VOORSCHRIFTEN
DEEL UITMAKENDE
VAN
HET UITWERKINGSPLAN
HARNASCHPOLDER
DELFT, DEELGEBIED 1
LOOKWATERING-WEST
PLANKAARTEN: 14-21-06
5 september 2006
INHOUD
HOOFDSTUK I
INLEIDENDE BEPALINGEN
Artikel 1 Van toepassing verklaring
Artikel 7 Verkeersdoeleinden 1
Artikel 8 Verkeersdoeleinden 2
HOOFDSTUK III OVERIGE BEPALINGEN
Artikel 10 Overige bebouwingsvoorschriften
Artikel 11 Algemene vrijstellingsbevoegdheid ten behoeve van geringe afwijkingen
Op deze uitwerking zijn de
voorschriften van het bestemmingsplan Harnaschpolder Delft, Lookwatering-west
en Voordijkshoorn, ,vastgesteld op 31 maart 2005 van
overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor zover de
voorschriften een nadere specifering zijn van de bestemming Woongebied nader
uit te werken.
bij een discrepantie tussen de voorschriften van het
bestemmingsplan Harnaschpolder Delft Lookwatering-west en Voordijkshoorn en het
uitwerkingsplan Harnaschpolder Delft, deelgebied 1, Lookwatering-west, de
voorschriften van het uitwerkingsplan Harnaschpolder, deelgebied 1,
Lookwatering-west van toepassing zijn.
1.
het uitwerkingsplan:
het
uitwerkingsplan Harnaschpolder Delft, deelgebied 1, Lookwatering-west van de
gemeente Delft;
2.
aaneengeschakeld
drie of meer aaneengesloten woningen;
3.
bebouwingspercentage
de
grondoppervlakte van de bebouwing, uitgedrukt in percentage van de oppervlakte
van het bouwvlak;
4.
bouwgrens
een op de kaart aangegeven lijn, die niet mag worden
overschreden door bebouwing, behoudens overschrijdingen die krachtens de
voorschriften in dit bestemmingsplan zijn toegestaan;
5.
bruto vloeroppervlak
(bvo)
het totale
gebouwde vloeroppervlak dat wordt gebruikt voor wonen, kantoren, bedrijven,
detailhandel, dienstverlening, horeca en maatschappelijke voorzieningen;
6.
halfvrijstaand
twee aaneengesloten grondgebondenwoningen;
7 hoofdrijbaan
een rijbaan die in
belangrijke mate bestemd is voor doorgaand (auto)verkeer;
7.
nutsvoorzieningen:
voorzieningen, zoals transformatiehuisjes,
gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties,
gemaalgebouwtje, gebouwen voor warmtevoorziening, voorzieningen ten behoeve van
(ondergrondse) afvalverzameling, telefooncellen en apparatuur voor
telecommunicatie;
9. parkeervoorzieningen:
voorzieningen
ten behoeve van parkeren, zoals parkeerplaatsen en in- en uitritten.
10. slootbodem
bodem van watergang zoals gedefinieerd in de legger
van het hoogheemraadschap Delfland.
HOOFDSTUK II BESTEMMINGEN
EN GEBRUIK
1. Doeleindenomschrijving
Gronden op de kaart aangewezen voor
WOONDOELEINDEN A zijn bestemd voor:
a.
wonen en in samenhang
daarmee voor de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten uit categorie 1 van de LvB;
b.
parkeervoorzieningen
voor motorrijtuigen en fietsen en de daarbij behorende uitritten;
c.
nutsvoorzieningen,
(openbaar) groen, tuin, voortuin en water.
2. Gebruiksvoorschriften
Onder de
uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen in samenhang met wonen wordt
verstaan het gebruik van gedeelten van woningen ten behoeve van
aan-huis-gebonden beroepen en/of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten,
voorzover:
a. het bruto vloeroppervlak ten behoeve
van kantoor- en/of praktijkruimten (en/of de kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten) niet groter is dan 30 % van het vloeroppervlak van de woning,
inclusief aan- en uitbouwen;
b. ten behoeve van de kantoor- en/of
praktijkruimten (en/of de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten) in eigen
parkeergelegenheid wordt voorzien volgens de gemeentelijke parkeernormen;
c. de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten
geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer en niet
gepaard gaan met horeca en/of detailhandel.;
3. Bouwvoorschriften
In en op deze gronden die
op de plankaart zijn aangemerkt met W-Amogen ten behoeve van de bestemming bouwwerken worden
gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen::
a.
per bouwvlak geldt het minimum en
maximum aantal woningen als aangegeven op de plankaart dient
het aantal woningen als op de plankaart aangegeven gerealiseerd te worden metmet dien te
verstande dat het totaal aantal woningen in het hele plangebiedin de bouwvlakken A,
B, C, D en E minimaal 650 en maximaal 700 dient te zijn;
b.
hoofdgebouwen
in het bouwvlak dienen aaneengeschakeld
en/of halfvrijstaand te zijn;
c.
bij de aanduidingwijzing 'aaneengesloten
voorgevel' dienen de voorgevels van de woningen aaneengesloten te zijnwoningen
met een aaneengesloten voorgevel te worden gerealiseerd;volgens de gemeentelijke
stallingsnorm
d.
per
hoofdgebouw is een maximaal oppervlakte van 40 m² aan bijgebouwen en aan- en
uitbouwen toegestaan waarbij geldt dat:
I. de
bouwhoogte van de bijgebouwen maximaal 3 m mag bedragen;
II.
de diepte
van een aan- en uitbouw maximaal 2,5 m mag bedragen;
III.
de
bouwhoogte van aan- en uitbouwen mag maximaal de hoogte van de aangrenzende
bouwlaag van het bijbehorende hoofdgebouw bedragen vermeerderd met 0,25 m;
e.
voor
bouwwerken, geen gebouw zijnde geldt een maximale hoogte van 2 m.
4. Vrijstellingsbevoegdheden
LvB
I.
Het college is bevoegd
vrijstelling te verlenen van
a.
Het bepaalde in lid 1
onder a voor aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten behorende tot categorie 2 van de LvB, met uitzondering van
bedrijven die in de LvB een kader om de categorie hebben;
b.
het bepaalde in lid 1
onder a om aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten toe te laten die niet genoemd worden in de LvB.
III. Het college verleent de in dit lid
genoemde vrijstelling, indien deze naar aard en invloed op de omgeving (gelet
op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan
de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kunnen worden te behoren tot
maximaal categorie 1 en indien de kwaliteit van leefomgeving niet nadelig wordt
beïnvloed. In de beoordeling wordt aandacht besteed aan: sociale veiligheid,
groen, mobiliteit en economisch functioneren.
1.
Doeleindenomschrijving
Gronden op de kaart aangewezen voor
WOONDOELEINDEN B zijn bestemd voor:
a.
wonen en in samenhang
daarmee voor de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten uit categorie 1 van de LvB;
b.
parkeervoorzieningen
voor motorrijtuigen en fietsen en de daarbij behorende uitritten;
c.
nutsvoorzieningen,
(openbaar) groen, tuin, voortuin en water;
d.
ecologische zone.
2. Gebruiksvoorschriften
I. Onder de uitoefening
van aan-huis-gebonden beroepen in samenhang met wonen wordt verstaan het
gebruik van gedeelten van woningen ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
en/of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voorzover:
a.
het bruto vloeroppervlak
ten behoeve van kantoor- en/of praktijkruimten (en/of de kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten) niet groter is dan 30 % van het vloeroppervlak van
de woning, inclusief aan- en uitbouwen;
b.
ten behoeve van de
kantoor- en/of praktijkruimten (en/of de kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten) in eigen parkeergelegenheid wordt voorzien volgens de
gemeentelijke parkeernormen;
c.
de kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale
afwikkeling van het verkeer en niet gepaard gaan met horeca en/of detailhandel.
;
II.
Ter plaatse van de
aanwijzing 'z' mogen de gronden uitsluitend in zuidelijke richting, binnen het
plangebied ontsloten worden.
III.
Ter plaatse van de
aanwijzing 'ecologische zone' mogen de gronden uitsluitend gebruikt
worden voor groenstructuren, natuurvriendelijke oevers en water.
3. Bouwvoorschriften:
In en op deze gronden die
op de plankaart zijn aangemerkt met W-Amogen ten behoeve van de
bestemming uitsluitend bouwwerken worden gebouwd met inachtneming van de
volgende bepalingen:
a.
per bouwvlak geldt het minimum en
maximum aantal woningen als aangegeven op de plankaart dient
het aantal woningen als op de plankaart aangegeven gerealiseerd te worden metmet dien te
verstande dat het totale aantal woningen in het hele plangebiedin de bouwvlakken A,
B, C, D en E minimaal 650 en maximaal 700 dient te zijn;
b.
hoofdgebouwen
in het bouwvlak dienen vrijstaand te
zijn;
c.
per
hoofdgebouw is een maximale oppervlakte van 40 m² aan bijgebouwen en aan- en uitbouwen
toegestaan waarbij geldt dat:
I. de
bouwhoogte van de bijgebouwen maximaal 3 m mag bedragen;
II.
de diepte
van een aan- en uitbouw maximaal 2,5 m mag bedragen;
III.
de
bouwhoogte van aan- en uitbouwen mag maximaal de hoogte van de aangrenzende
bouwlaag van het bijbehorende hoofdgebouw bedragen vermeerderd met 0,25 m;
d.
voor
bouwwerken, geen gebouw zijnde geldt een maximale hoogte van 2 m.
4.
Aanlegvergunning
I. Ter
plaatse van de aanwijzing ‘a’ is het verboden zonder of in afwijking van een
schriftelijke vergunning van het college (aanlegvergunning) de volgende werken
of werkzaamheden uit te voeren:
a. het ontgronden, graven, afgraven, egaliseren, diepploegen en
ophogen van gronden;
b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen (voor meer dan 20
procent);
c. het aanleggen van halfverharde paden en wegen;
d. het aanleggen van
voorzieningen ten behoeve van het recreatief medegebruik en educatief
medegebruik;
e. het aanbrengen van drainage;
f. het aanbrengen van
ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen.
II. Het
verbod als bedoeld in lid 4 onder I is niet van toepassing op werken of
werkzaamheden die:
a.
betrekking hebben op
normaal onderhoud en beheer;
b.
reeds in uitvoering zijn
op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
c. reeds
mogen worden uitgevoerd krachtens verleende aanlegvergunning.
5. Vrijstellingsbevoegdheden LvB
I.
Het college is bevoegd
vrijstelling te verlenen van
a. het
bepaalde in lid 1 onder a voor aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten behorende tot categorie 2 van de LvB, met
uitzondering van bedrijven die in de LvB een kader om de categorie hebben;
b.
het bepaalde in lid 1
onder a om aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten toe te laten die niet genoemd worden in de LvB.
II. Het college verleent de in dit lid
genoemde vrijstelling, indien deze naar aard en invloed op de omgeving (gelet
op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan
de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kunnen worden te behoren tot
maximaal categorie 1 en indien de kwaliteit van leefomgeving niet nadelig wordt
beïnvloed. In de beoordeling wordt aandacht besteed aan: sociale veiligheid,
groen, mobiliteit en economisch functioneren.
1.
Doeleindenomschrijving
Gronden op de kaart aangewezen voor
WOONDOELEINDEN C zijn bestemd voor:
a.
wonen en in samenhang
daarmee voor de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten uit categorie 1 van de LvB;
b.
detailhandel en
dienstverlening;
c.
parkeervoorzieningen
voor motorrijtuigen en fietsen en de daarbij behorende uitritten;
d.
nutsvoorzieningen,
(openbaar) groen, tuin, voortuin en water;
e.
speel voorzieningen.
2. Gebruiksvoorschriften
I. Onder de uitoefening
van aan-huis-gebonden beroepen in samenhang met wonen wordt verstaan het
gebruik van gedeelten van woningen ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen
en/of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voorzover:
a.
het bruto vloeroppervlak
ten behoeve van kantoor- en/of praktijkruimten (en/of de kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten) niet groter is dan 30 % van het vloeroppervlak van
de woning, inclusief aan- en uitbouwen;
b.
ten behoeve van de
kantoor- en/of praktijkruimten (en/of de kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten) in parkeergelegenheid wordt voorzien volgens de gemeentelijke
parkeernormen;
c.
de kleinschalige
bedrijfsmatige activiteiten geen nadelige invloed hebben op de normale
afwikkeling van het verkeer en niet gepaard gaan met horeca en/of detailhandel.
II. In
samenhang met wonen:
a.
ter plaatse van bijde
aanduidingwijzing 'detailhandel en
dienstverlening' op de eerste bouwlaag gemeten vanaf peil detailhandel en
dienstverlening is is toegestaan met dien te verstande
dat het totaal b.v.o.
aan
detailhandel en dienstverlening in het gehele plangebied van
de woonbestemmingen B, D en E maximaalmaximaal 2.000
m² mag bedragen, het oppervlakte per vestiging niet meer dan 150 m² mag
bedragen en in eigen parkeergelegenheid wordt voorzien volgens de gemeentelijke
parkeernormen;
b.
ter plaatse van de
aanwijzing 'speelvoorziening' tenminste voor 1 speelvoorziening van minimaal
100 m².
3. Bouwvoorschriften
In en op deze gronden die
op de plankaart zijn aangemerkt met W-Amogen ten behoeve van de
bestemming uitsluitend bouwwerken worden gebouwd met inachtneming van de
volgende bepalingen:
a.
per bouwvlak geldt het minimum en
maximum aantal woningen als aangegeven op de plankaart dient
het aantal woningen als op de plankaart aangegeven gerealiseerd te worden metmet dien te
verstande dat het totaal aantal woningen in het hele plangebiedin de bouwvlakken A,
B, C, D en E minimaal 650 en maximaal 700 dient te zijn;
b.
bij de aanwijzing
'aaneengesloten voorgevel' dienen de voorgevels van de woningen aaneengesloten de
zijnwoningen met een aaneengesloten voorgevel te worden
gerealiseerd;
c.
per
hoofdgebouw is een maximaal oppervlakte van 40 m² aan bijgebouwen en aan- en
uitbouwen toegestaan waarbij geldt dat:
a. de
bouwhoogte van de bijgebouwen maximaal 3 m mag bedragen;
b.
de diepte
van een aan- en uitbouw maximaal 2,5 m mag bedragen;
c.
de
bouwhoogte van aan- en uitbouwen mag maximaal de hoogte van de aangrenzende
bouwlaag van het bijbehorende hoofdgebouw bedragen vermeerderd met 0,25 m;
d.
voor
bouwwerken, geen gebouw zijnde geldt een maximale hoogte van 2 m;
4. Vrijstellingsbevoegdheden
LvB
I.
Het college is bevoegd
vrijstelling te verlenen van
a.
Het bepaalde in lid 1
onder a voor aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten behorende tot categorie 2 van de LvB, met uitzondering van
bedrijven die in de LvB een kader om de categorie hebben;
b.
het bepaalde in lid 1
onder a om aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige
activiteiten toe te laten die niet genoemd worden in de LvB.
II.
Het college verleent de
in dit lid genoemde vrijstelling, indien deze naar aard en invloed op de
omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm
alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kunnen worden
te behoren tot maximaal categorie 1 en indien de kwaliteit van leefomgeving
niet nadelig wordt beïnvloed. In de beoordeling wordt aandacht besteed aan:
sociale veiligheid, groen, mobiliteit en economisch functioneren.
1. Doeleindenomschrijving
Gronden op de kaart aangewezen voor
OPENBAAR GROEN zijn bestemd voor:
a.
groenvoorzieningen;
b.
speelvoorzieningen;
c.
langzaam verkeersroutes;
d.
onder peil gelegen
leidingen ten behoeve van nutsvoorzieningen.
2. Gebruiksvoorschriften
De gronden bestemd voor openbaar groen
mogen uitsluitend gebruikt worden voor:
a.
groenvoorzieningen,
recreatieve voorzieningen, nutsvoorzieningen, kunstwerken, langzaam
verkeersroutes en water;
b.
groenstructuren,
natuurvriendelijke oevers, water en recreatieve langzaam verkeersroutes met een
maximale breedte van 2,0 m ter plaatse van de aanwijzing 'ecologische zone';
c.
tenminste 1
speelvoorziening van minimaal 100 m².binnen het bestemmingsvlak ter plaatse van
de aanwijzing 'speelvoorziening';
d.
een doorgaande route
voor langzaam verkeer binnen 5 m uit het hart van de aanwijzing 'langzaam
verkeersroute'.
3. Bouwvoorschriften
In of op deze gronden
mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend bouwwerken worden gebouwd met
dien verstande dat voor de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, het
maximum geldt als bepaald in artikel 16 van het bestemmingsplan Harnaschpolder
Delft, Lookwatering-west en Voordijkshoorn.vastgesteld in maart
2005 en goedgekeurd op ##.
1. Doeleindenomschrijving
Gronden op de kaart aangewezen voor
VERKEERSDOELEINDEN 1 zijn bestemd voor:
a. verblijfs-
en verkeersruimte;
b. onder
peil gelegen leidingen ten behoeve van nutsvoorziening.
2. Gebruiksvoorschriften
De gronden mogen uitsluitend gebruikt
worden ten behoeve van verblijfs- en verkeersvoorzieningen met de daarbij
behorende verhardingen alsmede voor groenvoorzieningen, speelvoorzieningen,
water, kunstwerken en nutsvoorzieningen.
3. Bouwvoorschriften
In en op deze gronden mogen ten behoeve
van de bestemming uitsluitend bouwwerken worden gebouwd met dien verstande dat
voor de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde de maximum bouwhoogte
geldt als bepaald in artikel 16 van het bestemmingsplan Harnaschpolder Delft,
Lookwatering-west en Voordijkshoorn.vastgesteld in maart
2005 en goedgekeurd op ##..
1. Doeleindenomschrijving
Gronden op de kaart aangewezen voor
VERKEERSDOELEINDEN 2 zijn bestemd voor:
a.
ter plaatse van de
“Verlengde Kristalweg” een hoofdrijbaan met ten hoogste 2x1 doorgaande
rijstrook, waarbij voor het aantal rijstroken opstelstroken en stroken voor
fietsverkeer niet worden meegeteld;
b.
binnen een marge van 15
meter uit de aanwijzing “knip” zijn de gronden over een lengte van 2 meter
uitsluitend bestemd voor openbaar vervoer, hulpdiensten en langzaam verkeer;
c.
verblijfs- en
verkeersruimte;
d.
onder peil gelegen
leidingen ten behoeve van nutsvoorzieningen;
2. Gebruiksvoorschriften
De gronden mogen uitsluitend
gebruikt worden ten behoeve van verkeersvoorzieningen met de daarbij behorende
verhardingen, voor groenvoorzieningen, water, kunstwerken, geluidwerende
voorzieningen, speelvoorzieningen en nutsvoorzieningen, met dien te verstande
dat ter plaatse van de aanwijzing 'Pa' een ondergrondse parkeervoorziening is toegestaan.
3. Bouwvoorschriften
In en op deze gronden mogen ten behoeve
van de bestemming uitsluitend bouwwerken worden gebouwd met dien verstande dat:
a. 15 meter uit de aanwijzing “knip” dient
een technische voorziening te worden aangelegd die er in voorziet dat alleen
openbaar vervoer, hulpdiensten en langzaam verkeer de voorziening kunnen
passeren;
b. voor de bouwhoogte van bouwwerken, geen
gebouwen zijnde de maximum bouwhoogte geldt als bepaald in artikel 16 van het
bestemmingsplan Harnaschpolder Delft, Lookwatering-west en Voordijkshoorn.
1. Doeleindenomschrijving
Gronden op de kaart aangewezen voor
WATER zijn bestemd voor:
a. de
waterhuishouding in samenhang met waterrecreatie;
b. 1.30m
onder slootbodem gelegen leidingen ten behoeve van nutsvoorziening.
2. Gebruiksvoorschriften
De gronden mogen uitsluitend gebruikt
worden voor wateraanvoer en -afvoer en waterberging alsmede voor waterrecreatie
en de binnenscheepvaart met bijbehorende voorzieningen zoals bruggen, duikers,
kades, taluds en beschoeiingen, met dien verstande dat ter plaatse van de
aanwijzing 'langzaam verkeersroute' tevens een doorgaande route voor langzaam
verkeer binnen 5 m uit het hart van de aanwijzing is toegestaan.
3. Bouwvoorschriften
In, op en boven deze gronden mogen ten
dienste van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden
gebouwd, bruggen ten behoeve van de toegang tot naastgelegen gronden daaronder
begrepen, waarvan de hoogte maximaal 4 meter mag bedragen.
Voor het bouwen gelden de
aanduidingen op de kaart en het bepaalde in hoofdstuk I en II van deze
voorschriften.
1. Het college is bevoegd – tenzij op
grond van hoofdstuk II terzake reeds vrijstelling kan worden verleend –
vrijstelling te verlenen van de bepalingen van het plan voor:
a.
afwijkingen van maten
(waaronder percentages en aantallen) met ten hoogste 10% waarbij geldt dat de
hoogtematen met maximaal 1.00 m mogen worden verhoogd en het totaal aantal
woningen met een maximum van 25 mag worden gewijzigd;
b.
overschrijding van
bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, voorzover zulks van belang is voor
een technisch betere realisering van bouwwerken dan wel voorzover zulks
noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de
overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3 m bedragen, het bouwvlak mag met
niet meer dan 10% worden vergroot en met dien verstande dat de overschrijding
niet mag plaatsvinden in de ecologische zone;
2. Vrijstelling wordt niet verleend indien
daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming
gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken, de
stedenbouwkundige kwaliteit en verkeersafwikkeling ter plaatse.
Overtreding van het bepaalde
in:
- artikel 4 lid 2
wordt aangeduid als een
strafbaar feit en daarmee als economisch delict als bedoeld in artikel 1a, onder
2° van de Wet op de economische delicten.
Dit plan kan worden aangehaald onder de titel:
UitwerkingsplanBestemmingsplan
Harnaschpolder Delft, deelgebied 1, Lookwatering-west