Onderwerp
De
meicirculaire 2001 van het ministerie van BZK bevat maatregelen die tot
wijziging leiden van de algemene uitkering uit het gemeentefonds.
De
mutaties leveren voor een deel een stijging op van de beschikbare financiële
ruimte van de gemeente. Dat is vooral toe te schrijven aan een hoger accres van
het gemeentefonds voor 2001 en volgende jaren. Met die ruimte is deels in de
Zomernota 2002-2005 rekening gehouden.
Voor
het overige deel gaat het om maatregelen die in principe budgettair neutraal
verondersteld worden te werken, dat wil zeggen dat de verhoging/verlaging in de
algemene uitkering leidt tot een daarmee corresponderende verhoging/verlaging
van de gemeentelijke uitgaven of inkomsten. In de meicirculaire worden alle
bedragen en mutaties m.b.t. 2001 uitgedrukt in guldens. Voor de jaren 2002 t/m 2005
worden alle bedragen en mutaties uitgedrukt in euro’s. In deel II van deze nota
worden de hoofdpunten beschreven uit de meicirculaire en in deel III de
mutaties van bijlage 1 nader toegelicht.
In
de Zomernota 2002-2005 is vooruitgelopen op het hogere accres van het
gemeentefonds vanaf 2001. Het accres is o.a. nodig om de kostenontwikkelingen
(loon- en prijsstijging etc.) te dekken. Gerekend is dat daarboven nog extra
financiële ruimte via het gemeentefonds in het verschiet zou liggen.
Om
die reden is in het financiële beeld van de Zomernota voor het jaar 2001 reeds
ƒ 3,746 mln. (€ 1,7mln) ingezet. Naast het accres is tevens een
bedrag van ƒ 0,661 mln. (€ 0,3 mln.) ingezet in het financiële beeld voor
2001 a.g.v. de ontwikkeling van de kwantiteiten. Na het doorberekenen van de
financiële effecten voor Delft van de meicirculaire, is er aanleiding om het
financiële beeld van 2001 positief aan te passen met ƒ 0,522 mln.
In
de Zomernota is voor het jaar 2002 reeds € 0,7 mln. ingezet in het financiële
beeld. Sinds het verschijnen van de Zomernota zijn de verwachtingen met
betrekking tot de loonontwikkelingen gewijzigd. In verband hiermee is verwachte
loonontwikkeling met € 0,5 mln. naar beneden bijgesteld. Met inbegrip van het
iets lagere accres in de meicirculaire voor 2002 dan in de Zomernota 2002-2005
(€ 3,6 mln. i.p.v. € 3,8 mln.) en de ontwikkeling van de uitkeringsfactor,
leidt de berekening van de financiële effecten voor Delft tot een aanpassing in
het financiële beeld €18.400 negatief.
Het
beeld van de algemene uitkering na het doorrekenen van de meicirculaire 2001 ziet er meerjarig als
volgt uit:
Alg. uitkering gemeentefonds |
2001 *mln. Gulden |
2002 *mln. euro |
2003 *mln. euro |
2004 *mln. euro |
2005 *mln. euro |
Stand algemene uitkering begroting 2001 |
167,724 |
76,526 |
76,216 |
75,873 |
75,677 |
Ingezet accres
fin. beeld incl. accres ter dekking bijgestelde nominale ontwikkelingen in ZN |
4,407 |
3,300 |
3,300 |
3,300 |
3,300 |
Subtotaal Mutaties
Meicirculaire 01: |
172,131 |
79,826 |
79,516 |
79,173 |
78,977 |
Budgettair neutrale mutaties Niet budgettair neutrale mutaties |
0,507
|
0,550
|
0,549
|
0,547
|
0,547
|
Mutaties
per saldo |
1,029 |
0,532 |
0,740 |
0,855 |
0,815 |
Stand alg. uitkering t/m Meicirculaire 2001 |
173,160 |
80,358 |
80,256 |
80,028 |
79,792 |
mln.
In
deze nota worden de mutaties uit de meicirculaire toegelicht. Ook de
afwijkingen met de aannames uit de Zomernota worden toegelicht.
Voorstellen:
·
Kennis te nemen van het financiële beeld uit de Meicirculaire 2001;
·
De mutaties uit de Meicirculaire 2001 te verwerken in de begroting 2002;
·
De mutaties die aan te merken zijn als budgettair neutraal in principe
te verrekenen met de betreffende budgetten van de betrokken vakteams.
II HOOFDPUNTEN UIT DE CIRCULAIRE
1. Maatschappelijke prioriteiten
De
VNG en het IPO onderschrijven de maatschappelijke prioriteiten die het kabinet
heeft geformuleerd op de terreinen onderwijs, zorg en veiligheid. Thans worden
door de VNG en het IPO de plannen uitgewerkt, waarbij een evenredige inzet van
de gemeenten en provincies als het Rijk wordt nagestreefd. Bij de inzet van de
financiële middelen zal rekening gehouden worden met de autonomie van de
gemeenten.
2.
BTW-compensatiefonds
Bestuurlijk akkoord is bereikt over de invoering per 1-1-2003 van
het BTW-compensatiefonds. Dit heeft plaatsgevonden in een overleg op 21 juni
2001 met de minister van Financiën, de minister van BZK en met de
vertegenwoordigers van het IPO en VNG. De door de provincies en gemeenten aangedragen
problemen bij een eventuele invoering van het BTW-compensatiefonds zijn
grotendeels opgelost. De gemaakte afspraken leiden tot een aanpassing van het
wetsvoorstel. De VNG heeft aangekondigd medio september een ledenraadpleging te
willen houden over het BTW-compensatiefonds. Het probleem rond de activa is
opgelost door het toepassen van een vertraagde uitname € 910 mln. uit het
gemeente- en provinciefonds. Daarnaast wordt door het toepassen van een
garantienorm een gelijke omvang van het provinciefonds en gemeentefonds voor de
komende 3 jaar gegarandeerd, die gelijk is aan situatie waarin er geen sprake
zou zijn van het BTW-compensatiefonds. Tenslotte wordt de verwachte
meeropbrengst aan BTW van € 18,15 mln. toegevoegd aan het fonds.
3. Accressen
Voor het jaar 2001 is het accres landelijk met ƒ 576 mln. gestegen t.o.v. de
meicirculaire 2000. In 2002 is het voorlopig accres vastgesteld op € 329,8 mln.
Het kabinet gaat ervan uit dat de gemeenten bij de besteding van deze groei de
nadruk zullen leggen op de bij punt 1 genoemde maatschappelijke prioriteiten.
De ontwikkeling van de accressen in de jaren 2003 t/m 2005 geven een globale indicatie en zijn in sterke mate
afhankelijk zijn van het nieuwe Regeerakkoord en de uitkomsten van de evaluatie
van de normeringsystematiek. Om deze reden wordt voorshands alleen voor het
komende begrotingsjaar rekening gehouden met wijzigingen in het financieel
beeld.
4. Nominale
ontwikkelingen
In bijlage 1 van de kaderbrief Zomernota wordt rekening gehouden met een personeelskostenstijging
van 7%. In de berekening van de nominale ontwikkeling voor de Zomernota (Tabel
4.2 blz. 49 ZN) is echter rekening gehouden met 8%. De geschetste nominale
ontwikkeling van de lonen en salarissen in de meicirculaire voor de jaren 2001 en
2002 rechtvaardigen echter een percentage van 7%. Derhalve zal de
loonontwikkeling (incl. naijleffect 2001) voor Delft met € 0,5 mln. naar
beneden worden bijgesteld (zie bijlage 1).
5.
Huisvesting onderwijs
Met
ingang van 1997 is de financiële verantwoordelijkheid voor de huisvesting van
de scholen in de sectoren basisonderwijs, voortgezetonderwijs en speciaal
onderwijs overgebracht naar gemeenten. Bij de monitoring van de decentralisatie
zijn enige knelpunten naar voren gekomen met betrekking tot gemeenten die een
centrumfunctie hebben en groeigemeenten. Met ingang van het uitkeringsjaar 2002
worden drie nieuwe maatstaven geïntroduceerd ter oplossing van deze knelpunten
in de bekostiging van de onderwijshuisvesting. Het bedrag dat met deze nieuwe
maatstaven is gemoeid, wordt gedekt uit de toename van het accres 2002 (zie
bijlage 2 maatstaven 43 t/m 45).
6.
Financiële functie en de dualisering van het gemeentebestuur
Een deel van de voorstellen van de staatscommissie Dualisme en lokale
democratie ter verbetering van de financiële functie van provincies en
gemeenten, vindt zijn weerslag in de Gemeentewet en een deel in de
comptabiliteitsvoorschriften. Het streven is dat de noodzakelijke wijzigingen
in de Gemeentewet in kunnen gaan bij de gemeenteraadsverkiezingen in het
voorjaar 2002. Een belangrijke wijziging in de Gemeentewet betreft de
vastlegging van de beleidsmatige uitgangspunten van financiële aard, zoals de
waardering, afschrijving en de treasuryfunctie.
De wijzigingen van de comptabiliteitsvoorschriften zullen volgens planning ook
in het voorjaar 2002 gereed zijn, maar zullen deels in 2003 en deels in 2004
ingaan. Een belangrijke wijziging betreft de bepaling dat uit de begroting moet
blijken wat de missie en de politieke doelen zijn en dat uit de jaarrekening
aangegeven moet worden of en hoe deze doelen zijn bereikt.
III TOELICHTING MUTATIES MEICIRCULAIRE (zie bijlage 1)
A.
Mutaties niet budgettair
neutraal
1. Accresontwikkeling
Het accres voor het jaar 2001 is ƒ 3,674 mln. voor Delft. In de Zomernota 2002-2005
was echter rekening gehouden met een accres van ƒ 3,746 mln. Derhalve leidt dit
tot voor 2001 tot een negatieve mutatie van ƒ 72.300.
Het
accres voor het jaar 2002 is € 3,618 mln. voor Delft. In de Zomernota 2002-2005
was echter rekening gehouden met een accres van € 3,8 mln., dat tevens als
dekking diende voor de nominale ontwikkelingen. De huidige inzichten
rechtvaardigen (zie punt 4, hoofdpunten circulaire) een bijstelling van de
benodigde dekking voor de nominale ontwikkelingen tot € 3,3 mln. Per saldo
betekent dit voor 2002 een positieve mutatie van € 318.100.
2.
Ontwikkeling uitkeringsfactor
De ontwikkeling van de uitkeringsbasis van 2001 is voor BZK aanleiding de
uitkeringsfactor neerwaarts bij te stellen met twee punten. Momenteel komt één
uitkeringspunt overeen met circa ƒ 24,6 mln. Voor Delft betekent deze
neerwaartse bijstelling voor 2001 een negatieve mutatie van ƒ 323.000.
De ontwikkeling van de uitkeringsbasis in 2002 ten opzichte van 2001 leidt tot
een daling van de uitkeringsfactor van 10 punten. Één punt uitkeringsfactor
komt naar huidig inzicht in 2002 overeen met een bedrag van € 11,4 mln. Voor
Delft betekent dit in 2002 een negatieve mutatie van € 739.100.
3.
Integratie WUW-middelen
Als
gevolg van wijziging in de maatstaven, de bedragen per eenheid en de
uitkeringsfactor, valt er per 2002 met de afbouw van de integratie-uitkering
WUW een bedrag vrij aan het gemeentefonds van € 4.800.
4.
Milieuapparaatskosten
Conform het gestelde in de junicirculaire 1997 wordt er in 2002 landelijk
een bedrag aan het gemeentefonds toegevoegd van € 0,2 mln. Voor Delft betekent
dit een positieve mutatie van € 1.200. Deze toevoeging aan het gemeentefonds is
ter vervanging van de financiële middelen die ingevolge de VOGM-regeling
beschikbaar waren aan de gemeenten.
5. Brutering onkostenvergoeding
Gemeentebestuurders ontvangen een algemene onkostenvergoeding, die tot voor
kort vrijgesteld was van belastingen. Door een aangescherpte belastingwetgeving
wordt het bedrag van de vaste onkostenvergoeding gebruteerd. De gemeenten
worden voor de extra kosten van de brutering gecompenseerd via het gemeentefonds.
Voor het jaar 2001 leidt dit voor Delft tot een positieve mutatie van ƒ
112.600. Voor het jaar 2002 is dit een positieve mutatie van € 52.300. Deze
mutatie wordt als niet-neutraal aangemerkt, omdat de onkostenvergoeding reeds
in de loonontwikkeling is meegenomen.
6. Dualisering lokaal bestuur
Het wetsvoorstel dualisering gemeentebestuur leidt ertoe dat gemeenten
geconfronteerd worden met hogere uitgaven als gevolg van de voorgenomen
ontvlechting van het raadslidmaatschap en wethouderschap. Als wethouders niet
langer raadslid zijn, neemt het aantal raadsleden toe dat een afzonderlijke
vergoeding voor het raadslidmaatschap moet ontvangen. Aangezien het duale
stelsel rond 1-4-2002 effectief wordt het eerste jaar een tijdsevenredige
toevoeging plaats aan het gemeentefonds. Voor Delft leidt dit tot een positieve
mutatie in 2002 van € 49.900.
7/9. Verfijningen
monumenten/riolering
De verfijningen monumenten en riolering zijn als gevolg nadere berekening
van de reeksen aangepast voor de jaren 2004 en 2005.
8. Precariobelasting
In verband met het afschaffen van de precariobelasting op omroepkabels in
1999 is in 2001 de jaarlijkse toevoeging aan het gemeentefonds
uiteindelijk tot ƒ 97,5 mln. opgelopen. Dit
betekent voor Delft een totaal aandeel van ƒ 219.000, waarvan reeds ƒ
61.200 in de begroting was opgenomen. Per saldo is dit een positieve mutatie
van ƒ 157.800.
In 2002 was reeds een bedrag opgenomen van € 97.600.
Per saldo leidt dit tot een positieve mutatie van € 1.800.
10. Kwantiteiten
De
kwantiteiten voor de berekening van de algemene uitkering zijn aangepast. Voor
de maatstaven inwoners, jongeren, minderheden, lokaal en regionaal
klantenpotentieel leveren deze positieve verschillen op. Als gevolg hiervan
stijgt de algemene uitkering in 2001 met ƒ 1,308 mln. Hiervan was
reeds ƒ 0,661 mln. verwerkt in de Zomernota 2002-2005. Per saldo leidt dit tot
een mutatie van ƒ0,646 mln. in 2001.
Voor 2002 levert de ontwikkeling van de kwantiteit een positieve mutatie op van
€ 0,292 mln.
De
ontwikkeling in de sfeer van de bijstand en leerlingen voortgezet (speciaal)
onderwijs is meegenomen bij de budgettair neutrale mutaties.
B.
Budgettair neutrale
mutaties
1. Fonds Werk en Inkomen
Het
fonds werk en inkomen is gestart in 2001. Dat betekent dat ter dekking van 25%
van de uitkeringslasten een budgetfinanciering in de plaats gekomen is. Voor de
overige 75% blijft financiering op declaratiebasis gehandhaafd. Daarvoor is een
structurele uitname uit het gemeentefonds genomen. Bij de uitname is
abusievelijk een onderdeel betrokken dat niet naar het FWI is gegaan. Het
betreft hier de door de gemeenten gemaakte kosten i.v.m. aan derden opgedragen
onderzoek naar de levensvatbaarheid van bedrijven van zelfstandigen aan wie
bijstand is vertrekt. Deze correctie leidt tot een positieve mutatie van ƒ
15.100 in 2001. De doorwerking naar 2002 is € 6.600.
2. Vangnet huursubsidie
De
uitname uit het gemeentefonds ten behoeve van de regeling bijdrage huurlasten,
ook wel aangeduid met Vangnetregeling huursubsidie wordt ƒ 0,8 mln. lager dan
eerder werd aangekondigd. Dit betekent voor Delft in 2001 een positieve mutatie
van ƒ 5.400.
Voor
2002 leidt het resultaat van de evaluatie van de regeling tot een positieve
mutatie van €16.400.
3. Stimulering SWI
In
2002 vindt een mutatie op de uitname uit het gemeentefonds plaats van € 0,5
mln. De uitname, welke in de septembercirculaire 1998 al is aangekondigd, houdt
verband met een besparing op de uitvoeringskosten bijstand welke de
Samenwerking Werk en Inkomen oplevert.
Voor Delft is dat vanaf 2002 een inkomstenvermindering van structureel €
8.000.
4. Taakstelling efficiency SWI
De
oprichting van de centra voor Werk en Inkomen (CWI) moet leiden tot
aanmerkelijke efficiencyvoordelen. In verband daarmede zijn uitnamen uit het
gemeentefonds voorzien. De kortingen 2000 en 2001 zijn reeds verwerkt. In 2002
wordt structureel € 5 mln. uitgenomen hetgeen correspondeert met een korting
van € 32.200.
5. Bijzondere bijstand regeerakkoord
Door de impuls in de jaren 1999 en 2000 voor de bijzondere bijstand is het
meerjarenbeeld van de algemene uitkering gewijzigd. Voor 2002 betekent deze
wijziging voor Delft een positieve mutatie van €72.600.
6. Vreemdelingenwet
Een
bedrag van ƒ 7,7 mln. wordt aan het gemeentefonds toegevoegd in
verband de invoering van de nieuwe Vreemdelingenwet in 2001. Een verandering is
dat de verstrekking van de voorlopige vergunning tot verblijf (vvtv) verdwijnt.
Daarvoor komt in de plaats de verblijfstitel voor bepaalde tijd (vbt). De
financiering hiervan loopt niet via de zorgwet maar via de ABW. De toevoeging
dient ter compensatie van de extra uitvoeringskosten bijstand en bijzondere
bijstand (de extra uitkeringslasten lopen via het FWI). De verhoging in 2001
bedraagt voor Delft ƒ 45.600. De doorwerking van de invoering voor 2002 is
€ 21.000.
7. Nieuwe maatstaven onderwijshuisvesting
Zoals reeds eerder in deze nota genoemd (punt 5, hoofdpunten circulaire),
worden er per 1-1-2002 een drietal nieuwe maatstaven geïntroduceerd. Voor Delft
levert dit alleen voor maatstaf 45 (zie bijlage 2) een bedrag van € 27.600 op.
Dit is de maatstaf sterke groei leerlingen voortgezet onderwijs, gedefinieerd
als de toename in de laatste 10 jaren van het aantal leerlingen VO (ongewogen),
voor zover deze uitgaat boven een groei van 10%.
Huidig aantal leerling : 6460
Aantal leerling 1991 : 5685-
10% groei : 569-
Kwantiteit : 206,5 * Tarief (€133,81)= € 27.600
8. WVG-impuls
Op
grond van het regeerakkoord zouden ten behoeve van de WVG-uitvoering in de
periode 1999 tot en met 2002 toevoegingen aan het gemeentefonds plaatsvinden.
Toevoeging in 2002 bedraagt voor Delft € 146.000.
9. Sociaal vervoer
AWBZ-instellingen
Vooralsnog wordt afgezien van de
voorgenomen overheveling van de middelen voor het sociaal vervoer
AWBZ-instellingen naar het gemeentefonds. Gebleken is dat de Tweede Kamer zich
in ieder geval voor het jaar 2001 niet kan verenigen met deze overheveling. De
achtergrond van het genoemde beleidsvoornemen is in 2000 uiteengezet in de
mei-en septembercirculaires. Daar werd onder andere ingegaan op de gefaseerde
invoering van de maatregel en op de afkoopsom die beschikbaar is voor de
gemeenten met een groot herverdeeleffect. In een algemeen overleg over dit
onderwerp van 12 oktober jl. zijn vanuit de vaste Kamercommissie van SZW
bezwaren naar voren gebracht over genoemd herverdeeleffect. Het werd, ondanks
de voorgestelde overgangsregeling, te groot geacht. De minister van SZW heeft
daarom – mede met het oog op de derde evaluatie van de WVG – besloten de huidige
bijdrageregeling AWBZ-gemeenten met een jaar te verlengen. Als resultante van
het overleg met de Tweede Kamer wordt de voorgenomen overheveling naar het
gemeentefonds van ƒ 49,9 miljoen niet geëffectueerd. Dit betekent dat er in
2001 geen integratie-uitkering AWBZ-instellingen komt. Voorts vervalt de
voorgenomen toevoeging van de eerste tranche van ƒ 14,2 miljoen aan de algemene
uitkering voor het jaar 2001. Voor Delft leidt dit tot een negatieve mutatie
van ƒ 63.600 in 2001.
10/11. Onderwijshuisvesting
In
de begroting stond voor de integratie-uitkering decentralisatie onderwijs voor
de 2002 t/m 2005 een stelpost opgenomen van € 400.000. Deze komt echter te
vervallen, omdat de decentralisatieoperatie in 2002 is afgerond en de uitkering
via het cluster zorg plaats vindt. Derhalve kan de stelpost worden weggeboekt
en levert de laatste toevoeging aan het gemeentefonds Delft een bedrag op van €
450.800. Per saldo leidt dit tot een positieve mutatie van € 50.800 in 2002.
12. Leerlingenvervoer
De
algemene uitkering wordt verhoogd met € 3,6 mln. op jaarbasis in 2002 in
verband met de voorgenomen overheveling naar de gemeenten van de bekostiging
van het schoolvervoer van leerlingen van het speciaal onderwijs. Omdat deze
taakwijziging in zal gaan per 1-8-2002 vindt deze structurele verhoging plaats
in 2 stappen. Voor 2002 levert dit een positieve mutatie op van € 7.700.
13/14. Klassenverkleining
In
de begroting stond voor de integratie-uitkering klassenverkleining voor de 2002
t/m 2005 een stelpost opgenomen van € 113.700. Deze komt echter te vervallen,
omdat de uitkering via het cluster zorg plaats vindt. Derhalve kan de stelpost
worden weggeboekt en levert de laatste toevoeging aan het gemeentefonds Delft
een bedrag op van € 114.600. Per saldo leidt dit tot een positieve mutatie van
€ 900 in 2002.
15. Kwantiteiten bijstand
De
raming van de aantallen bijstandsontvangers en uitkeringsontvangers zijn
geactualiseerd aan de hand van de nieuwe inzichten. In de begroting is echter
ten onrechte rekening gehouden met een te lage kwantiteit voor de
uitvoeringskosten bijstandsgerechtigden (3400 i.p.v. 3601). Dit levert een per
saldo een positieve mutatie op van ƒ 0,514 mln. in 2001 en € 0,270 in
2002.
16. Kwantiteiten leerlingen
De
raming van de leerlingenaantallen is naar beneden bijgesteld hetgeen leidt tot
een negatieve mutatie van ƒ 10.200 in 2001 en € 4.700 in 2002.