Onderwerp
Voorstel opzet
overleg instellingenpanels
Het starten van een vorm van
klantenparticipatie is een groeiproces, blijkt uit evaluaties van andere
gemeenten die zich bezighouden met klanten-participatie. In dit proces moeten
alle betrokken partijen van elkaar kunnen en willen leren en moet men bereid
zijn tot wederzijdse investering. De ervaring wijst echter ook uit dat voor
serieuze participatie een positieve houding nodig is bij belangenorganisaties
en uitvoeringsorganisaties. Duidelijke verwachtingen, doelstellingen en
afspraken dienen te worden opgesteld en voldoende faciliteiten beschikbaar
gesteld worden (des-kundigheidsbevordering, locatie, etc.). Pas dan kunnen
klanten serieus worden genomen en als volwaardige gesprekspartner worden
beschouwd.
Deze notitie is een aanzet voor het opzetten
van een gestructureerd overleg met instellingen en belangenbehartigers van de
burgers in de gemeente Delft, Publiekszaken. Andere onderdelen voor de opzet
van ‘klantenparticipatie in Delft’ worden in 2001 uitgewerkt.
Deze nota geeft een overzicht van de te
ondernemen stappen in 2000 en 2001, de personele inzet en de kosten ten behoeve
van deze nadere uitwerking. Deze nota is, na extra overleg met de
belangenorganisaties in het veld van werk en inkomen, op enkele onderdelen
aangepast.
Opzet / vorm
‘Klantenparticipatie’ in de gemeente Delft
kan bestaan uit drie concrete onderdelen:
1.
Overleg met instellingen en belangenorganisaties van burgers uit de
gemeente Delft door het inrichten van instellingenpanels;
2.
Overleg met de klant
Dit kan op twee manieren:
* Klantenpanels voor Publiekszaken, sector
Werk, Inkomen & Zorg;
* Klanttevredenheidsonderzoek (jaarlijks terugkerend);
3.
Interactief beleid.
De onderdelen 2 en 3 worden eind 2000 nader
uitgewerkt. In deze notitie behandelen we alleen onderdeel 1:
Overleg met instellingen /
belangenorganisaties in de gemeente Delft.
Ad 1. Overleg
met instellingen
Dit onderdeel wordt in hoofdstuk 2 in deze
notitie uitgewerkt.
Ad 2. Overleg
met De Klant
Klanten van Publiekszaken vallen in twee
categorieën te onderscheiden. De groep die incidenteel met Publiekszaken te
maken heeft (bijv. aangifte van een geboorte, bouwvergunning, naheffing voor
‘fout parkeren’, etc.) en een groep die een langere periode met Publiekszaken
te maken heeft (bijstand, WVG-vervoer, kwijtschelding belastingen).
Klanten zijn
ervaringsdeskundigen en kunnen op deze manier advies geven over het verloop en
niveau van de uitvoering, het verbeteren van de dienstverlening en de gevolgen
van beleid.
Klanttevredenheidsonderzoek
·
informatie opleveren over de kwaliteit van de dienstverlening van
Publiekszaken, de sector Werk, Inkomen & Zorg. De gemeente kan deze
informatie en reacties gebruiken voor de optimalisering van haar
dienstverlening naar haar klanten.
·
Boven water krijgen wat er leeft, speelt onder klanten van
Publieks-zaken.
De afdeling Onderzoek & Statistiek houdt
voor de gemeente Delft regelmatig onderzoeken op verzoek. Onder klanten van
Publiekszaken van de sector Werk, Inkomen en Zorg is afgelopen zomer een
klanttevredenheidsonderzoek gehouden. Bovendien maakt deze afdeling Onderzoek
& Statistiek ook regelmatig gebruik van de meningen van een zgn. ‘stadspanel’.
Ad 3. Interactief beleid
‘Interactief beleid maken’ is inmiddels meer
regel dan uitzondering. Dat geldt zeker ook op sociaal gebied. Voor
uiteenlopende thema’s als integratiebeleid, jeugd- en jongerenbeleid,
activering & armoede en buurt – en wijkwerk lopen inmiddels breed opgezette trajecten. Maar ook kleinere
projecten worden zoveel mogelijk voorbereid met doelgroepen en instellingen
samen. De inrichting van dergelijke beleidsprocessen is telkens anders; zoveel
mogelijk toegesneden op het onderwerp en de groepen die bereikt moeten worden.
Interactief gaan roept wel de vraag op van de overzichtelijkheid van de
samenhang tussen de verschillende processen.
Dat is een van de redenen dat inmiddels
gestart is met het programma ‘Lokaal sociaal beleid’. Met dit programma wordt
beoogd meer afstemming te bereiken tussen de verschillende beleidsprocessen,
inhoudelijk en procesmatig. Vanuit ‘Lokaal sociaal beleid’ zal daarom veel
aandacht geschonken worden aan de interne en de externe communicatie. Nog voor
de zomervakantie wordt dit ‘lokaal sociaal beleid’ gepresenteerd en besproken.
Interactief gaan moet niet betekenen dat de gemeente een fraai project ingaat
en dan vervolgens niets doet met de opbrengsten van het traject. Doorzichte
besluitvorming en een goed afgebakende positie daarin voor belangenorganisaties
blijven gewenst. Dit wordt hierna verder uitgewerkt in de vorm van
instellingenpanels. Kanttekening daarbij is wel dat ook de deelnemers aan deze
panels zich iets gelegen zullen moeten laten liggen aan de resultaten van
klantonderzoeken en bijeenkomsten.
2. Overleg
met instellingen / belangenorganisaties
1. Doelgroep
Wie zijn de klanten van Publiekszaken,
sector Werk, Inkomen & Zorg? De klanten bestaan uit de volgende
doelgroepen:
v Mensen die bijstand ontvangen
op grond van de:
Ø Abw, Ioaw (Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk
arbeidsongeschikte werkloze
werknemers),
Ø Ioaz (Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen) en
Ø Bbz (Besluit bijstandverlening zelfstandigen);
v Gebruikers van de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG);
v ROA (Regeling Opvang Asielzoekers), Zorgwet VVTV (Wet gemeentelijke zorg voor houders van een voorwaardelijke vergunning
tot verblijf);
v Delftenaren die een inkomen
hebben anders dan van de Gemeente, maar dat inkomen is niet hoger dan 110% van
het bijstandsniveau.
v De groep die gebruik maakt van
een aantal voorzieningen van de Gemeente, zoals de Kortingsregeling en
bijzondere bijstand.
v Mensen die een WIW (Wet Inschakeling Werkzoekenden)
dienstverband hebben met de gemeente.
v Klanten die onder de Wet REA (Wet (re)integratie arbeidsgehandicap-ten)
vallen.
v Klanten die onder de Wet
Inburgering Nieuwkomers vallen (WIN).
Binnen de gemeente Delft zijn er vier
partijen die met elkaar te maken hebben:
1.
Inwoners gemeente Delft;
2.
Medewerkers Publiekszaken, sector Werk, Inkomen en Zorg;
3.
Gemeentebestuur Delft;
4.
Belangenorganisaties inwoners Delft.
In de meeste literatuur wordt onder het
begrip ‘klantenparticipatie’ verstaan:
Een
gestructureerde op politieke besluiten gebaseerde vorm van regelmatig overleg
tussen landelijke/lokale overheden en/of uitvoeringsorganisaties enerzijds en
(georganiseerde) uitkeringsgerechtigden anderzijds waarbij zowel beleids- als uitvoeringszaken
aan de orde komen.
Wettelijk
kader klantenparticipatie ABW
Het wettelijk kader voor wat betreft
klantenparticipatie binnen de Abw kan gevonden worden in artikel 118.
“het
gemeentebestuur draagt zorg voor de totstandkoming van een plan en een
beleidsverslag, als bedoeld in artikel 110 van de gemeentewet, gericht op:
1 a ……………….
b. ……………….
c. de realisatie en de vormgeving van cliëntenparticipatie bij
de uitvoering van de wet met in achtneming van artikel 150 van de Gemeentewet
(inspraakverordening).
Artikel 150
van de gemeentewet bepaalt dat de gemeenteraad per verordening moet vaststellen
hoe de inspraak moet zijn geregeld.
Ik citeer
hierbij de Kluwer: gemeenten dienen in hun beleidsplan aan te geven op welke
wijze invulling wordt gegeven aan art. 150 van de gemeentewet voorzover het
gaat om het terrein van de Algemene bijstandswet…… De wijze waarop
cliëntenparticipatie wordt bevorderd en vormgegeven is een zaak van de gemeente
zelf. Van belang is dat bijstandsgerechtigden voldoende mogelijkheden hebben om
invloed uit te oefenen op het beleid. De gemeente draagt zorg voor facilitaire
zaken die naar haar oordeel nodig zijn.
Wettelijk
kader klantenparticipatie WVG:
Volgens het nieuwe artikel 1a van de WVG
moet de gemeente:
“de
klantenparticipatie in een verordening regelen, met in achtneming van art. 150
van de Gemeentewet. In een verordening moet zijn vastgelegd dat de reikwijdte
van de klantenparticipatie het integraal gehandicaptenbeleid betreft. Over
wijzigingen in de verordening en uitvoeringsregels moet men tijdig advies aan
lokale platforms vragen.
De gemeente
moet ook vastleggen welke faciliteiten aan de lokale platforms beschikbaar
worden gesteld.
In artikel
150 van de Gemeentewet staat dat de raad een verordening vaststelt over de
wijze waarop 'natuurlijke en rechtspersonen' bij de voorbereiding van
gemeentelijk beleid worden betrokken. Veel platforms zijn geen rechtspersoon,
maar om een serieuze gesprekspartner te zijn in het integraal gemeentelijk
beleid, moet een platform aantoonbaar een zekere organisatiegraad hebben. Dan
weet de gemeente wat de achterban is en aan wie de faciliteiten ter beschikking
worden gesteld “, aldus de VNG.
De WVG-inspraak wordt
geregeld in de bestaande Inspraakverordening. Tussen de gemeente Delft en de
instellingen zullen samenwerkingsovereenkomsten worden opgesteld en vastgelegd.
3. Wat is er al in Delft?
a.
Binnen de gemeente Delft is klantenparticipatie al een begrip. Er is al
geregeld overleg met het Samenwerkingsverband Sociale Zekerheid Delft (SSZD).
Bij het SSZD zijn de volgende organisaties aangesloten per november 1999:
· Werklozenkomitee Delft
· OGD (Organisatie van mensen
met een lichamelijke handicap Delft)
· SBO (Samenwerkende Bonden
van Ouderen)
· CNV
· Kontaktraad van Kerken
· FNV
· Komitee Vrouwen
b. Vanwege gebrekkig
functioneren is de samenwerkingsovereenkomst met het Delfts Platform voor Gehandicapten per 1 januari 2000 niet
verlengd. Het Platform had een tweeledige taak: een verdeeltaak op
subsidiegebied en een beleidsadviestaak. De gemeente heeft inmiddels de
subsidieverlening weer volledig naar zich toe getrokken. Als gevolg van de gang
van zaken rond de Organisatie Gehandicapten Delft is de beleidsadvisering aan
de gemeente even gestokt. Nieuwe initiatieven zijn echter op dit terrein gestart.
Publiekszaken ziet klantenparticipatie als
een sturingsinstrument om de kwaliteit van beleid en uitvoering te bewaken en
te verbeteren. Hierbij wordt gebruik gemaakt van:
1.
(Ervarings)deskundigheid van belangenorganisaties/platforms op het
gebied van wetten, richtlijnen e.d.;
2.
(Ervarings)deskundigheid van professionele organisaties die zich richten
op het werkgebied van Publiekszaken, sector Werk, Inkomen en Zorg.
Doel van deze notitie is te komen tot een
gestructureerde vorm van overleg met belangenorganisaties en instellingen.
Uitgangspunt daarbij is de bestaande situatie waarborgen, verbeteren en
uitbouwen.
Dat betekent:
· bestaande relatie met
belangenorganisaties verbeteren en uitbouwen, en
· nieuwe/andere vormen van
participatie opzetten.
Het voorstel is op dit
moment twee instellingenpanels op te richten:
1 Panel Gehandicaptenbeleid:
nieuw
op te richten panel met instellingen op het gebied van gehandicaptenbeleid en
zorg;
2
Panel Werk en Inkomen:
instellingen
op het gebied van werk en sociale zekerheid.
In de toekomst is het goed
voorstelbaar dat de beide panels in elkaar geschoven worden. De inhoudelijke
overlap tussen beide terreinen is immers groot, waardoor de kans groot is dat
voor een deel dezelfde organisaties in beide panels zullen willen optreden. Op
dit moment is echter het aantal organisaties dat aangeeft mee te willen doen
vrij groot en moeten nieuwe vormen van samenwerking of clustering nog groeien,
bijvoorbeeld naar analogie van het Samenwerkingsverband Sociale Zekerheid in
Delft (SSZD). Op een goed moment kan samenvoeging alsnog worden overwogen.
Daarnaast is het de wens
vanuit het gemeentebestuur om ook instellingen die de belangen behartigen van
allochtone burgers actief te benaderen om zich aan te sluiten bij beide of een
van de instellingenpanels, afhankelijk van de doelstelling van de
instelling/organisatie.
Hieruit volgt dat de opzet
en werkwijze van de beide panels zoveel mogelijk overeen moet stemmen.
Voorgesteld wordt in te stemmen met de volgende opzet:
a) Doel
·
Gevraagd en ongevraagd advies
geven over gemeentelijk beleid en gemeentelijke beleidsvoorstellen op
respectievelijk het gebied werk & inkomen en WVG en zorg.
·
Het geven van beleidsadvies over uitvoeringszaken die op hoofdlijnen de
kwaliteit van de dienstverlening van de sociale dienst / gemeente Delft en de
organisaties positief beïnvloeden;
b) Organisatie
De panels hebben een
onafhankelijke voorzitter(s). Het panel overlegt met de wethouder(s) of zijn
vervanger(s). Een agenda-commissie van beperkte omvang (voorzitter, wethouder,
hoofd beleid & projecten (WIZ) en één of twee leden van het panel) bereidt
de vergaderingen voor.
Het vakteam beleid &
projecten (WIZ) verzorgt het secretariaat van de panels en treedt tevens op als
contactpersoon naar de instellingen.
c) Lidmaatschap
De panels staan open voor
alle organisaties die zich statutair ten doel hebben gesteld de belangen van
hun leden op een relevant terrein te behartigen. In het panel vertegenwoordigde
organisaties dienen minimaal 50 leden te tellen. De besturen van deze organisaties
dienen op een reglementaire correcte wijze verantwoording af te leggen aan hun
leden en nemen de inspanningsverplichting op zich hun leden actief bij de
belangenbehartiging te betrekken. Organisaties, die op zichzelf voor deelname
in het panel in aanmerking kunnen komen, kunnen zich door een andere
organisatie in het panel laten vertegenwoordigen. Deelnemende organisaties
dragen twee leden en een plaatsvervanger voor deelname in het panel aan. Wanneer een koepelorganisatie deelneemt
namens de lidorganisaties is een grotere delegatie mogelijk. Voor het panel
werk en inkomen wordt hiervoor specifiek verwezen naar het verslag van het
instellingspanel Werk en Inkomen van
26 september jl. (zie bijlage I). Bijzondere aandacht voor zelforganisaties
van vluchtelingen en migranten.
d) Advies
Het panel adviseert aan het
college van B&W. Het advies van het panel is het standpunt van de
meerderheid van de aanwezige leden. Minderheidsstandpunten worden op verzoek
verwoord.
e) Verordening, protocol en samenwerkingsovereenkomst
De bestaande
Inspraakverordening binnen de gemeente Delft wordt aangepast. Daarnaast wordt
per panel een samenwerkingsovereenkomst / protocol opgesteld.
f) Frequentie overleg
-
Minimaal drie keer per jaar voeren beide panels overleg, waarbij de
wethouder aanwezig is;
-
Op verzoek van de gemeente of op eigen initiatief kan het panel
werkgroepen instellen.
g) Planning
Gestreefd wordt naar een
officiële startdatum in januari 2001.
h) Ondersteuning
·
Van gedachten wordt gewisseld over het verkrijgen van naams-bekendheid
en een eigen gezicht van het instellingenpanel gehan-dicapten: hoe naar buiten
te treden.
·
Voor professionele ondersteuning is budget gewenst voor: opbouwwerk,
scholing, ruimte met faciliteiten, communicatie met de ‘achterban’.
Deze gelden
kunnen als gemeenschappelijke faciliteit gelden voor deelnemende organisaties,
beheerd door de opbouwwerker.
Na het vaststellen van de
structuur van het overleg met beide panels kunnen de kosten exacter worden
ingeschat voor het eerste jaar. In deze notitie is de kostenraming gebaseerd op
de ervaring van andere steden.
In onderstaand tabel is aangegeven welke kosten uit
nieuw budget nodig zijn.
Posten |
Kosten uit nieuw budget
|
1. Ondersteuning panels, bestaande uit inzet
door:
|
geen
|
- een opbouwwerker (0,5 fte + werkbudget) |
ƒ 60.000 |
- ruimte |
ƒ 15.000 |
- investering en afschrijving apparatuur |
ƒ 7.500 |
- scholings/deskundigheidsbevordering |
ƒ 20.000 |
- inzet communicatie |
ƒ 25.000 |
|
|
2. Inzet voorzitter (uren + reiskosten op
declaratiebasis) |
ƒ 10.000
|
|
|
3. Vergaderkosten (gebaseerd op 2x panels x
3 vergaderingen per jaar) |
|
- Vergaderruimte en catering |
ƒ 5.000
|
|
|
4. Inzet Vakteam Beleid & projecten - Hoofd
Vakteam Beleid en Projectontwikkeling als Projectleider Klantenparticipatie -
contactpersonen panels (0,2 fte) -
secretariaat (0,2 fte + kantoor kosten) |
ƒ 50.000 |
|
|
|
|
Totaalbedrag
|
ƒ 192.500 |
Dekking
Het benodigde totaalbedrag van fl. 192.500,- wordt
als volgt ten laste gebracht (ten opzicht van de eerste versie is hierin een
wijziging opgetreden):
versie juni 2000 |
|
|
versie november 2000 |
|
|
|
|
|
|
panel werk en inkomen (50% van fl. 192.500,-) |
|
|
panel werk en inkomen (40,5% van fl. 192.500,-) |
|
·
Budgetten JMA |
8.000 |
|
·
Budgetten JMA |
14.525 |
·
Budget Abw |
25.000 |
|
·
Budget Abw |
25.000 |
·
Budget Bijzondere bijstand |
25.000 |
|
·
Budget Bijzondere bijstand |
38.450 |
|
|
|
|
|
panel gehandicaptenbeleid (50% van fl. 192.500,-) |
|
|
panel gehandicaptenbeleid (59,5% van fl. 192.500,-) |
|
·
Budgetten JMA |
8.000 |
|
·
Budgetten JMA |
14.525 |
·
Budget WVG |
50.000 |
|
·
Budget WVG |
50.000 |
|
|
|
|
|
·
Claim Zomernota tbv deel werk en inkomen 1 |
76.500 |
|
·
Zomernota tbv deel werk en inkomen 1 |
50.000 |
1 Van de claim van fl. 76.500 in de Zomernota is fl. 50.000,-
gehonoreerd. Overige dekking is gevonden in een grotere bijdrage vanuit het
budget bijzondere bijstand en de budgetten JMA. Uitgezocht wordt nog in
hoeverre subsidie die de Stichting Welzijn Delft ontvangt voor het ondersteunen
van de SSZD voor het panel kan worden ingezet. Wanneer er sprake zal zijn van
overheveling zal de reservering in de Zomernota met dit bedrag gecorrigeerd
worden.
7. Gevraagde beslissingen:
· Akkoord te gaan met het plan
van aanpak en de voorstellen genoemd in bijgaande nota;
·
Akkoord te gaan met de coordinatie van het project door het hoof Vakteam
beleid en projecten;
·
Akkoord te gaan met de samenwerkingsovereenkomst panel werk en inkomen;
·
Akkoord te gaan met de samenwerkingsovereenkomst panel
gehandicaptenbeleid;
·
Akkoord te gaan met het profiel voorzitter panels gehandicaptenbeleid en
werk en inkomen;
·
Akkoord te gaan met het Protocol voor het Panel werk en inkomen;
·
Akkoord te gaan met het Protocol voor het Panel Gehandicaptenbeleid;
· Akkoord te gaan met de
voorgestelde dekking.
M.E. Klijn
Hoofd Vakteam Beleid en Projectontwikkeling
Bijlage 1.
Planning: stappenplan vervolgactiviteiten
Hieronder
een overzicht van de vervolgactiviteiten:
Acties |
Wie? |
Datum gereed |
1) nader
overleg met instellingenpanel werk en inkomen |
Vakteam Beleid & Projecten |
Sept. 2000 |
2) besluitvorming
|
Vakteam Beleid & Projecten MTWIZ College Commissie |
Nov. 2000 |
3) goedkeuring,
benoemen personen, samenwerking vaststellen, budgetten regelen, etc. |
Vakteam Beleid & Projecten |
Dec. 2000 |
4) start
overleg met beide panels volgens nieuwe structuur |
Vakteam Beleid & Projecten |
Januari 2001 |