De gemeenteraad heeft op 3 november 2005 ingestemd
met de start van de Europese aanbesteding voor de selectie van een architect
voor het nieuwe stadskantoor, waar het NS-station onderdeel van uitmaakt.
In het kader daarvan hebben vier geselecteerde architectenbureaus elk een
schetsontwerp gemaakt. Deze architecten zijn:
-
Dirk-Jan Postel / Kraaijvanger Urbis;
-
Mecanoo Architectenbureau;
-
Rudy Uytenhaak Architecten;
-
Soeters van Eldonk Ponec Architecten.
Voor het maken van een keuze is een selectiecommissie
ingesteld die op 6 oktober haar definitieve beoordeling heeft gegeven. Dit
resulteerde in een voordracht van zowel Rudy Uytenhaak Architectenbureau als
bureau Soeters Van Eldonk Ponec, een keuze die op 24
oktober door het college bekrachtigd is. De procedurele en juridische
onderbouwing voor deze keuze is beschreven in de bijlagen “Procedureel verslag”
en “Inhoudelijke verantwoording” van 18 oktober 2006 en zijn ter kennisneming
bijgevoegd.
Voor de beoordeling van de schetsontwerpen heeft de
selectiecommissie vooraf een gunningsleidraad opgesteld met de voorwaarden
waaraan de verschillende schetsontwerpen zijn getoetst. Deze voorwaarden
bestaan uit uitsluitingsgronden, selectiecriteria en een meningspeiling onder
burgers.
De uitsluitingsgronden zijn belangrijke
randvoorwaarden waaraan het schetsontwerp minimaal dient te voldoen.
Architecten worden uitgesloten indien:
-
het taakstellend bouwkostenbudget
overschreden wordt; |
-
de elementaire constructieve aspecten onvoldoende
zijn geborgd; |
-
het niet past binnen redelijke grenzen van
het bestemmingsplan; |
-
het ontwerp niet past binnen redelijke
grenzen van het Programma van Eisen; |
-
het onvoldoende aansluit op het
ondergrondse station; |
-
niet akkoord wordt gegaan met gestelde
contractuele randvoorwaarden. |
Voor wat betreft de uitsluitingsgronden zijn de
kosten en de constructieve aspecten getoetst door externe adviesbureaus
(respectievelijk PRC Kostenmanagement en Witteveen + Bos).
De schetsontwerpen die niet afvallen op basis van
bovengenoemde uitsluitingsgronden, worden getoetst op (inhoudelijke)
selectiecriteria, waaraan verschillende wegingen zijn toegekend:
-
algemeen (mondelinge en schriftelijke
presentatie) |
7,5
% |
-
projectorganisatie (o.a. projectbeheersing,
ervaring) |
15
% |
-
schetsontwerp (o.a. architectonische en
stedenbouwkundige kwaliteit, functionaliteit, veiligheid en
duurzaamheid) |
45
% |
-
kosten (bouwkosten en honorarium) |
7,5
% |
Ter ondersteuning van het inhoudelijke oordeel van
de selectiecommissie (dat voor 75 % meeweegt) hebben interne en externe
adviesgroepen de ontwerpen getoetst aan de eisen die zijn opgenomen in onder
meer de getekende ambitie (maart 2006) en het programma van eisen (10 mei
2006).
Voor wat betreft de beoordeling van de
architectonische en stedenbouwkundige kwaliteit is uit het Bouwmeesteroverleg
een voorkeur voor Mecanoo gebleken. NS Stations en ProRail hebben gekeken naar
onder meer de functionaliteit van de hallen, de (sociale) veiligheid in en
rondom het gebouw en de exploitatie. NS heeft de voorkeur gegeven aan Soeters
van Eldonk Ponec, Prorail heeft geen specifieke voorkeur uitgesproken. Vakteam
Milieu heeft de plannen getoetst op basis van de voorgeschreven
duurzaamheidseisen, waarbij het ontwerp van Rudy Uytenhaak het beste scoorde.
Vakteam H&IT heeft met name de ontwerpen getoetst ten aanzien van de
interne organisatie van het stadskantoordeel en gaven aan de voorkeur te hebben
voor Soeters van Eldonk Ponec en/of Dirk Jan Postel. De leden van het college
die zitting hebben in de selectiecommissie hebben het gevoelen van de
gemeenteraad gepeild via de commissie Ruimtelijke Ordening van 26 september en
2 oktober en in het eindoordeel meegenomen.
De
mening van de burgers is voor 25% meegewogen. Dit is gebeurd via het Delft
Internet Panel (DIP), een representatieve groep van ruim 2000 inwoners. De gemeente heeft dit panel in 2002 in het leven geroepen om
bewoners in de stad geregeld te kunnen raadplegen over uiteenlopende
onderwerpen. Een veelgestelde vraag is of dit panel wel
representatief is voor de Delftenaar. Dit is een vrij
technische vraag, maar het antwoord is in ieder geval: ja. De samenstelling qua
leeftijd en geslacht komt vrijwel overeen met die van de Delftse bevolking van 18
jaar en ouder. Bij de start van het DIP in 2002 is er voor gekozen extra veel
ouderen te benaderen waardoor ook zij ruim voldoende zijn vertegenwoordigd. Ook
allochtonen zijn goed vertegenwoordigd. Dat niet iedereen internet heeft, heeft
geen gevolgen voor de representativiteit van de DIP onderzoeken.
Naar
aanleiding van de aankondiging van de meningspeiling voor het
stadskantoor/stationshal hebben zich ca. 100 mensen extra aangemeld. Dit heeft
geen gevolg gehad voor de representativiteit.
Een samenvatting van hoe de selectiecommissie is
gekomen tot de voordracht van Rudy Uytenhaak en Soeters van Eldonk Ponec en op
welke wijze rekening is gehouden met het gevoelen van de Raad is in het
onderstaande beschreven.
Op grond van de kostentoets door PRC
Kostenmanagement - een gerenommeerd adviesbureau op het gebied van onder meer
bouwkosten - werd geconstateerd dat het schetsontwerp van Mecanoo een
aanzienlijke overschrijding van het taakstellende budget voor het stadskantoordeel
kende. Ook na een toelichting van Mecanoo blijft sprake van een
kostenoverschrijding (rekening houdend met een gehanteerde onzekerheidsmarge
van 10% in dit planstadium). Conform de gunnings-leidraad constateerde de
selectiecommissie dat derhalve Mecanoo uitgesloten dient te worden. Dit sluit
aan bij de aandacht die de Raad heeft gevraagd voor het beheersen van de kosten
en het beperken van de financiële risico’s. Niet uitsluiten van Mecanoo is in
strijd met de aanbestedingsregels en zou zonder enige twijfel leiden tot het
mislukken van de aanbesteding. De aanbesteding zou dan over moeten. Dit leidt
tot schade bij de samenwerkingspartners en geeft grond voor claims van de
architecten die wel binnen de aanbesteding zijn gebleven. Voorts zou dit tot onaanvaardbare
vertraging van het bouwproces leiden. Het ontwerp van Mecanoo is in de
beoordeling wel meegenomen. Dit om hen na hun inzet toch de reflectie van de selectiecommissie te
geven. Dit kan later ook gebruikt worden in geval deze partij bezwaar maakt
tegen de uitsluiting. Zo wordt een eerlijke objectieve score verkregen,
waardoor men bij een eventueel toegekend bezwaar toch verder kan gaan met de
procedure.
De schetsontwerpen zijn op hoofdlijnen/principes
getoetst. Criteria waaraan de ontwerpen voldoen zijn niet beschreven. Zo ook de
opmerkingen vanuit de raadscommissie over onder meer uitbreidingsmogelijkheden
en innovatieve werkplekconcepten. Hoewel dit door de architecten nog nader
uitgewerkt dient te worden, is hier in alle ontwerpen voldoende rekening mee
gehouden. Alle opmerkingen die door de Raad hierover zijn gemaakt worden aan de
geselecteerde architecten meegegeven met de opdracht hier in het vervolgtraject
rekening mee te houden.
In vergelijking met de andere ontwerpen vindt de
selectiecommissie het ontwerp van Kraaijvanger Urbis minder sterk op deze
locatie. Er is, zoals de Raad heeft aangegeven, waardering voor de zorgvuldige geleding aan de Coenderstraat. Het gebouw is anderzijds
weinig spraakmakend en ambitieus en lijkt, zoals de Raad opmerkte, wellicht te
goed geïntegreerd en daardoor onopvallend. Daarnaast kent het gebouw vele
hoeken en inhammen waardoor het gevoel van sociale veiligheid (met name ’s
nachts) snel onaangenaam zal zijn. Hoewel de selectiecommissie het
interieurconcept efficiënt vindt, wegen de nadelen van sociale onveiligheid en
uitstraling daar niet tegenop. De selectiecommissie heeft dit ontwerp daarom
als minst beoordeeld.
Net als in de Raad is door de selectiecommissie
bewondering uitgesproken voor dit spraakmakend concept, dat een eigentijdse en
toekomstgerichte uitstraling heeft en past bij Delft en Delft Kennisstad.
Anderzijds roept het gebouw ook discussies op: “door de geleding van de opbouw
lijkt het gebouw niet massaal, maar wordt dat ook zo ervaren als je door het
gebied loopt?” en “het gebouw is flexibel in zijn verticale opbouw, maar qua
interne indeling wordt het als minder goed beoordeeld”. Daarnaast wordt het stadskantoor weggedrukt
door de stationshal, zodat de nadruk in het ontwerp ligt op de stationshal in
plaats van op het stadskantoor. Ook qua duurzaamheid en
verwachte exploitatiekosten scoort het ontwerp minder ten opzichte van de
andere ontwerpen.
De meningen over het ontwerp van Uytenhaak zijn
minder uiteenlopend. Het ontwerp scoort op veel selectiecriteria goed: een
goede kostenraming, veel duurzame elementen, inspirerend en innovatief en
slimme vormgeving op deze plek. Uitspraken die ook door de Raad aan dit ontwerp
zijn meegegeven. Het gebouw doet erg veel denken aan een kantoorgebouw, waarbij
de ‘vingers’ extra aandacht dienen te hebben om te voorkomen dat het lange
gangen worden. Daarbij is te kennen gegeven vertrouwen te hebben in deze
architect om deze aandachtspunten op te lossen tijdens een nadere uitwerking
van het ontwerp.
Net als bij Mecanoo roept het ontwerp van Soeters
uitersten op. Het is een markant gebouw dat zowel in positieve als negatieve
zin opvalt: men vindt het mooi of lelijk. Qua materialisatie past het goed in
de omgeving, maar anderzijds lijkt het te massaal met saaie gevels, zoals ook
door de Raad aangegeven is. Hoewel het gebouw qua uitstraling niet vernieuwend
is, is het wel degelijk en praktisch van opzet. Dit biedt zekerheid in de
technisch complexe uitvoering en beperkt de financiële risico’s. Ook de interne
organisatie is helder en efficiënt georganiseerd en draagt bij aan de
een-gemeente-gedachte van de gemeentelijke organisatie. Naar aanleiding van een
opmerking uit de raad hierover over de windmolens, blijkt dat deze geen
essentiële bijdrage leveren aan de duurzaamheid. De duurzaamheid van dit
ontwerp is met name in andere onderdelen terug te vinden.
De
leden van de selectiecommissie zijn op basis van de verschillende
selectiecriteria gekomen tot eindcijfers. Na het vaststellen van deze
eindcijfers zijn de resultaten van het Delft Internet Panel bekend
gemaakt. Dit heeft geleid tot onderstaande eindscores, waaruit blijkt dat zowel
Rudy Uytenhaak als Soeters Van Eldonk Ponec het beste scoren.
|
Selectiecie
(75%) |
DIP
(25%) |
Eindcijfer |
Kraaijvanger Urbis |
6,3 |
5,9 |
6,2 |
Mecanoo |
7,2 |
5,4 |
6,8 |
Rudy Uytenhaak |
7,7 |
5,2 |
7,1 |
Soeters |
7,1 |
7,2 |
7,1 |
Hiervoor wordt verwezen naar de notitie “Vervolgproces
architectenkeuze stadskantoor/NS-station” van 1 november 2006.