Raadsvoorstel stuk 110 (00/013830) zustersteden | ||
|
Stuk 110 00/013830 Delft, 13 juni 2000. Onderwerp: Bestedingsvoorstel no. 21: steun aan zustersteden. Aan de gemeenteraad. Geachte dames en heren, Inleiding In de vergadering van 30 maart jl. verdeelde uw raad de EZH-gelden via het vaststellen van de budgetten die voor de verschillende projecten beschikbaar zijn. Omdat vrijwel alle projecten zijn gebaseerd op clustering van verwante ideeën en omdat ook de uiteindelijk beschikbare bedragen dikwijls niet gelijk zijn aan wat door betrokkenen aanvankelijk werd gevraagd, moeten de projecten nog nader worden geconcretiseerd en uitgewerkt. Voor het project "steun aan zustersteden" stelde uw raad -via nadere amendering- uiteindelijk een bedrag van 1.500.000,-- beschikbaar.
Begunstigde steden De essentie van dit project is om ook de minderbedeelde Delftse zustersteden te laten meedelen in de EZH-gelden. Dat dus de twee Delftse zustersteden Esteli in Nicaragua en Pretoria -specifiek het stadsdeel Mamelodi- in Zuid-Afrika van dat bedrag de belangrijkste begunstigden dienen te worden ligt voor de hand. Immers juist via de stedenbanden met de Derde Wereld stad Esteli en de door 50 jaar Apartheid in Derde Wereld omstandigheden verkerende stad Pretoria/Mamelodi, geeft Delft vorm en inhoud aan het begrip Solidariteit, dat de kern vormt van het Delftse gemeentelijk internationaal beleid. En het bieden van actieve humanitaire ondersteuning vanuit Delft is van dat beleid een wezenlijk onderdeel. Bij de formulering van het project tot steun aan Delftse zustersteden zoals dat aan de bevolking is voorgelegd, is de mogelijkheid open gelaten om daarbij ook de steun aan een (toekomstige) Delftse partnerstad in Turkije te betrekken.
Turkse stad Zoals u weet laat het collegeprogramma uitdrukkelijk de ruimte om een (nieuw) contact aan te gaan met een stad uit een land waaruit veel Delftse inwoners afkomstig zijn. Uw raad heeft op het punt van deze partnerkeuze nog geen formeel standpunt geformuleerd. Het is echter ook bij u bekend, dat vanuit de burgerij al geruime tijd geleden een initiatief is ontstaan om als nieuwe partner een Turkse stad te kiezen. De aardbevingsramp die vorig jaar Turkije trof heeft er feitelijk voor gezorgd, dat deze initiatiefgroep niet alleen haar keus voor een concrete stad heeft versneld, maar bij die keus ook zwaar heeft laten meewegen de mogelijkheid om vanuit de Delftse samenleving daadwerkelijke hulp te verlenen aan een getroffen stad. De initiatiefgroep heeft haar activiteiten de afgelopen tijd vooral gericht op die hulpverlening. Recent heeft die initiatiefgroep bij ons college een verzoek ingediend, om een samenwerkingsrelatie aan te gaan met de stad Adapazari, waar die groep de afgelopen tijd ook hun hulpverlening op heeft gericht.
Reservering Wij vinden het belangrijk dat het initiatief voor zon partnerstad-relatie afkomstig is vanuit de Delftse bevolking en dat dit initiatief breed wordt gedragen. Wij staan daarom in beginsel positief tegenover de voorstellen van genoemde initiatiefgroep. Daarbij past wel de kanttekening, dat het conform het door uw raad vastgestelde beleid niet kan gaan om een stedenbandrelatie. Het zal moeten gaan om een jumelagerelatie, die met name ook een bijdrage moet leveren aan het verbeteren van wederzijds begrip tussen allochtonen en autochtonen en het bevorderen van integratie in de Delftse samenleving. Anders dan bij een stedenband staan bij een jumelage contact niet de hulpverlening of ekonomische belangen, maar juist de onderlinge persoonlijke relaties centraal. Dit hoeft in dit concrete geval echter geen belemmering te zijn om bij de start van de relatie toch ook een deel van de EZH-gelden te bestemmen voor een concreet hulpproject in de betreffende stad, te verwezenlijken in de eerste jaren. De specifieke situatie van een stad die recent is getroffen door een aardbeving rechtvaardigt dit. Hoewel op dit moment, zeker formeel, de duidelijkheid over een eventuele relatie met een Turkse stad nog ontbreekt achten wij het toch van belang om bij de nadere verdeling van het beschikbare budget van dit project, ook ten behoeve van deze toekomstige partnerstad een bedrag te reserveren.
Verdeling-argumenten Wij gaan er voor onze benadering dan ook van uit dat het beschikbare bedrag van 1.500.000,-- wordt verdeeld tussen Esteli, Pretoria/Mamelodi en de toekomstige Turkse partner. Ten aanzien van de concrete verdeling van dat bedrag merken wij het volgende op. De noden en behoeften in de Delftse zustersteden Esteli en Pretoria en ook in de Turkse stad Adapazari zijn dermate omvangrijk dat zelfs het gehele projectbudget van anderhalf miljoen zonder enige moeite in iedere stad zinvol voor de bevolking kan worden besteed. De verdeling van het beschikbare budget op basis van de vraag "waar is de nood het hoogst" is naar onze mening praktisch ondoenlijk omdat het vergelijken van noden niet mogelijk is; het is in alle drie steden erg. Wij vinden dat bij de verdeling van dat bedrag de relatie van de betreffende stad tot Delft het belangrijkste criterium moet zijn. Dus de vraag: waarom is Delft deze relatie aangegaan en wat is volgens het vastgestelde gemeentelijk internationaal beleid van Delft, het specifieke doel van die relatie . De stedenbanden met Esteli en Pretoria hebben ten doel om de daadwerkelijke solidariteit van Delft met de Derde Wereld zichtbaar te maken en die solidariteit onder meer in daadwerkelijke (humanitaire) hulp te vertalen. Het doel van een relatie met de stad Adazapari is heel anders. Bij die jumelagerelatie zal het moeten gaan om onderlinge contacten tussen burgers en het leveren van bijdragen aan integratie. Het aspect humanitaire hulp speelt bij jumelages in beginsel geen rol. Adazapari zou als jumelagestad niet in aanmerking kunnen komen voor EZH-gelden uit het project "steun aan zustersteden". Nu de stad echter is getroffen door een aardbeving is daarin reden om daarvan af te wijken. Wij vinden echter niet dat Adazapari nu op een gelijke wijze moet worden behandeld als de steden Esteli en Pretoria/Mamelodi. De bijzondere relatie van beide steden tot Delft zoals hiervoor aangegeven, moet naar onze mening worden recht gedaan. Hoewel van een andere orde vinden wij het volgende relevant: Met Esteli en Pretoria/Mamelodi bestaan reeds volwaardige stedenbanden met een jarenlange geschiedenis waarbij de relatie en het Delftse burgerdraagvlak zich duidelijk hebben bewezen. Bij de Turkse stad Adapazari gaat het om een nog te starten jumelagecontact. Ten aanzien van de potentiële mogelijkheden om problemen op lokaal niveau hoe ingrijpend ook- met hulp van de landsregering of mondiale organisaties als de Wereldbank aan te pakken geldt, dat Esteli en het stadsdeel Mamelodi van Pretoria te maken hebben met Derde Wereld omstandigheden. De stad Adazapari daarentegen ligt in Turkije, dat geen Derde Wereld land is. Dit verschil is niet zonder betekenis..
Verdeling-in geld Bij het overleg met vertegenwoordigers van de beide stedenbandorganisaties en de initiatiefgroep Adazapari is door deze laatste groep een verdeling in 3 gelijke delen bepleit. Wij hebben hiervoor aangegeven waarom wij dit niet juist vinden. Ook in de publiciteit rond de Duitenaktie is trouwens ook niet over een gelijke verdeling gesproken. De gebruikte formulering was "het geld is voor de minderbedeelde zustersteden ( namelijk Esteli en Pretoria/Mamelodi) en eventueel een Turkse stad. Wel is het zo, dat op enig moment door ons college een eerste voorstel is gedaan voor een bedrag van 1 miljoen, waarbij toen werd voorgesteld dat bedrag gelijkelijk te verdelen. Dat voorstel is echter nooit afzonderlijk aan de bevolking voorgelegd; het heeft slechts onderdeel uitgemaakt van de discussie rond de projecten die uiteindelijk zijn voorgelegd aan het publiek. Wij kunnen ons echter voorstellen dat ten aanzien van dat bedrag van 1 miljoen, de gedachte is ontstaan dat dit in 3 gelijke delen zou worden verdeeld. Voor het deel van het projectbudget dat dit bedrag te boven gaat kan deze gedachte moeilijk zijn ontstaan. Een verdeling waarbij ten behoeve van de toekomstige Turkse partnerstad een bedrag van 1/3 deel van f.1.000.000 = 333.000,-- wordt gereserveerd en de overblijvende f.1.167,000,- gelijkelijk wordt verdeeld tussen Esteli en Pretoria/Mamelodi lijkt ons een goed uitgangspunt. Dat betekent voor elk van die twee stedenbanden in beginsel 583.500,--
Procedure Bij de nadere uitwerking van de projecten per stad zijn naar onze mening steeds 3 partijen betrokken die het onderling met elkaar eens moeten worden. Dat zijn het gemeentebestuur van de partnerstad, de Delftse organisatie die zich voor de betreffende partnerstad inzet en ons college, optredend namens Delft. Wij zien een centrale rol voor de Delftse partnerorganisaties. Zij zullen in overleg moeten gaan met de betreffende stad om binnen het beschikbare totaal budget per stad- tot een uitgewerkt projectvoorstel te komen. Dat voorstel wordt aan ons college voorgelegd. Zodra er instemming van de 3 partijen is lijkt het wenselijk dat met de uitvoering daadwerkelijk kan worden begonnen. Wij vragen u in dit voorstel ons college te machtigen in die gevallen de nodige gelden ter beschikking te stellen. In geval partijen niet tot overeenstemming kunnen komen of de beide andere partners het niet met ons college eens kunnen worden, zullen wij de raadscommissie bij de dan ontstane situatie betrekken.
Keuze van projecten Voor het budget dat ter beschikking komt voor projecten ten behoeve van Esteli moet gelden, dat op de .583.500,- in mindering wordt gebracht de 300.000,- die reeds -vooruitlopend op de verdeling van de EZH-gelden- is ingezet voor de 2e fase van het project voor de rivier de Esteli. De Stichting stedenband Delft-Esteli en het Platform Delft-Mamelodi hebben aanvankelijk samengewerkt bij het indienen van project voorstellen. Het staat hen vrij dat ook te doen bij de nadere uitwerking, uiteraard mits die samenwerkingsvoorstellen de benodigde instemming van de andere partners verkrijgen. Wij hebben met hen in de voorbereiding tot dit voorstel van gedachten gewisseld over de vraag of het project de mogelijkheid moest bieden een deel van het beschikbare budget in te zetten voor de verbetering van de organisatie in Delft. Het nadeel daarvan is dat dit geld niet direct ten goede komt aan de betreffende partnerstad. Van de zijde van de beide organisaties is er echter op gewezen, dat de verbetering van kwaliteit en effectiviteit die daarmee wordt bereikt wel degelijk ten goede komt aan belangrijke zaken voor de partnersteden als lokaal draagvlak in Delft, verbetering van de communicatie met de partnerstad en tijd voor fondsenwerving ten behoeve van projecten in de partnerstad. De beide organisaties spraken het vertrouwen uit dat een eenmaal ingezette kracht geheel of voor een belangrijk deel zijn/haar eigen inkomsten zou kunnen genereren via externe fondsenwerving. Ons college is bereid om tot een aangegeven maximum bedrag en onder nadere condities de beide organisaties in staat te stellen hun opvatting op dit punt te onderbouwen . Wij zijn in concreto bereid om van het voor de beide organisaties overblijvende deel van f.1.167.000,- ten hoogste 10% daarvoor te bestemmen. Daarbij gelden wel de volgende condities: . Het plan tot personele inzet moet worden gedaan door beide organisaties gezamenlijk. . In eerste instantie kan voor het eerste jaar ca. 5% beschikbaar worden gesteld . De ca. 5% voor het 2e jaar komt pas beschikbaar nadat op basis van de ervaringen van het eerste jaar, de effectiviteit van een vervolginzet, ook ten aanzien van de mogelijkheden om (meerjarig) externe financiering te krijgen tenminste aannemelijk is gemaakt. Bij de informatie naar de Delftse inwoners over het project "steun aan zustersteden" is ook betrokken een idee om -bij wijze van compensatie voor de uitstoot van CO2 door ons energiebedrijf- bij Esteli en/of Pretoria/Mamelodi één of meer natuurgebieden aan te kopen. Deze suggestie zal worden betrokken bij het overleg omtrent de besteding van de budgetten, dat door de Delftse partnerorganisaties zal worden gevoerd met het bestuur van de betreffende steden. Ook ten aanzien van dit aspect zal moeten gelden dat bij te kiezen projecten de behoeften van de partnerstad voorop dienen te staan
Voorstel Voor de nadere uitwerking van de projecten per stad is het noodzakelijk dat de budgetten duidelijk zijn. Die duidelijkheid is temeer gewenst, nu bij die uitwerking ook buitenlandse partners zijn betrokken. In verband hiermede en onder voorbehoud van gunstig advies van de commissie middelen en bestuur, stellen wij u voor: Voor de nadere uitwerking per stad de volgende bedragen te bestemmen: . voor de uitwerking van projecten voor Pretoria/Mamelodi : 583.500,-- . voor de uitwerking van projecten voor Esteli: 583.500 - 300.000 = 283.500,-- . voor de uitwerking van projecten voor een toekomstige Turkse stad nadat duidelijk over de keuze van die stad is ontstaan: 333.000,--
En daartoe vast te stellen de
49e wijziging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 2000. Hoogachtend, Burgemeester en wethouders van Delft, H.M.C.M. van Oorschot ,burgemeester. N. Roos ,secretaris. |
|
![]() |
![]() |