30 March 2000

Nota: Bestuurlijke keuzen in Onderwijs Allochtonen Levende Talen


naar agenda


Bestuurlijke keuzen in Onderwijs Allochtonen Levende Talen
In deze startnotitie worden een aantal beslispunten aan de leden van de raadscommissie Werk, Zorg en Onderwijs voorgelegd.
Voor het schooljaar 1998-1999 is besloten om het OALT beleidsarm in te voeren, deze notitie is een vervolg.

Huidige situatie
Het huidig onderwijs in Onderwijs Allochtone levende talen (voorheen OETC) wordt zowel onder schooltijd als buiten schooltijd gegeven. Het overzicht geeft aan dat bij veel taalgroepen de lessen buiten schooltijd worden gegeven.

Onder schooltijd (de uren geven de aanstellingsomvang van de leerkrachten aan)
Turks 83 uur

Marokkaans 8 uur
aantal leerkrachten: 4

Onder schooltijd in het kader van GOA (taalondersteuning)
Turks 20 uur

Marokkaans 17 uur (is vanaf 19-10-98 een vacature)
aantal leerkrachten: 2

Buiten schooltijd
Spaans 8 uur

Turks 5 uur
Iraans 16 uur
Marokkaans 15 uur
Vietnamees 12 uur
Aantal leerkrachten: 5

Financiën
Aan rijksvergoeding wordt f. 630.000,- ontvangen. Van dit bedrag wordt gedurende het schooljaar 1998-1999 f. 80.000,- ingezet als
taalondersteuning (dit is opgenomen in het gemeentelijk achterstandenplan).
De ruimte voor de nieuwe taalgroepen bedraagt f. 130.000,-

De Wet OALT
De Wet Oalt regelt de decentralisatie van het Onderwijs Allochtone Levende Talen naar de gemeenten. Het uitgangspunt voor Oalt is dat allochtone kinderen om zich optimaal in de Nederlandse samenleving kunnen oriënteren, naast een goede kennis van het Nederlands als tweede taal, een degelijke kennis van de eigen taal en cultuur nodig hebben. OALT kan op deze wijze bijdragen aan de emancipatie en participatie van allochtonen in de Nederlandse samenleving. OALT wordt beschouwd als cultuurbeleid omdat de eigen taal een wezenlijk element van cultuur vormt.
In de Wet Oalt is de mogelijkheid aangegeven om de beschikbare .middelen in te zetten voor cultuuronderwijs of taalonderwijs in de ondersteunende zin. Taalondersteuning mag alleen in de groepen 1 t/m 4 worden gegeven en maakt deel uit van het curriculum van de school. De middelen worden dan overgeheveld naar het gemeentelijk onderwijs-achterstandenplan.
In de nieuwe situatie is het mogelijk dat er een uitbreiding van nieuwe taalgroepen komt.
(onder de oude wetgeving waren de taalgroepen beperkt).
In principe komen nu alle taalgroepen in aanmerking.
De gemeente Delft is verplicht om een OALT-plan vast te stellen en daarvoor is het nodig dat allochtone ouders worden voorgelicht over de mogelijkheid OALT te volgen en de behoefte ten aanzien van dit onderwijs te peilen.
De uitkomsten van de peiling vormen de basis om het OALT-plan definitief vast te stellen.
Enkele onderwerpen, die zeker terug komen: welke taalgroepen komen in aanmerking, hoe liggen de keuzen van ouders, kan er een werkbare en efficiënte verdeling van de beschikbare uren OALT worden gemaakt. Dit kan betekenen dat niet alle keuzen van ouders gehonoreerd kunnen worden.
De mogelijkheden voor de nieuwe taalgroepen zijn beperkt, omdat de huidige OALT-leerkrachten in vaste dienst zijn. De rechtspositie onderwijs (regels over wachtgeld verplichtingen) is uiteraard hier van toepassing . Op dit moment worden in Delft de volgende talen aangeboden:
  • Turks
  • Marokkaans (Arabisch)
  • Spaans
  • Iraans
  • Vietnamees

Delft kent vele nationaliteiten (zie bijlage 2). Het is niet zinvol om een behoeftenpeiling onder alle taalgroepen te houden, omdat de kans groot is dat er verkeerde verwachtingen bij de allochtone ouders en leerlingen worden gewekt.
Een andere vraag die onmiddellijk opkomt is, hoeveel leerlingen zich moeten aanmelden om in aanmerking te komen voor het OALT.
De volgende uitgangspunten worden gehanteerd:

  • om in aanmerking te komen moeten er minimaal 12 leerlingen aangemeld zijn
  • leerlingen krijgen per week 2 ½ uur les
  • gemiddelde groepsgrootte is 12 leerlingen

De praktijk geeft aan dat voor 8 uur les (lesgebonden 5 ½ uur en niet lesgebonden 2 ½ uur) 24 leerlingen een werkbare eenheid is.
Het is naar onze overtuiging niet zinvol om elk jaar te bekijken voor welke taalgroepen onderwijs wenselijk is. Een afbakening van het OALT-plan voor 8 jaar geeft een zekere waarborg van continuïteit, zo kan het lesprogramma goed ontwikkeld worden.
Op dit moment zijn de huidige OALT-leerkrachten in dienst bij het openbaar onderwijs. De huidige situatie, de leerlingen zijn van alle scholen afkomstig, maakt een herziening van de werkgeverssituatie noodzakelijk. De leerkrachten kunnen verschillende aanstellingen bij de schoolbesturen hebben of bij één (nieuwe) werkgever. Omdat de gemeente Delft een belangrijke verantwoordelijkheid heeft ten aan zien van het OALT wordt voorgesteld om te onderzoeken of de leerkrachten in dienst bij de gemeente Delft (lokale overheid) kunnen komen.

Voorstel 1

Aan de allochtone ouders worden de volgende keuzen voorgelegd:
OALT als cultuurbeleid
de lessen vallen buiten de reguliere schooltijd
het programma is gericht op stimulering van de moedertaal en/of de officiële landstaal
OALT als taalondersteuning
de lessen vallen onder schooltijd en maken deel uit van het curriculum van de betrokken school
alleen de leerlingen uit de groepen 1 t/m 4 mogen deze lessen ontvangen
de lessen zijn gericht op het leren van Nederlands als tweede taal (de eigen taal vervult hier een belangrijke rol)
OALT als taalondersteuning in de groepen 1 t/m 4 en daarna OALT als cultuurbeleid .
OALT als taalondersteuning na schooltijd (verlengde schooldag)
de lessen vinden aansluitend op de schooltijd plaats (verlengde schooldag) en maken deel uit van het curriculum van de betrokken school
alleen de leerlingen in de groepen 1 t/ 4 mogen aan deze lessen deelnemen
de lessen zijn gericht op het leren van Nederlands als tweede taal

Voorstel 2

Bij de behoeftepeiling gaan we uit van de grootste taalgroepen in Delft (zie bijlage 2).
Dit betekent dat in de eerste peiling de volgende nieuwe taalgroepen worden opgenomen:
Surinaams
Iraaks
Wanneer er onvoldoende belangstelling is, wordt de volgende taalgroep (zie bijlage) in de peiling betrokken.
Gezien het huidige vrije budget is het mogelijk om 60 uur (salaris, kosten voor vervanging, materiaal, scholing , coördinatie en evaluatie) voor de nieuwe taalgroepen uit te geven.
De peiling moet antwoord geven over de mogelijkheden en verdeling van de faciliteiten.

Voorstel 3

Onder de huidige taalgroepen ( Turks, Marokkaans, Spaans, Iraans en Vietnamees) wordt de behoeftepeiling ook uitgevoerd.
Het kan zijn dat de belangstelling in vergelijking met het schooljaar 1998-1999 terugloopt of groter wordt. Bij terugloop hebben we te maken met wachtgeld verplichtingen, en komen we in een overgangssituatie. Wanneer de belangstelling toeneemt is uitbreiding alleen mogelijk wanneer er financiële ruimte is en de taalgroep volgens de bijlage 2 in aanmerking komt.

voorstel 4

Om het mogelijk te maken om in aanmerking te komen voor OALT zijn de volgende aantallen leerlingen noodzakelijk.
Aantal leerlingen per taalgroep uren
12 tot en met 24 8
25 tot en met 37 12
38 tot en met 50 16
51 tot en met 63 20
64 tot en met 76 24
77 tot en met 89 28
te verhogen met 12 leerlingen en 4 uur
lesgebonden en niet lesgebonden uren
Per jaar wordt bijgehouden hoeveel leerlingen daadwerkelijk de lessen volgen. Wanneer er geen of verminderde belangstelling is, worden de uren aangepast (zie ook voorstel 5).

Voorstel 5

Indien een vacature voor de huidige taalgroepen ontstaat wordt deze vacature aangewend voor de grootste taalgroepen. Per jaar zal er een overzicht worden gemaakt over de invulling van de beschikbare OALT-uren.
Indien tussentijds het aantal leerlingen terugloopt wordt bekeken welke taalgroep in aanmerking komt voor uitbreiding of start van de lessen.

Voorstel 6

Het OALT-plan wordt voor 8 jaar aangeboden. Na die periode zal een nieuwe behoefte peiling onder de allochtone ouders worden gehouden en een nieuw OALT-plan worden vastgesteld..

Voorstel 7

Het is noodzakelijk om een goede voorlichting over de Wet OALT te geven.
De eerste stap is om de betrokken zelforganisaties invulling te gegeven aan de voorlichting voor ouders. De tweede stap is om samen met de zelforganisaties de voorlichting aan de ouders te verzorgen.
Deze voorlichting wordt alleen gericht op de taalgroepen die aanspraak op het OALT kunnen maken. De voorlichting dient verder vanaf meet af objectief zijn en duidelijk aan te geven welke criteria gelden om in aanmerking te komen voor het OALT.

Voorstel 8

Het ITS is gevraagd een voorstel voor een behoeftenpeiling onder ouders van allochtonen kinderen in Delft uit te brengen.
Wij stellen voor dit onderzoek te laten uitvoeren. Het voorstel wordt, indien nodig , aangepast aan de besluiten van de raadscommissie Werk, Zorg en Onderwijs.
De kosten (f. 40.000) voor dit onderzoek worden gedekt door het huidig OALT-budget (jaar ‘98-’99).

Voorstel 9

Er wordt een onderzoek gestart om te bekijken of het mogelijk is dat de Oalt- leerkrachten in dienst van de gemeente Delft kunnen komen. De betrokken leerkrachten worden uiteraard nauw bij het onderzoek betrokken.

Voorstel 10

De gemeente Delft is in samenwerking met de schoolbesturen verantwoordelijk voor het OALT aanbod in Delft. Dit betekent dat de schoolbesturen hun medewerking verlenen op diverse terreinen, zoals het vaststellen inhoud programma, beschikbaar stellen van gebouwen, overleg over functioneren leerkrachten. In het overleg met de schoolbesturen wordt deze notitie ter goedkeuring voorgelegd.

Voorstel 11

Opzet van een evaluatie- en monitoringsysteem.
Kernvragen zijn hierbij:
nzet OALT middelen voor de doelgroepen
zijn de ouders tevreden over het OALT-aanbod
wat zijn de ervaringen van de leerkrachten
hoe ontwikkelt de behoefte aan OALT zich
hoe zijn de ervaringen van de scholen waar de lessen worden gegeven
een inhoudelijk overzicht van de lessen
Per jaar zal een verslag worden uitgebracht.
Voor de evaluatie wordt per jaar f. 5.000,- gereserveerd (budget OALT).

Planning
besluit college B&W maart 1998
commissie Werk, Zorg en Onderwijs maart 1998
overleg schoolbesturen april 1998
start voorlichting en onderzoek april 1998
uitkomsten onderzoek en vaststelling OALT-plan juli 1998
start nieuwe taalgroepen/aantrekken leerkrachten september 1998

Begroting (1999-2000)

Inkomsten rijk f. 630.000,-
Uitgaven:
Aangegane verplichtingen huidige leerkrachten f. 440.000,-
kosten salarisadministratie f. 10.000,-
materiële zaken f. 20.000,-
nascholing f. 5.000,-
evaluatie f. 5.000,-
coördinatie f. 20.000,-
f. 500.000,-
resteert voor nieuwe taalgroepen f. 130.000,-

Afdeling onderwijs
17-02-99

Bijlage 2 (bron gemeente Delft CCO)

Delftse bevolking van 3-11 jaar naar afkomst op 1 oktober 1998
Nederlanders

6330

Amerikanen

31

Belgen

47

Britten

79

Duitsers

67

Fransen

40

vm.Ned.Indië/Nw.Guin

42

overige rijke landen

93

Turken

413

Surinamers

275

Irakezen

192

Indonesiërs

165

Marokkanen

151

Somaliers

131

Iraniërs

78

Antillianen/Arubanen

75

Italianen

71

Chinezen

60

vm. Joegoslaven

51

Afganistanen

42

Egyptenaren

40

Vietnamezen

34

vm. Sovjetunie

26

Hongaren

22

Ghanezen

21

Filipijnen

21

Thailanders

21

Grieken

20

Spanjaarden

20

Polen

19

Colombianen

16

Pakistanen

16

Zaïren

15

Brazilianen

15

Tunezen

14

India

14

Srilankezen

12

Jemenieten

10

vm. Tsjechoslowaken

10

Libiërs

9

Etiopiërs

9

Koeweiti

9

Roemenen

8

overige minderheden

179

totaal

9013