Naar aanleiding van de vragen die gesteld zijn in de raad van 24 november over de huwelijksleges het volgende.

 

Geconfronteerd met het exploitatietekort van het stadhuis, is opnieuw naar de opbouw van de huwelijksleges gekeken.

 

Het bestuurlijke uitgangspunt is om binnen de gehele legesverordening voor minder dan kostendekkende tarieven compensatie te zoeken in andere tarieven uitgaande van kostendekkendheid van de productgroepen als geheel.

 

Bij nadere berekening wordt met de voorgestelde extra tariefstijging van 80 euro zelfs aan het uitgangspunt voldaan dat het product huwelijk kostendekkend moet zijn.

 

De extra stijging van 80 euro per huwelijk is wenselijk om de volgende redenen:

 

 

Het tarief van de bode gaat tot nu toe ten onrechte uit van de kale loonkosten per uur. De gebruikelijke methode is een doorberekening aan de hand van een integraal uurtarief waarin ook de bijkomende kosten van de bode zijn verdisconteerd. De inzet van Burgerzaken wordt wel aan de hand van een integraal uurtarief berekend. Om tot een consistente tariefberekening te komen zal het integraal uurtarief ook voor de inzet van de bodes moeten worden gehanteerd.

 

 

Overigens worden de kosten van het vastgoed (rente&afschrijving en groot onderhoud van het pand) niet doorberekend in de leges. Deze bedragen 199.000 euro.

 

 

Voorstel:

Voorgesteld wordt om in te stemmen met de stijging van de huwelijkenleges van 80 euro.