De GGD
Delfland en de GGD West-Holland hebben in 2000 besloten de mogelijkheid voor
fusering te onderzoeken. Reden hiervoor was dat beiden tot de conclusie zijn
gekomen dat schaalvergroting nodig is de continuïteit van de GGD’en te garanderen
en dat schaalvergroting kansen biedt voor verbetering van de dienstverlening.
Daarom hebben zij gezamenlijk een tweetal producten opgesteld: een
intentieovereenkomst en een Tussenrapport ‘randvoorwaarden in beeld voor de te
fuseren GGD Delfland en de GGD West-Holland’. Beide documenten zijn aan u
eerder ter besluitvorming voorgelegd. Het Tussenrapport gaf aan dat de vooraf
geformuleerde voorwaarden die beeld moesten zijn om de go/no go beslissing voor
de fusie te nemen, inderdaad voldoende in beeld waren. Op grond van het
Tussenrapport en na een positief advies van de gemeenten in de regio is het
Algemeen Bestuur van de GGD Delfland besloten de fusievoorbereiding met de GGD
West-Holland voort te zetten en in het najaar van 2001 het resultaat van de fusiebesprekingen
neer te leggen in een Eindrapport. Tevens werd als doel gesteld een nieuwe
gemeenschappelijke regeling en een begroting voor de nieuwe GGD te presenteren
en dit tezamen met het Eindrapport voor besluitvorming aan de gemeenten voor te
leggen.
Hierbij
treft u het Eindrapport, de nieuwe gemeenschappelijke regeling en de begroting
voor de nieuwe GGD aan. In deze notitie wordt in de eerste paragraaf kort
ingegaan op inhoud van het Eindrapport, in de tweede paragraaf wordt ingegaan
op de nieuwe gemeenschappelijke regeling en de derde paragraaf behandeld de
nieuwe productbegroting en de financiële gevolgen van de fusie voor de gemeente
Delft weergegeven. Tot slot wordt in de laatste paragraaf kort ingegaan op
externe ontwikkelingen in de Delftse regio die relevant zijn voor de nieuwe
GGD.
Zoals
aangegeven is het Eindrapport het resultaat van de fusiebesprekingen op
inhoudelijk en organisatorisch gebied tussen de GGD Delfland en de GGD West-Holland.
In het Eindrapport wordt van de nieuwe GGD aangegeven wat de doelstelling,
uitgangspunten en takenpakket zijn, wat de meerwaarde is ten opzichte van de
afzonderlijke GGD’en, welke organisatiestructuur en bijbehorende functies
worden voorgesteld en tot slot de grote lijnen van het huisvestingsbeleid. Voor
een uitgebreide weergave van deze onderwerpen wordt verwezen naar het
bijgevoegde Eindrapport; hieronder worden van deze onderwerpen de belangrijkste
items voor de gemeente Delft aangegeven:
Hoofddoelstelling
van de nieuwe GGD is te streven naar gezondheidswinst voor zoveel mogelijk
mensen. Dit is vertaald naar een aantal concrete doelstellingen ten aanzien van
preventieve activiteiten in het algemeen en voor achterstandsgroepen.
Om de
bovengenoemde doelstelling te bereiken, is voor de nieuwe GGD een
basistakenpakket opgesteld. Deze taken komen grotendeels overeen met de
basistaken die ook al door de afzonderlijke GGD’en werden uitgevoerd, maar er
is voor enkele producten een grotere personeelsbezetting uitgetrokken. Tot het
basistakenpakket van de nieuwe GGD behoren de volgende producten:
infectieziektenbestrijding, technische hygiënezorg, medische milieukundige
zorg, openbare geestelijke gezondheidszorg, epidemiologie,
jeugdgezondheidszorg, beleidsadvisering, gezondheidsvoorlichting en opvoeding,
geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen en bestuursondersteuning.
Deze
lijst van basistaken is gelijk aan de oude lijst van basistaken van de GGD
Delfland. Hierbij wordt in het Eindrapport aangegeven dat binnen dit
basistakenpakket maatwerk voor individuele gemeenten binnen deze basistaken
mogelijk is. Voor de gemeente Delft betekent dit dat voor de invulling van
basistaken zoals jeugdgezondheidszorg en gezondheidsvoorlichting aansluiting
gezocht wordt bij het gemeentelijk volksgezondheids- en zorgbeleid. Daarbij
wordt met name gedacht aan ontwikkelingen zoals de in de wijk georganiseerde
JGZ-teams en toegenomen behoefte aan gezondheidsvoorlichting voor allochtonen in
Delft. Derhalve wordt voorgesteld in het kader van de nieuwe productbegroting
2002 met de nieuwe GGD in gesprek te gaan over deze ontwikkelingen.
Preventieve
logopedie, forensische geneeskunde, sociaal medische advisering en de
Wvg-advisering zijn niet opgenomen in het basistakenpakket; deze producten
blijven een aanvullende dienst. In het Eindrapport wordt aangegeven dat er van
uitgegaan wordt dat gemeenten aan de nieuwe GGD ook aanvullende diensten zullen
opdragen. Voor de gemeente Delft betekent dat dat de taken preventieve
logopedie, forensische geneeskunde en sociaal medische advisering als
aanvullende dienst afgenomen blijven worden. De gemeente Delft neemt de
aanvullende dienst WVg-advisering niet af.
De
hoofdvestiging van de nieuwe GGD zal in de gemeente Zoetermeer worden
gesitueerd. Hier worden het dagelijks bestuur, de directie, ondersteunende
afdelingen en een regioteam JGZ gehuisvest. In Rijswijk wordt een regioteam JGZ
gehuisvest. In de vestiging in de gemeente Delft worden publieksfuncties en een
regioteam JGZ ondergebracht. Dit huisvestingsplan wordt in de komende tijd
nader uitgewerkt. Vastgelegd is wel dat deze huisvestingssituatie twee jaar na
de fusiedatum, dus in het 1e kwartaal in 2004, geëvalueerd wordt.
Daarna wordt definitief besloten waar de hoofdvestiging wordt gesitueerd en
welke diensten decentraal worden gehuisvest.
Om de
nieuwe GGD bestuurlijk in te bedden wordt een nieuwe gemeenschappelijke
regeling opgesteld. Aan gemeenten wordt gevraagd in te stemmen met de
gemeenschappelijke regeling van de nieuwe GGD met ingang van 1 maart 2002.
Gemeenten blijven op basis van een gemeenschappelijke regeling in de nieuwe GGD
het bestuur vormen. Het algemeen bestuur (AB) bestaat uit 1 lid per gemeente
dat stemrecht krijgt naar rato van het inwoneraantal van de gemeente. Het AB
bepaalt de hoofdlijnen van het beleid van de GGD, stelt het basispakket, de
begroting en de jaarrekening vast. Daarnaast zal een dagelijks bestuur (DB)
ingesteld worden dat bestaat uit 5 leden uit het AB. Hierbij wordt rekening
gehouden met de geografische spreiding van de gemeenten in het werkgebied wordt
gestreefd naar een mix van kleine en grote gemeenten. Het DB is betrokken bij
de bedrijfsvoering van de GGD op hoofdlijnen.
Voorgesteld
wordt in te stemmen met de gemeenschappelijke regeling van de GGD Nieuw en het
aangaan van deze regeling per 1 maart 2002.
De
GGD’en hebben voor de nieuwe GGD een productbegroting 2002 en een
meerjarenbegroting 2003 – 2005 opgesteld. Aan de gemeente wordt gevraagd in te
stemmen met deze begrotingen. In de onderstaande paragrafen wordt daarom nader
ingegaan op deze begrotingen en de financiële gevolgen daarvan voor de gemeente
Delft.
Eerst
wordt ingegaan op het onderwerp ‘reservering vakantiegelden’ voor het jaar
2001.
Bij de
behandeling van het Tussenrapport is het punt reservering vakantiegelden voor
2001 aan de orde geweest. Dit betrof een éénmalige bijdrage van gemeenten aan
de GGD Delfland omdat de accountant van de GGD Delfland de GGD heeft opgedragen
jaarlijks vakantiegelden te reserveren. Voor 2001 zou daarom circa fl.185.000,-
(€83.949) door de gemeenten in de Delftse regio hiervoor beschikbaar gesteld
moeten worden. Hierbij worden ook de kosten die voortvloeien uit het treffen
van een voorziening voor de saldi van vakantiedagen van medewerkers van de GGD
Delfland ten laste gebracht van de jaarrekening 2001 van de ‘oude’ GGD
Delfland. Deze kosten worden geschat op circa fl.50.000,- (€22.689) voor de
gehele regio GGD-Delfland.
Door
uw College is bij de behandeling van het Tussenrapport besloten dat hierover
een besluit wordt genomen in het kader van de fusiebegroting en het
Eindrapport. In het nu voorliggende Eindrapport wordt aangegeven dat deze
vakantiegelden niet voor rekening zijn van de nieuwe GGD, maar dat deze
verwerkt worden in de jaarrekening 2001 van de ‘oude’ GGD Delfland dat medio
2002 zal verschijnen.
In
beide gevallen betekent dit dat de gemeente Delft in 2002 rekening moet houden
met een eenmalige bijdrage aan de GGD Delfland van circa fl.52.000,- (€23.597)
voor de reservering vakantiegelden en circa fl.15.000,- (€6.807) voor de
voorziening voor vakantiedagen. De huidige ruimte op het gemeentelijk budget
2001 voor de GGD Delfland biedt ruimte om deze kosten te dekken. Daarom wordt
aan het eind van 2001 een overhevelingsvoorstel opgesteld teneinde de geschatte
kosten voor de reservering vakantiegelden en de voorziening voor de
vakantiedagen toch in 2002 ten laste van het budget 2001 te kunnen dekken.
Voorgesteld
wordt een overhevelingsvoorstel 2001 – 2002 op te stellen ten behoeve van de
‘reservering vakantiegelden’
De
productbegroting 2002 van de nieuwe GGD is samengesteld op basis van een
optelsom van de ‘oude’ gemeentelijke bijdragen aan de afzonderlijke GGD’en. Uit
de productbegroting 2002 blijkt dan ook dat de bijdrage van de gemeente Delft
aan de nieuwe GGD voor 2002 gelijk is aan de bijdrage zoals aangegeven in de
reeds goedgekeurde begroting 2002 van de GGD Delfland: fl.2.777.774
(€1.260.484). Aan gemeenten wordt wel een bijdrage gevraagd voor de incidentele
fusiekosten. De bijdrage van de gemeente Delft hieraan is fl.48.788 (€22.139).
Voorgesteld wordt dit bedrag aan de nieuwe GGD beschikbaar te stellen. Deze
bijdrage kan opgevangen worden binnen de huidige gemeentelijke begrotingskaders
van 2001. Eind 2001 wordt een overhevelingsvoorstel voor de huidige
budgetruimte opgesteld om de kosten in 2002 te kunnen dekken.
Voorgesteld
wordt in te stemmen met de productbegroting 2002 van de GGD Nieuw en voor de
éénmalige bijdrage van fl.48.788 (€22.139) voor incidentele fusiekosten een
overhevelingsvoorstel 2001 – 2002 op te stellen
In het
Tussenrapport is aangegeven dat het budget van de nieuwe GGD niet hoger mocht
liggen dan de som van de huidige budgetten van de afzonderlijke GGD’en. Met
betrekking hiertoe is naar aanleiding van het Tussenrapport door de gemeente
Delft aangegeven dat de structurele component van de fusiekosten opgevangen
zouden moeten worden in de begroting van de nieuwe GGD. Uit de meerjarige
productbegroting voor de nieuwe GGD vanaf 2003 blijkt inderdaad dat in de
nieuwe begroting de gemeentelijke bijdragen niet hoger worden en dat de
fusiekosten vanaf 2003 door de schaalvergroting worden gedekt. In 2007 wordt
verwacht dat het schaalvoordeel van de nieuwe GGD een financieel voordeel voor
de gemeenten oplevert. Aan deze meerjarige productbegroting van de nieuwe GGD
zijn daarom geen negatieve financiële consequenties verbonden.
In het
kader van deze meerjarige productbegroting zijn nog twee zaken het vermelden
waard:
1) bij
de opstelling van de meerjarige productbegroting voor de nieuwe GGD de
zogenaamde ‘enkelvoudige verdeelsleutel’ gehanteerd. Dit houdt in dat de
gemeentelijke bijdragen bepaald worden op basis van het aantal inwoners in de
gemeente en dat hierbij niet wordt gedifferentieerd naar inwoners van 0 – 19
jaar en inwoners van 19 jaar en ouder. Voor de gemeente Delft heeft ook dit
geen financiële consequenties omdat de GGD Delfland deze verdeelsleutel ook
hanteerde.
2)
voor het berekenen van de kostprijzen van de producten van de nieuwe GGD is
uitgegaan van een integrale kostprijsberekening. Dat houdt in dat de
overheadkosten aan de producten zijn toegerekend, uitgezonderd de
concernoverheadkosten. Voor beide GGD’en betekent dit een verschuiving van de
kosten. Voor de GGD Delfland-gemeenten betekent dit dat de basistaken zwaarder
belast worden en dat de aanvullende diensten minder zwaar worden belast. Echter
de tarieven voor deze diensten zijn gelijk gebleven. Hierdoor ontstaat een
tekort op de aanvullende diensten. Daarom is in de begroting vanaf 2003
rekening gehouden met een risico-opslag op deze aanvullende diensten. Na het
jaar 2003 zal voor de nieuwe GGD over de
aanvullende diensten een aparte begroting worden opgesteld. Dit heeft
mogelijk gevolgen voor de kosten van de gemeente Delft voor de aanvullende
diensten die zij bij de nieuwe GGD zal afnemen. In een later stadium wordt hier
op teruggekomen.
Voorgesteld
wordt in te stemmen met de meerjarenbegroting 2003 – 2007 van de GGD Nieuw.
Losstaand
van het fusieproces, maar wel gelijktijdig daaraan, spelen externe
ontwikkelingen die relevant zijn voor de gemeenten. Afgesproken is dat voor
zover deze externe ontwikkelingen gevolgen hebben, deze voor rekening zullen
blijven van de afzonderlijke GGD’en. Hieronder worden deze ontwikkelingen kort
aangegeven:
De
gemeenten Bleiswijk, Berkel&Rodenrijs en Bergschenhoek hebben zich
voorgenomen per 1 januari 2002 uit de gemeenschappelijke regeling van de GGD
Delfland te treden. Zij hebben aangegeven per de genoemde datum toe te willen
treden tot de gemeenschappelijke regeling van de GGD Rotterdam en omstreken.
Momenteel ligt bij de Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland het
verzoek een beslechtende rol te spelen bij deze uittreding.
Met
het beëindigen van de ‘oude’ gemeenschappelijke regeling van de GGD Delfland,
wordt tevens de aanhaking van de bestuurcommissie van het Regionaal
Indicatieorgaan DWO (RIO DWO) opgeheven. Daarnaast hebben gemeenten in de regio
DWO het voornemen de Wvg-advisering over te dragen aan het RIO DWO. Dit wordt
momenteel inhoudelijk uitgewerkt. Het overdragen van deze taak heeft gevolgen
voor de huidige Wvg-advisering die de GGD Delfland momenteel als aanvullende
dienst uitvoert.
In de
Haagse regio spelen twee gemeentelijke herindelingen: de annexatie van het
gebied Leidschenveen door de gemeente Den Haag is relevant voor de ‘oude’ GGD
West-Holland en de annexatie van het gebied Ypenburg door de gemeente Den Haag
is relevant voor de GGD Delfland. De gevolgen van deze herindeling moeten eerst
nog verder zichtbaar worden voordat hiervan de balans kan worden opgemaakt.
Momenteel
wordt door het Rijk onderzocht of de grenzen van allerlei bestuurs- en
zorgregio’s meer met elkaar in overeenstemming kunnen worden gebracht. Deze
fusie past goed bij de te verwachten ontwikkelingen op dit terrein.
·
Instemmen met een fusie tussen de GGD Delfland en
de GGD West – Holland per 1 maart 2002;
·
Instemmen met de gemeenschappelijke regeling van de
GGD Nieuw en het aangaan van deze gemeenschappelijke regeling per 1 maart 2002;
·
Instemmen met het opstellen van een
overhevelingsvoorstel 2001 – 2002 ten behoeve van de ‘reservering
vakantiegelden’;
·
Instemmen met de productbegroting 2002 van de GGD
Nieuw en voor de éénmalige bijdrage van fl.48.788 (€22.139) voor incidentele
fusiekosten een overhevelingsvoorstel 2001 – 2002 opstellen;
·
Instemmen met de meerjarenbegroting 2003 – 2007 van
de GGD Nieuw.
Delft,
13-11-01
Sector
werk, inkomen en zorg