Id.PR

 

 

 

De raad van de gemeente Delft;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 december 2000;

 

gelet op artikel 228 van de Gemeen­tewet;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de volgende:

 

Verordening op de heffing en de invordering van precariobe­lasting 2001.

 

artikel 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

 

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.    Invorderingswet: de Invorderingswet 1990 (Stb. 221);

b.    Algemene wet: de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301);

c.    Woningwet: de Woningwet (Stb. 1991, 439);

d.    openbare ge­meen­te­grond: de gemeentegrond, voor de openba­re dienst be­stemd;

e.    jaar: een kalenderjaar;

f.     maand: een kalendermaand;

g.    week: een kalenderweek;

h.    dag: een tijdvak van 24 achtereenvolgende uren, aan­van­gende te 0.00 uur.

 

artikel 2 AARD VAN DE HEFFING EN BELASTBAAR FEIT

 

Onder de naam "precariobelasting" wordt een belasting geheven ter­zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven open­bare gemeentegrond.

 

artikel 3 BELASTINGPLICHT

 

De precariobelasting wordt geheven van degene die, al dan niet met vergunning, voorwerpen heeft onder, op of bo­ven openbare ge­meente­grond, dan wel van degene ten behoeve van wie die voorwerpen onder, op of boven openbare gemeentegrond worden aangetroffen.

 

artikel 4 GRONDSLAG EN MAATSTAF VAN HEFFING                         

 

De precariobelasting wordt geheven naar de maatstaven, opgeno­men in de bij deze verorde­ning behorende tarieventabel.

 


 

artikel 5 TARIEVEN

 

1.    De precariobelasting wordt geheven naar de tarieven, opge­nomen in de bij deze veror­dening behorende tarieventabel.

2.    Voor de bereke­ning van de belasting wordt een gedeelte van een in de tarie­ven­tabel ge­noemde eenheid voor een volle eenheid gerekend.

3.    In geval van samenloop van tariefbepalingen wordt slechts één tarief toe­ge­past en wel het voor belastingplichtige voordeligste tarief.

4.    De tarieven worden verhoogd met omzetbelasting indien het gehanteerde tarief betrekking heeft op een activiteit die door het Ministerie van Financiën wordt aange­merkt als een belaste prestatie.

 

artikel 6 BELASTINGTIJDVAK

 

Het belastingtijdvak is gelijk aan een dag, week, maand of jaar, al naar gelang de duur van het belastbare feit.

 

artikel 7 WIJZE VAN HEFFING

 

1.    De precariobelasting wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelij­ke kennisgeving of aan­slag.

2.    Belastingaanslagen en gedagtekende schriftelijke kennisgevingen van minder dan f 20,-- worden niet opge­legd. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op één aanslag­bil­jet verenigde belasting­aan­sla­gen aangemerkt als één belasting­aan­slag.

 

artikel 8 ONTSTAAN VAN DE BELASTINGSCHULD

 

1.    De precariobelasting is verschuldigd bij de aanvang van het be­lasting­tijd­vak of, indien de belasting­plicht in de loop van het be­lastingtijd­vak aan­vangt, bij de aanvang van de belasting­plicht.

2.    Indien de belastingplicht in de loop van het belas­ting­jaar aan­vangt, is de belasting ver­schul­digd over zoveel twaalfde gedeel­ten van de voor dat jaar ver­schul­digde belasting als er in dat jaar, na het tijd­stip van de aan­vang van de be­lasting­plicht, nog volle kalender­maan­den over­blij­ven.

3.       Indien de belastingplicht in de loop van het belas­ting­jaar ein­digt, wordt onthef­fing ver­leend over zo­veel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar ver­schuldig­de belasting als er in dat jaar, na het tijd­stip van de beëin­di­ging van de belas­tingplicht, nog volle kalen­der­maanden over­blijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan f. 20,--.

4.       De in dit artikel bedoelde regeling geldt voor zover de belasting wordt geheven voor een heffingstijdvak van een jaar.


 

artikel 9 TIJDSTIP VAN BETALING EN BETALING IN TERMIJNEN

 

1.    De precariobelasting moet worden betaald binnen twee maanden na de dag­teke­ning van het  aanslag­biljet of gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

2.     In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet

       verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag        daarvan, meer is dan ¦ 200,00 doch minder is dan ¦ 5000,00 en zolang de        verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden          afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in 10 (nagenoeg) gelijke        termijnen. De eerste termijn vervalt een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet          en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

 

artikel 10 VRIJSTELLING

 

De precariobelasting wordt niet geheven voor:

a.    wegwijzers en dergelijke voorwerpen van de Algemene Nederlandse Wiel­rijders­bond en overeen­komstige instellingen;

b.    halteborden voor tram- en autobusondernemingen;

c.    rijwielrekken;

d.    het heb­ben van voor­wer­pen onder, op of bo­ven openba­re ge­meente­grond, waar­voor krach­tens een andere hef­fingsver­ordening of op grond van een overeen­komst be­ta­ling aan de ge­meente moet geschie­den onder­scheiden­lijk een ver­goeding aan de gemeente ver­schuldigd is;

e.    over openbare gemeentegrond opendraaiende voorwerpen, welke krach­tens wettelijk voorschrift of wanneer dit van gemeen­te­wege wordt geëist naar buiten openslaand wor­den gemaakt;

f.     rails, tramdraden, spandraden, palen, masten en elek­tri­sche ge­lei­dingen en kabels ten behoeve van openba­re mid­delen van ver­voer;

g.    zonneschermen, hijsbalken of luifels;

h.    balkons, erkers, schoorstenen en andere uitbouwsels, wel­ke op 1 januari 1932 aan­wezig waren;

i.     het hebben van voorwerpen onder, op of boven openbare gemeentegrond ten be­hoeve van acti­vitei­ten, welke worden georganiseerd in het kader van "promo­ting Delft", alsmede ten be­hoe­ve van ac­tivitei­ten, wel­ke een niet-com­mer­cieel karak­ter dragen;

j.       het hebben op openbare gemeentegrond van loodsen, ke­ten, bouwmateri­alen, ge­reed­            schappen en dergelijke ten behoeve van de in artikel 74, twee­de lid, onder­deel a en d,      van de Wo­ning­wet be­doelde handelingen, ver­richt door of na­mens toegelaten in­stel­lin­-      gen als be­doeld in artikel 70 van de Woning­wet;

 

artikel 11   NADERE REGELS DOOR HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS

 

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.


 

artikel 12 CITEERTITEL

 

Deze verordening kan worden aangehaald als de "Veror­de­ning precario­belasting Delft 2001".

 

artikel 13 INWERKINGTREDING

 

1.    De veror­dening precariobelasting Delft 2000, vastgesteld bij raads­be­sluit van 25 november 1999, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 27 januari 2000, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien ver­stande dat zij van toe­pas­sing blijft op de belast­bare feiten die zich voor­ de datum van ingang van de heffing hebben voorge­daan.

2.    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekend­making.

3.    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2001.

4.    In afwijking in zoverre van het in de voorgaande le­den bepaalde, blijft, indien de datum waarop deze verordening in werking treedt ligt na de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de in het eerste lid genoemde verorde­ning gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belast­ba­re feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de precariobelasting in die periode plaatsvindt.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2000.

 

 

 

H.M.C.M. van Oorschot ,burgemeester.

 

 

 

N.  Roos                                   ,secretaris.

 

 



INHOUDSOPGAVE TARIEVENTABEL, BEHORENDE BIJ DE

VERORDENING PRECARIOBELASTING DELFT 2001

 

Hoofdstuk   1 Algemeen tarief

 

Hoofdstuk   2 Stoepen, trappen, keldergangen enz.

 

Hoofdstuk   3 Palen en dergelijke

 

Hoofdstuk   4 Benzine- en andere pompen c.q. -automaten

 

Hoofdstuk   5 Benzine en andere tanks

 

Hoofdstuk   6 Putten

 

Hoofdstuk   7 Leidingen, kabels, kokers, buizen e.d.

 

Hoofdstuk   8 Verkoopinrichtingen

 

Hoofdstuk   9 Opslag van goederen

 

Hoofdstuk 10 Loodsen, keten en bouwmaterialen

 

Hoofdstuk 11 Schuttingen

 

Hoofdstuk 12 Balkons, erkers en dergelijke

 

Hoofdstuk 13 Automaten

 

Hoofdstuk 14 Transportbanen, viaducten en dergelijke

 

Hoofdstuk 15 Loswal Wateringseweg (vervallen)

 

Hoofdstuk 16 Terrassen en terrasboten

 

Hoofdstuk 17 Rekreatieve zeil- en/of motorjachten

 

Hoofdstuk 18 Reclamemiddelen (vervallen)

 

Hoofdstuk 19 Woonboten

 

Hoofdstuk 20 Circussen


 

INHOUD TARIEVENTABEL, BEHORENDE BIJ DE

VERORDENING PRECARIOBELASTING DELFT 2001

 

Hoofdstuk 1

Algemeen tarief

 

 

1.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

het hebben van voorwerpen onder, op of boven openba-

 

 

 

re gemeentegrond (inclusief gemeentewater),

 

 

 

behoudens de in deze tarieventabel vermelde

 

 

 

bijzondere tarieven,

 

 

 

per vierkante meter oppervlakte gemeentegrond:

 

 

1.1.1.

per dag

f

1,10;

1.1.2.

per week

f

3,30;

1.1.3.

per maand

f

8,-- ;

1.1.4.

per jaar

f

75,65.

1.2.

Het aantal vierkante meters, terzake van vaartuigen of

 

 

 

hiermee gelijk te stellen drijvende voorwerpen, wordt

 

 

 

berekend door vermenigvuldiging van de lengteas met

 

 

 

de breedteas van het vaartuig gemeten vanuit het mid-

 

 

 

den van het vaartuig.

 

 

1.3.

Het totaal berekende bedrag ter zake van

 

 

 

het hebben van voorwerpen onder, op of boven open-

 

 

 

baar gemeentegrond kent een minimum van

f

36,85.

 

Hoofdstuk 2

Stoepen, trappen, keldergangen enz.

 

 

2.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een stoep, stoeptreden, een trap, een kelderingang en

 

 

 

dergelijke,

 

 

 

voor zover deze meer dan 25 centimeter vóór de gevel

 

 

 

uitsteken,

 

 

 

per vierkante decimeter horizontale oppervlakte:

 

 

 

per jaar

f

1,50.

 

Hoofdstuk 3

Palen en dergelijke

 

 

3.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een paal of dergelijk voorwerp

 

 

 

per paal en dergelijke:

 

 

3.1.1.

buiten verband van een steiger:

 

 

3.1.1.1.

per maand

f

1,70;

3.1.1.2.

per jaar

f

18,90;

3.1.2.

aangewend voor een steigerwerk:

 

 

 

per week

f

1,70.

 

Hoofdstuk 4

Benzine- en andere pompen c.q. -automaten

 

 

4.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een benzine-, olie-, petroleum-, gas, lucht-, waterpomp

 

 

 

c.q. -automaat of andere pomp

 

 

 

per pomp:

 

 

 

per jaar

f

379,35.


 

Hoofdstuk 5

Benzine en andere tanks

 

 

5.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een benzine-, petroleum-, gas- of andere tank,

 

 

 

met daarbij behorende leidingen of buizen,

 

 

 

per 1000 liter inhoud

 

 

 

per tank:

 

 

 

per jaar

f

61,-- .

 

Hoofdstuk 6

Putten

 

 

6.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een put

 

 

 

per put:

 

 

 

per jaar

f

71,65.

 

Hoofdstuk 7

Leidingen, kabels, kokers, buizen e.d.

 

 

7.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een elektrische of andere leiding, een kabel, een buis of

 

 

 

een koker, met uitzondering van die, welke bestemd

 

 

 

zijn voor de afvoer van afval- en of hemelwater, dan

 

 

 

wel de buizen als bedoel in 5.1.

 

 

 

per strekkende meter:

 

 

 

per jaar

f

6,20.

7.2.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

leidingen ten behoeve van collectieve woningverwar-

 

 

 

mingssystemen

 

 

 

per leidingpaar (heen- en retourleidingen)

 

 

 

per strekkende meter retourleiding:

 

 

 

per jaar

f

6,20.

 

Hoofdstuk 8

Verkoopinrichtingen

 

 

8.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een tent, een kraam, een kiosk, een open tafel of an-

 

 

 

dere inrichting tot verkoop van bloemen, eet- of andere

 

 

 

koopwaren:

 

 

8.1.1.

indien een vergunning wordt verleend voor een periode

 

 

 

van een jaar of langer, waarbij de vergunning geldig is

 

 

 

voor dezelfde dag(en) van iedere week,

 

 

 

per vierkante meter of gedeelte hiervan, per jaar:

 

 

8.1.1.1.

voor 1 dag per week

f

68,45;

8.1.1.2.

voor 2 dagen per week

f

102,60;

8.1.1.3.

voor 3 dagen per week

f

136,75;

8.1.1.4.

voor 4 of meer dagen per week

f

170,80;

8.1.2.

indien een vergunning wordt verleend voor één of meer

 

 

 

dagen,

 

 

8.1.2.1.

voor activiteiten tot 20 vierkante meter

 

 

 

per dag

f

289,30;

8.1.2.2.

voor activiteiten vanaf 20 vierkante meter

 

 

 

per dag

f

578,65;


 

8.1.2.3.

tot verkoop van kerstbomen of oliebollen en aan-

 

 

 

verwante artikelen, per vierkante meter

 

 

 

per dag

f

1,65;

8.1.3.

op het marktterrein geplaatst door kramenverhuurders,

 

 

 

per strekkende meter kraam:

 

 

 

per marktdag

f

0,25.

 

Hoofdstuk 9

Opslag van goederen

 

 

9.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

9.1.1.

voorwerpen, goederen of waren, niet als bedoeld in

 

 

 

10.1. hierna, per vierkante meter:

 

 

 

per jaar

f

71,50;

9.1.2.

voorwerpen ten behoeve van de uitoefening van een

 

 

 

bedrijf (uitstallingen en dergelijke),

 

 

 

per vierkante meter:

 

 

 

per jaar

f

71,50;

9.1.3.

voorwerpen ten behoeve van de uitoefening van een

 

 

 

bedrijf (uitstallingen en dergelijke) in een door burgemeester en wethouders als zodanig aangewezen

 

 

 

gebied,

 

 

 

per vierkante meter:

 

 

 

per jaar

f

143,15.

 

Hoofdstuk 10

Loodsen, keten en bouwmaterialen

 

 

10.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een loods of een keet bij bouwverrichtingen en voor het

 

 

 

plaatsen van bouwmaterialen en gereedschappen

 

 

 

per vierkante meter:

 

 

 

per/week

f

1,75.

 

Hoofdstuk 11

Schuttingen

 

 

11.1.

Het tarief bedraagt te zake van:

 

 

11.1.1.

een schutting, welke openbare gemeentegrond omsluit,

 

 

 

waarop een trottoir of bestrating is aangelegd,

 

 

 

per vierkante meter ingesloten grond:

 

 

 

per week

f

3,20.

11.1.2.

een schutting, welke openbare gemeentegrond omsluit,

 

 

 

waarop nog geen trottoir of bestrating is aangelegd,

 

 

 

per vierkante meter ingesloten grond:

 

 

 

per week

f

1,30.

 

Hoofdstuk 12

Balkons, erkers en dergelijke

 

 

12.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een balkon, erker, schoorsteen of ander bouwsel

 

 

 

per vierkante meter horizontale oppervlakte:

 

 

 

per jaar

f

43,-- .

 



Hoofdstuk 13

Automaten

 

 

13.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een automaat voor elke 0,25 m breedte in horizontale

 

 

 

projectie gemeten:

 

 

 

per jaar

f

43,-- .

 

Hoofdstuk 14

Transportbanen, viaducten en dergelijke

 

 

14.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een transportbaan of een dergelijke inrichting

 

 

 

per vierkante meter overdekte gemeentegrond:

 

 

 

per jaar

f

61,-- .

 

Hoofdstuk 15

Loswal Wateringseweg

 

 

15.1.

Vervallen.

 

 

 

Hoofdstuk 16

Terrassen en terrasboten

 

 

16.1.

Het tarief (excl. 19% BTW) bedraagt ter zake van

 

 

16.1.1.

een terras,

 

 

 

per vierkante meter,

 

 

16.1.1.1.

per dag

f

1,30;

16.1.1.2.

per week

f

3,75;

16.1.1.3.

per maand

f

9,-- ;

16.1.1.4.

per jaar

f

86,45;

16.1.2.

een terrasboot

 

 

 

per vierkante meter,

 

 

16.1.2.1.

per dag

f

1,30;

16.1.2.2.

per week

f

4,-- ;

16.1.2.3.

per maand

f

9,50;

16.1.2.4.

per jaar

f

91,40;

16.1.3.

een terras

 

 

 

in een door burgemeester en wethouders als zodanig

 

 

 

aangewezen gebied

 

 

 

per vierkante meter,

 

 

16.1.3.1.

per dag

f

1,40;

16.1.3.2.

per week

f

4,50;

16.1.3.3.

per maand

f

10,90;

16.1.3.4.

per jaar

f

103,75.

 

Hoofdstuk 17

Rekreatieve zeil- en/of motorjachten

 

 

 

 

 

 

17.1.

Het tarief (excl. 19% BTW) bedraagt ter zake van

 

 

17.1.1.

het afmeren van rekreatieve zeil- en/of motorjachten

 

 

 

van 16 vierkante meter of minder,

 

 

 

per jaar

f

110,75;

17.1.2.

het afmeren van rekreatieve zeil- en/of motorjachten

 

 

 

van meer dan 16 vierkante meter,

 

 

 

per vierkante meter:

 

 

 

per jaar

f

6,95.

17.2.

Het aantal vierkante meters zoals bedoeld in de arti-

 

 

 

kelen 17.1.1. en 17.1.2. wordt berekend door verme-

 

 

 

nigvuldiging van de lengteas met de breedteas van het

 

 

 

vaartuig gemeten vanuit het midden van het vaartuig.

 

 


 

Hoofdstuk 18

Reclamemiddelen

 

 

18.1.

Vervallen

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 19

Woonboten

 

 

19.1.

Het tarief (excl. 19% BTW) bedraagt ter zake van

 

 

 

een woonschip als bedoeld in de Verordening

 

 

 

openbaar gemeentewater Delft 1996

 

 

 

per vierkante meter

 

 

 

per jaar

f

16,65.

 

Hoofdstuk 20

Circussen

 

 

20.1.

Het tarief bedraagt ter zake van

 

 

 

een circus

 

 

20.1.1.

op een terrein tot 5.000 m2

 

 

 

per dag

f

557,--;

20.1.2.

op een terrein vanaf 5.000 m2

 

 

 

per dag

f

1.114,--.

 

 

Behoort bij en maakt deel uit van het raadsbesluit van 21 december 2000 tot vaststelling van de Verordening precariobelasting Delft 2001.

 

 

H.M.C.M. van Oorschot ,burgemeester.

 

 

N.  Roos                                   ,secretaris.

 

 

 

 

 

 


 

TOELICHTING OP DE VERORDENING PRECARIOBELASTING DELFT 2001

 

I.  INHOUD

 

Verordening

 

 

Tarieventabel

 

- Hoofdstuk 18 Reclamemiddelen

Dit hoofdstuk is vervallen.

Belasting ten aanzien van reclame wordt apart geregeld in de Verordening reclamebelasting 2001.

 

II. TARIEVEN

 

De tarieven van de precariobelasting zijn verhoogd met het prijsstijgingspercentage van 3,0%.