1.
Inleiding
1.1
Achtergrond
Delft beschikt sinds 1995 over de Stadskrant, een
krant die door de gemeente wordt uitgegeven om inwoners te informeren over
alles wat zij voor de burger belangrijk acht.
De krant staat ten dienste van de doelstellingen
van het gemeentebestuur en is een van de uitingen in het kader van het gemeentelijk
communicatiebeleid.
Bij de start van de krant zijn de volgende
doelstellingen geformuleerd. Deze doelstellingen zijn in overeenstemming met de
algemene doelstellingen van het gemeentelijk communicatiebeleid:
·
Informatie verstrekken, al dan niet verplicht
·
Verklaren en/of toelichten van beleid
·
Inzichtelijk maken van het bestuurlijk proces
·
Bevorderen van betrokkenheid
Naast deze algemene doelstellingen is indertijd een
aantal specifiek voor de Stadskrant geldende doelstellingen geformuleerd:
·
Burgers informeren en betrekken bij gemeentelijk beleid (niet sec
informeren, maar op een manier die betrokkenheid genereert)
·
De gemeente professioneel presenteren als herkenbare eenheid
·
Aandacht voor gemeentelijke onderwerpen met een geringe nieuwswaarde,
toelichting en achtergronden
In de krant worden gemeenteberichten afgedrukt en
is een tweetal themapagina’s opgenomen, te weten Uit in Delft en Werk in Delft.
Eenmaal in de maand bevat de Stadskrant een jongerenpagina voor jongeren (Exit)
tussen 12 en 24 jaar en een ouderenpagina (Delftplus).
De Stadskrant richt zich op alle inwoners van Delft
en wordt huis-aan-huis bij alle huishoudens in Delft bezorgd.
1.2
Aanleiding van het
onderzoek
Het vakteam Communicatie heeft zichzelf opgelegd om
de Stadskrant jaarlijks door middel van een lezersonderzoek te evalueren.
In 1996, 1998, 2000 en in 2001 is de Stadskrant al
eerder onderwerp van onderzoek geweest.
In deze onderzoeken zijn de volgende onderwerpen
aan bod gekomen:
·
Leesbereik in het algemeen en ten opzichte van andere media
·
Waardering (rapportcijfer)
·
Leesbaarheid, betrouwbaarheid, vormgeving, actualiteit en volledigheid
In
het college programma ‘Voortzetten en doorzetten 2002-2006’ is onder
andere het doel geformuleerd om de Stadskrant in 2002 te evalueren aan de hand
van de vorm, de inhoud en de verspreiding.[1]
1.3
Doel en achtergrond van het
onderzoek
Met de veranderende rol van de Stadskrant zal
eventueel de inhoud van de uitgave veranderen. Op dit moment is nog niet
volledig uitgekristalliseerd hoe die veranderingen eruit moeten gaan zien. Het
onderzoek moet inzicht bieden in het bereik van en de waardering voor de
Stadskrant.
1.4
Methode van onderzoek
De vragenlijst is voorgelegd aan de leden van het
Delft Internet Panel van 12 jaar en ouder. Op het moment van onderzoek telde
het internetpanel 2601 leden waarvan 2305 van 12 jaar en ouder. Omdat
theoretisch internetgebruikers een ander mediagebruik kunnen hebben dan niet
internetgebruikers is gebruik gemaakt van een telefonische controlegroep van
150 Delftenaren van 18 jaar en ouder.
In
1998 en in 2000 is dit onderzoek eerder uitgevoerd. Destijds zijn enkele vragen
over de Stadskrant en vragen over het gebruik van andere lokale media gesteld.
In het onderzoek van 2002 is dieper
ingegaan op het gebruik en oordeel van de Stadskrant om een beter idee te
krijgen over of de Stadskrant aan de behoefte van de Delftenaren voldoet en wat
eventuele aanvullingen hierop moeten zijn.
Onderstaande
onderwerpen kwamen aan de orde:
Ten
aanzien van de Stadskrant:
·
Leesgedrag en oordeel
·
Bezorggedrag en –frequentie
·
Lezen van speciale uitgaven, in het bijzonder die van de bijzetting van
Prins Claus
·
Redenen lezen
·
Behoefte ten aanzien van onderwerpen
·
Behoefte ten aanzien van extra informatie over Delftse Gemeenteraad
·
Behoefte ten aanzien van extra services als e-mail service en lezen op
Internet
Leesgedrag
van diverse lokale media als:
·
Delftsche Courant
·
Delft op Zondag
·
Delftse Post
·
Radio West
·
Stadsradio Delft
·
TV West
·
Kabelkrant “Info thuis”
1.5
Analyses
Er
zijn analyses gemaakt naar leeftijdsklasse en geslacht. Daar waar er
verschillen optreden worden zij in de rapportage gemeld. Verder dient er
opgemerkt te worden dat de jongste leeftijdsklasse (personen van 12-18 jaar)
vaak zeer hoog scoort. Dat geldt niet alleen voor vragen betreffende de
Stadskrant maar ook voor het gebruik van andere media.
In
de rapportage worden op een aantal punten de huidige resultaten vergeleken met
die van 2000 en 1998. In het onderzoek van 2000 en 1998 zijn 18 plussers
ondervraagd. In de meting van 2002 is tevens de groep 12-17 jarigen opgenomen.
Om een goede en juiste vergelijking mogelijk te maken, zijn de resultaten van
de huidige meting opnieuw berekend, echter zonder de groep 12-17 jaar.
In
de grafieken zijn alle ondervraagden, dus personen van 12 jaar en ouder
opgenomen. In de vergelijking met 2000 en 1998 betreft het de groep van 18 jaar
en ouder en is de jongste leeftijdsgroep 12-17 jaar buiten beschouwing gebleven.
1.6
respons
Uiteindelijk hebben van de respondenten die via
E-mail zijn benaderd, 2305 panelleden, er 1030 aan dit onderzoek meegedaan. Dit
betekent een respons van 45% onder de DIP’ers.
Voor de controlegroep zijn 320 personen telefonisch
benaderd en hebben 150 respondenten aan het onderzoek meegewerkt. De respons
bedraagt 47%.
Tabel 1. responsoverzicht
|
|
Steekproef Aantal |
Respons Aantal |
Respons % |
|
Delft Internet Panel |
2305 |
1030 |
45 |
|
Telefonische
controle groep |
320 |
150 |
47 |
In
de onderstaande tabel is het responspercentage uitgezet van de telefonische
controlegroep naar redenen van non-respons.
Tabel 2 : respons telefonische
controlegroep
|
|
aantal |
% |
|
Bruikbare
steekproef |
431 |
|
|
geen
gehoor / meer dan drie keer in gesprek |
73 |
|
|
onbereikbaar
in onderzoeksperiode |
15 |
|
|
Verhuisd |
14 |
|
|
onbekend
op dat adres |
9 |
|
|
|
|
|
|
Daadwerkelijke
juiste persoon benaderd |
320 |
|
|
weigering |
148 |
46,3% |
|
afgebroken
gesprek |
10 |
3,1% |
|
Ziekte |
5 |
1,6% |
|
taalprobleem |
3 |
0,9% |
|
gehandicapt |
3 |
0,9% |
|
overige non-response |
1 |
0,3% |
|
|
|
|
|
Geslaagde gesprekken |
150 |
46,9% |
Tabel
3 geeft een overzicht van de leeftijdsverdeling onder de populatie (12 jaar en
ouder), het DIP en de telefonische controle groep.
Tabel 3 : % respondenten naar
leeftijd
|
leeftijdsgroep |
Populatie % |
DIP % |
Tel. Controle groep %. |
|
12-18 jaar |
7 |
6 |
0 |
|
18-24 jaar |
15 |
16 |
16 |
|
25-34 jaar |
20 |
23 |
22 |
|
35-44 jaar |
18 |
19 |
19 |
|
45-54 jaar |
15 |
20 |
16 |
|
55 jaar en ouder |
26 |
16 |
28 |
|
Totaal |
100 |
100 |
100 |
Uit deze tabel blijkt dat het aandeel dat 55 jaar
en ouder is onder de DIP-leden die hebben meegedaan aan het onderzoek onder
vertegenwoordigd zijn. De leeftijdsgroep 45-54 jaar is daarentegen
oververtegenwoordigd.
In
onderstaande tabel wordt de man/vrouw verdeling onder de populatie, het DIP en
de telefonische controle groep weergegeven.
Tabel 4
|
geslacht |
Populatie % |
DIP % |
Tel. Controle groep %. |
|
Man |
53 |
58 |
53 |
|
Vrouw |
47 |
42 |
47 |
|
Totaal |
20 |
100 |
100 |
Uit tabel 4 blijkt dat het aandeel mannen onder
DIP-leden die meegewerkt hebben aan het onderzoek groter is dan onder de populatie
van 12 jaar en ouder.
De resultaten in deze rapportage zijn gewogen naar
de werkelijke verdeling van leeftijd en geslacht in de populatie. De resultaten
zijn daardoor representatief voor de Delftse bevolking.
2.
Resultaten van het onderzoek
In
dit hoofdstuk worden de resultaten gepresenteerd over het mediagebruik onder
Delftenaren. Aan bod komen de volgende
mediakanalen: de Stadskrant, de Delftsche Courant, Delft op Zondag, Delftse
Post, Radio West, Stadsradio Delft, TV-West en de Kabelkrant. De Stadskrant zal
uitgebreider worden behandeld dan de overige mediakanalen.
2.1
Stadskrant Delft
De
resultaten van de telefonische controlegroep (18+) wijken voor de hele groep
niet af van de resultaten van de 18+ panelleden uit het DIP. De methode van
onderzoek heeft geen effect op de resultaten. In de verdere rapportage zullen
daarom de resultaten van deze controlegroep verder buiten beschouwing worden
gelaten.
2.1.1
Bezorgfrequentie en
attitude t.o.v. verschijnfrequentie
Het is de bedoeling dat de Stadskrant wekelijks in
het weekend bij alle Delftenaren wordt bezorgd. Er is gevraagd of dit inderdaad
het geval is.
Tabel 3: Bezorgfrequentie
Stadskrant (in %)
|
|
% |
|
ja,
elke week op zondag |
20 |
|
ja,
elke week op zaterdag |
17 |
|
ja,
elke week meestal op zondag soms op zaterdag |
22 |
|
ja,
elke week meestal op zaterdag soms op zondag |
21 |
|
Nee,
wordt af en toe niet bezorgd |
6 |
|
Nee,
wordt vaak niet bezorgd |
2 |
|
Nee,
wordt nooit bezorgd |
4 |
|
weet
niet |
9 |
|
Totaal |
100 |
Van
de ondervraagden ontvangt 80% de Stadskrant wekelijks in het weekend, maar niet
altijd op zondag, veelal ook zaterdags. Bij één op de vijf ondervraagden wordt
de Stadskrant daadwerkelijk wekelijks op zondag bezorgd en bij 22% wordt deze
meestal op zondag, maar soms op zaterdag bezorgd.
Bij 8% wordt de krant af en toe/meestal niet
bezorgd. Het aandeel respondenten dat aangeeft dat de Stadskrant nooit wordt bezorgd
(4%) is ongeveer vergelijkbaar aan het percentage Delftenaren dat een
Nee/Nee-sticker op de brievenbus heeft.
Wat vinden de Delftenaren van de frequentie waarin
de Stadskrant wordt uitgegeven; vinden ze het goed dat de Stadskrant één keer
per week verschijnt of vinden ze dat deze krant minder vaak moet verschijnen.
Bijna
driekwart van de ondervraagden vindt het prima dat de Stadskrant één keer per
week uitkomt. Eén keer in de twee weken is ook goed, volgens 15%.
2.1.2
Leesgedrag en oordeel
Ruim de helft van de respondenten zegt de Stadskrant
wekelijks te lezen, 13% leest deze krant (vrijwel) nooit en de rest leest de
krant af en toe.
Voor de vergelijking met het onderzoek uit 1998 en
2000 is de groep 12-18 jaar buiten beschouwing gebleven. Vergelijken we deze
cijfers met onderzoeken uit 1998 en 2000, dan kunnen we constateren dat het
aantal lezers van 18 jaar en ouder is toegenomen. (in 1998 las 19% de Stadskrant
(bijna) nooit, in 2000 was dat zelfs 37%; nu is dat percentage weer afgenomen
tot 13%, zie bijlage).
Figuur 3
Indien we kijken naar wie de Stadskrant wekelijks
lezen, dan blijkt dat aandeel toe te nemen bij elke hoger leeftijdscategorie.
Het aandeel jongeren in de leeftijd van 12-18 jaar dat de Stadskrant leest ligt
evenwel hoger dan het aandeel 18-34 jarigen dat de Stadskrant elke week
leest.
Onder
vrouwen (63%) ligt het aandeel wekelijkse lezers hoger dan onder mannen (53%).
Er is gevraagd welke onderdelen van de Stadskrant
men wel (soms of (bijna) altijd) en niet leest. Als men een onderdeel soms of
(bijna) altijd leest, is gevraagd welk rapportcijfer dit onderdeel krijgt. Een
1 = zeer slecht en een 10 = uitmuntend.
Tabel 4: leesgedrag
van en oordeel over onderdelen Stadskrant (lezers)
|
|
leest (bijna) altijd |
leest soms |
leest nooit |
Gemiddeld
rapportcijfer |
% onvold |
|
|
% lezers |
% lezers |
% lezers |
Abs. |
% lezers |
|
Voorpagina |
75 |
24 |
1 |
7,0 |
7 |
|
Officiële
publicaties van de Gemeente |
45 |
38 |
17 |
7,0 |
8 |
|
Info
van Burgerzaken |
39 |
45 |
17 |
7,0 |
6 |
|
Strip
Opa |
33 |
28 |
39 |
6,8 |
17 |
|
Uit
in Delft |
33 |
48 |
19 |
6,9 |
8 |
|
Delft
door de inwoners |
33 |
52 |
15 |
6,7 |
11 |
|
Uw
vraag aan de Gemeente |
28 |
45 |
27 |
6,7 |
8 |
|
Afvalwijzer |
20 |
49 |
31 |
7,0 |
6 |
|
Werk
in Delft |
19 |
39 |
43 |
6,6 |
12 |
De
voorpagina wordt door het merendeel(bijna) altijd gelezen. Driekwart van de
Delftenaren leest deze pagina (vrijwel) altijd. Slechts een enkeling zegt de
informatie op de voorpagina nooit te lezen. De officiële publicaties van de
Gemeente en informatie van Burgerzaken worden eveneens goed gelezen. De rubriek
Werk in Delft wordt door het kleinste aandeel gelezen.
Alle
rubrieken van de Stadskrant worden door de lezers positief beoordeeld. De
scores liggen zeer dicht bij elkaar; van een 6,6 voor de rubriek “Werk in
Delft” tot een 7,0 voor de voorpagina, de officiële publicaties van de
Gemeente, informatie van Burgerzaken en de Afvalwijzer. De Strip Opa heeft van
een zesde en de rubriek “Werk in Delft” van een achtste een onvoldoende
gekregen.
Kijken
we nog even naar de diverse leeftijdsklassen, dan valt op dat de Strip Opa met
name door de jongste leeftijdsgroep zeer goed wordt beoordeeld. De 12-18 jarigen
geven de strip een 7,8; jongens van deze leeftijd vinden de strip helemaal
goed, zij geven Opa een score van 8,8 (ter vergelijk: het totaal oordeel is
6,8).
Ook
is de lezers van de Stadskrant Delft gevraagd door middel van een rapportcijfer
(waarbij 1=zeer slecht en 10=uitmuntend) een oordeel te geven over de
leesbaarheid, betrouwbaarheid, vormgeving, actualiteit en volledigheid van de
Stadskrant. Tevens is de Stadskrant in z’n geheel beoordeeld.
Tabel 5: beoordeling
aspecten Stadskrant (lezers)
|
|
Gemiddeld rapportcijfer |
%
onvold. |
|
|
|
|
|
Leesbaarheid |
7,2 |
5 |
|
Betrouwbaarheid |
7,3 |
4 |
|
Vormgeving |
6,5 |
16 |
|
Actualiteit |
7,0 |
6 |
|
Volledigheid |
6,8 |
11 |
|
|
|
|
|
Stadskrant totaal |
6,9 |
5 |
Alle genoemde aspecten worden met een voldoende
(variërend van 6,5 tot 7,3) beoordeeld. De vormgeving krijgt de laagste score.
Dat is tevens het aspect waarvoor een zesde (16% van de lezers) een onvoldoende
geeft.
De Stadskrant in z’n geheel wordt met een ruime
voldoende (6,9) beoordeeld.
Ook
brengt de Stadskrant een aantal speciale pagina’s één keer per maand uit. Er is
wederom gevraagd of men deze pagina’s (soms of altijd) leest of niet. Bovendien
is aan degenen die de pagina’s soms of (bijna) altijd lezen, gevraagd of ze
deze betreffende pagina’s konden beoordelen door middel van een rapportcijfer,
waarbij 1=zeer slecht en 10= uitmuntend.
Tabel 6: leesgedrag
en oordeel speciale pagina’s (lezers)
|
|
leest (bijna)
altijd |
leest soms |
leest nooit |
Gemiddeld rapportcijfer |
% onvold. |
|
|
% lezers |
% lezers |
% lezers |
Abs. |
%
lezers |
|
Delft Plus |
17 |
30 |
54 |
6,9 |
3 |
|
Exit |
12 |
39 |
50 |
6,7 |
7 |
|
Blij
Je Te Zien |
15 |
39 |
46 |
6,8 |
7 |
Delft Plus, een pagina speciaal voor ouderen, wordt
door 17% (bijna) altijd gelezen. De lezers zijn, en dat is niet zo vreemd, met
name 55 plussers. Van deze groep (lezers) leest 44% deze ouderenpagina (bijna)
altijd en 42% leest de pagina soms.
Exit
wordt door 12% (bijna) altijd gelezen. Het zijn met name 12 – 18 jarigen die
deze jongerenpagina lezen; 48% van de lezers van deze leeftijdsgroep leest Exit
vrijwel altijd en 34% soms.
Blij Je Te Zien wordt door 15% regelmatig gelezen.
Onder 55 plussers wordt deze vrijwilligerspagina meer gelezen dan onder andere
leeftijdscategorieën.
Om en nabij de helft van de ondervraagden leest
deze drie speciale pagina’s nooit.
Ook deze pagina’s krijgen, net als de diverse
rubrieken en de krant in z’n geheel, een ruime voldoende. De jongerenpagina
krijgt een score van 6,7. De jongste leeftijdsklasse heeft een beter oordeel
ten aanzien van deze pagina, namelijk een 7,4.
Te concluderen is dat de doelgroeppagina’s van de
Stadskrant de betreffende doelgroep bereiken.
2.1.3
Speciale uitgaven
De Stadskrant geeft wel eens een speciale
(full-colour) uitgave uit. In figuur 5 staat van 4 speciale uitgaven het aandeel
lezers.
De speciale uitgaven zijn door ongeveer de helft
van de Stadskrantlezers gelezen.
Voor de Binnenstadskrant en de Monumentenkrant
geldt ook dat het aandeel lezers onder ouderen hoger ligt dan onder jongeren.
De ondervraagden is de volgende stelling
voorgelegd: “de Stadskrant zou vaker volledig in kleur moeten verschijnen”. Gevraagd is of men het eens is met deze
stelling of niet.
De meningen t.a.v. deze stelling zijn verdeeld.
Bijna de helft van de ondervraagde lezers is het niet eens maar ook niet oneens
hiermee, 30% is het oneens en 25% vindt dat de Stadskrant wel vaker full colour
moet uitkomen.
Opmerkelijk is dat de helft (50%) van de groep
12-18 jarige lezers vindt dat de Stadskrant vaker in kleur moet uitkomen.
Figuur 7
In
verband met de bijzetting van Z.K.H. Prins Claus is een extra uitgave van de
Stadskrant uitgebracht. Acht van de ondervraagde lezers heeft deze extra
uitgave over de bijzetting gelezen, 15% van de lezers heeft deze extra uitgave
niet gelezen. Van de 18-24 jarigen heeft 65% van deze groep die krant destijds
gelezen.
Ten aanzien van deze speciale uitgave zijn tevens
een tweetal stellingen voorgelegd met de vraag of men het er mee eens dan wel
mee oneens is. Hoeveel procent het met de stellingen eens dan wel oneens is,
blijkt uit onderstaande grafiek.
Een zeer ruime meerderheid (90%) vond het prettig dat deze extra uitgave
ten aanzien van de bijzetting is verschenen.
Ook ten aanzien van de informatie die in deze extra
uitgave stond, waren de meeste het ermee eens; 85% vond de informatie in de
speciale uitgave erg nuttig.
2.1.4
Redenen leesgedrag
Om welke redenen
wordt de Stadskrant gelezen. In de onderstaande grafiek worden de leesmotieven
weergegeven.
Verreweg de drie belangrijkste redenen om de
Stadskrant te lezen, zijn: om informatie te krijgen wat er in Delft allemaal
gebeurt (89%), om op de hoogte te blijven van wat de Gemeente van plan is in de
stad (83%) en voor informatie over de wijk waarin men woont (71%). De
Stadskrant wordt nauwelijks gelezen vanwege de informatie voor ouderen en jongeren.
Ook informatie over werk, zoals bijvoorbeeld vacatures, is minder van belang
(voor specifieke doelgroepen uiteraard wel).
2.1.5
Behoefte ten aanzien van
onderwerpen
Welke onderwerpen zou
men in de Stadskrant willen lezen. In de onderstaande figuur worden zijn de
verschillende onderwerpen te zien.
Ruim
twee derde (71%) heeft behoefte aan informatie over de te ondernemen plannen
van de gemeente. Aan informatie over de wijk blijkt ook een groot deel (65%) te
hebben.
2.1.6
Informatie over Delftse
Gemeenteraad
Een groot deel van de ondervraagde lezers (61%)
wenst meer informatie te krijgen over Gemeenteraad van Delft.
Welke informatie men van de Gemeenteraad wenst,
wordt hieronder weergegeven.
Om
en nabij de driekwart van de ondervraagden die meer informatie willen hebben
over de Delftse Gemeenteraad, zegt informatie te wensen ten aanzien van
standpunten van de diverse fracties, gemeentelijke standpunten en achtergronden
bij discussies in de Gemeenteraad. Persoonlijke informatie over raadsleden is
niet echt gewenst.
2.1.7
Behoefte aan e-mail service
van alle Gemeenteberichten
De Gemeente heeft het idee een e-mail service voor
de Gemeenteberichten op te zetten waarop iedereen zich kan abonneren. Abonnees
ontvangen dan alle berichten, zoals ze in de Stadskrant staan op hun e-mail
adres. Of hier behoefte aan is, laat onderstaande figuur zien. De resultaten
van de telefonische controle groep wijken af van die van de groep die via het
internet is ondervraagd. De personen die gebruik maken van internet en E-mail
vormen evenwel de meest aangewezen doelgroep om de behoefte naar e-mail service
en internetbehoefte te peilen.
De meningen ten aanzien van een e-mail service van de Gemeenteberichten
zijn gelijk verdeeld. Een derde deel van de ondervraagden heeft behoefte aan
een dergelijke service en nog eens een derde deel zegt misschien hierin geïnteresseerd
te zijn. Ook heeft een derde waarschijnlijk tot zeker geen interesse in deze
e-mail service.
Bestaat er ook behoefte bij de ondervraagden om de Stadskrant of bepaalde
artikelen hieruit op Internet te kunnen lezen?
Ook ten aanzien van de behoefte aan Internet zijn
de meningen gelijk verdeeld. Bijna de helft (47%) heeft geen behoefte om (een
gedeelte van) de Stadskrant op Internet te lezen. Bijna de andere helft (46%)
heeft wel behoefte om bepaalde artikelen uit de Stadskrant dan wel de
Stadskrant in zijn geheel op Internet te bekijken.
2.2
Figuur 13
Delftsche Courant
|
Figuur 13 |
De helft (52%) van de respondenten (18 jaar en ouder) leest de Delftsche
Courant (vrijwel) nooit, 18% leest de Delftsche Courant vrijwel dagelijks en 9%
zegt deze lokale krant één à twee keer in de week te lezen. Vergelijken we deze
cijfers met die van het onderzoek uit 1998 en 2002, dan blijkt deze lokale
krant steeds minder te worden gelezen. In 1998 las 25% de Delftsche Courant (bijna)
dagelijks en 44% las deze krant nooit. In 2000 las inmiddels 49% de krant nooit
(zie bijlage).
Net als bij de Stadskrant speelt ook bij de Delftsche Courant leeftijd
een rol. Uit de grafiek blijkt dat het
percentage dat de Delftsche Courant vrijwel dagelijks leest toeneemt naarmate
de leeftijdscategorie hoger is.
2.3
Delft op Zondag
Delft op Zondag wordt goed
gelezen. De helft van de Delftenaren leest deze krant één keer per week. Bijna
twee op de vijf personen zegt dit huis-aan-huis blad (bijna) nooit te lezen. In
2000 leek het aandeel dat de Delft op Zondag wekelijks leest te zijn gestegen
t.o.v. 1998, namelijk van 51% naar 65%. Echter de huidige resultaten laten een
vergelijkbaar leesgedrag zien als in 1998 (zie bijlage).
Ook Delft op Zondag wordt onder ouderen beter gelezen dan onder jongeren. Bijna een kwart van de 18 tot 24 jarigen
leest deze krant wekelijks, terwijl driekwart van de 55 plussers de krant wekelijks
zegt te lezen.
2.4
Delftse
Post
Bijna tweederde deel van de Delftenaren leest de
Delftse Post één of twee keer per week. Deze krant wordt door 9% (bijna) nooit
gelezen. Vergeleken met 1998 en 2000 lezen relatief minder personen deze krant
wekelijks. In 1998 gaf 69% te kennen het huis-aan-huis blad wekelijks te lezen,
in 2000 was dat 78% en in de huidige meting is dat 63% geworden (zie bijlage).
Ook voor de Delftse Post blijkt dat het aandeel ouderen
dat deze krant wekelijks leest hoger is dan het aandeel jongeren dat de krant wekelijks
leest. Een kwart van de leeftijdsgroep 18-24 jaar leest de Delftse Post wekelijks,
terwijl een zeer groot percentage (86%) van de personen van 55 jaar en ouder de
krant leest.
De Delftse Post wordt door relatief meer vrouwen iedere
week gelezen dan door mannen, namelijk 70% respectievelijk 56%.
2.5
Radio
West
Tweederde deel geeft aan (bijna) nooit naar de
regionale radiozender Radio West te luisteren. Het percentage dat vrijwel dagelijks luistert ligt op 6%. Verder zegt
5% één of meer keer per week naar Radio West te luisteren.
Indien we deze resultaten vergelijken met die van
1998 en 2000, zien we dat relatief steeds minder personen naar deze lokale
zender luisteren.
In 1998 zei 21% van de 18 plussers één keer per
week of vaker te luisteren. In 2000 was dit nog 17%. Nu blijkt dat 11% één keer
per week of vaker naar Radio West luistert (zie bijlage).
Ook hier loopt het aandeel personen dat één keer
per week of vaker naar Radio West luistert op naarmate de leeftijdsgroep hoger
is (uitgezonderd 12-17 jarigen).
Figuur 22
2.6
Stadsradio Delft
Naar
Stadsradio Delft wordt minder geluisterd dan naar Radio West. Vier op de vijf
personen van 18 jaar en ouder luistert (bijna) nooit naar deze lokale
radiozender.
Slechts 1% luistert vrijwel dagelijks en nog eens 2% zegt één of meer
keer per week naar deze zender te luisteren.
Zoals bij Radio West geldt ook hier dat het aandeel
dat één keer per week of vaker luistert naar Stadsradio Delft is afgenomen. In
1998 luisterde 6% één keer per week of vaker, in 2000 was dat zelfs 8%. Nu
luistert nog 3% één keer per week of vaker (zie bijlage).
Het
aandeel jongeren (12–17 jaar) dat naar Stadsradio Delft luistert is groter dan
het aandeel van 18 jaar en ouder.
2.7
TV-West
Twee op de vijf personen kijkt vrijwel dagelijks
naar TV West en nog eens 23% zegt één of meer keren per week naar deze tv zender
te kijken, terwijl 22% vrijwel nooit naar deze zender kijkt.
Wanneer we deze cijfers vergelijken met de meting in 2000 en 1998, zien
we een stijging van kijkers in 2000. Het aandeel dat wel eens naar TV-West
kijkt is in 2002 ongeveer vergelijkbaar met 2000, echter in 2000 bleek men dit
frequenter te doen dan nu (zie bijlage).
In 1998 zei 16% (bijna) dagelijks te kijken, in
2000 was dit 22% en nu 20%. Het aandeel dat nooit naar TV-West keek is afgenomen
van 38% in 1998, naar 24% in 2000 en naar 22% in 2002.
Als we naar leeftijd kijken blijkt dat het aandeel ouderen dat naar
TV-West kijkt groter is dan het aandeel jongeren. Een derde van de 55 plussers
kijkt vrijwel dagelijks naar TV-West.
2.8
Kabelkrant
Hoe vaak wordt naar de kabelkrant “Info thuis”
gekeken?
Tweederde deel van de ondervraagden kijkt (bijna) nooit naar de kabelkrant.
Als
we kijken naar de resultaten van 2002 dan zien we dat het aandeel dat wel eens
gebruik heeft gemaakt van de Kabelkrant is afgenomen ten opzichte van 2000,
namelijk van 40% naar 34% (zie bijlage).
Het huidige aandeel (11%) dat één keer of vaker de
Kabelkrant heeft gekeken is ten opzichte van het aandeel in 2000 (23%) eveneens
afgenomen.
De groep kijkers die één keer of vaker naar de Kabelkrant
kijkt bestaat grotendeels uit 55 plussers. Een op de vijf is 55 jaar of ouder.
3.
Bereik lokale media
Onderstaande figuur
geeft het bereik weer van de lokale media in 2002, 2000 en 1998.
Vergelijken we de diverse
lokale media dan heeft de Delftse Post het hoogste bereik onder de Delftenaren
van 12 jaar en ouder. De Delftse Post wordt door 91% van de Delftenaren van 12
jaar en ouder altijd of wel eens gelezen. Ook de Stadskrant en Delft op Zondag
worden door een ruime meerderheid altijd of wel eens gelezen, namelijk door 87%
respectievelijk 81%. TV West wordt door 80% altijd of wel eens bekeken. De
Delftsche Courant bereikt net niet de helft van het aantal Delftenaren van 12
jaar en ouder.
Indien we de resultaten van de
meetmomenten 1998, 2000 en 2002 bekijken dan blijkt dat over een periode van
vijf jaar de Delftse Post de meest gelezen krant is. In 1998 las 68% altijd dit
huis-aan-huis blad, in 2000 was dat 79% en in 2002 63%.
Het aandeel Delftenaren dat de
Stadskrant wel eens of altijd leest is ten opzichte van vijf jaar geleden
toegenomen. In 1998 las 82% de Stadskrant, in 2000 was dit aandeel sterk
gedaald naar 63% en in 2002 weer toegenomen naar 87%.
Delft op Zondag laat weinig
veranderingen zien in zijn lezersaandeel in de afgelopen vijf jaar. Acht op de
tien Delftenaren leest de krant.
Bij de Delftsche Courant is
het aandeel dat altijd leest afgenomen, van 25% in 1998 en 26% in 2000 naar 17%
in 2002. Het aandeel dat de Delftsche Courant wel eens of altijd leest is om en
nabij de 50% gebleven bij de drie meetmomenten.
Duidelijk is te zien dat het
aandeel kijkers van TV-West enorm is toegenomen. In 1998 keek 62% wel eens of
altijd naar TV-West, in 2000 is dat gestegen naar 77% om verder te stijgen naar
79% in 2002.
Het aandeel dat de Kabelkrant
leest is ten opzichte van 2000 afgenomen van 41% naar 34%.
Verder is op te merken dat het
aandeel dat naar de Stadsradio Delft luistert iets is toegenomen. In 1998
luisterde 12%, in 2000 17% en in 2002 20%. Daarentegen is het aandeel dat naar
Radio West luistert iets afgenomen, van 44% in 1998 naar een derde in 2000 en
2002.
Ten
aanzien van het gebruik van de lokale media zijn de Delftenaren in te delen in
vier groepen: non-users, light-users, average-users en heavy-users.
Van de Delftenaren van 12 jaar en ouder maakt 40% regelmatig gebruik van
de lokale media en een kwart kijkt of luistert naar of leest zeer frequent de diverse
lokale media. Een gering percentage, namelijk
13% zegt nooit gebruik te maken van lokale kranten, lokale televisie- en radiozenders.
Hieronder zijn de dominante achtergrondkenmerken
van de vier gebruikersprofielen uiteengezet:
non-users (13%)
·
geen gebruik van lokale media
·
met name laag inkomensniveau
·
met name mannen in de leeftijd van 18-34 jaar
·
met name middelbaar opleidingsniveau
light-users (20%)
·
incidenteel gebruik van lokale media
·
met name jongeren en personen van middelbare leeftijd (tot 45 jaar)
·
met name laag opgeleid
average-users (40%)
·
regelmatig gebruik van diverse lokale media
·
alle leeftijden
·
meer hogere inkomens en hoger opleidingsniveau
heavy-users (27%)
·
hoge frequentie van gebruik van diverse lokale media
·
met name ouderen
·
middelbaar inkomensniveau
·
met name laag opgeleiden
4.
Samenvatting
Onderzoek
In het college programma ‘Voortzetten en
doorzetten 2002-2006’ is het doel geformuleerd om de Stadskrant in 2002 te
evalueren aan de hand van de vorm, de inhoud en de verspreiding. Aan de panelleden
van het DIP van 12 jaar en ouder is daarom een vragenlijst voorgelegd over het
gebruik van lokale media. Eveneens is gebruik gemaakt van een telefonische
controle groep van 18 jaar en ouder. De resultaten van de telefonische
controlegroep wijken niet af van de resultaten van de 18+ panelleden uit het
DIP. De methode van onderzoek heeft blijkens geen effect op de resultaten.
Bereik lokale media
De huis-aan-huis krant de Delftse Post heeft het
grootste bereik (91%) van de lokale media onder Delftenaren van 12 jaar en ouder,
gevolgd door de Stadskrant (87%) en Delft op Zondag (81%) en TV West (80%). Het
bereik van de Stadskrant is vergeleken met 1998 en 2000 toegenomen.
Bezorgfrequentie en attitude t.o.v.
verschijningsfrequentie Stadskrant
Een ruime meerderheid (80%) van de Delftenaren
krijgt de Stadskrant elke week in het weekend in de bus, maar niet altijd ’s zondags,
veelal ook op zaterdag. Bij één op de vijf ondervraagden wordt de Stadskrant
daadwerkelijk wekelijks op zondag, zoals de bedoeling is, bezorgd.
Bijna driekwart van de Delftenaren vindt het prima
dat de Stadskrant wekelijks uitkomt en niet minder frequent.
Leesgedrag- en oordeel Stadskrant
Ruim
de helft van de ondervraagden (58%) leest de Stadskrant wekelijks, waarbij
geldt dat het aandeel ouderen dat de Stadskrant leest hoger is dan het aandeel
jongeren. De voorpagina wordt door vrijwel iedereen gelezen en de rubriek “Werk
in Delft” wordt het minst gelezen. Zowel de Stadskrant in z’n geheel als de
diverse onderscheiden rubrieken worden door de lezers positief (variërend van
6,6 tot 7,0) beoordeeld. Ook wordt een ruime voldoende gegeven voor de
betrouwbaarheid, leesbaarheid, actualiteit, volledigheid en vormgeving.
De jongerenpagina Exit wordt over het algemeen goed
gelezen door de jongeren. Bijna de helft van de 12-18 jarige lezers zegt deze
pagina vrijwel altijd en 34% soms te lezen. Deze pagina wordt tevens met een
ruime voldoende beoordeeld. De ouderenpagina Delft Plus wordt door een zeer
groot deel van de 55 plus lezers goed gelezen (44% van de 55 plussers leest
Delft Plus (vrijwel) altijd en nog eens 42% soms). Ook deze pagina krijgt een
ruime voldoende.
Speciale uitgaven Stadskrant
De helft van de ondervraagde lezers heeft één of
meer van de speciaal uitgebrachte (full colour) uitgaven (Binnenstadskrant, Verkiezingsspecial,
Mooi weer spelen, Monumentenkrant) gelezen. De special in verband met de bijzetting
van Prins Claus is door een groter percentage, namelijk 82% (van de lezers)
gelezen. Men was zeer tevreden over deze extra uitgave. Men vond het prettig
dat deze special is verschenen en bovendien vond men de informatie nuttig.
Redenen lezen Stadskrant
De drie belangrijkste redenen om de Stadskrant te
lezen zijn: om informatie te krijgen wat er in Delft allemaal gebeurt (89%), om
op de hoogte te blijven wat de Gemeente allemaal van plan is in de stad (83%)
en informatie te krijgen over de wijk waar men woont (71%).
Informatiebehoefte Stadskrant
Een groot deel van de ondervraagde lezers wil meer
informatie krijgen ten aanzien van plannen van de Gemeente (71%) en onderwerpen
over de wijk waar men woont (65%).
Verder wenst bijna tweederde deel meer informatie
te krijgen over de Gemeenteraad in Delft. Het betreft met name informatie over
de standpunten van de diverse fracties, gemeentelijke standpunten en
achtergronden bij discussies in de Gemeenteraad.
e-mail
service en internet
De meningen zijn gelijkmatig verdeeld als het gaat
om interesse in een e-mail service voor de Gemeenteberichten (een derde is
voor, een derde is tegen en een derde is neutraal). Ook ten aanzien van de
behoefte van het plaatsen van (een deel van) de Stadskrant op Internet zijn de
meningen verdeeld.
Andere lokale kranten
Delftsche Courant
Bijna de helft van de Delftenaren leest de
Delftsche Courant wel eens. Het aandeel dat de Delftsche Courant (bijna)
dagelijks leest is ten opzichte van 1998 en 2000 afgenomen van een kwart naar
17%.
Delft op Zondag
Het bereik van het huis-aan-huis blad Delft op
Zondag is hoog. Acht op de tien Delftenaren leest deze krant, waarvan een zeer
groot deel wekelijks. Het aandeel dat de Delft op Zondag leest is gelijk
gebleven ten opzichte van 1998 en 2000.
Delftse Post
De Delftse Post heeft het hoogste bereik van alle
lokale media. Dit was ook het geval in 1998 en in 2000. Van de Delftenaren zegt
91% deze krant wel eens te lezen. Het percentage Delftenaren dat deze krant
wekelijks leest is ten opzichte van 1998 en 2000 afgenomen.
Lokale radio omroepen
Het aandeel dat naar Radio
West luistert is afgenomen van 44% in 1998 naar een derde in 2000 en 2002. Een derde van de Delftenaren
luister wel eens naar Radio West (6% dagelijks).
Het aandeel dat naar Stadsradio Delft luistert is
iets toegenomen, van 12% in 1998 naar 17% in
2000 en vervolgens naar 20% in 2002. Stadsradio Delft scoort lager dan
radio West. Naar deze zender luistert 19% wel eens (1% dagelijks).
TV West
Het aandeel Delftenaren dat naar TV West kijkt is
ten opzichte van vijf jaar geleden iets toegenomen. Een vijfde kijkt vrijwel
dagelijks naar deze zender en 23% zegt enkele keren per week te kijken.
Bijlage
In
de onderstaande figuren is voor de verschillende media een vergelijking gemaakt
van de resultaten van het mediagebruik onder Delftenaren van 18 jaar en ouder
op de volgende drie meetmomenten:
·
maart 1998;
·
februari 2000;
·
december 2002.
Stadskrant:
Delftsche Courant
Delftse Post:
Delft op Zondag:
Radio West
Stadsradio
Delft:
TV-West:
Kabelkrant: