Nota Bijstelling Onderwijsbeleidsplan "Kerend tij" 1997 - 2000 | |||||||||||
![]() naar agenda |
Inleiding Op 26 juni 1997 heeft de gemeenteraad van Delft het Onderwijsbeleidsplan "Kerend tij" (OBP) voor de beleidsplanperiode 1997 - 2000 vastgesteld. Bij de vaststelling waren niet alle voorstellen definitief besloten. De bezuiniging op bewegingsonderwijs werd met een jaar uitgesteld in afwachting van nader rijksbeleid. Bepaald werd, dat als het rijk geen extra middelen voor bewegingsonderwijs beschikbaar zou stellen er een nadere afweging zou plaatsvinden. De mogelijkheid, dat het college extra middelen beschikbaar zou stellen door binnen het OBP naar alternatieven te zoeken werd genoemd. De bezuiniging op schoolzwemmen was definitief, maar wel afhankelijk gesteld van een nader onderzoek naar de mogelijkheden van "Leren zwemmen als particulier initiatief" en zwemmen voor allochtone kinderen in het kader van Achterstandsbeleid. De middelen voor taakrealisatie werden voor één jaar toegekend en gerelateerd aan een definitief akkoord van de Delftse schoolbesturen voor primair onderwijs inzake structurele samenwerking van de samenwerkingsverbanden bij de uitvoering van het Delftse Zorgbeleid. De gemeenteraad kende een groot belang toe aan de evaluatie van het lokale onderwijsbeleid en zegde toe, dat deze evaluatie vroegtijdig zou plaatsvinden, zodat de resultaten betrokken konden worden bij de opstelling van een nieuw onderwijsbeleidsplan. De middelen voor de evaluatie waren pro memori geraamd , afhankelijk van de definitieve besluitvorming over de hiervoor genoemde "open einden". April 1998 is er een nieuwe gemeenteraad gekozen en zijn er
in het collegeprogramma "Grensoverschrijdend" 1998 - 2001 een aantal ambities
van dit college ontvouwd, die met name ook betrekking hebben op de sector onderwijs. Om
een aantal opvallende uitspraken van het college te noemen: In het licht van het voorgaande is het nu mogelijk om volgens de procedures van het op overeenstemming gerichte overleg, zoals deze zijn vastgelegd in de "Verordening overlegprocedure lokaal onderwijsbeleid " definitief te besluiten over het Onderwijsbeleidsplan "Kerend tij" Hierna treft U een vijftal voorstellen aan, die het mogelijk maken de besluitvorming over het Onderwijsbeleidsplan "Kerend tij" voor de periode 1997 - 2000 definitief af te ronden. Bij de besluitvorming zijn tevens betrokken een aantal nieuwe accenten, die dit college in het onderwijsbeleid wil aanbrengen. Ook is gezocht naar financieringsmogelijkheden, waarbij enerzijds recht gedaan wordt aan de oorspronkelijke beleidsdoelstellingen en anderzijds aan een verantwoorde inzet van de financiële middelen. Omdat een aantal maatregelen niet in een lopend schooljaar tot wijzigingen kunnen leiden, stellen wij U voor, dat de periode tot de aanvang van het schooljaar 1999 - 2000 als een overgangsperiode wordt beschouwd.
VOORSTELLEN Schoolzwemmen Voorgesteld wordt het schoolzwemmen te handhaven op het niveau van het schooljaar 1997-1998. Een werkgroep opdracht te geven het schoolzwemmen te
actualiseren, met daarin aandachtspunten als: Dit betekent voor het onderwijsbeleidsplan vanaf 1999 na
verrekening van het voor afbouw bestemde bedrag ( 100.000) een structurele uitgave
van 142.000. Bewegingsonderwijs Voorgesteld wordt het bewegingsonderwijs te handhaven op het niveau van het schooljaar 1998/1999. Na overleg met de KVLO zijn wij bereid een eenvoudige coördinatie taak op te pakken voor alle vakleraren bewegingsonderwijs. Dit voor vier werkbesprekingen per jaar. De inhoudelijkheid van de werkbespreking komt voor rekening van het werkverband van vakleraren en heeft betrekking op zaken als: scholing, inzet in het onderwijs. Financieel Dit betekent van het onderwijsbeleidsplan in 1999 een
uitgave van 70.000 en vanaf 2000 een structureel bedrag van 110.000. Schoolgericht maatschappelijk werk In het collegeprogramma 1998-2001 Grensoverschrijdend is aangekondigd dat dit college prioriteit legt binnen het onderwijsbeleid bij het voorkomen van achterstanden. In dat kader wil het college de rol van de leerplichtambtenaar opwaarderen. Vanaf 2000 wordt voor het primair onderwijs in het kader van nieuw beleid 100.000 voor schoolgericht maatschap-pelijk werk beschikbaar gesteld. Over de concrete inzet van deze middelen zal de leerplichtambtenaar in de loop van 1999 een voorstel uitbrengen. Financieel Dit betekent voor het onderwijsbeleidsplan vanaf 2000 een
structurele toevoeging van 100.000. Evaluatie onderwijsbeleidsplan In het onderwijsbeleidsplan Kerend tij is op pagina 16 in hoofdstuk 1.4 een evaluatie van het zorgbeleid opgenomen. Deze evaluatie was pro memori geraamd en zou na realisatie van de bezuinigingen deels gevonden kunnen worden in de reserve onderwijsbeleidsplan 1997-2000 (stelpost). Nu, onder meer door het terugdraaien van de oorspronkelijke bezuinigingsmaatregelen de reserve onderwijsbeleidsplan een andere aanwending krijgt, zal voor een eenvoudige evaluatie dekking gevonden moeten worden. Over concrete opzet van dit onderzoek, dat door een extern bureau zal worden uitgevoerd, zult u in een volgend bestuursoverleg nader worden geïnformeerd. Financieel Voor de financiële bijstelling van het
onderwijsbeleidsplan betekent dit een uitgave van 30.000. Andere vergoedingswijze personeel voor gemeenterekening Het hiervoor voorgestelde beleid: terugdraaien schoolzwemmen en bewegingsonderwijs (structurele) verhoging van 252.000; het ongedaan maken van de bezuiniging voor de periode 2001 - 2004; invoeren van nieuwe accenten: schoolgericht maatschappelijk werk en evaluatie OBP vraagt om een compensatie. Het college vraagt u een besparing te realiseren op het onderdeel personeel in dienst op grond van gemeentelijke regelingen. Uitgangspunt daarbij is, dat de voorziening in stand blijft, maar wel via een sobere subsidie. Het is acceptabel daar de middelen voor taakrealisatie te bestemmen. Immers over de definitieve besteding daarvan is nog geen besluit genomen, omdat dit afhankelijk was van een bestuurlijk akkoord over intensieve samenwerking van de twee samenwerkingsverbanden WSNS primair onderwijs. Voorgesteld wordt De taakrealisatie middelen voor de loop van dit onderwijsbeleidsplan structureel toe te kennen. Deze middelen niet meer op declaratiebasis te vergoeden, maar volgens het het verzilveringstarief (± 300 per fre). Dit met ingang van het schooljaar 1999-2000. De personele middelen voor vakonderwijs bewegingsonderwijs blijven gedurende de loop van dit onderwijsbeleidsplan toegekend op declaratiebasis. Een onderzoek om ook deze middelen volgens de systematiek van verzilvering toe te kennen, wordt uitgevoerd en kan worden betrokken bij de uitwerking van een volgend onderwijsbeleidsplan. Financieel Dit levert ten opzichte van de financiële verantwoording van het onderwijsbeleidsplan een besparing op van 60.000 in 1999 en 130.000 vanaf 2000. Ondersteuning Melkertbanen Door uitbreiding van het aantal Melkertbanen worden een hogere subsidie verkregen ter dekking van de vaste kosten ( 3.500 per Melkerbaan). Hierdoor ontstaat een voordeel van 10.000. Samenvatting financiën
|
||||||||||
![]() |
![]() |