Stuk 46 I Delft,
19 februari 2008.
338355
Onderwerp: heroverwegingsbesluit
inzake het bezwaar tegen het voorbereidingsbesluit Surinamestraat 1
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
In de openbare raadsvergadering van 27 september 2007 is
bepaald dat een bestemmingsplan wordt voorbereid voor de locatie Surinamestraat
1.Deze locatie is gelegen op het bedrijventerrein Haagweg. Dit besluit is
bekend gemaakt in de Stadskrant van 7 oktober 2007, de Delftse Post van 5
oktober 2007 en de Staatscourant van 5 oktober 2007.
Tegen dit
voorbereidingsbesluit zijn door mr. J. Hiemstra, ingediend namens Auto-Hi-Fi
Corner B.V. (1), de heer/mevrouw A.J.M. Laene, namens V.v.E. Delftweg148 t/m
173 (2), de heer A. Benard, ingediend namens Bruker AXS B.V. (3), de heer A.
Benard, namens de Stichting bedrijventerrein Vrijenban (4), mr. E.D. Drok,
ingediend namens Van der Lee Onroerend Goed B.V. en Transportbedrijf Van der
Lee en Zonen B.V. (5), Mevrouw C. Krijger-Leijen, namens Comité Pauwhof (6), de
heer F.H. Vrins en A.H.J.M. Pellemans, namens belangenvereniging 'Onze Indische
buurt' (7), de heer A.W.C. Neuteboom (8) bezwaarschriften ingediend.
De bezwaarschriften zijn in handen gesteld van de
Adviescommissie voor bezwaarschriften (hierna: adviescommissie). De
adviescommissie heeft op 29 januari 2008 advies uitgebracht. Ten aanzien van de
door reclamanten naar voren gebrachte bezwaren merkt de adviescommissie
allereerst op dat een voorbereidingsbesluit ten behoeve van de toepassing, geen
op het project gerichte motivering hoeft te bevatten, maar inhoudsloos mag
zijn. Verder is de adviescommissie van oordeel dat de bezwaren terzake de
ruimtelijke onderbouwing en de juridisch-planologische onderbouwing ongegrond
zijn. Het bezwaar dat er in onderhavig geval voldoende aanleiding bestond om in
het kader van een 'goede ruimtelijke onderbouwing' een
voorontwerpbestemmingsplan procedure te entameren, is naar het oordeel van de
adviescommissie eveneens ongegrond. De adviescommissie adviseert vervolgens om
het bestreden besluit aan te vullen met een motivering aangaande de
inpasbaarheid van het dagcentrum en om het dictum van het bestreden besluit aan
te passen. Tot slot wordt geadviseerd alleen de bezwaren voor zover deze
betrekking hebben op de voornoemde twee punten gegrond te verklaren.
Aangaande de overige bezwaren merkt de
adviescommissie op dat deze verder inhoudelijk niet aan de orde kunnen komen.
Daarbij wordt verwezen naar het eerder uitgebrachte advies van 20 december
2006, waarin verlening van een bouwvergunning met inbegrip van de vrijstelling
voor het veranderen van het pand aan de Surinamestraat 1 tot dagopvang voor
dak- en thuislozen centraal stond.
De adviescommissie
stelt vast dat in de tekst van het voorbereidingsbesluit d.d. 27 september 2007
wordt aangegeven dat de herontwikkeling van het gebied rond de Surinamestraat
voor een belangrijk deel afhankelijk is van de ontwikkeling van het
bedrijventerrein van DSM en Calvé en dat de vestiging van de dagopvang de
ontwikkelingen
Stuk 46 I pag.
2.
niet in de
weg staan. Ten aanzien van het vorenstaande merkt de adviescommissie op dat op
voorhand niet duidelijk is dat de dagopvang geen impact zal hebben op het
gebied rond de Surinamestraat. Naar het oordeel van de adviescommissie brengt
dit met zich mee dat een nadere motivering, aangaande de inpasbaarheid van het
dagcentrum, gewenst is.
De
adviescommissie merkt tevens op dat in de tekst van artikel 21, lid 1, WRO
wordt aangegeven dat de gemeenteraad kan verklaren dat een bestemmingsplan
wordt voorbereid. In het dictum van de tekst van het besluit van 27 september
2007 wordt aangegeven dat de vaststelling van een bestemmingsplan wordt
voorbereid. Naar het oordeel van de adviescommissie komt dit dictum niet
overeen met de bevoegdheid opgenomen in het bepaalde in artikel 21, lid 1, WRO.
De gemeenteraad heeft qua dictum anders besloten dan in het artikel vermeld
staat.
Nadere motivering:
Uit de uitspraak van de ABRvS, 17 december
2003, Nr. 200302477/1 (AB 2004/130) en in gelijkluidende zin Rechtbank
Leeuwarden, 16 maart 2006, LJN AV 6721 en Rechtbank Utrecht, 12 april 2005, LJN
AT3835 volgt dat bij toepassing van art. 19 lid 4 WRO met een inhoudsloos
voorbereidingsbesluit mag worden volstaan. Het was de intentie van het college
en de raad dat het bestreden voorbereidingsbesluit Surinamestraat 1 van 27
september 2007 een inhoudsloos voorbereidingsbesluit zou zijn. Met het
raadsvoorstel van 4 september 2007 is slechts bedoeld toe te lichten waarom
wordt voorgesteld een voorbereidingsbesluit te nemen. Door echter in het
raadsvoorstel van het college van 4 september 2007 een alinea op te nemen over
de herontwikkeling van het gebied rond de Surinamestraat 1, is
begrijpelijkerwijs de indruk gewekt dat is bedoeld om met het
voorbereidingsbesluit te anticiperen op een in voorbereiding zijnd
bestemmingsplan. In het geval van een anticiperend, inhoudelijk
voorbereidingsbesluit behoort gemotiveerd te worden dat het bouwplan voor de
Surinamestraat 1 past in het in voorbereiding zijnd bestemmingsplan voor het
gebied rond de Surinamestraat.
Zoals hierboven reeds aangegeven was het echter de intentie
van het college en de raad om een inhoudsloos voorbereidingsbesluit te nemen,
met als reden dat het voornemen bestaat een vrijstelling te verlenen op grond
van artikel 19 lid 1 Wet op de ruimtelijke Ordening ten behoeve van het
bouwplan voor de Surinamestraat 1. Uit vaste jurisprudentie volgt dat een
inhoudsloos voorbereidingsbesluit mogelijk is bij toepassing van art. 19 lid 4
WRO, te weten bij een vrijstelling op grond van artikel 19 lid 1 Wet op de
ruimtelijke Ordening in een gebied waarvoor een bestemmingsplan geldt dat ouder
is dan 10 jaar. Wij stellen u derhalve voor om overwegende voornoemde nadere
toelichting en motivering alsnog te constateren dat het voornemen bestaat een
vrijstelling te verlenen op grond van artikel 19 lid 1 Wet op de ruimtelijke
Ordening, ten behoeve van het bouwplan voor de Surinamestraat 1 en op basis
daarvan te bepalen dat een bestemmingsplan wordt voorbereid voor het binnen de
met een zwarte stippellijn op de bij dit besluit behorende tekening RO-12-22-24
aangegeven gebied.
Aan te passen dictum
Voorts wordt voorgesteld om, onder verwijzing
naar het advies van de adviescommissie van 29 januari 2008, het dictum aan te
passen, door de woorden 'dat de vaststelling van' te verwijderen uit de tekst
te verwijderen en daarmee aan te sluiten bij de letterlijke tekst van artikel
21 WRO.
Stuk 46 I pag.
3.
Op 20 februari 2008 is door mr. J. Hiemstra, namens
Auto-Hi-Fi Corner B.V., het bezwaarschrift gericht tegen het
voorbereidingsbesluit Surinamestraat 1 ingetrokken.
Wij stellen u voor, om in navolging van het bijgevoegde
advies van de adviescommissie, te bepalen dat de overige bezwaren gegrond
worden verklaard, onder aanvulling van de motivering en aanpassing van het
dictum van het voorbereidingsbesluit, waartoe wij u een in ontwerp opgemaakt
besluit ter vaststelling aanbieden.
Hoogachtend,
mr. drs. G.A.A. Verkerk ,burgemeester.
drs. Y. van Delft ,griffier.
Stuk 46 II
338355
De raad der gemeente Delft;
heeft kennis genomen van het advies van de Adviescommissie
voor bezwaarschriften van 29 januari 2008;
neemt over de overwegingen uit het voorstel van het college
van 19 februari 2008;
gelet op artikel 21 en 22 van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening (WRO) en artikel 7:12 en 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht.
b e s l u i t :
I.
te verklaren dat de bezwaren van de heer/mevrouw A.J.M.
Laene, namens V.v.E. Delftweg148 t/m 173, van de heer A. Benard, ingediend
namens Bruker AXS B.V., van de heer A. Benard, namens de Stichting
bedrijventerrein Vrijenban, van mr. E.D. Drok, ingediend namens Van der Lee
Onroerend Goed B.V. en Transportbedrijf Van der Lee en Zonen B.V., van Mevrouw
C. Krijger-Leijen, namens Comité Pauwhof, van de heer A.W.C. Neuteboom en van
de heer F.H. Vrins en A.H.J.M. Pellemans, namens belangenvereniging 'Onze
Indische buurt' gegrond zijn;
II.
dat is geconstateerd dat het voornemen bestaat een
vrijstelling te verlenen op grond van artikel 19 lid 1 Wet op de ruimtelijke
Ordening, ten behoeve van het bouwplan voor de Surinamestraat 1;
III.
te bepalen dat een bestemmingsplan wordt voorbereid voor het
binnen de met een zwarte stippellijn op de bij dit besluit behorende tekening
RO-12-22-24 aangegeven gebied;
IV.
te bepalen dat dit besluit aan reclamanten wordt toegezonden
onder vermelding van de beroepsmogelijkheid van artikel 8:1 van de Algemene wet
bestuursrecht;
Aldus vastgesteld in de openbare
raadsvergadering van 27 maart 2008.
,burgemeester.
,griffier.
Belanghebbenden in de zin van de Algemene wet bestuursrecht
kunnen binnen 6 weken na bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift
indienen bij de Rechtbank ’s Gravenhage, sector bestuursrecht, postbus 20302,
2500 EH te Den Haag.