Nota

 

Onderwerp

Jaarrekening 1999 en 2000 RIO DWO, begrotingswijziging 2001 RIO DWO, begroting 2002 RIO DWO en Activiteitenplan RIO DWO

 

 


Geacht College,

 

Inleiding

Het Regionaal Indicatieorgaan DWO (RIO DWO) voert de indicatiestelling uit voor aanvragen voor thuiszorg en voor plaatsingen in verpleeg- en verzorgingshuizen. Het werkgebied is Delft, Westland en Oostland. Het RIO DWO maakt deel uit van de gemeenschappelijke regeling GGD Delfland in de vorm van een bestuurscommissie die aan de gemeenschappelijke regeling is aangehaakt. Na de fusie van de GGD Delfland met de GGD West-Holland, waardoor de huidige gemeenschappelijke regeling vervalt, zal het RIO DWO zelfstandig verder gaan. De huidige bestuursvorm blijft in ieder geval de komende 3 jaar gehandhaafd. Gemeenten in de regio DWO zijn verantwoordelijk voor het in stand houden van de genoemde indicatiestelling en maken deel uit van de bestuurscommissie van het RIO DWO. In het kader daarvan zijn door het RIO DWO de jaarrekeningen 1999 en 2000, de concept gewijzigde begroting 2001 en de concept begroting 2001 toegezonden. Aan de gemeenten in de regio, en dus ook aan de gemeente Delft, wordt verzocht in te stemmen met de afrekenvoorstellen in de genoemde stukken. Daarom wordt in de onderstaande paragrafen afzonderlijk ingegaan op de gepresenteerde documenten. Tevens wordt ter kennisname gebracht het Activiteitenplan RIO DWO dat eerder door het RIO in samenwerking met gemeenten is opgesteld. Dit plan is opgesteld in het kader van de subsidieregeling ‘Robuuste RIO’s’ van het rijk en gaat in op de verbetering van de bedrijfsvoering van het RIO DWO en de overdracht van de Wvg-advisering van gemeenten naar het RIO.

 

1. Jaarrekening 1999 RIO DWO

De jaarrekening 1999 is de eerste rekening van het RIO DWO. Deze jaarrekening was in feite al in mei 2000 gereed. Echter het versturen ervan aan de gemeenten in de regio heeft een vertraging van een jaar opgelopen. Reden hiervoor is dat in mei 2000 de formele vaststelling van de jaarrekening moest wachten op procedures rondom de garantstelling van gemeenten voor het RIO. Daarna bleek dat kosten die gemaakt zijn voor gedetacheerd personeel in 1999 niet in de jaarrekening verwerkt waren. Derhalve is besloten deze kosten te verwerken in de jaarrekening 2000 en de jaarrekening 1999 tezamen met de jaarrekening 2000 naar gemeenten te sturen. De jaarrekening 1999 levert een klein negatief resultaat op. Oorzaak hiervan is dat bij de start van het RIO DWO is een investeringsbegroting opgesteld op basis van het bedrijfsplan RIO DWO waarbij de exploitatiekosten zijn aangegeven. Echter het was in de beginperiode nog niet mogelijk een goede inschatting te maken van de werkelijke exploitatiekosten. De jaarrekening van 1999 sluit af met een exploitatietekort van fl.7203,- (€3.269). Hiervoor wordt een extra bijdrage gevraagd van de gemeenten. Voor de gemeente Delft betekent dit een éénmalige bijdrage van fl.3.120,- (€1.416). Op de Delftse gemeentebegroting is een post ‘RIO DWO’ te onderscheiden. Voorgesteld wordt daarom deze bijdrage ten laste te brengen van deze begrotingspost in 2001.

Voorgesteld wordt in te stemmen met de afrekenvoorstellen in de jaarrekening 1999 van het RIO DWO en de Delftse bijdrage daaraan van fl.3.120 (€1.416) en dit ten laste te brengen van de begrotingspost ‘RIO DWO’ 2001.

 

2. Jaarrekening 2000 RIO DWO

Zoals eerder aangegeven legt het RIO ook de afrekenvoorstellen uit de jaarrekening 2000 aan de gemeenten voor. Deze jaarrekening is opgesteld op basis van de gegevens uit 1999. Medio 2000 heeft een begrotingswijziging plaatsgevonden welke eveneens aan de gemeenten is voorgelegd. Het positieve beeld dat toen leek te verschijnen, werd echter niet gehaald. De jaarrekening 2000 sluit dan ook af met een tekort van fl.259.814,- (€117.898). De belangrijkste oorzaken hiervan zijn de eerder genoemde kosten voor gedetacheerd personeel in 1999, aanpassingen in de software van de automatisering, het opzetten van een productbegroting door KPMG en externe advieskosten voor overgang van personeel naar het RIO. Door het RIO wordt aan de gemeenten gevraagd dit ontstane tekort in de jaarrekening aan te vullen. De Delftse bijdrage aan dit tekort komt neer op fl.110.915,- (€50.331). In de Zomernota 2002 – 2005 is in bijlage II rekening gehouden met een incidenteel tekort van fl.268.852,- (€122.000). Dit bedrag is toegevoegd aan de begrotingspost RIO DWO. De Delftse bijdrage kan dus door de genoemde toevoeging gedekt worden uit de begrotingspost RIO DWO 2001.

Voorgesteld wordt in te stemmen met de afrekenvoorstellen uit de jaarrekening 2000 van het RIO DWO en de Delftse bijdrage daaraan van fl.110.915,- (€50.331) en dit ten laste te brengen van de begrotingspost RIO DWO 2001.

3. Gewijzigde begroting 2001 RIO DWO

Het RIO stelt voor het huidige lopende jaar 2001 de begroting te wijzigen. Gelet op een aantal externe en onontkoombare ontwikkelingen acht het RIO het nodig de begroting 2001 bij te stellen. Deze ontwikkelingen zijn: vertrek van de directeur waardoor kosten zijn gemaakt voor interim-management, stijging van de loonkosten vanwege wijzigingen in de CAO verpleging&verzorging en het feit dat er geen indicaties meer uitgevoerd worden voor gemeenten buiten het werkgebied van het RIO. Derhalve is de begroting voor 2001 naar boven bijgesteld met fl.522.292,- (€237.006). Deze verhoging is doorberekend in de voorlopige tarieven die gemeenten vanaf 2001 gaan betalen voor de indicaties die het RIO verricht in de afzonderlijke gemeenten. De bijdrage 2001 aan het RIO van de gemeente Delft komt neer op fl.1.593.220,-. De ‘oude’ bijdrage 2001 was fl.1.328.400,-. De nieuwe bijdrage betekent dus een verhoging van fl.184.588,- (€83.762).  Na opstelling van de jaarrekening 2001 wordt afgerekend met het RIO op basis van de definitieve tarieven.

In de toelichting van de gewijzigde begroting wordt tevens instemming gevraagd met de nieuwe tarieven. In november 2000 is bij het vaststellen van de productbegroting 2001 opgemerkt dat de tarieven slechts kostendekkend waren en er geen ruimte was om de lening bij de BNG af te lossen. Door de gemeente Delft is destijds geadviseerd een tariefsverhoging van 3 à 4% te verwerken in verband met de aflossingscapaciteit. Uit de nu voorliggende gegevens blijkt deze tariefsverhoging niet te zijn verwerkt. Daarom wordt voorgesteld het RIO te verzoeken deze tariefsverhoging alsnog toe te passen.

De gewijzigde bijdrage 2001 van de gemeente Delft aan het RIO kan gedeeltelijk gedekt worden uit het restant van de eerder genoemde toevoeging aan de begrotingspost RIO DWO zoals aangegeven in bijlage II van de Zomernota 2002 – 2005. Voor het resterende deel wordt een beroep gedaan op de algemene middelen.

Voorgesteld wordt in te stemmen met de voorstellen in de gewijzigde begroting 2001 van het RIO DWO en de Delftse bijdrage daaraan van fl.1.593.220,- (€722.972). Het verschil tussen de oude en de nieuwe bijdrage bedraagt fl.264.820,- (€120.170). Voorgesteld wordt  fl.157.937,- (€71.669) te dekken uit het restant van de toevoeging aan de begrotingspost RIO DWO zoals aangegeven in de Zomernota 2002 – 2005 en fl.106.883,- (€48.501) uit de algemene middelen.

 

4. Begroting 2002 RIO DWO

Het RIO heeft de begroting 2002 opgesteld op basis van de begroting 2001. Voor het jaar 2002 verwacht het RIO een aantal kostenstijgingen. Dit zijn de volgende;

1) Wvg-advisering: Vooruitlopend op de extra taken die het RIO verwacht op het gebied van de Wvg-advisering zijn in de begroting 2002 kosten hiervoor begroot. Het RIO zal namelijk voor de extra Wvg-taken personeelsuitbreiding moeten realiseren. Het huidige pand is te klein om deze personeelsuitbreiding te huisvesten. Het nieuwe pand zal bovendien hogere huurlasten met zich meebrengen. Tevens gerelateerd aan de uitbreiding van taken met de Wvg-advisering zijn kosten voor een operationeel manager om de uitgebreide organisatie beter aan te sturen. Door het RIO is aangegeven dat de totale kosten voor de Wvg-advisering geraamd worden op circa fl.179.900,- (€81.635). Dit bedrag wordt in 2002 verwerkt in de huidige tarieven; vanaf 2003 worden hiervoor aparte tarieven berekend. Ondanks het feit dat de Wvg-gebonden kosten verwerkt worden in de tarieven, wordt voorgesteld het Delftse aandeel daarvan te dekken uit de vereveningsreserve Wvg. Dit komt naar schatting neer op fl.76.817,- (€34.858);

2) Loon- en prijsindexering: het grootste deel van de kostenstijging in de begroting 2002 wordt veroorzaakt door loon- en prijsbijstellingen en kosten voor uitbreiding van de formatie t.b.v. de directeur.

3) Groter aandeel van de gemeente Delft in het aantal indicaties in de regio: uit de tabellen zoals deze zijn bijgevoegd bij de stukken blijkt dat het RIO verwacht voor de gemeente Delft relatief meer indicaties uit te voeren. Was dat percentage in 2001 nog 42,7%, in 2002 is dat 48%.

Voor de gemeente Delft betekenen de bovenstaande zaken dat de bijdrage in 2002 fl.1.784.110,- (€809.594) bedraagt. Dit houdt een stijging van fl.190.890,- (€86.622) ten opzichte van de gewijzigde begroting 2001. Hoewel dit een forse verhoging van de bijdrage is, kan gesteld worden dat hierdoor de lopende productie van het RIO op orde komt. Deze slag was noodzakelijk omdat het totale aantal indicaties voor de regio lager uitvalt dan eerder was begroot. Uit de stukken van het RIO blijkt tevens dat in het eerste kwartaal van 2002 een bedrijfsplan voor de verbrede RIO met de Wvg wordt opgesteld. Dit is een goed moment om de eerder gevraagde aanpassing in de tarieven in verband met de aflossingscapaciteit  te realiseren. Tevens wordt hierbij door de gemeente Delft aangedrongen op het beschikbaar stellen van een investeringsoverzicht en een kasstroomoverzicht zodat meer duidelijkheid ontstaat in de liquiditeitspositie van het RIO.

Met de verhoging van Delftse bijdrage aan het RIO in 2002 was al rekening gehouden in de risicoparagraaf van de Zomernota 2002 – 2005. Voorgesteld wordt dit verder mee te nemen in de Zomernota 2003 – 2006.

 

Samengevat betekent het bovenstaande dat voorgesteld wordt onder voorwaarde dat het RIO de gevraagde overzichten in het eerste kwartaal van 2002 beschikbaar stelt en de tarieven voor 2002 in het bedrijfsplan in te stemmen met de voorstellen in de begroting 2002 van het RIO DWO. Voorgesteld wordt de Delftse bijdrage in de kosten gerelateerd aan de Wvg-advisering (fl.76.817,- (€34.858)) te dekken uit de vereveningsreserve Wvg en het restant (114.073,- (€51.764) mee te nemen in de Zomernota 2003 – 2006.

 

Financiële samenvatting

Schematisch ziet het bovenstaande (in guldens, voor eurobedragen wordt verwezen naar de bedragen in de afzonderlijke paragrafen) er als volgt uit:

 

Tabel: extra bijdragen aan het RIO DWO en dekking daarvan

 

1999

2000

2001

2002

Extra bijdrage

 

 

 

 

Jaarrekening

-3.120

-110.915

 

 

Tariefaanpassing

 

 

-264.820

 

Productbegroting

 

 

 

-190.890

 

 

 

 

 

Dekking

 

 

 

 

Begrotingspost RIO

3.120

110.915

157.937

 

Vereveningsreserve Wvg

 

 

 

76.817

Algemene middelen

 

 

106.883

114.073

 

De meerjarige financiële consequenties voor 2003 en verder voor de gemeentebegroting moeten nog nader worden bepaald op basis van de nieuwe tarieven.

 

5. Activiteitenplan RIO DWO

Bijgevoegd bij de jaarrekeningen en begrotingen treft u alvast ter kennisname het Activiteitenplan RIO DWO aan. Het activiteitenplan is geschreven in het kader van de “tijdelijke regeling uitkering kwaliteitsverbetering indicatiestelling” dat ingesteld is door het rijk en waarvoor de gemeente Delft een éénmalige bijdrage heeft ontvangen. De gemeente Delft is coördinerende gemeente voor de gemeenten in de regio DWO.

Voor het opstellen en uitvoeren van het activiteitenplan is, zoals aangegeven in de startnotitie ‘verbreding RIO DWO’ (d.d. januari 2001), een externe adviseur ingehuurd. Het activiteitenplan is op 1 juli j.l. ingediend bij het ministerie van VWS. Daarna is op 28 september 2001, na de eerste reactie van het ministerie, een gewijzigde versie ingediend en ligt het activiteitenplan definitief ter beoordeling bij het ministerie van VWS. Daarop is nog geen definitief antwoord ontvangen. Daarnaast heeft het rijk de mogelijkheid geboden voor bijzondere kosten verband houdende met de kwaliteitsverbetering van RIO’s de mogelijkheid geboden aanvullende subsidie aan te vragen. In dit verband is een subsidieaanvraag (d.d. 1 september 2001) ingediend voor een bijdrage in kosten voor een grotere huisvesting van het RIO DWO.

In het Activiteitenplan RIO DWO wordt een aantal voorgenomen activiteiten en beoogde resultaten aangegeven op basis waarvan het RIO DWO het komende jaar versterkt kan worden. Hierover dient nog nader overleg plaats te vinden met de gemeenten in de regio. Daarom zal begin 2002 een besluitvormingsdocument, dat een bedrijfsplan inclusief de Wvg-advisering bevat, worden opgesteld dat aan de gemeenten wordt voorgelegd. Op basis daarvan zullen de gevolgen voor de gemeente Delft worden geschetst.

 

6. Voorstel

1.       Instemmen met de afrekenvoorstellen in de jaarrekening 1999 van het RIO DWO en de Delftse bijdrage daaraan van fl.3.120 (€1.416) en dit ten laste brengen van de begrotingspost ‘RIO DWO’.

2.       Instemmen met de afrekenvoorstellen uit de jaarrekening 2000 van het RIO DWO en de Delftse bijdrage daaraan van fl.110.915,- (€50.331) en dit ten laste brengen van de begrotingspost RIO DWO.

3.       Instemmen met de voorstellen in de gewijzigde begroting 2001 van het RIO DWO en de Delftse bijdrage daaraan van fl.1.593.220,- (€ 722.972). Het verschil tussen de oude en de nieuwe bijdrage bedraagt fl.264.820,- (€120.170). Voorgesteld wordt  fl.157.937,- (€71.669) te dekken uit het restant van de toevoeging aan de begrotingspost RIO DWO zoals aangegeven in de Zomernota 2002 – 2005 en fl.106.883,- (€48.501) te betrekken bij het rekeningresultaat 2001.

4.       Onder voorwaarde dat het RIO de gevraagde overzichten in het eerste kwartaal van 2002 beschikbaar stelt en de tarieven voor 2002 in het bedrijfsplan meeneemt, instemmen met de voorstellen in de begroting 2002 van het RIO DWO. Voorgesteld wordt de Delftse bijdrage in de kosten gerelateerd aan de Wvg-advisering (fl.76.817,- (€34.858)) te dekken uit de vereveningsreserve Wvg en het restant (114.073,- (€ 51.764) te dekken uit de post onvoorzien en dit te regelen via een algemene begrotingswijziging.