Nota

 

Datum

13-08-2001

Ons Kenmerk

01/021980

Opsteller

Michel Schoemaker

Bijlagen

3        

Onderwerp

Meicirculaire 2001

 

 


I           SAMENVATTING

 

Inleiding

De meicirculaire 2001 van het ministerie van BZK bevat maatregelen die tot wijziging leiden van de algemene uitkering uit het gemeentefonds.

De mutaties leveren voor een deel een stijging op van de beschikbare financiële ruimte van de gemeente. Dat is vooral toe te schrijven aan een hoger accres van het gemeentefonds voor 2001 en volgende jaren. Met die ruimte is deels in de Zomernota 2002-2005 rekening gehouden.

Voor het overige deel gaat het om maatregelen die in principe budgettair neutraal verondersteld worden te werken, dat wil zeggen dat de verhoging/verlaging in de algemene uitkering leidt tot een daarmee corresponderende verhoging/verlaging van de gemeentelijke uitgaven of inkomsten. In de meicirculaire worden alle bedragen en mutaties m.b.t. 2001 uitgedrukt in guldens. Voor de jaren 2002 t/m 2005 worden alle bedragen en mutaties uitgedrukt in euro’s. In deel II van deze nota worden de hoofdpunten beschreven uit de meicirculaire en in deel III de mutaties van bijlage 1 nader toegelicht.

 

Relatie met Zomernota

In de Zomernota 2002-2005 is vooruitgelopen op het hogere accres van het gemeentefonds vanaf 2001. Het accres is o.a. nodig om de kostenontwikkelingen (loon- en prijsstijging etc.) te dekken. Gerekend is dat daarboven nog extra financiële ruimte via het gemeentefonds in het verschiet zou liggen.

 

Om die reden is in het financiële beeld van de Zomernota voor het jaar 2001 reeds ƒ 3,746 mln. (€ 1,7mln) ingezet. Naast het accres is tevens een bedrag van ƒ 0,661 mln. (€ 0,3 mln.) ingezet in het financiële beeld voor 2001 a.g.v. de ontwikkeling van de kwantiteiten. Na het doorberekenen van de financiële effecten voor Delft van de meicirculaire, is er aanleiding om het financiële beeld van 2001 positief aan te passen met ƒ 0,522 mln.

 

In de Zomernota is voor het jaar 2002 reeds € 0,7 mln. ingezet in het financiële beeld. Sinds het verschijnen van de Zomernota zijn de verwachtingen met betrekking tot de loonontwikkelingen gewijzigd. In verband hiermee is verwachte loonontwikkeling met € 0,5 mln. naar beneden bijgesteld. Met inbegrip van het iets lagere accres in de meicirculaire voor 2002 dan in de Zomernota 2002-2005 (€ 3,6 mln. i.p.v. € 3,8 mln.) en de ontwikkeling van de uitkeringsfactor, leidt de berekening van de financiële effecten voor Delft tot een aanpassing in het financiële beeld €18.400 negatief.

 

Het beeld van de algemene uitkering na het doorrekenen van de  meicirculaire 2001 ziet er meerjarig als volgt uit:

                                                          

Alg. uitkering gemeentefonds

2001

*mln. Gulden

 2002

*mln. euro

2003

*mln. euro

2004

*mln. euro

2005

*mln. euro

Stand algemene uitkering begroting 2001

167,724

76,526

76,216

75,873

75,677

Ingezet accres fin. beeld incl. accres ter dekking bijgestelde nominale ontwikkelingen in ZN

4,407

3,300

3,300

3,300

3,300

Subtotaal

Mutaties Meicirculaire 01:

172,131

79,826

79,516

79,173

78,977

Budgettair neutrale mutaties

Niet budgettair neutrale mutaties

0,507


0,522

0,550


-0,018

0,549


0,191

0,547


0,308

0,547


0,268

Mutaties per saldo

1,029

0,532

0,740

 

0,855

0,815

Stand alg. uitkering t/m Meicirculaire 2001

173,160

80,358

80,256

80,028

79,792

 

 Tabel 1: Totaalbeeld meicirculaire 2001

                                                                                                                                                      mln.

In deze nota worden de mutaties uit de meicirculaire toegelicht. Ook de afwijkingen met de aannames uit de Zomernota worden toegelicht.

 

Voorstellen:

·                Kennis te nemen van het financiële beeld uit de Meicirculaire 2001;

·                De mutaties uit de Meicirculaire 2001 te verwerken in de begroting 2002;

·                De mutaties die aan te merken zijn als budgettair neutraal in principe te verrekenen met de betreffende budgetten van de betrokken vakteams.

 

 

II          HOOFDPUNTEN UIT DE CIRCULAIRE

1.    Maatschappelijke prioriteiten

De VNG en het IPO onderschrijven de maatschappelijke prioriteiten die het kabinet heeft geformuleerd op de terreinen onderwijs, zorg en veiligheid. Thans worden door de VNG en het IPO de plannen uitgewerkt, waarbij een evenredige inzet van de gemeenten en provincies als het Rijk wordt nagestreefd. Bij de inzet van de financiële middelen zal rekening gehouden worden met de autonomie van de gemeenten.

2.    BTW-compensatiefonds

Bestuurlijk akkoord is bereikt over de invoering per 1-1-2003 van het BTW-compensatiefonds. Dit heeft plaatsgevonden in een overleg op 21 juni 2001 met de minister van Financiën, de minister van BZK en met de vertegenwoordigers van het IPO en VNG. De door de provincies en gemeenten aangedragen problemen bij een eventuele invoering van het BTW-compensatiefonds zijn grotendeels opgelost. De gemaakte afspraken leiden tot een aanpassing van het wetsvoorstel. De VNG heeft aangekondigd medio september een ledenraadpleging te willen houden over het BTW-compensatiefonds. Het probleem rond de activa is opgelost door het toepassen van een vertraagde uitname € 910 mln. uit het gemeente- en provinciefonds. Daarnaast wordt door het toepassen van een garantienorm een gelijke omvang van het provinciefonds en gemeentefonds voor de komende 3 jaar gegarandeerd, die gelijk is aan situatie waarin er geen sprake zou zijn van het BTW-compensatiefonds. Tenslotte wordt de verwachte meeropbrengst aan BTW van € 18,15 mln. toegevoegd aan het fonds.


3.
Accressen
Voor het jaar 2001 is het accres landelijk met ƒ 576 mln. gestegen t.o.v. de meicirculaire 2000. In 2002 is het voorlopig accres vastgesteld op € 329,8 mln. Het kabinet gaat ervan uit dat de gemeenten bij de besteding van deze groei de nadruk zullen leggen op de bij punt 1 genoemde maatschappelijke prioriteiten. De ontwikkeling van de accressen in de jaren 2003 t/m 2005 geven  een globale indicatie en zijn in sterke mate afhankelijk zijn van het nieuwe Regeerakkoord en de uitkomsten van de evaluatie van de normeringsystematiek. Om deze reden wordt voorshands alleen voor het komende begrotingsjaar rekening gehouden met wijzigingen in het financieel beeld.

4. Nominale ontwikkelingen
In bijlage 1 van de kaderbrief Zomernota wordt rekening gehouden met een personeelskostenstijging van 7%. In de berekening van de nominale ontwikkeling voor de Zomernota (Tabel 4.2 blz. 49 ZN) is echter rekening gehouden met 8%. De geschetste nominale ontwikkeling van de lonen en salarissen in de meicirculaire voor de jaren 2001 en 2002 rechtvaardigen echter een percentage van 7%. Derhalve zal de loonontwikkeling (incl. naijleffect 2001) voor Delft met € 0,5 mln. naar beneden worden bijgesteld (zie bijlage 1).

5. Huisvesting onderwijs

Met ingang van 1997 is de financiële verantwoordelijkheid voor de huisvesting van de scholen in de sectoren basisonderwijs, voortgezetonderwijs en speciaal onderwijs overgebracht naar gemeenten. Bij de monitoring van de decentralisatie zijn enige knelpunten naar voren gekomen met betrekking tot gemeenten die een centrumfunctie hebben en groeigemeenten. Met ingang van het uitkeringsjaar 2002 worden drie nieuwe maatstaven geïntroduceerd ter oplossing van deze knelpunten in de bekostiging van de onderwijshuisvesting. Het bedrag dat met deze nieuwe maatstaven is gemoeid, wordt gedekt uit de toename van het accres 2002 (zie bijlage 2 maatstaven 43 t/m 45). 

6. Financiële functie en de dualisering van het gemeentebestuur
Een deel van de voorstellen van de staatscommissie Dualisme en lokale democratie ter verbetering van de financiële functie van provincies en gemeenten, vindt zijn weerslag in de Gemeentewet en een deel in de comptabiliteitsvoorschriften. Het streven is dat de noodzakelijke wijzigingen in de Gemeentewet in kunnen gaan bij de gemeenteraadsverkiezingen in het voorjaar 2002. Een belangrijke wijziging in de Gemeentewet betreft de vastlegging van de beleidsmatige uitgangspunten van financiële aard, zoals de waardering, afschrijving en de treasuryfunctie.
De wijzigingen van de comptabiliteitsvoorschriften zullen volgens planning ook in het voorjaar 2002 gereed zijn, maar zullen deels in 2003 en deels in 2004 ingaan. Een belangrijke wijziging betreft de bepaling dat uit de begroting moet blijken wat de missie en de politieke doelen zijn en dat uit de jaarrekening aangegeven moet worden of en hoe deze doelen zijn bereikt.
 

 

III         TOELICHTING MUTATIES MEICIRCULAIRE (zie bijlage 1)

 

A.   Mutaties niet budgettair neutraal

 

1. Accresontwikkeling
Het accres voor het jaar 2001 is ƒ 3,674 mln. voor Delft. In de Zomernota 2002-2005 was echter rekening gehouden met een accres van ƒ 3,746 mln. Derhalve leidt dit tot voor 2001 tot een negatieve mutatie van ƒ 72.300.

Het accres voor het jaar 2002 is € 3,618 mln. voor Delft. In de Zomernota 2002-2005 was echter rekening gehouden met een accres van € 3,8 mln., dat tevens als dekking diende voor de nominale ontwikkelingen. De huidige inzichten rechtvaardigen (zie punt 4, hoofdpunten circulaire) een bijstelling van de benodigde dekking voor de nominale ontwikkelingen tot € 3,3 mln. Per saldo betekent dit voor 2002 een positieve mutatie van € 318.100. 

 

2. Ontwikkeling uitkeringsfactor
De ontwikkeling van de uitkeringsbasis van 2001 is voor BZK aanleiding de uitkeringsfactor neerwaarts bij te stellen met twee punten. Momenteel komt één uitkeringspunt overeen met circa ƒ 24,6 mln. Voor Delft betekent deze neerwaartse bijstelling voor 2001 een negatieve mutatie van ƒ 323.000.


De ontwikkeling van de uitkeringsbasis in 2002 ten opzichte van 2001 leidt tot een daling van de uitkeringsfactor van 10 punten. Één punt uitkeringsfactor komt naar huidig inzicht in 2002 overeen met een bedrag van € 11,4 mln. Voor Delft betekent dit in 2002 een negatieve mutatie van € 739.100.

3. Integratie WUW-middelen

Als gevolg van wijziging in de maatstaven, de bedragen per eenheid en de uitkeringsfactor, valt er per 2002 met de afbouw van de integratie-uitkering WUW een bedrag vrij aan het gemeentefonds van € 4.800.

 

4. Milieuapparaatskosten
Conform het gestelde in de junicirculaire 1997 wordt er in 2002 landelijk een bedrag aan het gemeentefonds toegevoegd van € 0,2 mln. Voor Delft betekent dit een positieve mutatie van € 1.200. Deze toevoeging aan het gemeentefonds is ter vervanging van de financiële middelen die ingevolge de VOGM-regeling beschikbaar waren aan de gemeenten.


5. Brutering onkostenvergoeding
Gemeentebestuurders ontvangen een algemene onkostenvergoeding, die tot voor kort vrijgesteld was van belastingen. Door een aangescherpte belastingwetgeving wordt het bedrag van de vaste onkostenvergoeding gebruteerd. De gemeenten worden voor de extra kosten van de brutering gecompenseerd via het gemeentefonds. Voor het jaar 2001 leidt dit voor Delft tot een positieve mutatie van ƒ 112.600. Voor het jaar 2002 is dit een positieve mutatie van € 52.300. Deze mutatie wordt als niet-neutraal aangemerkt, omdat de onkostenvergoeding reeds in de loonontwikkeling is meegenomen.

6. Dualisering lokaal bestuur
Het wetsvoorstel dualisering gemeentebestuur leidt ertoe dat gemeenten geconfronteerd worden met hogere uitgaven als gevolg van de voorgenomen ontvlechting van het raadslidmaatschap en wethouderschap. Als wethouders niet langer raadslid zijn, neemt het aantal raadsleden toe dat een afzonderlijke vergoeding voor het raadslidmaatschap moet ontvangen. Aangezien het duale stelsel rond 1-4-2002 effectief wordt het eerste jaar een tijdsevenredige toevoeging plaats aan het gemeentefonds. Voor Delft leidt dit tot een positieve mutatie in 2002 van € 49.900.

 

7/9. Verfijningen monumenten/riolering
De verfijningen monumenten en riolering zijn als gevolg nadere berekening van de reeksen aangepast voor de jaren 2004 en 2005.

8.
Precariobelasting
In verband met het afschaffen van de precariobelasting op omroepkabels in 1999  is in 2001 de jaarlijkse  toevoeging aan het gemeentefonds uiteindelijk tot
ƒ 97,5 mln. opgelopen. Dit betekent voor Delft een totaal aandeel van ƒ 219.000, waarvan reeds ƒ 61.200 in de begroting was opgenomen. Per saldo is dit een positieve mutatie van ƒ 157.800.

In 2002 was reeds een bedrag opgenomen van € 97.600. Per saldo leidt dit tot een positieve mutatie van € 1.800.

 

10. Kwantiteiten

De kwantiteiten voor de berekening van de algemene uitkering zijn aangepast. Voor de maatstaven inwoners, jongeren, minderheden, lokaal en regionaal klantenpotentieel leveren deze positieve verschillen op. Als gevolg hiervan stijgt de algemene uitkering in 2001 met ƒ 1,308 mln. Hiervan was reeds ƒ 0,661 mln. verwerkt in de Zomernota 2002-2005. Per saldo leidt dit tot een mutatie van ƒ0,646 mln. in 2001.
Voor 2002 levert de ontwikkeling van de kwantiteit een positieve mutatie op van € 0,292 mln.
 

De ontwikkeling in de sfeer van de bijstand en leerlingen voortgezet (speciaal) onderwijs is meegenomen bij de budgettair neutrale mutaties.

 

 

B.   Budgettair neutrale mutaties

 

1.  Fonds Werk en Inkomen

Het fonds werk en inkomen is gestart in 2001. Dat betekent dat ter dekking van 25% van de uitkeringslasten een budgetfinanciering in de plaats gekomen is. Voor de overige 75% blijft financiering op declaratiebasis gehandhaafd. Daarvoor is een structurele uitname uit het gemeentefonds genomen. Bij de uitname is abusievelijk een onderdeel betrokken dat niet naar het FWI is gegaan. Het betreft hier de door de gemeenten gemaakte kosten i.v.m. aan derden opgedragen onderzoek naar de levensvatbaarheid van bedrijven van zelfstandigen aan wie bijstand is vertrekt. Deze correctie leidt tot een positieve mutatie van ƒ 15.100 in 2001. De doorwerking naar 2002 is € 6.600.

 

2. Vangnet huursubsidie

De uitname uit het gemeentefonds ten behoeve van de regeling bijdrage huurlasten, ook wel aangeduid met Vangnetregeling huursubsidie wordt ƒ 0,8 mln. lager dan eerder werd aangekondigd. Dit betekent voor Delft in 2001 een positieve mutatie van ƒ 5.400.

 

Voor 2002 leidt het resultaat van de evaluatie van de regeling tot een positieve mutatie van €16.400.

 

3. Stimulering SWI

In 2002 vindt een mutatie op de uitname uit het gemeentefonds plaats van € 0,5 mln. De uitname, welke in de septembercirculaire 1998 al is aangekondigd, houdt verband met een besparing op de uitvoeringskosten bijstand welke de Samenwerking Werk en Inkomen oplevert.  Voor Delft is dat vanaf 2002 een inkomstenvermindering van structureel € 8.000.


4. Taakstelling efficiency SWI

De oprichting van de centra voor Werk en Inkomen (CWI) moet leiden tot aanmerkelijke efficiencyvoordelen. In verband daarmede zijn uitnamen uit het gemeentefonds voorzien. De kortingen 2000 en 2001 zijn reeds verwerkt. In 2002 wordt structureel € 5 mln. uitgenomen hetgeen correspondeert met een korting van € 32.200.


5. Bijzondere bijstand regeerakkoord
Door de impuls in de jaren 1999 en 2000 voor de bijzondere bijstand is het meerjarenbeeld van de algemene uitkering gewijzigd. Voor 2002 betekent deze wijziging voor Delft een positieve mutatie van €72.600.

 

6. Vreemdelingenwet

Een bedrag van ƒ 7,7 mln. wordt aan het gemeentefonds toegevoegd in verband de invoering van de nieuwe Vreemdelingenwet in 2001. Een verandering is dat de verstrekking van de voorlopige vergunning tot verblijf (vvtv) verdwijnt. Daarvoor komt in de plaats de verblijfstitel voor bepaalde tijd (vbt). De financiering hiervan loopt niet via de zorgwet maar via de ABW. De toevoeging dient ter compensatie van de extra uitvoeringskosten bijstand en bijzondere bijstand (de extra uitkeringslasten lopen via het FWI). De verhoging in 2001 bedraagt voor Delft ƒ 45.600. De doorwerking van de invoering voor 2002 is € 21.000.


7. Nieuwe maatstaven onderwijshuisvesting
Zoals reeds eerder in deze nota genoemd (punt 5, hoofdpunten circulaire), worden er per 1-1-2002 een drietal nieuwe maatstaven geïntroduceerd. Voor Delft levert dit alleen voor maatstaf 45 (zie bijlage 2) een bedrag van € 27.600 op. Dit is de maatstaf sterke groei leerlingen voortgezet onderwijs, gedefinieerd als de toename in de laatste 10 jaren van het aantal leerlingen VO (ongewogen), voor zover deze uitgaat boven een groei van 10%.

Huidig aantal leerling     : 6460

Aantal leerling 1991       : 5685-

10% groei                     :   569-
Kwantiteit                     :  206,5 * Tarief (€133,81)= € 27.600


8. WVG-impuls

Op grond van het regeerakkoord zouden ten behoeve van de WVG-uitvoering in de periode 1999 tot en met 2002 toevoegingen aan het gemeentefonds plaatsvinden. Toevoeging in 2002 bedraagt voor Delft € 146.000.

 

9. Sociaal vervoer AWBZ-instellingen
Vooralsnog wordt afgezien van de voorgenomen overheveling van de middelen voor het sociaal vervoer AWBZ-instellingen naar het gemeentefonds. Gebleken is dat de Tweede Kamer zich in ieder geval voor het jaar 2001 niet kan verenigen met deze overheveling. De achtergrond van het genoemde beleidsvoornemen is in 2000 uiteengezet in de mei-en septembercirculaires. Daar werd onder andere ingegaan op de gefaseerde invoering van de maatregel en op de afkoopsom die beschikbaar is voor de gemeenten met een groot herverdeeleffect. In een algemeen overleg over dit onderwerp van 12 oktober jl. zijn vanuit de vaste Kamercommissie van SZW bezwaren naar voren gebracht over genoemd herverdeeleffect. Het werd, ondanks de voorgestelde overgangsregeling, te groot geacht. De minister van SZW heeft daarom – mede met het oog op de derde evaluatie van de WVG – besloten de huidige bijdrageregeling AWBZ-gemeenten met een jaar te verlengen. Als resultante van het overleg met de Tweede Kamer wordt de voorgenomen overheveling naar het gemeentefonds van ƒ 49,9 miljoen niet geëffectueerd. Dit betekent dat er in 2001 geen integratie-uitkering AWBZ-instellingen komt. Voorts vervalt de voorgenomen toevoeging van de eerste tranche van ƒ 14,2 miljoen aan de algemene uitkering voor het jaar 2001. Voor Delft leidt dit tot een negatieve mutatie van ƒ 63.600 in 2001.

10/11. Onderwijshuisvesting

In de begroting stond voor de integratie-uitkering decentralisatie onderwijs voor de 2002 t/m 2005 een stelpost opgenomen van € 400.000. Deze komt echter te vervallen, omdat de decentralisatieoperatie in 2002 is afgerond en de uitkering via het cluster zorg plaats vindt. Derhalve kan de stelpost worden weggeboekt en levert de laatste toevoeging aan het gemeentefonds Delft een bedrag op van € 450.800. Per saldo leidt dit tot een positieve mutatie van € 50.800 in 2002.

 

12. Leerlingenvervoer

De algemene uitkering wordt verhoogd met € 3,6 mln. op jaarbasis in 2002 in verband met de voorgenomen overheveling naar de gemeenten van de bekostiging van het schoolvervoer van leerlingen van het speciaal onderwijs. Omdat deze taakwijziging in zal gaan per 1-8-2002 vindt deze structurele verhoging plaats in 2 stappen. Voor 2002 levert dit een positieve mutatie op van € 7.700.

13/14. Klassenverkleining

In de begroting stond voor de integratie-uitkering klassenverkleining voor de 2002 t/m 2005 een stelpost opgenomen van € 113.700. Deze komt echter te vervallen, omdat de uitkering via het cluster zorg plaats vindt. Derhalve kan de stelpost worden weggeboekt en levert de laatste toevoeging aan het gemeentefonds Delft een bedrag op van € 114.600. Per saldo leidt dit tot een positieve mutatie van € 900 in 2002.

 

15. Kwantiteiten bijstand

De raming van de aantallen bijstandsontvangers en uitkeringsontvangers zijn geactualiseerd aan de hand van de nieuwe inzichten. In de begroting is echter ten onrechte rekening gehouden met een te lage kwantiteit voor de uitvoeringskosten bijstandsgerechtigden (3400 i.p.v. 3601). Dit levert een per saldo een positieve mutatie op van ƒ 0,514 mln. in 2001 en € 0,270 in 2002.

 

16. Kwantiteiten leerlingen

De raming van de leerlingenaantallen is naar beneden bijgesteld hetgeen leidt tot een negatieve mutatie van ƒ 10.200 in 2001 en € 4.700 in 2002.

 


Hoogachtend,

 

Michel Schoemaker

Controller