De mutaties van de bedragen
die in de verordeningen en besluiten voorkomen, vloeien mede voort uit de beleidsuitgangspunten die begin 2001 door
de Raad zijn vastgelegd. De kern is dat de conversie neutraal plaatsvindt. Dat
wil zeggen dat per saldo geen nadeel voor de burger ontstaat,noch voor de
gemeente. Ook dient de conversie van gulden naar euro los te worden gezien van
veranderingen die om andere redenen nodig worden geoordeeld. In dit verband kan
gedacht worden aan de trendmatige aanpassingen van tarieven, aanpassing van
tarieven aan gewijzigde kosten en dergelijke.
Aan de Raad is toegezegd een
zodanig overzicht van de mutaties te verstrekken dat de neutraliteit kan worden
beoordeeld. Dat totaaloverzicht is aan het slot van deze toelichting opgenomen.
De aan het totaaloverzicht
ten grondslag liggende lijst van mutaties maakt deel uit van deze toelichting.
Deze lijst omvat 595 bedragen.
Reikwijdte.
In het totaaloverzicht zijn
meer bedragen verwerkt dan in de Wijzigingsverordening euro en de
Belastingverordeningen zijn opgesomd. Deze hebben immers alleen betrekking op
die bedragen die worden vastgesteld door de raad. Bedragen, waarvan de
vaststelling via delegatie en / of
mandatering is opgedragen aan het College van Burgemeester en
Wethouders, komen niet als zodanig in de Wijzigingsverordening euro voor. Zij
kunnen evenwel het oordeel over de neutraliteit van de conversie beïnvloeden.
Om die reden zijn de belangrijkste van die bedragen toegevoegd aan het totaaloverzicht.
In de reeds vastgestelde
Parkeerverordening gemeente Delft 2001 komen bedragen in euro voor die gaan
gelden vanaf 1 januari 202. Deze behoeven nu, op enkele onderdelen na, niet
gewijzigd te worden. De reeds eerder besloten mutaties zijn ter wille van het
totaaloverzicht wel opgenomen.
In de tabel zijn bedragen
die niet meer voorkomen in 2002 niet opgenomen; ook bedragen die in 2002 voor
het eerst verschijnen zijn niet in de tabel vermeld. Als een bedrag uit 2001 in
2002 verder wordt onderverdeeld zoals bijvoorbeeld bij reclamevergunningen
(leges hoofdstuk 18.8), is gekeken naar het samengestelde effect.
Bedragen die een intern
beheersmatig karakter hebben, zoals de limieten in het Delegatiebesluit, zijn
niet direct van betekenis voor de burger. Zij zijn wel opgenomen ter wille van
het totaaloverzicht.
In het totaal overzicht zijn
de bedragen van de WVG niet opgenomen; zij zijn opgenomen in de voorstellen aan
de Raad die worden behandeld in december 2001.
Zij zijn gebaseerd op de doorwerking van de indexering, waartoe reeds
eerder is besloten. Op basis van de voorstellen kan worden geconcludeerd dat
deze bedragen geen afbreuk doen aan de neutraliteit. Bedragen ingevolge de ABW
en REA besluiten zijn evenmin op de lijst opgenomen, zij worden pas in in de
loop van november bekend..
Het separate besluit van de
Burgemeester inzake de Wegsleepregeling is wel opgenomen.
De tarieven van het zwembad
en de sporthallen zijn buiten beschouwing gebleven. Daarover vindt separate
besluitvorming plaats, die op het moment van het samenstellen van dit overzicht
nog niet is afgerond.
De tarieven van de Vrije
Akademie gelden per cursusjaar. Zij werden reeds vóór september 2001
vastgesteld in euro op basis van een meerjarenplan; zij veranderen per 1
januari 2002 niet. De gemiddelde mutatie van het tarief per cursus-uur bedroeg
ten opzichte van vorig cursusjaar rond 3%.
De tarieven van de Musea
zijn eind 2000 vastgesteld voor een reeks van jaren. De overstap naar de euro
leidt tot tariefswijzigingen die ruim onder de norm blijven.
Beide groepen tarieven zijn
niet in het overzicht opgenomen.
Criteria voor beoordeling
neutraliteit.
In het totaaloverzicht is
onderscheid gemaakt naar de hoogte van de mutatie. Daarbij is het begrip “norm”
gebruikt in de zin van de afspraken over jaarlijkse trendmatige tariefaanpassingen (in 2002 is dit voor de meeste
tarieven een stijging van 5,75% ten opzichte van 2001) dan wel
0 % als een bedrag in beginsel
niet zou behoeven te veranderen vanwege de invoering van de euro.
In de praktijk komen kleine
afwijkingen van deze percentages voor als gevolg van de afronding op eurocenten; dit speelt vooral een rol bij
kleine bedragen en bij afrondingen naar ‘mooie ronde bedragen’. Zo kost een abonnement
op meerdere straatnamenregisters per abonnementhouder momenteel fl 26,00
(€ 11,80); bij trendmatige verhoging
van 5,75% zou dit € 12,48 worden,
hetgeen in de praktijk onhandelbaar is (zie Legesverordening, hoofdstuk
18.13.3). Het nieuwe bedrag wordt
€ 12,50 ofwel 5,95% hoger. Ook het omgekeerde komt voor.
In de onderstaande
rangschikkingen is daarom bij de
beoordeling van de afwijking van de norm een marge van 0,25% aangehouden. Als een trendmatig aangepast
bedrag meer dan 6% stijgt, is sprake
van “boven normale stijging”. In dat geval is een toelichting op die stijging
opgenomen. Stijgingen die onder de norm blijven en dalingen zijn niet
afzonderlijk toegelicht.
Omgekeerd kan het voorkomen
dat een door de gemeente uitgekeerd bedrag met minder dan de norm stijgt. Ook
in dat geval is de mutatie toegelicht.
Sommige bedragen zijn niet
rechtstreeks van belang bij een betaling of ontvangst. Denk hierbij aan
grensbedragen. Deze zouden in beginsel neutraal moeten worden omgerekend (dus
mutatie van 0%). Het resultaat zou in de dagelijkse praktijk echter niet altijd
werkbaar zijn. Zo is momenteel in de belastingverordeningen een grenswaarde
opgenomen van fl 20. Beneden dit bedrag worden aanslagen niet opgelegd.
Omgerekend is dit bedrag gelijk aan: € 9,08. Er is gekozen voor € 9 (dus –
0,83%).
Dit kleine nadeel voor de
burger is in dit geval gerangschikt onder “boven norm”.
Het volgende totaaloverzicht
toont het aantal bedragen naar mutatie
van 2001 op 2002:
Mutatie is: |
De afwijkende mutatie is ten gunste van |
||
|
burger |
gemeente |
neutraal |
|
|
|
|
Onder norm |
114 1) |
14 3) |
2 |
Norm |
|
|
334 |
Boven norm |
32 2) |
90 3) |
9 3) |
TOTAAL |
146 |
104 |
345 |
1)
Betreft hoofdzakelijk mutaties van belastingtarieven
die lager
zijn dan trendmatige stijging van 5,75%
2)
Betreft hoofdzakelijk subsidielimieten.
3)
Deze bedragen zijn
hieronder kort toegelicht
Toelichting op afwijkende
mutaties (tussen haakjes is het aantal bedragen vermeld dat ten grondslag ligt
aan bovenvermelde overzicht):
1. Algemene verordeningen en besluiten
Delegatiebesluit
(4)
Grensbedragen
afgerond op veelvouden van € 5000.
Mandaat-,
Machtigings- en Volmachtbesluit (4)
Grensbedragen
afgerond op veelvouden van € 100
Leerlingenvervoer
(2)
Afronding
op hele euro
Afronding
op hele euro.
2. Belastingverordeningen
Voor
de volledigheid wordt hieronder in trefwoorden kort aangegeven welk karakter de
afwijkende mutatie heeft. Voor de volledige verklaring wordt verwezen naar de
toelichting bij de desbetreffende verordening.
Grensbedragen afgerond
Gebaseerd op werkelijke kosten.
Extra tarief aanpassing van 4,25% van niet
van rijkswege vastgestelde leges.
Afrondingen, deels kleine bedragen (in
centen)
Afronding
op centen
Nieuwe
Generatie Reisdocumenten: door Minister maximaal toegestane tarieven
overgenomen.
Hoofdstuk
12 Wet op de Kansspelen.(3)
Voorheen
tijdelijke aanwezigheidsvergunning speelautomaten, thans voor onbepaalde tijd
Invalidenparkeerkaart: gebaseerd op
werkelijke kosten.
Afronding
op centen
Gebruik
van het carillon: zie hoofdstuk 3.
Straatnamenregister:
afronding
Reclameuitingen:
het tarief is nu gedifferentieerd
Lijkbezorging
(45)
Grensbedragen
afgerond
Extra
verhoging van 29% ter correctie op het te lage tarief van 2001.
Geluidsinstallatie:
gebaseerd op werkelijke kosten.
Afronding
op centen.
Onroerend
zaak belasting (1)
Grensbedragen
afgerond
Precarioverordening (3)
Grensbedragen
afgerond
Tarieven
van het gebruik van gemeentelijk water zijn verder verfijnd en herschikt. Het
jaartarief is extra verhoogd i.v.m. het verstrekken van de jaarsticker.
Grensbedragen
afgerond
Stijging
afvalstoffenheffing conform Nota Afvalstoffenheffing 2002-2005
Grensbedragen afgerond
Grensbedragen afgerond.
Grootgebruik gebaseerd op werkelijke kosten.
Conclusie.
Bij de conversie is
overwegend ‘technisch omgerekend’ (dit wil zeggen delen door 2,20371 en
afronden op de nabijgelegen eurocent). De budgettaire gevolgen van afwijkingen
zijn verwaarloosbaar of indien niet, om
andere redenen beoogd dan wel aanvaardbaar geacht.
De conclusie is
gerechtvaardigd dat de euroconversie per saldo niet nadelig is voor de burger.