In de Werkgroep Migranten Communicatie is in het overleg van dit
platform op donderdag 17 april 2003 gesproken over het voornemen van de
gemeenteraad om OALT in de vorm van taalondersteuning onder schooltijd per 1
augustus 2003 te beëindigen.
De
wethouder schetst de gang van zaken in Delft onder de Wet OALT.
Delft
heeft voor twee vormen van OALT gekozen:
Van
rijkswege is afschaffen van OALT per 1 augustus 2004 aangekondigd. De
demissionaire regering Balkenende mag dit echter niet uitvoeren; het onderwerp
is controversieel verklaard en een volgende regering moet zich hierover opnieuw
uitspreken. De recente nieuwe formatiepoging is slecht voor de perspectieven
voor OALT. Dit negatieve toekomstscenario vraagt om discussie over de toekomst
van eigen taalonderwijs.
In
2002 is het OALT als taalondersteuning onder schooltijd onderzocht. Deze
evaluatie levert geen rooskleurig beeld op. Het rapport is kort bediscussieerd
met de gemeenteraad. Deze week heeft het college van B&W het besluit
genomen om de gemeenteraad voor te stellen het OALT als taalondersteuning onder
schooltijd per 1 augustus 2003 af te schaffen.
8
mei a.s. komt dit voorstel op de agenda van de commissie WZO en 22 mei a.s. zal
de gemeenteraad een besluit nemen.
Vanaf
de start van dit schooljaar (2002-2003) wordt OALT als taalondersteuning onder
schooltijd al niet meer ingevuld. Ziekte en onbevoegdheid van de OALT-leraren
liggen daaraan ten grondslag.
Aan
de randvoorwaarden voor OALT als taalondersteuning wordt niet voldaan.
Afstemming met het basisonderwijs is van wezenlijk belang.
Wellicht
dat een gewijzigde subsidie voor OALT als taalondersteuning in het perspectief
van afstemming met GOA gepresenteerd wordt.
Van
belang is om ook over de toekomst van OALT als cultuuronderwijs nadere
discussie te voeren. Zowel in de mogelijkheid met rijksgeld als zonder die
middelen komt OALT als cultuuronderwijs in Delft nu al voor.
De
wethouder dringt er op aan dat de zelforganisaties in eigen kring een interne
discussie voeren en nadenken over de inhoud/vorm van OALT ook als de
rijksgelden hiervoor weg zouden vallen. Aan OALT wordt nu geen gemeentegeld
uitgegeven. In de open discussieronden t.b.v. de programmabegroting 2004-2007
kan momenteel deelgenomen worden. Vooralsnog kan Delft geen gemeentelijke
subsidie garanderen om OALT te laten voortbestaan.
In
de periode najaar 2003/voorjaar 2004 zal in Delft nader beleid ontwikkeld
worden in de veronderstelling dat de rijksvoornemens over OALT dan bekend zijn.
Nieuwe
personele verplichtingen mogen niet verder reiken dan tot 1 augustus 2004. Al
in dienstzijnd personeel met oorspronkelijk (deels) een taakstelling onder
schooltijd kan een stimulans krijgen door (om)scholing en de werking van een
sociaal kader Zij zullen rekening moeten houden met een gewijzigde taakinhoud.
Een belangrijk aandachtspunt is dat niet de volledige taakstelling na
schooltijd ingevuld kan worden.
Opties
onder schooltijd zijn taken als contactpersoon en/of klassen- en
onderwijsondersteuning.
Met
vertegenwoordigers van de Turkse Vereniging heeft al een gesprek plaats
gevonden. Deze groepering is namelijk de eerste belanghebbende bij het
afschaffen van OALT als
taalondersteuning onder schooltijd.
In
het najaar zal opnieuw een gespreksronde plaatsvinden.
De
wethouder wil deze met de betrokken zelforganisaties voeren en adviseert deze
hun achterban te betrekken door eerst in eigen kring de discussie te voeren.
Door
de Koerdische en Irakese vertegenwoordigers wordt ingebracht dat deze
groeperingen nog steeds wachten op de start van OALT. Zij stellen dat de
behoefte aan OALT bij de ouders aanwezig blijft. De wethouder merkt daarbij op
dat deze organisaties door hem in een eerder stadium gewezen zijn op
alternatieven vergelijkbaar met de werkwijze die voor het Somalisch van
toepassing is. De wethouder adviseert om na overleg met de achterban met
concrete voorstellen te komen.
De
Marokkaanse vertegenwoordiger is niet gelukkig met het perspectief van
onbezoldigde leraren. Bovendien vraagt hij zich af of een gezamenlijk aanbod
Arabisch t.b.v. meerdere cultuurgroepen een optie is (in het verleden is
hiervoor nadrukkelijk niet gekozen in Delft)
De
Iraanse vertegenwoordiger stelt dat de gemeente moet besluiten tot welke hoogte
en volgens welke criteria er subsidie voor eigen taalonderwijs beschikbaar
gesteld kan worden.
De
Koerdische vertegenwoordiger vraagt aandacht voor taal- en cultuuronderwijs
voor vluchtelingen om vervreemding tegen te gaan in het perspectief van
terugkeer naar het land van herkomst.