24 februari 2009

Concept- besluitenlijst commissie Samenleving en Volkshuisvesting d.d. 
3 februari 2009.

 


naar agenda
3 februari 2009



naar agenda
3 maart 2009


 

Voorzitter: A. Meuleman
Griffier:      A.P. Oostdijk
Leden:      B. Mousavi Gourabi, R. Clason (PvdA), M. de Jong (CDA),
                R. Bolsenbroek (VVD),
C. Tas (GroenLinks), B.J.J. Bennebroek,
                F.B. Gorte, J. Veltman (STIP), W. de Koning,
J. de Jong
                (Stadsbelangen), L.P. Vokurka, P. Kuijper (D66), A. van der Pot
                (CU-SGP),
J. van Pagée (SP);
College:     wethouder: Rensen

1.

Opening
De voorzitter opent de vergadering om 20.20 uur.

2.

Inventarisatie insprekers
Er hebben zich geen insprekers gemeld.

3.

Vaststellen agenda
De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld.

4.

Vaststellen besluitenlijst overlegvergadering commissie S&V 13 januari 2009
Dhr Bennebroek geeft aan dat hij genoemd staat als spreker bij punt 8 op pagina 3, maar dit is niet het geval geweest. Dit zal worden aangepast.
Met betrekking tot de vraag van mw De Jong (zie de rondvraag) of er in Delft problemen zijn geweest voor daklozen door de strenge vorst, antwoordt wethouder Van Rensen dat hij hierover geen signalen heeft gekregen.

Vervolgens wordt door wethouder Rensen ingegaan op een vraag van dhr Tas over de toezegging over kwartaalrapportages zorg (zie ook de besluitenlijst van de procedurevergadering d.d. 3 februari 2009). Door wethouder Rensen wordt toegezegd om na te gaan of de rapportage over het 3e en 4e kwartaal 2008 op korte termijn in de nieuwe stijl kan worden aangeleverd. Zoniet, dan zal over deze kwartalen een rapportage oude stijl worden toegezonden.

5.

Notitie systeemkeuze WMO-vervoer
Achtereenvolgens komen aan het woord de leden: Tas, Bennebroek, mw De Jong, van Pagee, Bolsenbroek, De Koning, dhr De Jong, Vokurka, Clason en Van der Pot

Commissie
De commissie maakt opmerkingen en heeft vragen over onder meer:
-  de keus van het college voor regionale aanbesteding in plaats van lokaal
   aanbesteden;
-  het voldoende borgen van de lokale invloed binnen de regionale organisatie;
-  de financiële consequenties van de systeemkeuze;
-  de voor- en nadelen van het door de gemeente Lansingerland ingevoerde
   systeem;
-  de verantwoordelijkheid bij wanprestatie en de mogelijkheid om per
   deelgebied een contract te kunnen ontbinden;
-  de kosten van eigen beheer;
-  het experiment van gratis openbaar vervoer voor WMO-pashouders in de
   daluren;
-  de interventiemogelijkheden op lokaal niveau;
-  het borgen van een onafhankelijk klanttevredenheidsonderzoek;

College
Wethouder Rensen dankt de commissie dat deze de notitie over de systeemkeuze vandaag heeft willen agenderen voor bespreking, gelet op het belangrijke bestuurlijk overleg wat de volgende dag in Haaglanden over dit onderwerp zal plaatsvinden. Hij gaat vervolgens in op de inbreng van de commissie en beantwoordt de vragen.
De keus van het college voor het collectieve regionale systeem is vooral ingegeven door de uitgangspunten van het college: brede doelgroep, geen of zo min mogelijk beperkingen bij het gebruik en binnen harde financiële randvoorwaarden.

Het systeem van de gemeente Lansingerland is uitermate serieus onderzocht maar was niet in overeenstemming te brengen met deze uitgangspunten.
Ten opzichte van de vorige periode lijkt het in de nieuwe opzet mogelijk om binnen het hoofdcontract nadere afspraken te maken voor deelgebieden/afzonderlijke gemeenten. Hierdoor zou bij wanprestatie ook eenvoudiger een deelcontract ontbonden kunnen worden.
Het experiment van gratis OV voor bepaalde doelgroepen heeft te maken met de vraag of het reguliere OV wellicht te lijden heeft onder de populariteit van de regiotaxi in Delft. Zou dat dmv ‘gratis’ OV te beïnvloeden zijn? Het college wil dit serieus onderzoeken.
De vraag is verder welk kwaliteitsniveau je wilt gaan eisen van de vervoerder. In de vorige periode is ingezet op een relatief hoog niveau, maar dat had ook ongewenste neveneffecten. Een ‘rustiger’ systeem met een lagere prestatie-eisen is dan wellicht te prefereren.

De voorzitter constateert na de bespreking dat een ruime meerderheid van de commissie de systeemkeuze van het college ondersteunt. De SP-fractie is tegen het regionaal aanbesteden en heeft bedenkingen bij de verbeteringen die de wethouder heeft geschetst bij de nieuwe opzet. De VVD-fractie pleit voor meer keuzemogelijkheid.
De wethouder wordt succes gewenst bij het bestuurlijk overleg in Haaglanden.

Advies/conclusie
Aangezien het geen raadsbesluit betreft, is een advies/conclusie van de commissie niet van toepassing.

6.

Raadsvoorstellen begrotingen 2009 openbare scholen:
a)  begroting 2009 Librijn Openbaar Onderwijs
b)
  begroting 2009 Grotius College; vaststellen 15e begrotingswijziging
Achtereenvolgens komen aan het woord de leden: mw De Jong, Van der Pot, Tas, en vervolgens wethouder Rensen.

Commissie
De commissie maakt ten aanzien van Librijn opmerkingen en heeft vragen over onder meer:
de lay-out van de begroting Librijn (onduidelijk en erg detaillistisch);
-  het calamiteitenfonds bij Librijn;
-  het structurele karakter van de betalingen boven de CAO-norm;
-  financiering van investeringen;
-  de invloed van de onttrekkingen aan de algemene reserve op het
   weerstandsvermogen van Librijn;

College
Wethouder Rensen gaat in op de opmerkingen en beantwoordt de vragen.
Hij licht eerst toe dat de gemeente geen bevoegd gezag meer is bij Librijn en slechts de taak heeft om toezicht te houden op de continuïteit van deze onderwijsstichting en op een aantal specifieke kenmerken ervan.
Het strategisch beleidsplan moet een structurele werking gaan krijgen.
De beoordeling van het calamiteitenfonds is niet aan de gemeente, maar aan de accountant.
Het weerstandsvermogen van Librijn is prima in orde.

7.

Rondvraag
Mevrouw De Jong vraagt aan de wethouder om een toelichting op het GGZ-crisisteam en de problemen die daar zouden zijn.
Verder zou ze graag de taakomschrijving en het reglement van de WMO-raad willen ontvangen.
Tot slot stelt ze een brief van het Ministerie van VROM aan de orde over een inventarisatie naar platte daken en risico’s daarvan. In hoeverre is hier in Delft onderzoek naar gedaan?

Wethouder Rensen antwoordt hierop dat voorzover hij weet het crisisteam GGZ niet is opgeheven.
Verder meldt hij dat de taken van de WMO-raad door de gemeenteraad zijn vastgesteld in het WMO-beleidsplan en dus bekend zijn bij de raadsleden.
Het is hem niet bekend dat de WMO-raad beperkt zou worden door het college of ambtenaren in hun werkzaamheden.
Ten aanzien van de vraag over de constructie van platte daken kan hij geen antwoord geven. Dit valt onder een andere wethouder en een andere commissie.

Wethouder Rensen heeft vervolgens nog enkele mededelingen voor de commissie. Binnenkort zal de nieuwe Startgids worden toegestuurd aan de leden van de commissie, met daarin ook een folder over ondersteuning van mantelzorg vanuit Startpunt.
Verder kondigt hij aan dat de definitieve begroting 2009 van de GGD onderweg is naar de raad ter vaststelling. Dit heeft ernstige vertraging opgelopen maar zal nu zo spoedig mogelijk worden toegezonden.
Tenslotte informeert hij de commissie over het Besluit locatiegebonden subsidies en de woningproductie. Bij de minister van Stedelijke Vernieuwing was gevraagd om 2010 mee te kunnen laten tellen voor de woningproductie.
Dit verzoek is afgewezen, waardoor productie in 2009 bepalend is. De sociale taakstelling van 1290 woningen wordt wel gehaald en de subsidie van
ruim 7 mio wordt wel ontvangen, maar de totale taakstelling van 4000 woningen wordt niet gehaald. Dat betekent dat per niet gerealiseerde woning waarschijnlijk 1600 euro terugbetaald moet worden. Per saldo zal dan netto ruim 4 mio BLS –subsidie ontvangen worden die uitgekeerd kan worden aan de woningcorporaties. Als gemeente wordt hierdoor financieel geen schade geleden, want er wordt niet meer uitgekeerd dan er wordt ontvangen.
De woningen zullen nog wel geproduceerd worden, maar met vertraging in 2010. Overigens is er een brief teruggestuurd naar de minister, waarin het college haar teleurstelling heft uitgesproken over het besluit.

8.

Sluiting
De voorzitter sluit de vergadering om 21.55 uur.

 

 

 

 

 

terug naar boven