In de raadscommissie Ruimtelijke Ordening van 12 april is uitgebreid gesproken over de verantwoordingsinformatie die de raad wenst rond het project Spoorzone. Kernvraag daarbij is hoe de gemeenteraad bij dit project, dat van enorme betekenis voor de stad is, zijn controlerende taak goed kan uitoefenen.

 

In deze brief geven wij u hier graag onze visie op. Voor uw informatie vatten we hierin ook de keuzes – en de overwegingen daarbij – samen die college en raad eerder hebben gemaakt over taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden in het project.

 

Inleiding

 

Zoals u weet is de gemeente Delft in het najaar van 2005 verplichtingen aangegaan voor de uitvoering van het project Spoorzone. Dit omvangrijke project voorziet in een volledige herinrichting van het gebied, de bouw van een nieuw station en een knooppunt voor het openbaar vervoer in de stad. Ook worden kantoren, woningen en parkeergarages gerealiseerd. De verwezenlijking van het project, dat een investering van ruim 500 miljoen euro vergt, neemt ongeveer vijftien jaar in beslag.

De ervaring heeft geleerd dat zulke grote projecten de neiging hebben de beschikbare budgetten te overschrijden. Om te voorkomen dat dit ook het geval zou zijn bij het project Spoorzone hebben het college en de raad overwogen welke organisatievorm optimale voorwaarden schept om de eerder geformuleerde doelstellingen doelmatig en binnen de overeengekomen financiële kaders te realiseren.

De voorkeur van het college en de raad ging uit naar ‘maximale functiescheiding’ tussen de gemeente Delft, die het volledige risico voor de ontwikkeling en de realisatie van het project draagt, en een op te richten zelfstandige projectorganisatie. Tijdens de vergadering van 23 februari 2006 stemde de raad ermee in de verantwoordelijkheden van deze projectorganisatie onder te brengen in een besloten vennootschap, het Ontwikkelingsbedrijf Spoorzone Delft BV (OBS), dat daarmee bestuurlijk en ambtelijk een aparte overheidsonderneming is.


Het OBS is opgericht op 5 oktober 2006, nadat hiervoor de vereiste goedkeuring werd verkregen van het College van Gedeputeerde Staten. GS hebben daarbij met name getoetst hoe in de inrichting en werkwijze van het OBS invulling wordt gegeven aan risicobeheersing.

 

Afstand

 

Met dit besluit kozen het college en de gemeenteraad er bewust voor de projectorganisatie OBS als zelfstandig orgaan, dat in het project (middels ‘een exclusieve last en volmacht respectievelijk exclusief mandaat’) namens de gemeente Delft optreedt, op afstand van de dagelijkse politiek te plaatsen. Daarvoor werd een aantal fundamentele argumenten aangevoerd die ook nu nog gelden:

 

-          functiescheiding is noodzakelijk om te voorkomen dat de rol van de gemeente als publiek orgaan bij dit project in strijd komt met de rol van de gemeente als een van de belanghebbenden bij het project;

-          in een project dat publiek-privaat wordt ontwikkeld en uitgevoerd hebben gemeente en marktpartijen door de oprichting van een zelfstandige projectorganisatie een gelijkwaardige positie;

-          een zelfstandige projectorganisatie als OBS, die gehouden is bedrijfseconomische afwegingen te maken, is beter in staat tot kostenbeheersing en door sluitende afspraken minder ontvankelijk voor - kostenoverschrijdende - aanvullende wensen.

 

Met de oprichting van het OBS zijn de voorwaarden geschapen om het project Spoorzone bedrijfsmatig en professioneel voor te bereiden, te realiseren en adequaat te beheersen. De onderneming is door haar statutaire doelstellingen gehouden de continuïteit van het project te waarborgen. Toezicht op de bedrijfsvoering in brede zin is toevertrouwd aan de Raad van Commissarissen (RvC) en de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (AVA).

 

Verantwoording

 

De projectstaf bestaat uit vier personen: een algemeen directeur OBS die wordt benoemd door de gemeente Delft (i.c. AVA), een door de algemeen directeur benoemde manager OV-Knoop, naast een voor Stedelijke Ontwikkeling en een door ProRail benoemde manager voor de spooraspecten in het project.

 

Conform het vennootschapsrecht legt de algemeen directeur over de bedrijfsvoering verantwoording af aan de Raad van Commissarissen en de Algemene Vergadering van Aandeelhouders, die in deze overheidsonderneming wordt belichaamd door de wethouder van Financiën. Ook een door de gemeente aangestelde controller treedt op als toezichthouder. De algemeen directeur en de Raad van Commissarissen overleggen ten minste vier maal per jaar over alle financiële aspecten van het project en over de risico’s die zich kunnen voordoen.

 

Inhoudelijk geeft de algemeen directeur periodiek informatie over de voorbereiding en voortgang van het project aan het college (wethouder Spoorzone). Deze informatie zal betrekking hebben op de afwijkingen in de uitvoering ten opzichte van de hoofdplanning, de financiële planning en risicobeheersing. Indien een overschrijding dreigt van de overeengekomen en vastgelegde randvoorwaarden, informeert de algemeen directeur direct de verantwoordelijke wethouders. In dat geval treedt ook de voorzitter van de Raad van Commissarissen van het OBS op om in overleg te bezien welke maatregelen nodig zijn om de voortgang van het project mogelijk te maken.

 

Het college van B en W licht de gemeenteraad in, op basis van de rapportages van het OBS. Op deze wijze wordt naar onze overtuiging op een zorgvuldige en adequate wijze invulling gegeven aan de voor de raad benodigde informatievoorziening. In aanvulling hierop zal uiteraard veel aandacht worden besteed aan ruime informatie voor alle belanghebbenden en betrokkenen.

 

Conclusie

 

Het OBS is een zelfstandige overheidsonderneming van de gemeente Delft, die onder strikte en nauwkeurig omschreven voorwaarden het project Spoorzone voorbereidt, ontwikkelt en uitvoert. Die voorwaarden liggen vast in de gedetailleerde overeenkomsten die we hebben gesloten met het rijk en de marktpartijen. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van het OBS zijn nauwgezet geformuleerd, onder andere in notariële akten. Uiteraard voldoen de maatregelen voor interne controle, voortgangsbewaking en functiescheiding die het OBS moet nemen aan de wettelijke en algemeen aanvaarde eisen die aan een organisatie als het OBS worden gesteld.

 

De verantwoording die de directie van het OBS in het vastgestelde kader verschuldigd is in relatie tot de verantwoordelijkheden van het college en de gemeenteraad, komt in de besluitvorming van de raad op verschillende manieren tot uitdrukking. De controlerende rol van de gemeenteraad wordt daarmee optimaal gewaarborgd:

 

-          er is specifiek toezicht door een externe accountant;

-          de Raad van Commissarissen en de Algemene Vergadering van Aandeelhouders zien toe op de bedrijfsvoering;

-          de directie van het OBS informeert periodiek college, raad en de stad;

-          de jaarrekening van de BV behoeft jaarlijks accountantscontrole;

-          de raad krijgt desgewenst inzage in deze stukken;

-          de raad krijgt halfjaarlijkse voortgangsrapportages van het college (hierbij wordt aangesloten bij de behandeling van het MPV).

 

De gekozen aanpak komt tegemoet aan de noodzaak het project Spoorzone op een bestuurlijk doelmatige en financieel/administratief adequate wijze vorm te geven, mogelijke risico’s voor de gemeente snel te signaleren en voorziet - indien die zich voordoen - in concrete richtlijnen om ze te beperken. De gerealiseerde functiescheiding leidt ertoe dat het OBS het project voorbereidt en uitvoert binnen de door de raad vastgestelde en met externe partijen overeengekomen randvoorwaarden, terwijl de gemeente toetst, de vergunningen verleent en als beheerder optreedt.

 


De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden in het project Spoorzone zijn naar onze overtuiging helder verdeeld, met daarin een duidelijke rol voor uw raad. Met de voortgangsrapportages die u elk halfjaar van ons mag verwachten bent u verzekerd van adequate informatie, waarmee u uw controlerende taak optimaal kunt uitoefenen.

 

 

Hoogachtend,

 

Het college van burgemeester en wethouders van Delft,

 

 

 

 

mr.drs. G.A.A. Verkerk              ,burgemeester.

 

 

 

 

mr.drs. H.G.L.M. Camps                       ,secretaris.