Stuk 85 I Delft,
10 juni 2003.
03/012918
Onderwerp:
Voorstel tot wijziging van de
tarieventabel, behorend bij de verordening
Onroerendezaakbelastingen 2002, laatstelijk gewijzigd bij verordening van 28
november 2002.
Aan
de gemeenteraad.
Geachte
dames en heren,
Inleiding
Gebleken
is dat het tarief OZB voor eigenaren van niet-woningen 2003 relatief te hoog is
vastgesteld. Het OZB tarief voor eigenaren niet-woningen 2003 is vastgesteld op
€ 4,99. Het OZB tarief voor gebruikers niet-woningen 2003 is vastgesteld op €
3,99.
Artikel
220g van de Gemeentewet bepaalt dat het tarief voor het eigendom van een
onroerende zaak niet uitgaat boven 125 % van het tarief voor het gebruik van de
onroerende zaak. Gezien de bovenstaande tarieven voor eigendom en gebruik van
een niet-woning, bedraagt het tarief voor eigenaren 125,06266 % van het tarief
voor gebruikers. Door deze vaststelling is de Verordening op het punt van de
tariefstelling in strijd met het bepaalde in artikel 220g van de Gemeentewet.
Deze
relatief te hoge vaststelling van het tarief OZB voor eigenaren niet-woningen
is het gevolg van de afronding van de tarieven op hele eurocenten. De tarieven
OZB zijn ten opzichte van 2002 verhoogd met het prijsstijgingspercentage van
6%.
De niet
afgeronde tarieven voor 2003 bedragen:
OZB
voor eigenaren niet-woningen € 4,9926
OZB voor
gebruikers niet-woningen € 3,9962
Het
verschil tussen de niet-afgeronde tarieven is 124,93369 %. Doordat beide
tarieven naar beneden zijn afgerond op hele eurocenten, is het verschil tussen
beide tarieven thans te groot.
Over
deze problematiek heeft de Hoge Raad op 5 maart 2002 een arrest gewezen. Dit
betrof de tarieven van de gemeente Harderwijk. Het Hof Arnhem had in eerste
instantie de Verordening gedeeltelijk onverbindend verklaard, maar de Hoge Raad
vond dit te ver gaan en overwoog dat de tariefstelling voor de
eigenarenbelasting niet-woningen onverbindend is, voorzover deze het in de
Gemeentewet gestelde maximum overtreft. De Hoge Raad heeft de opgelegde aanslag
verlaagd met een paar gulden.
Navraag bij de VNG heeft geleerd dat in beginsel
alleen de aanslagen moeten worden aangepast waartegen bezwaar is ingediend,
maar dat er geen juridische verplichting is om over te gaan tot ambtshalve
vermindering van alle aanslagen OZB voor eigenaren niet-woningen.
Om redenen van klantvriendelijkheid en
rechtsgelijkheid wordt uw Raad voorgesteld om wèl over te gaan tot aanpassing
van de Verordening; daaruit voortvloeiend zullen de reeds opgelegde aanslagen
OZB voor eigenaren van onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen
ambtshalve worden verminderd.
Het
tarief OZB eigenaren niet-woningen wordt met 1 eurocent verlaagd tot een tarief
van
€ 4,98, ten
gevolge waarvan het relatieve verschil tussen het tarief OZB eigenaren
niet-woningen en het tarief gebruikers niet-woningen in overeenstemming is met
het bepaalde in artikel 220g Gemeentewet. Hierdoor zullen de nog op te leggen
aanslagen OZB voor eigenaren van niet-woningen naar het correcte tarief worden
berekend.
Voorgenomen wordt de
uitvoering van de ambtshalve verminderingen in de tweede helft van 2003 te
voltooien.
Procedure
De procedure na de vaststelling door uw Raad houdt in:
n bekendmaking van de verordening in het wekelijkse
huis-aan-huis-blad de Stadskrant (volgens artikel 139 van de Gemeentewet);
n kosteloos ter inzage leggen bij de publieksbalie
(volgens artikel 140 van de Gemeentewet);
n na inwerking treden zorg dragen voor opname in de
gemeentelijke verordeningenverzameling.
Voorstel
Onder
voorbehoud van gunstig advies van de commissie middelen en bestuur stellen wij
u voor het hierbij gaande ontwerpbesluit inzake
- de Tarieventabel behorend bij de Verordening
onroerende-zaakbelastingen Delft
2002, laatstelijk gewijzigd bij verordening van 28 november 2002,
inwerkingtreding 1 juni 2003
vast
te stellen.
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,
H.M.C.M.
van Oorschot ,burgemeester.
N.
Roos ,secretaris.
De raad van de gemeente Delft;
gelezen het voorstel van het college van 10 juni 2003;
gelet op de artikelen 220 tot en
met 220h en 229d, aanhef, eerste lid, onderdeel a, en tweede lid, en 255a van
de Gemeentewet;
b e s l u i t :
vast te stellen:
de derde wijziging van de Verordening
onroerendezaakbelastingen Delft 2002, laatstelijk gewijzigd bij verordening van
28 november 2002.
artikel 1
Het volgende tarief in de tarieventabel wordt met
ingang van 1 juni 2003 gewijzigd in:
Hoofdstuk 1
1.1. |
Het
tarief bedraagt ter zake van: |
|
|
1.1.2. |
de
eigenarenbelasting |
|
|
|
voor
elke volle € 2.268,-- van de heffingsmaatstaf |
|
|
1.1.2.2. |
voor
onroerende zaken die niet
in hoofdzaak tot woning dienen |
€ |
4,98. |
artikel 2
Dit besluit treedt in werking
met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking, doch niet eerder dan 1
juni 2003.
Aldus vastgesteld in de
openbare raadsvergadering van 26 juni 2003.
,burgemeester.
,griffier.
TOELICHTING
op de derde wijziging van de Verordening
onroerendezaakbelastingen Delft 2002, laatstelijk gewijzigd bij verordening van
28 november 2002.
Tarief eigenaren niet-woningen
Gebleken is dat het tarief OZB voor eigenaren van
niet-woningen 2003 relatief te hoog is vastgesteld. Het OZB tarief voor
eigenaren niet-woningen 2003 is vastgesteld op € 4,99. Het OZB tarief voor
gebruikers niet-woningen 2003 is vastgesteld op € 3,99.
Artikel 220g van de Gemeentewet bepaalt dat het
tarief voor het eigendom van een onroerende zaak niet uitgaat boven 125 % van
het tarief voor het gebruik van de onroerende zaak. Gezien de bovenstaande
tarieven voor eigendom en gebruik van een niet-woning, bedraagt het tarief voor
eigenaren 125,06266 % van het tarief voor gebruikers. Door deze vaststelling is
de Verordening op het punt van de tariefstelling in strijd met het bepaalde in
artikel 220g van de Gemeentewet.
Deze relatief te hoge vaststelling van het tarief
OZB eigenaren niet-woningen is het gevolg van de afronding van de tarieven op
hele eurocenten. De tarieven OZB zijn ten opzichte van 2002 verhoogd met het
prijsstijgingspercentage van 6%.
Derhalve wordt het tarief OZB eigenaren
niet-woningen met 1 eurocent verlaagd tot een tarief van € 4,98 ten gevolge
waarvan het relatieve verschil tussen het tarief OZB eigenaren niet-woningen en
het tarief gebruikers niet-woningen in overeenstemming is met het bepaalde in
artikel 220g Gemeentewet.