In dit oplegmemo wordt kort ingegaan op de Subsidiescan zoals die is uitgevoerd door het consultancybureau Haute Finance in samenwerking met het subsidie adviesbureau Het Grote Oost..

 

Doelstelling van de scan

De aanleiding voor het verrichten van de scan is de door de raad ingediende motie bij de behandeling van de Startnotitie Bezuinigingen, waarbij aan het college is verzocht om te onderzoeken welke kansen en mogelijkheden er zijn voor de gemeente Delft om EU subsidies (en overige rijks- en provinciale subsidies) aan te vragen. Het onderzoek is gericht op de volgende doelen:

1.     Onderzoek van kansen en mogelijkheden die er zijn voor de gemeente Delft om EU subsidies aan de vragen;

2.     Onderzoek van kansen en mogelijkheden die er zijn voor de gemeente Delft voor overige subsidies (provincie en Rijk).

 

Huidige stand organisatie

Op dit moment zijn er enkele organisatieonderdelen actief op het vlak van derdengelden (milieu, onderwijs, en WIZ). De “harde sector” is het meest actief (de in de afgelopen jaren binnengehaalde milieugelden zijn beslist een succes te noemen), voor de “zachte sector” speelt dat veel minder. Door slechte ervaringen m.b.t. ESF-subsidiëring is een aantal jaren ook bewust geen gebruik gemaakt van mogelijkheden van Europese gelden. Dit begint echter weer te komen. Zoals in het beleidsplan WWB 2005-2008 is aangegeven zal ten behoeve van de reïntegratie-inspanningen van Delft een subsidieaanvraag in het kader van ESF-3 gedaan worden.  In eerste instantie als pilot om de organisatie daarop in te richten, later mogelijk te volgen door vervolgaanvragen. Daarnaast speelt de gemeente inmiddels een bemiddelende rol voor een drietal zorginstellingen: Maatzorg, Pieter van Foreest en Ipse.  Gelet de ervaringen vanuit het verleden is een adequate administratieve borging m.b.t. de inzet van derdengelden een cruciale randvoorwaarde. 

 

De analyse van Haute Finance geeft aan, dat voor zowel de “harde sector” als de “zachte sector” er nog veel mogelijkheden voor derdengelden open staan.

 

 

Analyse Haute Finance

Eind augustus heeft Haute Finance rapport uitgebracht en doet aanbevelingen om meer gebruik te maken van “derdengelden” en hiervoor tenminste voor 3 jaar een ondersteunend centraal subsidiepunt in te stellen.

 

In het rapport wordt helder aangegeven, dat derdengelden incidenteel van aard zijn. Inzet van derdengelden geeft mogelijkheden voor:

-            Verbreding van beleidsimpulsen (er komt meer geld binnen dan begroot)

-            Verbreden en verdiepen van netwerken (intern en met andere instellingen: MKB, onderwijs, TUD, andere gemeentes, met de provincie, in EU-verband etc.)

-            Ontwikkeling van de organisatie: kennisvermeerdering

-            En als spin-off van het bovenstaande meer mogelijkheden om Delft op de kaart te zetten.

 

Inzet van derdengelden leidt daarmee niet tot financiële voordelen, die ten gunste komen van het begrotingssaldo, wat ten tijde van een bezuinigingsoperatie wel aanlokkelijk lijkt. Niet alleen omdat het per definitie om incidentele gelden gaat, maar ook omdat er altijd sprake zal zijn van cofinanciering. Als er derdengelden bemachtigd worden moet daar minimaal hetzelfde bedrag (inzet eigen uren en budget) tegenover staan. Projecten uitvoeren bovenop de reguliere bedrijfsvoering vergt ook inzet van extra personeel vooral ook voor de administratieve inbedding (administratie, controle, verantwoording). Er wordt hierbij wel vanuit gegaan dat meer inzet van derdengelden budgettair neutraal uitpakt voor de gemeentebegroting.

 

Uitwerkingsrichting

Haute Finance/Het Grote Oost hebben zich een beeld gevormd van potentiële subsidiemogelijkheden voor Delft op basis van de (meerjaren)begroting, andere relevante beleidsstukken en gehouden interviews met de meest gerede vakteams.

 

Vanuit de analyse op Programmaniveau is een ruwe inschatting te maken van  potentiële subsidiemogelijkheden voor de komende jaren. Een schatting van € 1,5 tot € 2 miljoen per jaar is haalbaar. Dit vergt dan zoals gezegd minimaal hetzelfde bedrag aan cofinanciering (= inzet eigen uren en budget). Gelet op de analyse van de begroting lijkt het mogelijk daar een goede match voor te maken.

 

Speerpunten voor de nadere uitwerking kunnen met name zijn:

a.          Gebruikmaking van de huidige Europese structuurfondsen, en dan vooral in kader ESF, maar dan ook breder dan voor reïntegratie naar de arbeidsmarkt van werkzoekenden, ook bijv. voor onderwerpen als beleidsontwikkeling vergrijzing, jongerenloket, kinderopvang

b.          Claims op de nieuwe Europese infrastructuurfondsen 2007-2013, met name van belang in kader doelstelling 2 (Lissabonstrategie), die in het teken staat van innovatie en ontwikkeling concurrentiekracht Europa. Dit biedt kansen voor:

o           Delft Kennisstad

o           A13 boulevard

o           Ontwikkeling Spoorzone

Belangrijke thema’s binnen doelstelling 2 zijn: innovatie en kenniseconomie, milieu en externe veiligheid, bereikbaarheid en ICT.

c.          Ook doelstelling 3, die een voortzetting is van Interreg III geeft mogelijkheden op vlak  transnationale samenwerking (innovatie, milieu, toegankelijkheid en verbindingen, watermanagement), en interregionale samenwerking (stedelijke ontwikkeling, modernisering publieke voorzieningen m.n. op het vlak van zorg en sociale innovatie). 

 

Ook bij de overige aangegeven mogelijkheden kunnen interessante (nog nader uit te werken) items zitten bijvoorbeeld op vlak van cultuur (Vermeercentrum!), educatie (Brede School), en Sport (BOS: buurt-onderwijs-sport).

 

 

Instelling Subsidie Advies Punt

Voorgesteld wordt om een Subsidie Advies Punt (SAP) op te starten in 2006. De personele bezetting van dit punt is 0,5 FTE gekoppeld aan de “centrale staf”. De taak/functie van het SAP is, om samen met de betrokken vakteams;

o      expertise op te bouwen met subsidieregelingen, en kennis over te dragen aan de organisatie, signaleren en identificeren van kansen

o      toetsen/adviseren projectideeën en projectvoorstellen, op inhoud en op administratieve inbedding;

o      externe en interne netwerken (met bestaande en potentiële verwervers van derdengelden) op te bouwen;

o      verzorgen van bijeenkomsten voor beleidsmedewerkers Delft

o      vakteams te ondersteunen met subsidie-aanvragen en de begeleiding van de administratieve inbedding

 

Voor de nadere uitwerking wordt nog een notitie opgesteld met visie, missie en beschrijving van beoogde resultaten van het SAP. Het Subsidie Advies Punt blijft minimaal drie jaar functioneren en wordt elk jaar geëvalueerd. Na afloop van de genoemde periode van 3 jaar wordt geëvalueerd of een centraal ondersteuningspunt in (wellicht aangepaste vorm) nodig blijft. Het Subsidie Advies Punt krijgt de beschikking over werkbudgetten inhuur derden. De kosten worden op ca € 2 ton geraamd. Dit zal deels wel en deels niet subsidiabel zijn.

 

Voor het vervolg wordt er vanuit gegaan, dat de instelling van het SAP netto € 1 ton per jaar vergt; mogelijk dat dit nog bij de nadere uitwerking alsnog ten laste van de reguliere projectbudgetten kan komen als de derdengelden gerealiseerd worden. Dit zal dan wel voorgefinancierd moeten worden: “de cost gaat voor de baet uit. Dit zal indien u akkoord gaat met de uitwerkingsrichting volgens de Subsidiescan nog nader uitgewerkt worden. De voorfinanciering zou gedekt kunnen worden uit de Reserve Nutswinsten. Dit met name ook vanwege de relatie met:

o      de nota Internationaal Beleid, waar over een specialist Europa wordt gesproken (0,5 Fte). In de taakbeschrijving van deze specialist wordt ook gesproken over dat met behulp van deze  specialist er een zodanige kennis van en toegang tot Europese subsidie-programma’s ontwikkeld wordt dat de gemeente optimaal kan profiteren van Europese middelen voor de ontwikkeling en uitvoering van het Delftse beleid. Dit geeft dus een overlap met het SAP.

o      En ook zijn er raakvlakken met het onderwerp stadsmarketing en “Delft Kennisstad nieuw elan” (zie de eerdere toelichting op doelstelling 2).

 

Voor deze beide onderwerpen is al afgesproken, dat hier in principe geld voor wordt vrij gemaakt vanuit de reserve Nutswinsten.  

 

Advies

 

A.    Ermee Instemmen om vanuit de Delftse organisatie meer in te zetten op het benutten van derdengelden voor de mogelijke verbreding van beleidsmogelijkheden.

B.     In principe akkoord gaan met de instelling van een Subsidie Advies Punt voor de periode van 3 jaar.

C.     Besluitvorming over de financiële dekking (voorfinanciering SAP) verbinden aan de nog te vast te stellen besteding van de Reserve Nutswinsten.

D.     Een notitie doen opstellen over de organisatorische vormgeving (doel, werkwijze, beoogde resultaten, benodigd budget, positionering, functieprofiel met bijbehorende competenties).

 

S&C, Bert den Uijl,

22 september 2005.