30 March 2000

naar lijst ingekomen stukken

Bijlage IIa, behorende bij de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling (geldt m.i.v. 1 oktober 1999)

Deze salarisschalen gelden voor:

. degenen die op af na 1 april 1996 worden aangesteld en die direct voorafgaand aan hun aanstelling niet reeds een betrekking vervulden waarvan het salaris was vastgesteld op basis van bijlage II van de CAR;

. personen die op af na 1 april 1996 aansluitend op een oude betrekking waaraan een salaris was verbonden op basis van de oude salarisstructuur een nieuwe betrekking gaan vervullen waaraan een beter salarisperspectief is verbonden in de vorm van een hogere functieschaal.

Bijlage 1 van bijlage IIIa, behorende bij de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling (geldt m.i.v. 1 oktober 1999)

instrumentaal begeleider dans: schaal 5

docent: schaal 8

senior-docent: schaal 9

consulent: schaal 9

Bijlage 2 van bijlage IIIa, behorende bij de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling (geldt m.i.v. 1 oktober 1999)

Burgemeester en wethouders van Delft;

gelet op de resultaten van de onderhandelingen in het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden, neergelegd in het arbeidsvoorwaardenakkoord sector gemeenten 1999-2000;

gelet op de bepalingen van de gemeentewet, van de Ambtenarenwet en van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

gelet op het besluit van de gemeenteraad d.d. 27 mei 1999 (Stuk 89) inzake het opdragen aan hun college van het uitoefenen van de bevoegdheid tot het vaststellen van de bezoldigingsregeling als bedoeld in artikel 3:1 van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

gelet op het overleg in de commissie voor georganiseerd overleg en het advies van de commissie middelen;

besluiten:

vast te stellen de volgende wijziging van de bijlagen, behorende bij de NADERE UITWERKINGSREGELING RECHTSPOSITIE voor het personeel, in dienst van de gemeente Delft (NUR)

De bijlagen A, 1, 2, 3 en 4 worden vervangen door de bij dit besluit behorende bijlagen A, 1, 2, 3 en 4.

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 1999.

Delft,

Burgemeester en wethouders voornoemd,

, voorzitter.

, secretaris.

bijlage A, behorende bij hoofdstuk 3A van de Nadere uitwerkingsregeling rechtspositie

Toelichting:

Ondanks de verkorting van de wachtperioden in de schalen I tot en met 5 van de salarisstructuur, zoals die tot 1 april 1996 gold, resteert er een groep van ambtenaren in het begin van de schalen 2 tot en met 5 die zonder aanvullende maatregelen voor wat betreft het salaris ingehaald zou worden door die personen die op of na 1 april 1996 in dienst treden met een salaris op basis van anciënniteit 0 van dezelfde schaal van de nieuwe structuur (bijlage IIa bij de CAR).

De werknemers onder de oude salarisstructuur die zonder aanvullende maatregelen zouden worden ingehaald door nieuw benoemde werknemers zijn de personen die op 1 april 1996 een salaris hebben op basis van:

schaal 2 anciënniteit 0

schaal 3 anciënniteit 0

schaal 3 anciënniteit 1

schaal 3 anciënniteit 2

schaal 4 anciënniteit 0

schaal 4 anciënniteit 1

schaal 4 anciënniteit 2

schaal 4 anciënniteit 3

schaal 5 anciënniteit 0

schaal 5 anciënniteit 1

schaal 5 anciënniteit 2

 

Door de LOGA-partners is overeenstemming bereikt over een conversietabel waarin specifiek voor deze getroffen groep een versnelde toekenning van periodieke verhogingen is vastgelegd, waardoor een er versnelde doorloop in de oude schaal (bijlage II CAR) ontstaat. Hierdoor wordt voorkomen dat deze groep, wat betreft het salaris, wordt ingehaald door het later in dienst tredende personeel.

De personen buiten de getroffen groep, te weten die personen die op 1 april 1996 een hogere anciënniteit hebben dan de personen uit de zojuist beschreven groep, volgen de systematiek zoals deze is vastgelegd in bijlage II van de CAR.

Bijlage 1, behorende bij het besluit van burgemeester en wethouders van …………… 1999 tot aanpassing van bedragen in verband met de wijziging van de salarissen van ambtenaren bij de gemeenten met ingang van 1 oktober 1999

Salarisbedragen voor die categorieën van personeel, waarvan de bezoldiging niet in hoofdstuk 3A van de Nadere uitwerkingsregeling rechtspositie is geregeld, geldend met ingang van 1 oktober 1999

categorie

vakantiewerkers:

15-, 16- en 17-jarigen ƒ 258,32 per week
7,5866 van max schaal 2 (bijlage IIa CAR)

18- en 19-jarigen ƒ 336,10 per week
9,8706 van max schaal 2 (bijlage IIa CAR)

20, 21- en 22-jarigen ƒ 413,79 per week
12,1523 van max schaal 2 (bijlage IIa CAR)

honorarium Prinsenhofmatinee ƒ 271,55 per keer
3,7235% van max schaal 10a (bijlage IIa CAR)

honorarium Prinsenhofmatinee solo ƒ 380,17 per keer
5,2128% van max schaal 10a (bijlage IIa CAR)

volwassen verkeersbrigadier ƒ 11,18 per dienst
0,3284% van maximum salarisschaal 2 (bijlage IIa CAR)

Bijlage 2, behorende bij het besluit van burgemeester en wethouders van ……………. 1999 tot aanpassing van bedragen in verband met de wijziging van de salarissen van ambtenaren bij gemeenten met ingang van 1 oktober 1999

1. vergoeding voor het verrichten van dienst op de begraafplaatsen

opzichters en grafmakers begraafplaatsen

zaterdagen (gemiddeld 7½ uur)   ƒ 254,21
6,1523% van max schaal 5 (bijlage IIa CAR)

zon- en feestdagen (gemiddeld 3¼ uur) ƒ 125,85
3,0457% van max schaal 5 (bijlage IIa CAR)

normaal weekend ƒ 380,06

2. toeslag voor het verrichten van vuil gevaarlijk werk ƒ 2,47 per uur

0,06648% van max schaal 3 (bijlage IIa CAR)

3. vergoeding voor ambtenaren van de burgerlijke                    ƒ 18,26 per voltrokken
   stand, tevens ambtenaar bij Burgerzaken Bestuursdienst                 huwelijk

4,2046 max. schaal 6 (bijlage IIa CAR)

4. vergoeding voor ambtenaren van de burgerlijke      ƒ 73,02
stand, niet tevens ambtenaar bij Burgerzaken
Bestuursdienst, per voltrokken huwelijk

16,8131% van max schaal 6 (bijlage IIa CAR)

Bijlage 3, behorende bij het besluit van burgemeester en wethouders van …………… 1999 tot aanpassing van bedragen in verband met de wijziging van de salarissen van ambtenaren bij gemeenten met ingang van 1 oktober 1999

Bedrag van het minimumloon (artikel 3:1:1:16 NUR)

met ingang van 1 juli 1999

voor 23-jarigen of ouder ƒ 2.376,40 per maand

• 22 jaar: ƒ 2.019,90 per maand

• 21 jaar: ƒ 1.722,90 per maand

• 20 jaar: ƒ 1.461,50 per maand

• 19 jaar: ƒ 1.247,60 per maand

• 18 jaar: ƒ 1.081,30 per maand

• 17 jaar: ƒ 938,70 per maand

• 16 jaar: ƒ 819,90 per maand

• 15 jaar: ƒ 712,90 per maand

BIJLAGE 4, behorende bij het besluit van burgemeester en wethouders van …………… 1999 tot aanpassing van bedragen in verband met de wijziging van de salarissen van ambtenaren bij gemeenten met ingang van 1 oktober 1999

1. vakantie-uitkering (8%):

minimumbedrag per maand (art. 6:3 CAR) per 1 oktober 1999 ƒ 259,94

2. EHBO-toelage:

met ingang van 1 oktober 1999 ƒ 17,72 per maand 0,0052049% van max schaal 2 (bijlage IIa CAR)

3. toelage voor het bezit van en geldig houden van het duikersbrevet met ingang van 1 oktober 1999
    ƒ 17,72 per maand 0,0052049% van max schaal 2 (bijlage IIa CAR)

4. toelage voor het daadwerkelijk uitvoeren van duikwerkzaamheden met ingang van 1 oktober 1999
    ƒ 301,41 netto per jaar  0,0885189% van max schaal 2 (bijlage IIa CAR)
    (uit te betalen in de maand november)

5. Het bedrag van de basisgratificatie BHV als bedoeld in het         ƒ 632,02 per jaar
    eerste lid van artikel 3f:1:1:6 met ingang van 1 oktober 1999

14,55251% van max schaal 6 (bijlage IIa CAR)

6. Het bedrag van de taaktoeslag BHV als bedoeld in het     ƒ 210,67 per jaar
    eerste lid van artikel 3f:1:1:6 voor de assistent-ploegleider

    met ingang van 1 oktober 1999
    4,8508% van max schaal 6 (bijlage IIa CAR)

7. Het bedrag van de taaktoeslag BHV als bedoeld in      ƒ 421,34 per jaar
    het eerste lid van artikel 3f:1:1:6 voor de ploegleider

    met ingang van 1 oktober 1999
    9,70167% van max schaal 6 (bijlage IIa CAR)

8. Het bedrag van de jubileumgratificatie BHV als bedoeld in het     ƒ 526,68
    vijfde lid van artikel 3f:1:1:6 met ingang van 1 oktober 1999

12,12709% van max schaal 6 (bijlage IIa CAR)

Burgemeester en wethouders van Delft,

gelet op het besluit van de raad van de gemeente Delft van 24 juni 1993 tot vaststelling van het besluit secundaire voorzieningen raadsleden gemeente Delft 1993;

gelet op de algemene salariswijziging, waartoe met ingang van 1 oktober 1999 is besloten;

gelet op het feit, dat de commissie middelen er mee heeft ingestemd, dat het bedrag, genoemd in artikel 1 van het uitvoeringsbesluit secundaire voorzieningen raadsleden gemeente Delft 1993, door ons college "technisch" wordt aangepast, op voorstel van de afdeling CPOI Bestuursdienst, conform de algemene salariswijzigingen voor het overheidspersoneel, zonder dat hiervoor telkens het advies van de commissie middelen en bestuur gevraagd hoeft te worden.

b e s l u i t e n:

vast te stellen de volgende

WIJZIGING van het uitvoeringsbesluit secundaire voorzieningen raadsleden gemeente Delft 1993 (6e wijziging)

 

Het maximale vergoedingsbedrag als bedoeld in artikel 1 van het uitvoeringsbesluit besluit secundaire voorzieningen raadsleden gemeente Delft 1993 wordt met ingang van 1 oktober 1999 ƒ 11,19 per uur. 0,0023506% van max schaal 7 (bijlage IIa CAR)

Delft, 1999.

Burgemeester en wethouders voornoemd,

, burgemeester.

, secretaris.