Onderwerp
1. Inleiding
Hierbij ontvangt u het Regionaal Plan Geestelijke
Gezondheidszorg mei 2000-2005. Dit plan is opgesteld door de Regionale
Commissie Gezondheidszorg (RCG). Dit in
samenspraak met zorgaanbieders, cliënten de verzekeraar en de gemeenten. De
gemeente Delft was vertegenwoordigd in de stuurgroep alsook in de circuitgroep
Langdurig Zorgafhankelijken (lza).
Binnen de RCG is afgesproken dat de gemeenten 6
weken de tijd hebben om hun reactie te geven op concept visiedocumenten.
Vervolgens worden de regiovisies vastgesteld. Het concept van de regiovisie GGZ
ligt nu voor een reactie bij de gemeente.
In deze nota wordt een reactie op de regiovisie
gegeven. De reactie bestaat uit 3 delen:
de zorgvraaganalyse die onvoldoende is uitgewerkt (paragraaf 2), de
indicatiestelling (paragraaf 3) en de psychosociale zorgverlening aan
asielzoekers (paragraaf 4). De nota eindigt met een voorstel.
2. Zorgvraag
In de gehele regiovisie wordt geen goede analyse van de zorgvraag gegeven (hoofdstuk 2). Uitgangspunt van het stuk is een veronderstelde problematiek - soms ook gebaseerd op landelijke gegevens - gekoppeld aan het bestaande aanbod van instellingen (hoofdstuk 3).
Bij een zorgvraaganalyse horen 3 aspecten centraal te staan:
1. Wat is de problematiek waar mensen mee te maken hebben, welke mensen betreft het?
2. Op welke wijze is vervolgens zorg gewenst (dus los van bestaande voorzieningen)
3. Wie kan deze zorg leveren (en misschien wordt dan wel de conclusie getrokken dat er een andere vorm moet worden gekozen dan dat er reeds bestaat).
Om de zorgvraag te kennen zijn zeker niet alleen gegevens van de instellingen en landelijke gegevens nodig. Juist gericht onderzoek onder de doelgroep is noodzakelijk. Tevens moet hierbij in kaart worden gebracht op welke wijze de zorg gewenst is.
In hoofdstuk 6 van de concept regiovisie worden prioriteiten geformuleerd. Het eerste projectvoorstel onderschrijft het gebrek aan inzicht in de zorgbehoefte en zorgvraag. Het opzetten van een regiobreed beleidsinformatiesysteem wordt benoemd als middel om de cliënt beter in beeld te krijgen, flexibeler op vragen in te kunnen spelen en onderlinge samenwerking te faciliteren. Dit beleidsinformatiesysteem zou de gegevens van de instellingen moeten bevatten en wordt gebruikt voor afstemming en samenwerking tussen de instellingen.De client zelf wordt hierbij niet betrokken. De gemeente Delft ziet zeker een meerwaarde in een regiobreed beleidsinformatiesysteem, maar benadrukt tevens dat dit alleen niet voldoende is om de zorgbehoefte/zorgvraag goed in beeld te krijgen.
3. Indicatiestelling
Er wordt weinig expliciete aandacht geschonken aan
afgestemde indicatiestelling. De indicatiestelling binnen de GGZ staat op
verschillende punten genoemd in de regiovisie. De gemeente Delft heeft in het
discussiehoofdstuk lokaal volksgezondheid- en zorgbeleid haar visie gegeven
op de indicatiestelling. Juist bij vraagsturing is indicatiestelling van groot
belang. Indicatiestelling vindt nu gemeentelijk plaats ten aanzien van de
opname in Verpleeg- en verzorgingshuizen en de thuiszorg. Het Regionaal
Indicatieorgaan (RIO) wordt op korte
termijn uitgebreid met de Wvg. Maar ook
op het terrein van de maatschappelijke opvang en de vrouwenopvang (de
gemeente Delft is hiervoor centrumgemeente) is sprake van (versnipperde)
indicatiestelling. De Stichting Maatschappelijke Opvang (veelvuldig genoemd in
het visiedocument) hanteert een eigen indicatiestelling. Voor de Stichting
Jeroen is er geen indicatiestelling nodig en de stichting VOZH Ricardis werkt
regionaal samen met andere opvanghuizen ten aanzien van de indicatiestelling en
informatiefunctie: bureau Rachida. Om de toegang tot de zorg te verbeteren en
inzicht te krijgen over het gebruik van de instellingen is een meer afgestemde
indicatiestelling met afstemming met aanpalende instellingen zoals GGZ Delfland
noodzakelijk.
4. Psychosociale hulpverlening aan asielzoekers
In de regio Delft, Westland, Oostland in het
algemeen en in de gemeente Delft in het bijzonder wonen naast de traditionele
migrantengroepen relatief veel erkende vluchtelingen (die de asielprocedure
hebben doorlopen). Uit onderzoek komt naar voren dat asielzoekers een veelheid
en diversiteit van gezondheidsklachten kennen. Psychische en psychosociale
problemen als heimwee, verdriet, eenzaamheid, gespannenheid, zenuwachtigheid, nutteloos
voelen, identiteitsproblemen, gevoelens van onmacht en
minderwaardigheidsgevoelens komen veel voor. De oorzaken voor deze problemen
zijn o.a. de oorlog/onderdrukking waarvoor gevlucht is, de herinneringen
hieraan, het achterlaten van land, familie en vrienden. Ook de gebeurtenissen
en ervaring na aankomst in Nederland spelen hierbij een belangrijke rol. De
gemeente Delft vindt het dan ook noodzakelijk dat binnen de regiovisie GGZ
nadrukkelijker aandacht wordt geschonken aan de psychosociale problematiek van
asielzoekers alsmede aan het aanbod dat geleverd moet worden.
5.
Voorstel
Voorgesteld wordt:
1.
Kennis te nemen van
de concept regiovisie GGZ
2.
Instemmen met de
nota, zijnde het standpunt van de gemeente Delft
3.
De concept
regiovisie GGZ voor advies door te sturen naar de commissie Werk, Zorg en
Onderwijs d.d. 6 juni 2000
4.
Bijgaande brief als
reactie te versturen naar de Regionale Commissie Gezondheidszorg.
Delft, 16 mei 2000
Hoofd vakteam Beleid en Projecten a.i. sector
werk, inkomen en zorg
W. J.A.M. Walraven