom het zo moeilijk is om je eraan te houden. In de brugklas van het
voortgezet onderwijs wordt de voorlichting “Jeugdcriminaliteit” gegeven. Aan de
hand van een lesbrief worden regels, normen, groepsdruk en de consequenties van
normoverschrijdend gedrag behandeld.
Daarnaast geeft Halt samen met de politie vuurwerkvoorlichting in groep
7 en 8 van het basisonderwijs en de brugklas van het voortgezet onderwijs in
Delft.
Dit werk zal in 2006
op dezelfde wijze worden voortgezet.
Sinds eind 2004 is
Halt meer betrokken bij het signaleringsoverleg vanwege hun kennis van jongeren
en overlast. De Halt verwijzingen en afdoeningen worden door Justitie
gefinancierd.
1.2 Geweld
Binnenshuis
1.3 Veelplegers,
verslaafden
Veelplegers, ook wel genoemd
“draaideurcriminelen” zijn personen die veelvuldig strafbare feiten plegen, die
volharden in hun crimineel gedrag en die daardoor stelselmatig met de politie
in aanraking komen. Het aantal delicten gepleegd door veelplegers vormt nog steeds een groot en urgent probleem. Het
gaat hier met name om woninginbraak, fietsdiefstallen, diefstallen uit/vanaf
auto, winkeldiefstallen en zakkenrollerij. Hoewel het om een beperkte groep
criminelen gaat en doorgaans om relatief lichte delicten, geven die delicten
door hun veelheid grote overlast voor burgers en bedrijven.
Een hoog percentage van de veelplegers is verslaafd en heeft daarnaast te maken met diverse sociaal maatschappelijke problemen. Hier spelen verschillende belangen: Het belang van de burger, die in een veilige stad wil wonen en het belang van de verslaafde veelpleger met verschillende hulpvragen, die al dan niet onder dwang of drang uit z’n misère moet komen. Een doeltreffende aanpak van deze problematiek vergt een integraal beleid gericht op preventie, vervolging, zorg en maatschappelijk herstel. Aan al deze aspecten is aandacht besteed in de nota maatschappelijk herstel veelplegers van 13 oktober 2004 (kenmerk 467636). In 2005 heeft een veelpleger het traject bij Parnassia afgerond en aan het eind van het jaar zal zeer waarschijnlijk een tweede veelpleger het traject ingaan. Voor 2006 is geld beschikbaar voor 2 plaatsen waardoor 4 mensen kunnen deelnemen.
Er vindt nauwe samenwerking plaats tussen politie, Openbaar Ministerie, verslavingsreclassering en de sociale dienst.
In de tweede helft van 2005 zal een voorstel worden gemaakt voor 2006 en verder waarbij ook de keten beschreven wordt en de eerste gegevens van de aanpak in 2005.
Trekker: Beleid en Projecten
Partners: Intern: Leefbaarheid (Veiligheid)
Extern:
Politie, Parnassia, Reclassering, OM
Doel: ervoor zorgen dat
slachtoffers van een misdrijf of van huiselijk geweld op een adequate manier
worden opgevangen.
2.1 Bureau slachtofferhulp
De slachtoffers van alle
misdrijven en verkeersdelicten worden benaderd door het bureau slachtofferhulp
waar vrijwilligers bij het verwerken hiervan ondersteuning bieden. Door de
slachtoffers wordt dit als zeer positief ervaren. Jaarlijks wordt een subsidie
aan het bureau slachtofferzorg gegeven deels voor de opvang van reguliere
slachtoffers, deels voor de opvang van toeristen die slachtoffer zijn. In 2006
wordt ingezet op een verbetering van de communicatie en voorlichting aan
jongeren over de mogelijkheden van slachtofferhulp. Bureau slachtofferhulp
werkt aan een activiteitenplan hiervoor. In 2005 is verkennend gesproken met
slachtofferhulp over de cijfers met betrekking tot de hulp aan toeristen. Het
aantal geholpen toeristen blijft achter bij het gestelde streefcijfer. In 2006
wordt ingezet op een verbetering van de communicatie en voorlichting aan
toeristen over de mogelijkheden van slachtofferhulp.
2.2 Slachtoffers geweld binnenshuis
De Delftse aanpak is in 2005 verbreed naar de Westland- en Oostlandgemeenten, vanuit de
positie van Delft als centrumgemeente vrouwenopvang. Er wordt gebruik
gemaakt van de stimuleringsregeling
Advies- steunpunten huiselijk geweld van het Ministerie van VWS, zodat het
bestaande Advies- en Meldpunt voorzien kon worden van casemanagement en
uitgebreid is naar de regio DWO.
In 2005 wordt gestart met een monitor OGGZ, waarvan
huiselijk geweld een onderdeel uitmaakt. Verder wordt in 2006 beleid ontwikkeld
op het gebied van ouderenmishandeling.
Zie verder onder paragraaf 3.2.
Trekker: Beleid en Projecten
Partners: Intern: Leefbaarheid (Veiligheid)
Extern:
Kwadraad, VOZH Ricardis,, GGZ-Delfland, Politie Delft/Haaglanden,
Bureau
slachtofferhulp, De Waag, Bureau jeugdzorg, GGD, AMK, Vrouwengezondheidscentrum
DWO
2.3 Eer
gerelateerd geweld
Vanaf oktober 2004
zijn politie Haaglanden en politie Zuid-Holland-Zuid gestart met een pilot gericht op eer gerelateerd geweld.
De volgende zaken hebben
aandacht gehad in de eerste periode van de pilot.
Er is een helpdesk
ingericht betreffende eer gerelateerd geweld. deze helpdesk wordt frequent
geraadpleegd door politie vanuit het hele land, er is een checklist eerwraak
gemaakt en geïntroduceerd. Vanuit de politie is voorlichting verzorgd zowel
binnen als buiten de politie. Met de lokale instellingen is een aantal malen al
overlegd over het waarborgen van de veiligheid van potentiële slachtoffers die
daar verblijven. Een van de aandachtspunten is het onderzoeken van
mogelijkheden voor het afschermen van de identiteit. De pilot loopt door in
2006. Waar mogelijk wordt aangesloten
bij het huidige beleid met betrekking
tot huiselijk geweld.
Vanuit de gemeente
volgen Beleid en Projecten en Leefbaarheid (Veiligheid) de pilot.
3. Handhaving
Bij handhaving kan
het gaan om de strafrechtelijke en de bestuursrechtelijke handhaving. Op
gemeentelijk niveau gaat het wat de openbare ruimte betreft, vooral om
handhaving van algemene regelgeving uit de APV en overige gemeentelijke
verordeningen bijvoorbeeld Afvalstoffenverordening. Hier zijn met diverse partners werkafspraken
gemaakt over wie wat doet en wat het beoogde doel is
Jaarlijks wordt er
een handhavingsprogramma opgesteld dat uitgaat van themagericht handhaven, het
programmeren van handhavingstaken (plan-do-check-act) en handhaven op basis van
prioriteiten. Dit handhavingsprogramma wordt tegelijkertijd met dit werkplan
aan het college aangeboden.
In 2006 bestaat dit
uit twee delen:
1. Gebouw en Gebruik, het gaat hier om de veiligheid en
het gebruik van gebouwen en inrichtingen (o.a. constructie, gebruiksvergunning,
exploitatievergunning) en het naleven van milieuwetgeving in inrichtingen;
2. Openbare Ruimte:
de taken hebben betrekking op:
Coördinatie, structurering en professionalisering van de
handhavingstaken onder 2 genoemd vindt onder meer plaats in het Integraal
Handhavingsoverleg Openbare Ruimte, waaraan reiniging, TOR (handhaving en
toezicht), politie en wijkzaken deelnemen
Trekker: Handhavingsregisseur
Partners voor Gebouw en Gebruik:
Intern:Milieutoezicht,
Bodem, Bouw- en Woningtoezicht, Monumentenzorg en Bouwkwaliteit, TOR
(Vergunningen en Ontheffingen)
Extern:
Brandweer, Politie
Partners voor Openbare Ruimte:
Intern: Wijkzaken, Leefbaarheid (Veiligheid), TOR (Toezicht en
Handhaving), Reiniging
Extern: Politie
Hennepteelt
In de ons omringende gemeenten wordt de komende periode veel aandacht
besteed aan de aanpak van illegale hennepteelt. Ook Delft zal in 2006 bezien of
met de betrokken partners zoals energieleveranciers en woningbouwcorporaties
dit probleem integraler kan worden aangepakt. Daarbij moet ook gekeken worden
naar de rol van de grow shops hierin.
Trekker: Leefbaarheid (Veiligheid)
Partners: intern: TOR (Vergunningen en Ontheffingen)
Extern; Energieleveranciers, Woningbouwcorporaties, Politie
4. Jongeren
Bij het thema veiligheid en jongeren komen de drie volgende vragen naar
voren:
4.1 Jongeren
met grensoverschrijdend gedrag
Doel is om deze
jongeren zo snel mogelijk weer uit de overlast situatie te krijgen
4.1.1 Het
interventieteam/signaleringsoverleg
Doel van dit project
is de overlast van groepen jongeren terug te dringen (of te voorkomen) door het
ontwikkelen van activiteiten met/voor de groep als geheel en/of verwijzing van
individuen naar de zorginstellingen en hulpverlening. Centraal in de aanpak
staat het signaleren en nader onderzoeken van de overlast en vervolgens bepalen
van een aanpak. Het interventieteam bestaande uit politiefunctionarissen en een
ambulant jongerenwerker doet het onderzoek. De inzet van het interventieteam
wordt mede bepaald in het signaleringsoverleg waarin o.a. vertegenwoordigd
zijn: gemeente, politie, verslavingszorg, BWD, voortgezet onderwijs, Halt en
jeugdzorg. In 2005 is gebleken dat er minder hinderlijke en overlastgevende
groepen zijn. De groepen die er zijn verplaatsen zich ook regelmatig. In een
enkele groep ligt een sterke nadruk op genotmiddelengebruik. In 2006 moeten
over de aanpak hiervan betere afspraken komen met Parnassia. Parnassia heeft
inmiddels een aandachtsfunctionaris voor jongerenproblematiek benoemd. In 2006
zullen minimaal 6 groepen gevolgd zijn en moet er ook meer over de individuen
in de groep bekend worden. Hierbij kan ook gebruik worden gemaakt van de
expertise die wordt opgedaan in het onderzoek dat in 2005 wordt afgerond naar
alle minderjarige daders in Delft. De
uitkomsten hiervan zijn ook input voor de college onderhandelingen 2006
Overigens is in 2005
gebleken dat er momenten zijn waarop conflicten/wrijvingen ontstaan tussen
jongeren en anderen/bewoners op basis
van wat het best omschreven kan worden als botsende leefstijlen. Het starten
van een vorm van buurtbemiddeling bij dergelijke groepsconflicten kan hier
mogelijk effectief zijn. In 2006 wordt dit verder onderzocht.
Verder is gebleken
dat in de aanpak van de overlast van deze groepen de flexibele en
outreachende inzet van sport, spel en
cultuur en de daarbij horende activiteiten van groot belang is.
Trekker
signaleringsoverleg: Politie
Partners Intern: Wijkzaken, Leefbaarheid (Veiligheid
en Jongerenloket)
Extern: Bureau jeugdzorg, BWD, Scholen VO, Halt, JIP,
Parnassia
Trekker
interventieteam: Leefbaarheid (Veiligheid)
Partners extern:
Politie, BWD
4.1.2 Jeugdige
daders
Jeugdige daders
worden, waar dat gelet op de ernst van het delict nog mogelijk is, deels naar
Halt doorverwezen. Voor Delft zijn dat er 46 geweest in 2004. Verder wordt in de tweede helft van 2005
onderzoek gedaan naar alle jongeren tussen de 12 en 23 die een proces verbaal
hebben gekregen. Het gaat hier om ruim 400 dossiers.
Het onderzoek richt zich op de volgende zaken:
q Bekendheid van deze daders bij het
Jongerenloket voortijdig schoolverlaten waarin leerplicht RMC en sociale dient
nauw met elkaar samenwerken.
q Naar de inhoud van de dossiers en
naar wat de ketenpartners hebben gedaan met de betrokken jongere. Als er nog
niets is gebeurd wordt een gesprek gearrangeerd met de ketenpartner en een
probleemeigenaar vastgesteld.
q Tenslotte wordt gekeken naar de
totale keten en waar problemen en kansen liggen in Delft.
Op het moment van schrijven van dit werkplan is dit onderzoek in volle
gang. In 2006 zullen we de resultaten gebruiken in de aanpak van jeugdige
daders. En zal ook de raad geïnformeerd
worden over de uitkomstenen aanbevelingen.
Daarnaast wordt het
Bastaproject voortgezet en is er vanuit de gemeente Delft de inzet om in
overleg met het O.M. het project Beginnend Verzuim samen met Halt Haaglanden
vorm te geven
Basta; achtergrond aanpak schoolverzuim.
Het bestrijden en voorkomen van schoolverzuim door leerplichtige
leerlingen heeft de afgelopen jaren steeds meer politieke en maatschappelijke
aandacht gekregen. De belangstelling vloeit voort uit het gegeven dat
(veelvuldig) schoolverzuim veelal een eerste indicatie vormt voor voortijdig
schoolverlaten van jongeren in een later stadium. Voortijdig schoolverlaten en
het ontbreken van startkwalificaties vergroten vervolgens het risico dat
jongeren de aansluiting met de arbeidsmarkt verliezen en op zoek gaan naar
andere (illegale) methoden van inkomensverwerving. Schoolverzuim kan als
zodanig een signaal zijn voor (toekomstig) crimineel gedrag van jongeren.
Bij ongeoorloofd schoolverzuim door een leerplichtige
jongere dient de school hiervan melding te maken bij het Bureau Leerlingzaken,
m.n. de leerplichtambtenaar van de gemeente Delft. Indien na onderzoek en
overleg met de jongere, ouders en school naar voren komt dat interventies niet
het gewenste resultaat hebben, zal de leerplichtambtenaar, in het kader van de
leerplichtwet, een proces-verbaal tegen de jongere en/of ouders opmaken.
Justitie kan in bovenstaande gevallen overgaan tot het
opleggen van een leerstraf Basta. De leerstraf Basta werkt vanuit het
competentie model gericht op het aanleren van sociale vaardigheden in groeps-
en individuele trainingen. Leerstraf Basta beslaat 60 uren verdeeld over 3
weken. Na de 3 weken Basta volgt een verdere oriëntatie van 10 weken op
scholing.
Op jaarbasis komen 20
jongeren in aanmerking voor Basta.
Vanuit Basta en Halt
komen analyses die weer gebruikt kunnen worden voor preventief beleid.
Trekker Bastaproject: Jongerenloket voortijdig
schoolverlaten.
Partners: extern: Raad voor de
Kinderbescherming, Openbaar Ministerie, J.C.Pleysierschool, Afdeling reclassering van het Leger des Heils,
Samenwerkingsverband V.O.- SVO, BJZ.
In 2005 is er in samenwerking met het OM onderzocht of
beginnend schoolverzuim middels een Halt afdoening kan worden bestreden. Vanuit de gemeente Delft is de inzet voor 2006 om in overleg
met het O.M. het project Beginnend Verzuim samen met Halt Haaglanden vorm te
geven.
In beginsel zullen er 20 Delftse jongeren op jaarbasis in
aanmerking kunnen komen voor deze werkwijze.
Trekker
Halt-schoolverzuim:
Jongerenloket voortijdig schoolverlaten.
Partners: Extern: Openbaar
Ministerie, Scholen (S).V.O. , Halt Haaglanden.
4.2.1
Veiligheidsbeleving jongeren
Doel is dat jongeren
zich veilig voelen op de plekken waar zij komen en op hun weg daar naar toe
bijvoorbeeld bij het uitgaan of het deelnemen aan het verkeer.
4.2.1 Veilig recreëren
zie punt 5.1 tot en met 5.4 van
paragraaf 5 veiligheid en vrije tijd
4.2.2 Veilig Uitgaan
zie punt 5.5 van paragraaf 5 veiligheid
en vrije tijd
4.2.3 Geweld
binnenshuis
Het gezin waarin
jongeren opgroeien moet een veilige structuur bieden aan kinderen. Toch zijn er
altijd jongeren die slachtoffer worden
van huiselijk geweld of getuige daarvan zijn. Deze jongeren moeten worden
opgevangen en moeten hun verhaal kwijt kunnen. Bij de systeemgerichte aanpak van huiselijk geweld is veel aandacht
voor de kinderen. Meldingen van kindermishandeling worden opgenomen met het AMK
of politie. Bureau Jeugdzorg en het AMK zijn betrokken bij een interventieteam
tbv kinderen als toeschouwer (convenant Kindspoor). GGZ-Delfland is een
programma gestart tbv kleine kinderen als toeschouwer. Ricardis biedt ambulante
hulpverlening in het gezin. Zie ook 2.2
4.2.4
Veilige school
Jongeren
moeten hun school als veilig ervaren. Daarom is er het project De Veilige
School. Dit project is opgenomen in het onderwijsbeleidsplan 2005 – 2009. In 2005 heeft een onderzoek
plaatsgevonden naar de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel op alle
locaties van de 3 VO scholen in Delft. Dit onderzoek vormt de basis voor de
prioriteiten waaraan de komende jaren gewerkt gaat worden. Deze prioriteiten
zijn onder andere hangjongeren en digitale vormen van pesten. Verder zal er ook
in 2006 een studiedag worden georganiseerd. Het thema is afhankelijk van de
gekozen prioriteiten en zal door de contactgroep Veilige School worden
uitgewerkt.
Trekker: Directie van het Stanislascollege
Partners: Intern: Leefbaarheid (Veiligheid,
Jeugd en Brede School, VBO)
Extern:
Politie, Hoofdcoördinatoren veiligheid van de drie scholen voor VO, Onderwijs
Advies
4.2.5
Kinderen veiliger door Delft
Kinderen
en jongeren moeten op een veilige wijze naar school kunnen gaan en van school
naar BSO, sport etc. Ook moeten kinderen eerder zelfstandig aan het verkeer
kunnen deelnemen als voetganger of fietser.
Daartoe is een groot project opgezet waarbij de coördinatie ligt bij het
vakteam mobiliteit. Twee deelprojecten hieruit zijn veilige schoolomgeving en
schoolroutes en kindlint. Voor het eerste project zijn 3 scholen benaderd voor
een pilot. In 2006 zullen de maatregelen die in het convenant met de scholen
zijn geformuleerd worden uitgevoerd. Hierbij gaat het niet alleen om de aanleg
van infrastructuur, maar ook om gedragscampagnes en voorlichting. Vanuit het
deelproject kindlint zijn er voorstellen om in Delft te beginnen met onderdelen
van een kindvriendelijk netwerk in twee wijken. Hiervoor zullen in 2006 een
groot aantal concrete maatregelen worden uitgevoerd. Vanuit leefbaarheid wordt
aan het hele project bijgedragen o.a. in de kosten en contacten met scholen,
BSO’s en kinderopvang. Voor acties en doelstellingen zie het project Kinderen
veiliger door delft notanummer 416697.
Trekker: Mobiliteit
Partners:
Intern: Wijkzaken,
Leefbaarheid (Jeugd en Brede School, Veiligheid, VBO)
Extern: Politie, POV-Zuid-Holland, Stadsgewest Haaglanden,
Onderwijsadvies, 3VO, Octopus, Scholen, Ouders en Kinderen
4.3
Preventie
Doel is om te voorkomen dat jongeren in de criminaliteit
terecht komen.
Precies op dit punt van preventie komen het programma jeugd en brede school en het programma
veiligheid zeer dicht tegen elkaar aan.
Om de doelstelling te realiseren wordt vanuit preventief oogpunt de afstemming
onderwijs- (jeugd)hulpverlening voor jeugdigen en jongeren
gerealiseerd middels een drietal
‘eerste-lijns-knooppunten” :
Bij het Jongerenloket RMC Voortijdig schoolverlaten kunnen
jongeren tot 23 jaar terecht voor advies en trajectbegeleiding richting
onderwijs, werk en hulpverlening. Tevens wordt de uitvoering van de Wet Werk en
Bijstand (WWB) voor jongeren tot 23 jaar in het jongerenloket uitgevoerd.
De missie van het Jongerenloket RMC Voortijdig
schoolverlaten is
“ Alle jongeren van 16 tot 23 jaar uit Delft op school of
aan het werk”.
De gemeentelijke visie met betrekking tot het Jongerenloket
RMC Voortijdig schoolverlaten
wordt gerealiseerd:
-
door intensieve begeleiding, middels integraal
casemanagement worden jongeren die dit niet uit zich zelf behalen alsnog
begeleid naar een opleiding die tot
startkwalificatie leidt
-
er is maximum inzet op een duurzame plaatsing op een
werkplek waarbij het behalen van een startkwalificatie voor werk gaat tenzij
een startkwalificatie niet haalbaar is.
-
Jongeren die niet in staat zijn een startkwalificatie te
halen worden begeleid naar het hoogst haalbare niveau op de arbeidsmarkt, dan
wel passende hulpverlening.
-
De uitkeringsverstrekking voor jongeren wordt met ingang van
2005 binnen het Jongerenloket
uitgevoerd.
-
Alle jongeren tussen 16 tot 23 jaar die ondersteuning
behoeven in onderwijs/zorg/werk vallen onder de doelgroep.
In 2004 zijn in
totaal 361 voortijdige schoolverlaters in begeleiding genomen.
Vanaf 2005 worden hierbij de 160 jongeren met een uitkering
in begeleiding genomen.
|
2002/2003 |
|
|
2003/2004 |
|
Uitstroom |
aantal |
% |
|
aantal |
% |
Onderwijs |
135 |
47% |
|
155 |
43% |
Werk |
69 |
24% |
|
90 |
25% |
Werken/
leren |
42 |
15% |
|
67 |
18% |
Overig
(detentie, ziekte, hulpverl.) |
40 |
14% |
|
49 |
14% |
Totaal |
235 |
100% |
|
361 |
100% |
Gegevens over het afgelopen schooljaar 2004-2005 waren op
het moment van schrijven van dit plan nog niet beschikbaar. Medio december 2005
worden deze gegevens bekend middels het Jaarverslag Bureau Leerlingzaken.
Trekker: Leefbaarheid
(Jongerenloket RMC Voortijdig Schoolverlaten)
Partners: intern;
Leefbaarheid (Jeugd en Brede School) WIZ (SDV en B&P)
extern:
BWD, Scholen (Zorgteams, Brede School,) Politie, Jeugdzorg,
Samenwerkingsverband
V.O./SVO.
5. Veiligheid en
vrije tijd
Dit is een nieuw hoofdthema dat niet op deze wijze voorkomt in de nota IVB. Het bestaat deels uit projecten die al in de nota IVB staan en deels zijn het nieuwe projecten of projecten die hier goed inpassen.
Doel: ervoor zorgen dat
de burgers en bezoekers van Delft veilig kunnen recreëren.
5.1 Veiligheid
recreatiegebied Delftse Hout:
Binnen het platform
Delfts Hout (ondernemers en belanghebbenden) en met collega’s is afgesproken
dat er een beheerplan Delftse Hout komt. Veiligheid zal hierbij ook een item
zijn. De stadstoezichthouders hadden een algemene surveillance taak in de
Delftse Hout. In 2005 is deze aangevuld met surveillance en handhaving door de
controleurs. Het College dient nog te besluiten over de inzet van de
stadstoezichthouders en de controleurs in 2006. Dit voorstel is verwerkt in het handhavingsprogramma 2006 die gelijktijdig
met het werkplan IVB 2006 aan het college wordt aangeboden. Verder wordt er in
2006 onderzocht of de Delftse Hout deel kan uitmaken van een regionaal
samenwerkingsverband. Ook zal er worden voorzien in een gebiedsmanager Delftse
Hout bij de sector leefbaarheid
Bijdrage van
beleidsadviseur integrale veiligheid en participatie van de politie
5.2 Veiligheid
en sportparken:
In 1997 heeft een
rapportage plaatsgevonden over veiligheid en bereikbaarheid van sportparken.
Deze rapportage is in 2005 geactualiseerd, waarbij ook de nieuwste inzichten op
het gebied van fysieke en sociale veiligheid, o.a. vastgelegd in het
Politiekeurmerk Veilig
Wonen zijn betrokken. In 2005 is daarbij gekeken naar Sportpark Brasserskade en
sportpark Pauwmolen in verband met herinrichting van de openbare weg bij beide
parken. Halverwege zal een ontwikkelingsvisie voor het sportpark Brasserskade
gereed zijn.
Trekker: Projecten
Werkgroep: mobiliteit,
leefbaarheid (sport, veiligheid), vastgoed, RO, milieu, sportbedrijf
5.3 Veilig
uitgaan
5.3.1 Werkgroep
veilig uitgaan in de commerciële horeca
In 2004 is de
werkgroep veilig uitgaan in de commerciële horeca onder leiding van Joost
Verhoeff gestart. De werkgroep heeft in 2004 gewerkt aan het herzien van het
hoofdstuk “veilig uit” van de horecamap. Deze tekst is nog niet gereed omdat de
uitkomsten van het onderzoek (Quick Scan) naar genotmiddelengebruik (zowel
alcohol als drugs) onder jongeren in Delft nog verwerkt moeten worden in dit
nieuwe hoofdstuk. De afronding van de quick scan heeft pas in september
plaatsgevonden. Geprobeerd wordt nog om in het eerste kwartaal van 2006 dit
hoofdstuk gereed te hebben. Op basis van de nieuwe afspraken zal dan een
convenant worden ondertekend.
Trekker: Vertegenwoordiger namens Koninklijke
Horeca Nederland, afdeling Delft
Partners: Intern:
TOR (Vergunningen en Ontheffingen), beleid en projecten, Leefbaarheid
(Veiligheid)
Extern:
Politie, Brandweer
In 2005 vindt, binnen het kader van de projectgroep
non-commerciële horeca, een evaluatie plaats van de
regelhandhaving gericht op alcoholgebruik binnen een aantal niet-commerciële
gelegenheden waar met name jongeren
komen. De resultaten van de Quick Scan,
zoals hierboven beschreven zullen ook gebruikt worden voor deze werkgroep non
commerciële horeca. Doel is, om op basis van de feiten, in 2006 te komen tot
een plan van aanpak veilig uitgaan in de
non-commerciële horeca waar alcoholmatiging deel van uit zal maken. Deze
werkgroep zal aansluiten bij initiatieven die er al zijn tegen teveel drank in
introductie ontgroeningweken en in sportkantines.
Trekker: Leefbaarheid
Partners: Intern:
Leefbaarheid (VBO, Veiligheid), Sportbedrijf, TOR (Vergunningen en
Ontheffingen)
Extern: Sportraad, Parnassia, Studentenverenigingen, BWD,
Politie, Scouting, Brandweer
6. Wijkveiligheid
In het kader van het
veiligheidsbeleid is een aantal projecten gericht op het verbeteren van de
veiligheid in de wijken. Doel is dat bewoners veilig en zonder ernstige
overlast kunnen wonen, verblijven en rondgaan in hun wijk en in de stad.
Tot 2007 wordt door
middel van een bon in de Stadskrant/oproep op de wijkwebs een inventarisatie
gemaakt van wat bewoners “enge plekken” noemen. Op basis van de inventarisatie
die in 2006 wordt gehouden zullen 21 plekken nader bekeken worden op basis van
het Politiekeurmerk Veilig Wonen. Ook wordt dan bepaald of er met beperkte
maatregelen op gebied
van verlichting of groen maatregelen kunnen worden genomen waardoor de
“engheid” afneemt. Uitvoering van deze maatregelen vindt ook zoveel mogelijk
plaats in 2006.
Trekker: Leefbaarheid (Veiligheid)
Partners: Intern: Wijkzaken, Mobiliteit, Groen
Extern: Politie
6.2 (sociale)
Veiligheid in herstructureringsprojecten
Het gaat om het op orde houden van een wijk vooruitlopend op en tijdens de herstructureringsprocessen die in de wijk plaats gaan vinden. Veiligheid wordt hierbij betrokken en adviseert hierbij. Het gaat met name om de herstructureringsprocessen in de Poptahof, Bomenwijk en Wippolder.
6.3 PKVW
Het PolitieKeurmerk
Veilig Wonen® heeft zich in den lande bewezen als instrument om sociaal veilig
te ontwerpen bij nieuwbouw en herstructurering van woongebieden. In 2006 wordt
de nadruk meer gelegd op de toepassing van het PKVW in de beginfase van
projecten. De gemeentelijke ontwerpers hebben in 2005 een cursus PKVW-ontwerpen
gevolgd. Met ontwikkelaars wordt overeengekomen om het PKVW toe te passen en
alle ontwerpen op het gebied van stedenbouwkundige randvoorwaarden , openbare
ruimte, gebouwen en woningen, te (laten) toetsen aan de eisen van het PKVW. Bij
projecten waarvoor het PKVW verplicht is gesteld, kan deze eis alleen worden
geschrapt na goedkeuring door B&W.
Bij
nieuwbouwprojecten is het op deze wijze goed mogelijk zonder een
kostenverhoging het keurmerk PKVW op het totale project te verkrijgen en aan de
bewoners het certificaat PKVW Veilige Woning te verstrekken. Als er in het
ontwerp van de openbare ruimte van nieuwbouwprojecten sprake is van meerkosten
wordt dit aan het college van B&W voorgelegd. In de bestaande bouw past de
gemeente de kostenneutrale eisen van het PKVW toe. Dit zal er toe leiden dat, zonder meerkosten, aan een groter
aantal eisen van het PKVW kan worden voldaan dan voorheen.
De resultaten van
deze aanpak zijn goed meetbaar in de vorm van wel of niet behaalde keurmerken
en certificaten PKVW, wat past in de algemene aanpak van het programma
integrale veiligheid.
Partners: Intern:
Monumentenzorg en Bouwkwaliteit, Groen, Ingenieursburo, Projecten
Ongewenste graffiti ontsiert het straatbeeld en draagt bij
aan gevoelens van onveiligheid in Delft. De gemeente verwijdert al graffiti van
beelden, diverse gemeentelijke gebouwen en monumenten en bij racistische leuzen
zelfs binnen 24 uur. In 2005 is
onderzoek gedaan naar de kosten van het graffitivrij maken van heel Delft. Voor
het verwijderen van illegale graffiti is veel geld nodig en de prioriteit in de
geldbesteding is in 2005 anders komen te liggen. Wel is vanuit
veiligheidsbeleid en de wijkgerichte aanpak gekeken naar een stadsbrede aanpak
waarbij zoveel mogelijk gemeentelijken eigendommen in de openbare ruimte worden
aangepakt. Dit gebeurt in november en december 2005. En dit zal, gelet op de
beschikbare financiën, op bescheiden schaal in 2006 worden voortgezet.
Daarnaast is in
2005 gebleken dat bewoners tunnels als “enge plek” ervaren. In 2006 wordt
gekeken naar een aan pak hiervan. In de tunnels is ook wildplakken een groot
probleem. Hiertoe wordt nu gewerkt om in de APV een aanpassing te maken om ook
de opdrachtgever van het plakkaat strafbaar te stellen. Om handhaving mogelijk
te maken zullen ook nog andere maatregelen moeten worden getroffen. Hier zal
ook in 2006 aan gewerkt worden.
Uitgangspunt
hierbij is wel dat de huidige legale plaatsen blijven bestaan.
Trekker: Leefbaarheid
(Veiligheid)
Partners: Intern:
Wijkzaken, Civiel, CKE, Reiniging, Handhaving. Vastgoed
6.5 Keurmerk
Veilig Ondernemen
In 2005 heeft winkelcentrum ‘in de Hoven” het certificaat veilig ondernemen behaald.
Afspraak is dat in 2006 de maatregelen in het plan van aanpak worden aangepakt
door de betrokken partners
Voor het zuidelijk deel van de binnenstad is naar aanleiding
van een bijeenkomst met ondernemers in december 2004, in 2005 onderzocht of het
mogelijk is om het KVO daar stapsgewijs
in te voeren. Dit bleek toen niet te lukken. Voor 2006 wordt gekeken of toch
met een deel van de binnenstad kan worden begonnen. Een en ander is ook
afhankelijk van de initiatieven van de ondernemers aldaar. Daar moet draagvlak
zijn voor een dergelijk project.
Trekker: Voor in de Hoven: Servicecentrum
Bedrijven en Leefbaarheid (Veiligheid) en na mei 2006 de ondernemers
Voor de
binnenstad, in eerste instantie gemeente en vervolgens de partners
Partners: Ondernemers,
Kamer van Koophandel, Politie, Brandweer
6.6 Jong
en Oud in de wijk
In zowel de
wijken Wippolder, Voorhof, Vrijenban en Buitenhof zijn in 2004 en 2005 onderzoeken gedaan naar de veiligheidsbeleving
van ouderen door de SOD. In 2006 zullen in Hof van Delft/Voordijkshoorn en
Tanthof deze onderzoeken worden gedaan. Deze onderzoeken zullen leiden tot
aanbevelingen waarmee verder kan worden gewerkt. Ook zal de BWD flankerend
hieraan in 2006 in het kader van het
project de straat maak jezelf dat gericht is op jongeren in deze wijken
initiatieven nemen.
Trekker Ouderen en veiligheid: Stichting Ouderenwerk Delft
Trekker De straat maak jezelf: Brede Welzijnsorganisatie Delft
6.7 Fietsdiefstal
Het onderwerp fietsdiefstal wordt opgepakt in een groot
aantal gemeentelijke projecten. Voorbeelden hiervan zijn:
bewaakt fietsenstalling in Zuidpoort (3e kwartaal
2006), kluisjes bij station zuid. Ook is er de
realisatie van fietsklemmen waar fietsen aan vastgemaakt kunnen worden
en vervanging van oude fietsklemmen. Eind 2005 gebeurt dit met name in de
binnenstad. In 2006 vindt uitbreiding en vervanging in andere wijken plaats.
Daarnaast zal in 2006 gekeken worden naar de relatie tussen Delft kennisstad en
het tegengaan van fietsdiefstal.
De aanpak van fietsdiefstal ligt in eerste instantie bij
mobiliteit dat daarbij ondersteund wordt door Leefbaarheid (veiligheid),
politie Haaglanden.
6.8 Vandalisme
In de stuurgroep
Integrale Veiligheid is gekeken naar de effectiviteit van het invoeren van een
vandalismemeter.
Bij een aantal andere
gemeentes is navraag gedaan over de effectiviteit. Hieruit blijkt dat het
registreren van de gegevens extra tijd vergt en tot nu toe geen meetbare
effecten heeft opgeleverd.
Verder vergt het
invoeren van een vandalismemeter in Delft veel extra capaciteit omdat het huidige systeem van registreren
van beschadigingen geen onderscheid maakt tussen vandalisme of bijvoorbeeld
aanrijdingen, weersinvloeden of afloop levensloop.
Omdat de aanpak van vernieling en vandalisme geen landelijk- en ook geen lokaal speerpunt is in het integraal veiligheidsbeleid wordt in 2006 geen verder onderzoek gedaan naar het invoeren van de vandalismemeter. Wel is vandalisme aandachtspunt bij de uitwerking van verschillende thema’s binnen het werkprogramma Integraal Veiligheids Beleid.
7. Stationsgebied
Doelstelling van het project Veilig verkeren op en rond station Delft is:
De projectfase van de aanpak stationsgebeid is bijna
afgerond. Op dit moment wordt er naar gestreefd om eind 2005 een handhaving en
een beheersconvenant te laten tekenen door de verschillende partijen.
De gemeenteraad is in 2005 akkoord gegaan met het plaatsen
van camera’s in het stationsgebied. In het najaar van 2005 zal de aanbestedingsprocedure
worden afgerond en in het voorjaar van 2006 zal plaatsing en oplevering moeten
plaatsvinden. Ten behoeve van de technische kant van de aanbesteding,
begeleiding en oplevering is een extern adviseur aangetrokken.
Daarnaast zal in voorjaar 2006 het onderzoek naar de
veiligheidsbeleving in het stationsgebied worden herhaald, zodat gemeten kan
worden of gebruikers meer tevreden zijn dan in 2004.
Met de bouw van de
spoortunnel in het verschiet lijkt het project Veilig Verkeren op en rond station
Delft een nieuwe dimensie te krijgen. Het nu op orde hebben van diverse
prioriteiten maakt dat ten tijde van de planvorming, voorbereiding en
feitelijke bouwperiode de uitgangspunten voor schoon, heel en veilig als
uitgangspunt voor het reizigersgebied kunnen worden gewaarborgd.
Trekker: Leefbaarheid (veiligheid)
Partners: Intern: TOR (handhaving en
toezicht), Mobiliteit, Wijkzaken, Stadsbeheer
Extern: Politie, NS, KLPD, Connexion,
Prorail
8. Oud en Nieuw
Doel: een
jaarwisseling zonder al te grote incidenten.
Het is in het belang
van Delft en haar inwoners dat de oud en nieuw periode zo veilig en prettig
mogelijk verloopt. Daarvoor is inmiddels een netwerk en de nodige expertise
opgebouwd. Elk jaar is er een stuurgroep onder leiding van de programmanager
Integraal
veiligheidsbeleid die
een draaiboek opstelt en zorgt voor een doorwerking van dit draaiboek
in de eigen
organisatie. Na oud en nieuw vindt een evaluatie plaats waarna het draaiboek
weer wordt aangepast.
Trekker: Leefbaarheid
(Veiligheid)
Partners: Intern: Wijkzaken, Stadsbeheer, Communicatie, TOR
(Handhaving en Toezicht)
Extern: BWD, Politie, Brandweer
9. Beheerssituatie dagopvang voor daklozen en verslaafden
Dienstencentrum
Over De Brug biedt dagopvang en begeleiding aan daklozen en verslaafden. Een
deel van de doelgroep zorgt soms voor overlast. Daarom zijn afspraken gemaakt
over regels en toezicht binnen het pand en de omgeving. Binnen het pand geldt
een huisregelprotocol. Zo is het verboden drugs en alcohol te gebruiken of te
verhandelen en wordt fysieke en verbale agressie gevolgd door een schorsing.
Het ACT team van GGD-Delfland en Parnassia, gericht op outreachende zorg aan
zorgmijdende- en overlastgevende verslaafden met psychiatrische problematiek
verleent enkele malen per week ter plaatse zorg en consultatie.
De overlast
rond het pand bestaat overwegend uit rondhangen en alcoholgebruik op straat.
Sinds 2004 geldt een alcoholverbod in de omgeving van de locatie. Er zijn
afspraken gemaakt met politie, wijkcoördinator, stadstoezicht en
Dienstencentrum Over De Brug over het tegengaan van overlast. De afspraken
worden regelmatig geëvalueerd en geactualiseerd aan de hand van nieuwe
omstandigheden, zoals bijvoorbeeld de bouw van de nieuwe parkeergarage aan de
Koepoortstraat. De beheerafspraken blijven van kracht tot de verhuizing naar de
nieuwe locatie voor de dagopvang aan de Surinamestraat 1.
In 2006 zal
de gemeente, in samenspraak met omwonenden, bedrijven, politie, scholen,
Dienstencentrum Over De Brug en andere betrokken partijen verder werken aan een
beheerplan voor de nieuwe locatie aan de Surinamestraat 1.
Trekker: Beleid en Projecten
Partners: Intern: Wijkzaken, TOR (Handhaving
en Toezicht)
Extern: Dienstencentrum Over De
Brug, Politie, HTM
10. Radicalisering
In de
afgelopen tijd is er vanuit de landelijke politiek veel aandacht besteed aan
dreiging/terrorisme.
-
boek
van jawah tot jihad van de AIVD
-
brief
vanVerdonk aan Tweede Kamer
-
brief
van Donner aan Tweede Kamer
Daarnaast
heeft ook de korpschef Haaglanden aandacht gevraagd voor dit onderwerp in brief
van juli 2005. Hij geeft tevens aan dat
het onderwerp ook de aandacht vraagt van het regionaal college.
Uit alle
stukken komt naar voren dat er bezorgdheid is over het klimaat in Nederland en
de wijze waarop islamitische allochtonen (en ook anderen) gewonnen kunnen
worden voor de radicale islam. In de stukken komt ook naar voren dat de
gemeente een rol heeft waar het gaat om het tegenhouden/tegengaan van
radicalisering. Daarbij wordt als uitgangspunt gehanteerd dat integratie en
activering voor onze samenleving het beste is. Duidelijk is wel dat dit een
onderwerp is dat veel tijd zal gaan vragen in 2006.
III Ontwikkelingen 2006
In 2006 zullen
gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden. Tevens expireert eind van dat jaar de
nota “naar een veiliger Delft” 2003 – 2006. Dit betekent dat in 2006 gewerkt
zal moeten worden aan een nieuwe kadernota programma integraal
veiligheidsbeleid 2006 – 2010 op basis van het nieuwe college programma en de zich voordoende problematiek in Delft.
IV Personele inzet
Om het programma
veiligheid te kunnen uitvoeren is er het volgende beschikbaar aan personele
inzet vanuit leefbaarheid:
Afhankelijk van de
collegebesluitvorming, waarvoor een voorstel tegelijk met dit werkprogramma in
het college besproken wordt, zal ook de handhavingregisseur hieronder gaan
vallen.
Daarnaast is er
ondersteuning aan het programma elders uit de gemeente te weten
beleidsadviseurs en projectleiders, zoals bij elk project in dit werkprogramma
is aangegeven.
Tenslotte zijn er in
dit programma een drietal externe projectleiders en andere externe adviseurs
betrokken namelijk in het project veilige school, veilig uit en de aanbesteding
en uitvoering cameratoezicht.
V Financiën 2006
verdeling:
Voor 2006 en volgende
jaren er totaal €154.770,- als werkbudget beschikbaar voor veiligheid. Hiervan
is in het onderwijsbeleidsplan 32.500 geoormerkt voor de veilige school.
Daarnaast is € 50.000 structureel voor aanpak van veelplegers/ verslaafden.
Bestedingsplan 2006,
indicatief
Onderwerp |
Uitgaven/toezeggingen
2005 stand van zaken 1 november |
Budget 2006, |
Veiligheid en vrije
tijd |
20.000 |
11.000 |
Alcoholmatiging |
- |
3500 |
Veilige school** |
31.000 |
17.500 en 15.000
(dit laatste bedrag mits scholen VO tezamen € 12.000 investeren) |
Enge plekken |
14.000 |
15.000 |
|
|
- |
Graffitibeleid/tunnels |
15.000 |
15.000 |
KVO |
5.000 |
5.000 |
Stationsgebied |
22.000 |
25.000 |
Oud en nieuw |
28.000 begroot |
28.000 |
Kleinere
projecten/onvoorzien |
16000 |
19.000 |
Subtotaal =
exploitatiebegroting |
151.000 |
154.000 |
|
|
|
Halt* |
23.690 |
23.808 |
Slachtofferhulp* |
31.612 |
31.770 |
Bureau
discriminatiezaken* |
43.000 |
43.250 |
Activiteiten
kerstweek BWD ivm oud en nieuw* |
15.197 |
15.273 |
Ambulant
jongerenwerker* |
50.000 |
50.250 |
Veelplegers* |
15.000 |
54.000 |
subtotaal |
|
218.351 |
|
|
|
totaal |
|
372.351 |
* geoormerkte gelden
** vastgelegd in
onderwijsbeleidsplan dat dit uit werkbudget IVB komt
Voor de
uitvoeringsmaatregelen vanuit Kinderen veiliger door Delft wordt van
leefbaarheid een bijdrage gevraagd in 2006.
Incidenteel is € 336.135,- excl. BTW
voor cameratoezicht stationsgebied beschikbaar.
De uren van
handhaving en toezicht die besteed worden in het stationsgebied zijn
geoormerkt.
De uren van
stadstoezichthouders in 2006 tbv station, oud en nieuw en Delftse Hout, markt,
fietsen, zijn niet definitief omdat ook gewerkt wordt aan de uitstroom van de
stadstoezichthouders. Instroom van stadstoezichthouders binnen TOR is niet meer
mogelijk.
Voor Geweld
binnenshuis loopt de financiering via beleid en projecten.