In
2002 heeft de VROM-Inspectie onderzocht hoe de gemeente Delft de wet- en
regelgeving uitvoert en naleeft omtrent bouwen en ruimtelijke ordening. Het
onderzoek bestond uit het beoordelen van documenten, het voeren van gesprekken,
dossieronderzoek en een visuele inspectie binnen het gemeentelijk grondgebied.
Het onderzoek betreft de periode 1 januari tot en 31 december 2001. Een aantal
geconstateerde minpunten was bij de gemeentelijke organisatie al langer bekend
en verbeteringen waren inmiddels in werking gezet. Met het gemeentelijke
project Professionalise-ring van de handhaving dat op 1 mei 2003 gestart is,
wordt gewerkt aan kwaliteitsverbetering van vergunningverlening, toezicht,
controle en handhaving op het gebied van “bouw en gebruik”. Onderwerpen die ook
in het VROM-rapport zijn vermeld. Het gaat om de beleidsterreinen
milieutoezicht, bouw- en woningtoezicht inclusief gebruiksvergunningen, bodem
en horecaexploitatie.
Op
24 maart 2003 is het concept eindrapport van de VROM-Inspectie besproken met de
wethouders Baljé en Grashoff. In dat overleg is door de VROM-inspectie gesteld,
dat uit het onderzoek blijkt, dat Delft redelijk scoort. Vervolgens is in juni
een plan van aanpak met verbeteracties inclusief planning aan de Inspectie
toegezonden. Ter kennisname doen wij u hierbij toekomen de definitieve
VROM-rapportage, ons plan van aanpak en een kort overzicht van de “materiële
toets” uit de VROM-rapportage.
Ruimtelijke
ordening (beleid)
Het
algemene beeld dat uit de diverse visies en plannen naar voren komt is dat de
gemeente Delft, na een periode waarin het ruimtelijk beleid wat stil leek te
vallen, nu zeer actief bezig is het ruimtelijk beleid te actualiseren en verder
te ontwikkelen.
50%
van het gemeentelijk grondgebied is met recente bestemmingsplannen belegd. De
sterk verouderde en/of versnipperde bestemmingsplannen vergen extra veel tijd,
met name bij vrijstellingsprocedures. Deze worden echter binnen vijf jaar
geactualiseerd. Tegelijk met de actualisering vind een aanzienlijke
efficiencyslag plaats: het aantal bestemmingsplannen wordt teruggebracht van 65
naar 15.
Bouw-
en woningtoezicht (inclusief vrijstellingsprocedures WRO)
Er
is geen actuele en formeel vastgestelde administratieve organisatie. Maar in
het kader van het project Professionalisering van de handhaving worden de
beschrijvingen van de werkprocessen geactualiseerd. Dat bij bouwvergunningen en
gebruiksvergunningen een strikte scheiding is aangebracht tussen
vergunningverlening en handhaving is goed. De organisatie van de
termijnbewaking biedt voldoende waarborgen voor een tijdige besluitvorming. De
dossiervorming is echter voor verbetering vatbaar.
Het
toetsen van bouwplannen, zoals aan bestemmingsplan, vrijstellingsprocedures,
welstand en bodemonderzoek worden correct uitgevoerd. Helaas is soms niet te
herleiden of het toezicht op bouw- en sloopactiviteiten correct of onvoldoende
zijn uitgevoerd. Ook de toets aan het Bouwbesluit schiet tekort. Momenteel
wordt in de Vereniging BWT Nederland i.o. gewerkt aan een Collectieve
Kwaliteitsnormering van Bouwvergunningen waarin het Bouwbesluit een belangrijke
rol speelt. Daarnaast voorziet het project Professionalisering van de
handhaving in verbetering van een aantal geconstateerde minpunten.
Een
belangrijk instrument om de brandveiligheid te bevorderen is de
gebruiksvergunning die de Brandweer afgeeft voor gebouwen. Van de ongeveer 800
gebouwen zijn de meest risico-volle (horeca-inrichtingen, ziekenhuizen,
zorginstellingen, kinderdagverblijven en winkels) inmiddels gecontroleerd en
voorzien van een vergunning. De andere 400 volgen zo snel mogelijk (uiterlijk
2004). De kwaliteit van de aanvraag (formulier, volledigheidstoets e.d.) is
redelijk tot goed en er is geconstateerd dat de betrokken medewerkers over
specifieke brandpreventiedeskundigheid beschikken.
De
uitvoering van toezicht en handhaving op het gebied van zowel bouw als milieu
moet beter. Daarvoor lopen twee landelijke projecten. Een op het gebied van
milieuregelgeving, de andere op het gebied van bouwregel-geving. Zowel bij de
vergunningverlening, maar ook tijdens de uitoefening van bedrijf of tijdens
bouw, gebruik of sloop moeten gemeenten beter te werk gaan. Het project
Professionalisering van de handhaving is op 1 mei 2003 gestart om de kwaliteit
van toezicht, controle en handhaving op gebied van “gebouw en gebruik” te
verbeteren. In de eerste plaats wordt beoogd een betere interne afstemming
bereiken, evenals samenwerking en communicatie en waar mogelijk vereenvoudiging
van de bedrijfsvoering. Maar wel zo, dat de burger dat als verbetering ervaart.
Tineke Kronshorst /
Jacques Markus