Nota

 

Datum

5-03-2001

Opsteller

J.C. van Dongen /   Th. Eekhout

Bijlagen

0

Onderwerp

Opknappen en herhuisvesting gemeentelijke kantoorfuncties

 


I.      Probleemstelling

 

Op 1 maart 2000 startte het zeer ingrijpende veranderingsproces van de organisatie. De ingrijpendheid bestaat o.a. hieruit dat op veel facetten andere werkwijzen geintroduceerd worden (begroting, huisvesting etc.) alsmede geheel nieuwe samenwerkingsverbanden (clustering) geintroduceerd worden. Hiervoor is een implementatieperiode van 2 jaar afgesproken, hetgeen door de raad bevestigd is.

De vele wijzigingen in de organisatie zijn niet alleen die gericht op verbeterde publieks- en probleembenadering, deze betreffen ook sanering van soms bizar gegroeide situaties.

Eén van die bizarheden betreft het facet huisvesting. In Delft, een stad van een kleine 100.000 inwoners, waren tot 2000 de kantoorfuncties van de ambtelijke organisatie in 16 gebouwen gehuisvest! Alleen al de functies die gericht zijn op Werk, Inkomen en Zorg werden op zes soms ver van elkaar gelegen gebouwen uitgevoerd. Bovendien werden in steeds meer gebouwen arbo-regels flink overtreden (m²-ers; klimaatbeheersing e.d.) Ook het opknappen (stofferen; sauzen van muren e.d.) was uitgesteld omdat er jaren een reorganisatie in aantocht was.

Tenslotte kon geconcludeerd worden dat in enkele situaties de ruimten voor de publieke dienstverlening (bijv. Phoenixstraat) niet meer aan de eisen van de tijd voldeden.

 

Bij de operatie “her-huisvesting” worden deze taakstellingen tegelijk aangepakt. De financiele doelstelling/randvoorwaarde bij deze operatie is erop gericht het aantal lokaties sterk te verminderen en op nette en arbo-geschikte panden uit te komen terwijl de m²-prijs/medewerker (duidelijk) onder de marktprijs voor kantoorruimte blijft. Zoals hieronder blijkt is dat gelukt.


 

II. Algemene uitgangspunten en gevolgen

 

1.    De één-loketgedachte
Een belangrijk element in de filosofie van de nieuwe organisatie, en dus ook in het huisvestingsplan, is “de één loketgedachte”. Burgers, instellingen, bedrijven moeten zoveel mogelijk op één plek geholpen kunnen worden. Om deze één loketgedachte ook in de praktijk te kunnen brengen moesten alle dienstverlenende organisatieonderdelen bij elkaar of dicht bij elkaar gehuisvest worden. Dit heeft er onder andere toe geleid dat “de loketten” van de cluster Publiekszaken geconcentreerd worden op de locaties Phoenixstraat 16 en Hooikade 13 en zolang het Riagg-pand nog niet betrokken kan worden voor een klein deel (de budgetwinkel) in de Zuiderstraat 40-44 en Marshalllaan 14 (BIND). Voor de Phoenixstraat begane grond is een grondige verbouwing in voorbereiding waarvan de voorlopig geraamde kosten voor de verbouwing zelf in dit voorstel zijn meegenomen. Deze verbouwing is echter een onderdeel van een te wijzigen dienstverlening (meer electronische dienstverlening, gewijzigde openingstijden e.d.) waarmee ook kosten op het gebied van ict en wellicht lasten in de personele sfeer gemoeid kunnen zijn. Daarom zijn deze verbouwingskosten een “reservering”. Het besluit tot besteding wordt in het grotere kader genomen.

2.    Concentratie van lokaties en herordening
Een andere gemeentelijke wens was om het voor een stad als Delft bizar aantal dislocaties, waarin gemeentelijke organisatieonderdelen gehuisvest zijn, te verkleinen. Zoals blijkt uit onderstaande overzichten in deze nota, is het aantal dislocaties in totaal met 7 afgenomen (8 locaties eraf en één erbij).
De dienstenstructuur is verlaten. Vanaf 1 maart 2000 wordt gesproken over één gemeente, onderverdeeld in clusters met bijbehorende sectoren en vakteams. Om de communicatielijnen zo kort mogelijk te houden moeten in ieder geval de volgens het nieuwe organisatiemodel bij elkaar behorende vakteams en sectoren zoveel mogelijk bij elkaar gehuisvest worden.
Dit leidt tot de volgende mutaties in de periode 2000-2003.



Gebruiker

Adres

Huisnr.

 

2000

2001

2002

2003

 

totaal

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Panden in eigendom

 

 

 

mutaties

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bestuur en Centrale Staf

Oude Delft

137

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Phoenixstraat

16

 

 

 

 

 

 

 

Bedrijven

Staalweg

1

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Hooikade

13

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Hooikade

30

 

 

 

 

 

 

 

Centrale Staf / Leefbaarheid

Oude Delft

116

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

"Gehuurde" panden

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Delft Kennis Stad

Phoenixstraat

49

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Nassaulaan

2b

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Nassaulaan

23

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Zuiderstraat

44-46

 

 

 

 

 

 

 

Programma's en Projecten

Westvest

41

 

 

 

 

 

 

 

Bedrijven / GGD

Hooikade

2a

 

 

 

 

 

 

 

Wijk-/Stadszaken

Barbarasteeg

2

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Marshalllaan

14

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Molslaan *1

121

 

 

 

 

 

 

 

Publiekszaken

Brahmslaan

42

 

 

 

 

 

 

 

Facilitair en Centrale Staf

Martinus Nijhofflaan

2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

=

locatie wordt gehandhaafd

 

 

 

 

 

 

=

locatie wordt afgestoten

 

 

 

 

 

 

=

locatie is nieuw

 

 

 

 

 

* 1 De definitieve locatie voor de huisvesting van het Instituut Sociale Raadslieden wordt nog nader bekeken.

 

Zoals al eerder gememoreerd zal het resultaat van de herhuisvesting zijn dat het totaal aantal dislocaties met 7 (8 locaties eraf en één erbij) afneemt.


Om de dislocaties Zuiderstraat 44-46 en Marshalllaan 14 in 2002 af te kunnen stoten is het pand Hooikade 30 gekocht. Zo komen de vakteams van de cluster Publiekszaken nog geconcentreerder bij elkaar te zitten. Overigens is inmiddels weer aan de orde gekomen dat in Delft een vorm van CWI wordt gevestigd. Voor dat doel is eerder het Riagg-pand mede aangekocht. Dat kan tot konsekwentie hebben dat toch een enkele WIZ “satelliet” , bijv. Stichting Werkplan niet naar het Riagg-pand kan. De ontwikkelingen staan m.a.w. niet stil.

 

De huisvestingssituatie op clusterniveau eind 2001 is als volgt:

 

Adres

Huisnr.

 

 

 

 

 

 

 

 

Oude Delft

137

 

 

Bestuur en deel Centrale Staf

Phoenixstraat

16

 

 

Publiekszaken

Staalweg

1

 

 

Cluster Bedrijven, Cluster Publiekszaken en Cluster Wijk & Stad

Hooikade

13

 

 

Cluster Publiekszaken

Zuiderstraat

44-46

 

 

Cluster Publiekszaken / Budgetwinkel

Westvest

41

 

 

Programma’s & Projecten

Hooikade

2a

 

 

Cluster Bedrijven en GGD

Barbarasteeg

2

 

 

Cluster Wijk & Stad

Marshalllaan

14

 

 

Cluster Publiekszaken

Molslaan

121

 

 

Cluster Publiekszaken (ISR)

Martinus Nijhofflaan

2

 

 

Facilitair en deel Centrale Staf


De huisvestingssituatie op clusterniveau medio 2003 is naar verwachting de volgende:

 

Adres

Huisnr.

 

 

 

 

 

 

 

 

Oude Delft

137

 

 

Bestuur en deel Centrale Staf

Phoenixstraat

16

 

 

Publiekszaken

Staalweg

1

 

 

Cluster Bedrijven, Cluster Publiekszaken en Cluster Wijk & Stad

Hooikade

13

 

 

Cluster Publiekszaken

Hooikade

30

 

 

Cluster Publiekszaken

Westvest

41

 

 

Programma’s & Projecten

Barbarasteeg

2

 

 

Cluster Wijk & Stad

Molslaan

121

 

 

Cluster Publiekszaken (ISR)

Martinus Nijhofflaan


2

 

 

Facilitair en deel Centrale Staf

3.    De onderhoudssituatie
 De gemeente Delft, als werkgever, wilde ook van de gelegenheid gebruik maken om de kwaliteit van de werkplekken weer op een goed niveau te brengen. In afwachting van reorganisaties was de afgelopen jaren weinig meer aan onderhoud en vervanging van stoffering gedaan. Het zal duidelijk zijn dat als gebouwen leegkomen pas goed zichtbaar is dat onderhoud achterstallig is en stoffering aan vervanging toe zijn. Bovendien is uit kosten-effectiviteit het toch al ontruimd zijn een geschikt ogenblik tot vervanging stoffering e.d. Dit soort kosten zijn derhalve tegelijk met die van de Neon-verplaatsingen gemaakt.
In diverse gebouwen waaronder de enkele grote zoals Phoenixstraat en Barbarasteeg is de  vloerbedekking vervangen en zijn de binnenruimten geschilderd.

4.    De Arbo-eisen
De gemeente Delft is (wettelijk) verplicht de medewerkers op werkplekken te huisvesten die aan de Arbonormen voldoen. De feitelijke ontwikkeling de afgelopen jaren is geweest dat op nogal veel plaatsen nieuwe medewerkers voor nieuwe taken onder de verplichte Arbonorm in gemeentelijke kantoorgebouwen gehuisvest werden omdat er eenvoudig geen ruimte meer extra was (men “schoof aan” ). Bij het verplaatsen van hele organisatieonderdelen naar andere gebouwen ontstaat echter de situatie dat men niet meer opnieuw onder de m² norm geplaatst mag worden. De Centrale Ondernemingsraad bewaakt dit terecht. Het gevolg is dat voor eenzelfde bepaald aantal mensen meer m² nodig zijn.
Om te kunnen bepalen hoeveel vierkante meters bruto vloeroppervlak (bvo) er nodig zijn om de werknemers - in het kader van de Arbo-gedachten - goed te kunnen huisvesten, wordt in Nederland vaak de norm van 25 m² bvo als gemiddelde gebruikt. Deze norm is toegepast op het inpassen van werkplekken in de Torenhove, waar thans circa 245 werkplekken zijn ingericht op een totaal van 5.915 m² (de etages 2 t/m 8) De projectgroep “Huisvesting” beveelt bij het college aan om bij de inpassing van werkplekken in een nieuw te betrekken accommodatie deze norm van 25 m² bvo (all-in) als gemiddelde uitgangspunt te hanteren.
Terzijde, er wordt inmiddels een plan van aanpak opgesteld om te experimenteren met zgn. flexplekken. Dit in de praktijk gecompliceerdere concept dan op het eerste gezicht lijkt zou als pilot toegepast kunnen gaan worden om ervaring op te doen t.b.v. de bouw van een nieuw stadskantoor in de Spoorzone. Deze norm wordt gehanteerd door diverse, op huisvestingsmanagement georiënteerde, landelijk opererende adviesbureaus.
Het tekort van het aantal m² ers voor kantoorpersoneel wordt met deze operatie opgeheven.

Voor alle duidelijkheid, het aantal medewerkers van de gemeente is steeds een dynamisch gegeven. Door taakafstoting, gebiedsuitbreiding of iets dergelijks kunnen de behoeften snel wijzigen.

Naast Arbo-normen terzake m²ers worden andere Arbo-eisen opgelost, bv.de klimaatbeheersing in het pand Hooikade 13 en beveiligingen.

Na deze operatie zijn alle kantoorpanden voldoende Arbo geschikt, behalve het Jongenshuis, Oude Delft 137.


5.    Aanpassing ict
Een belangrijk aspect bij de herhuisvesting is het tegelijk vernieuwen of compatible maken van ict voorzieningen in de verschillende lokaties geweest. In de oude dienstenstructuur was vanuit een decentraal ICT beleid verschillende “omgevingen”, systemen en netwerken gegroeid. Na deze operatie zijn alle lokaties én alle werkplekken op hetzelfde systeem aangesloten en op een gestandaardiseerd niveau gebracht.
De telefooncentrale was voorts aan vernieuwing toe.

6.    Bouwkundige aanpassingen
In een aantal situaties moesten werkruimten bouwkundig worden aangepast om tot doelmatige indeling van de gebouwen te komen (wandverplaatsingen) alsmede het aanpassen van verwarming en luchtbehandelingsinstallaties en electrotechnische maatregelen.

7.    De verhuisorganisatie
Het verplaatsen, het uitrekenen van de mogelijkheden, het maken van verbouwplannen en kostenvergelijkingen etc. etc., is een uitermate gecompliceerd proces (geweest). Er was geen expertise in eigen huis voor. Bovendien was al het betrokken personeel zelf “in de Neon-verplaatsing” betrokken. Er is deskundige begeleiding vanuit met name het bureau Twijnstra Gudde voor ingehuurd geweest. Ook is een bouwkosten-deskundige ingeschakeld geweest.
Nu de organisatie inmiddels op orde aan het komen is kunnen de resterende bewegingen rond WIZ wel - mede m.b.v. de “geleerde” expertise van de externe begeleiding - verder in eigen huis worden georganiseerd.

8.    De m² prijs
De nieuwe lasten per m²/medewerker zal na het verbouwen en opknappen niet hoger mogen zijn dan in de markt gebruikelijk. De gemiddelde m² prijs voor eigenaars- en huurlasten van de met name genoemde (kantoor) panden, was in 1999 ƒ 183,= m². In 2003 zal de m² prijs ƒ 210,= gaan bedragen (huidig prijspeil).
Wanneer de gemeente Delft op de  “markt” kantoorruimte wil gaan huren dan zal ze uit moeten gaan van een m² prijs tussen ƒ 230,= en ƒ 270,= per jaar per m² bvo, exclusief inrichtingskosten. De nieuwe lasten liggen derhalve globaal 20% lager dan in de huurmarkt nu geldt.
Wanneer de gemiddelde uitgaven voor bouwkundige  en ICT-werkzaam-heden opgeteld worden bij de jaarlijkse huur- en eigenaarslasten, bedraagt de nieuwe gemiddelde prijs voor deze panden ƒ 252,= per m² bruto vloeroppervlak (bvo)


 

III. De kosten per soort probleem en per pand

 

De maatregelen voor de soorten problemen c.q. doelen rond de huisvesting van kantoorlokaties genoemd in hoofdstuk II hebben geresulteerd in de volgende globale kosten c.q. lasten. Uitsplitsing is toegepast per gebouw.Voor de goede orde, vermeld moet nog worden dat in de huidige begrotings aanpak kredieten voor (bijv. CV installaties) en groot onderhoud via de investeringsplanning verlopen. Dit soort activiteiten is niet in onderhavig voorstel vervat.



IV. Centrale huisvesting

 

De gemeente streeft er naar om rond 2008 / 2009 een nieuw kantoorpand te betrekken waarin de gemeentelijke organisatie zoveel mogelijk gehuisvest wordt. Om er voor te zorgen dat het eindbedrag van “de reserve gemeentelijke huisvesting” eind 2008 ƒ 10 miljoen zal bedragen, hetgeen de oorspronkelijke doelstelling was, zullen u in de nabije toekomst nadere voorstellen worden voorgelegd.

 

 

V. Dekking van de lasten

 

Voor een deel van de kosten was al een dekking door de raad beschikbaar gesteld middels het “blok” herhuisvestingskosten Neon ad 4,1 mln. Deze kosten c.q. dekking ziet in het bijzonder op de maatregelen zijnde bouwkundige aanpassingen, organisatie van de verhuizingen en inplaatsingen en de ict aanpassingen.

Nu de kosten c.q. lasten integraal bekend zijn geven wij er de voorkeur aan de dekking als volgt te (her)ordenen:

a . om de structureel hogere eigenaarslasten, huurlasten en servicekosten, vanaf het jaar 2003 ad ƒ 1.734.000,=, te dekken via de “Reserve gemeentelijke huisvesting” (zie bijlage )

b.   om de éénmalige uitgaven ad f 11.865.800,--, eveneens te dekken via de “Reserve gemeentelijke huisvesting” (zie bijlage)

c.   om de “Reserve gemeentelijke huisvesting” van voldoende middelen te voorzien om,

 

1. overeenkomstig hetgeen in de raad besproken is tijdens de behandeling van het rekeningoverschot 1999,  - een deel van - het rekeningoverschot 1999, ad ƒ 4.100.000,=, te storten in de “Reserve gemeentelijke huisvesting”

 

2. gezien de inhoud van deze nota, de opbrengst uit verkoop van het Meisjeshuis (Oude Delft 116) te storten in de “Reserve gemeentelijke huisvesting”



d.   met besluitvorming conform het op a, b en c voorgestelde bedraagt het saldo in 2008 van de reserve gemeentelijke huisvesting ad f 4.495.000,=
e.   Om het raadsbesluit van april 2000, 32e begrotingswijziging, in te trekken en het beschikbare bedrag te storten in de reserve gemeentelijke huisvesting valutadatum (31 december 2000)