taakstellingen op het gebied
van activering, inkomen,
sociaal isolement, educatie
en participatie in Delft
september
2003
Inhoud
1.1.1 Vermindering totaal aantal bijstandsklanten
(FWI)
1.2.4 Trajecten niet-uitkeringsgerechtigden
(nuggers)
1.3 Activering uitstroom uit trajecten
1.3.1 Uitstroom trajecten fase 2 en 3
1.3.2 Uitstroom trajecten fase 4 “ team activering”
1.3.4 Uitstroom trajecten
niet-uitkeringsgerechtigden (nuggers)
1.4 Activering collegedoelstelling fase 4
1.4.1 Collegedoelstelling fase 4
1.5.2 Project schoonmaken / opruimen openbare
ruimte
1.6 Activering gesubsidieerde arbeid
1.6.2 Collegedoelstelling ID-banen
1.6.4 Collegedoelstelling WIW-werknemers
1.6.5 WIW-werkervaringsplekken
1.7.1 Uitstroom één-ouders uit de bijstand
1.7.3 Klantgesprekken één-ouders
1.7.4 Vrijlatingsregeling één-ouders
1.8.1 Niet-uitkeringsgerechtigde oudkomers
1.9.1 Sluitende aanpak 16-23 jarigen
1.10.1 Bonus sociale activering
2.1 Inkomen inkomensondersteuning
2.1.1 Delft Uitkeringen Informatie Team
2.2.1 Individuele Begeleiding Allochtone
Schuldenaren
2.3 Inkomen - fraudebestrijding
2.3.1 Verhogen aantal fraudeopsporingen
3.1 Tegengaan sociaal isolement
4.1.1 Verzuimpercentage volwasseneneducatie
4.1.2 Wachtlijsten volwasseneneducatie
4.1.3 Deelname volwasseneneducatie
4.2.3 Cursus opvoedingsondersteuning
Prestatieboek
2002
In
deze rapportage prestatieboek 2002 hebben wij taakstellingen en de realisatie
verzameld op het gebied van activering, inkomen, sociaal isolement, educatie en
participatie in Delft voor het jaar 2002.
Voor dat jaar was nog geen gebundelde taakstellings- rapportage
vastgelegd. Die systematiek is pas gestart t.b.v. het jaar 2003. Deze rapportage over 2002 volgt wel de
onderwerpen, zoals opgenomen in het prestatieboek 2003.
Dit rapportage- document
wordt jaarlijks opgesteld en is bedoeld als overzicht van doelstellingen en
realisatie uit het gemeentelijk beleid op de genoemde terreinen. Het overzicht
is niet compleet. Een selectie is gemaakt uit doelen die voor het bestuur van
de gemeente, maar zeker ook voor burgers van Delft, interessant zijn. Het gaat
dan bijvoorbeeld om nieuw beleid, om beleidsterreinen waar de gemeente op dit
moment meer aandacht aan besteed of om onderwerpen die maatschappelijk in de
belangstelling staan. Het prestatieboek is dan ook geen compleet overzicht van
het sociaal beleid dat de gemeente voert.
Teneinde de realisatiecijfers
eerder in het jaar in beeld te hebben, nemen wij ons voor een inhoudelijke
koppeling te maken tussen de kwarap-rapportage van WIZ en de taakstellingen uit
dit Prestatieboek. Een en ander zal voor het eerst gebeuren n.a.v. realisatiecijfers
over 2003.
Met iedere uitgave van het
prestatieboek probeert de gemeente een verbeterslag te maken. In een volgende
versie (Prestatieboek 2004) zullen de onderwerpen verbreed worden. Op dit
moment komt een groot deel van de taakstellingen vanuit de sector Werk, Inkomen
en Zorg en een beperkter deel vanuit de sector Leefbaarheid. Aan uitbreiding
naar het gehele sociaal beleid van de gemeente wordt op die wijze gewerkt.
Gelet op het FWI-budget voor
Delft voor 2002 mag Delft op 31 december 2002 2835 klanten in het bestand
hebben. Aanpassing van dit budget kan gebeuren op basis van jaarcijfers en
verslechterende economische omstandigheden.
§ Hoeveel mensen ontvingen een bijstandsuitkering op 31 december 2001?
§ Hoeveel mensen zijn in de bijstand gestroomd in 2002?
§ Hoeveel mensen zijn uit de bijstand gestroomd in 2002?
§ Hoeveel mensen ontvingen een bijstandsuitkering op 31 december 2002?
§ In
welke fase zaten de mensen die op 31 december 2002 een uitkering ontvingen?
Aantal klanten 31-12-2001 |
2.980 |
Instroom klanten 2002 |
1.134 |
Uitstroom klanten 2002 |
1.084 |
Aantal klanten 31-12-2002 |
3.074 |
Aantal klanten op 31-12-2002 in : |
|
Fase 1 |
94 |
Fase 2 |
299 |
Fase 3 |
367 |
Fase 4 |
2.197 |
Onbekend |
53 |
Bron:
Nota FWI
Het eerste schema
laat zien dat het aantal bijstandsgerechtigden is toegenomen met 94 klanten.
Het stijgend aantal bijstandsgerechtigden komt overeen met de landelijke trend
en wordt veroorzaakt door de economische laagconjunctuur. De instroom van
bijstandsgerechtigden is hoger dan de uitstroom. Het macrobudget is op deze
laagconjunctuur wel aangepast, maar voor de gemeente niet evenredig gestegen.
In december 2001
hadden we 2980 klanten. In de nota FWI die over 2002 ging is gesproken van een
reductie van 165 in 2002 en 25 in 2003, dit is gemiddeld 95 klanten per jaar.
In december 2002 hebben we 3074 klanten een stijging 94 klanten. Het gemiddeld
aantal klanten in 2002 was ongeveer 3037. In 2002 kwamen we € 259.000 tekort.
Het budgettair breakeven point lag op 2947 klanten.
Van
de bijstandsgerechtigden heeft 73% een grote afstand tot de arbeidsmarkt (fase
4). Ten opzichte van 2001 is dit een daling van 4%. Het tweede schema, laat in
vergelijking met voorgaande jaren, zien dat het aantal fase 1 cliënten blijft
afnemen. Het aantal cliënten die gefaseerd worden in fase 2 en 3 neemt toe. Een
aantal factoren kan hieraan ten grondslag liggen. Praktisch gezien heeft dit te
maken met het feit dat cliënten in een inburgeringstraject voorheen in fase 4
en sinds 2002 in fase 2 worden geplaatst. Daarnaast is het de verwachting dat
wanneer het economisch slechter gaat,
klanten sneller in fase 2 of 3 (dan in fase 1) gefaseerd worden of van
fase 1 na een half jaar naar 2 gaan.
In
2002 plaatst Delft 290 klanten uit fase 2 en 3 in een activeringstraject.
§ Hoeveel klanten waren in traject op 31 december 2001?
§ Hoeveel klanten zijn een traject gestart?
§ Hoeveel klanten hebben een traject afgerond?
§ Hoeveel
klanten waren in traject op 31 december 2002?
Aantal klanten in traject 31-12-2001 |
314 |
Aantal Traject gestart 2002 |
490 |
Aantal Traject afgerond 2002 |
297 |
Aantal klanten in traject 31-12-2002 |
507 |
Bron:
Kwarap WIZ
Een van de taakstellingen voor 2002 was een sluitende
reintegratieaanpak voor de nieuwe instroom werkzoekenden fase 2 en 3 alsook aan
de zittende ABW klanten fase 2 en 3. Het totaal aantal benodigde
Reintegratietrajecten realisatie van deze doelstelling was geraamd op 290.
Eind 2002 zijn er 490
trajecten gestart (305 Reintegratietrajecten en 185 WIW dienstbetrekkingen).
Overigens
dient het “taakstellingsaantal” wel te worden gerelativeerd, omdat het
realiseren van de sluitende aanpak bepalend is en dit dus ook consequenties kan
hebben voor het begrote aantal taakstellingen.
Om
de uitstroom en trajectdoelstelling uit het collegeprogramma te realiseren is
een doelstelling geformuleerd om in 2003 en 2004 elk jaar 550 cliënten in traject
te nemen. Over 2002 is de volgende inzet rond de trajectaanpak gerealiseerd:
§ Hoeveel klanten waren in traject op 31 december 2001?
§ Hoeveel klanten zijn een traject gestart?
§ Hoeveel klanten hebben een traject afgerond?
§ Hoeveel
klanten waren in traject op 31 december 2002?
Resultaten
team Activering, fase 4-trajectuitvoering
Aantal
klanten in traject 31-12-2001 |
292 |
Aantal Traject gestart 2002 |
77 |
Aantal Traject afgerond 2002 |
99 |
Aantal klanten in traject 31-12-2002 |
270 |
Bron: A&I
Naast
dit aantal trajecten zijn ook externe fase –4- trajecten uitgezet. Per
1-07-2003 betreft dit een aantal van 227 uitgezette trajecten uit de doelgroep,
waarop de collegedoelstelling zich richt.
In hoofdstuk 1.4.1. wordt een tussenresultaat vermeld.
In
2002 plaatst Delft 100 nieuwkomers met een bijstandsuitkering en 100
niet-uitkeringsgerechtigde
nieuwkomers
in een activeringstraject.
§ Hoeveel klanten met en zonder uitkering waren in traject op 31 december 2001?
§ Hoeveel klanten met en zonder uitkering zijn een traject gestart?
§ Hoeveel klanten met en zonder uitkering hebben een traject afgerond?
§ Hoeveel
klanten met en zonder uitkering waren in traject op 31 december 2002?
Klanten met of zonder uitkering |
Met |
Zonder |
Totaal |
Aantal klanten traject 31-12-2001 |
197 |
192 |
389 |
Aantal Traject gestart 2002 |
106 |
105 |
211 |
Aantal Traject afgerond 2002 |
127 |
124 |
251 |
Aantal klanten
traject 31-12-2002 |
195 |
190 |
385 |
Bron: A&I
In het kader van de vastgestelde sluitende
aanpak is aan de doelstelling zoals hierboven genoemd voldaan.In totaal zijn
211 mensen in een activeringstraject opgenomen.
In
2002 plaatst Delft 80 niet-uitkeringsgerechtigden in een activeringstraject.
§ Hoeveel nuggers waren in traject op 31 december 2001?
§ Hoeveel nuggers zijn een traject gestart?
§ Hoeveel nuggers hebben een traject afgerond?
§ Hoeveel
klanten waren in traject op 31 december 2002?
Aantal nuggers in traject
31-12-2001 |
14 |
Aantal Traject gestart 2002 |
91 |
Aantal Traject afgerond 2002 |
19 |
Aantal nuggers in traject
31-12-2002 |
86 |
Bron: Gws4All
Naast een sluitende aanpak voor het nieuw en zittend
bestand ABW is de gemeente Delft tevens verantwoordelijk om niet
uitkeringsgerechtigden, indien zij dit willen, een reintegratietraject aan te
bieden. Eind 2002 is er voor 91 niet uitkeringsgerechtigden een
reintegratietraject ingekocht.
Van alle klanten in fase 2 en
3 die in 2002 in het kader van een ingekocht traject een traject afronden,
stroomt 65 procent volledig uit de bijstand naar arbeid.
§ Hoeveel klanten hebben in 2002 een traject afgerond?
§ Hoeveel
van deze klanten zijn volledig uit de bijstand gestroomd naar reguliere arbeid?
Aantal klanten ingekocht traject afgerond |
237 |
100% |
Waarvan volledig uit de bijstand |
114 |
48% |
waarvan gedeeltelijk
werk |
22 |
9% |
Bron: T&M
De taakstelling van 65 % volledig uit de bijstand
wordt niet geheel behaald. Delfse resultaten komen overeen met de landelijke
tendens op het gebied van uitstroom reintegratiebedrijven.
Naast
de 237 afgeronde trajecten, zijn er in 2002 60 klanten uitgestroomd, die zelf
werk gevonden hebben.
Van
alle klanten in fase 4 die in 2002 een traject afronden, stroomt 13 procent
door naar (gesubsidieerde) arbeid, 29 procent naar een arbeidstraject, 29
procent naar sociale activering en 29 procent naar zorg/overig.
§ Hoeveel klanten hebben in 2002 een traject afgerond?
§ Waarnaar
zijn deze klanten doorgestroomd (arbeid, arbeidstraject, sociale activering,
zorg/overig)
Aantal klanten traject afgerond |
99 |
100% |
Waarvan uitgestroomd naar (gesub.) arbeid |
11 |
11% |
Waarvan uitgestroomd naar arbeidstraject |
15 |
15% |
Waarvan uitgestroomd naar sociale activering/zorg/overig |
73 |
74% |
Bron: Kwarap WIZ
Van
alle WIN-klanten die in 2002 een traject afronden, behaalt 65% het beoogde
taalniveau. 70% van de WIN-klanten met een bijstandsuitkering stroomt door naar
een werk of een arbeidstraject en 30% stroomt door naar een fase-4 traject.
§ Hoeveel WIN-klanten hebben in 2002 een traject afgerond?
§ Hoeveel WIN-klanten zijn doorgestroomd naar een werkt?
§ Hoeveel WIN-klanten zijn doorgestroomd naar een arbeidstraject?
§ Hoeveel
WIN-klanten zijn doorgestroomd naar een fase-4 traject?
§ Hoeveel
WIN-klanten zijn doorgestroomd overige?
§
Hoeveel WIN-klanten hebben het taaltraject
afgemaakt?
§
Hoeveel WIN-klanten hebben het beoogde taalniveau
gehaald?
Aantal klanten traject afgerond |
251 |
100% |
Waarvan doorgestroomd naar werk |
60 |
24% |
Waarvan doorgestroomd naar arbeidstraject |
37 |
15% |
Waarvan doorgestroomd naar fase-4 traject |
41 |
16% |
Waarvan doorgestroomd overig |
113 |
45% |
Aantal klanten taaltraject afgerond |
160 |
100% |
Waarvan beoogd taalniveau bereikt |
71 |
44% |
Bron: Kwarap WIZ / A&I
Het beoogd eindniveau, 65%,
is niet gehaald. De verwachting is dat door een zorgvuldiger manier van toetsen
bij de intake en vaststellen van het te behalen eindniveau dit percentage zal
worden verhoogd. De doelstelling: werk of arbeidstraject, is gerealiseerd, 97 personen hebben werk of een arbeidstraject.
Van
alle niet-uitkeringsgerechtigden die in 2002 een traject afronden, stroomt 65
procent door naar (gesubsidieerde) arbeid.
§ Hoeveel nuggers hebben in 2002 een traject afgerond?
§ Hoeveel
nuggers zijn doorgestroomd naar (gesubsidieerde) arbeid?
Aantal nuggers traject afgerond |
19 |
100% |
Waarvan doorgestroomd naar (gesub.) arbeid |
15 |
79% |
Bron: T&M
In
2006 is een derde van het fase 4 bestand van april 2002 uitgestroomd naar
betaald of gesubsidieerd werk en is een derde actief als vrijwilliger of actief
geworden in het kader van sociale activering .
Taakstelling voor |
2002 |
2003 |
2004 |
2005 |
2006 |
Uitstroom naar (gesubsidieerd) werk |
91 |
183 |
183 |
183 |
91 |
Uitstroom sociale activering |
91 |
183 |
183 |
183 |
91 |
Uitstroom overige doelgroepen / zorg |
91 |
183 |
183 |
183 |
91 |
Totaal taakstelling uitstroom |
275 |
550 |
550 |
550 |
275 |
§ Wat zijn de resultaten van de uitstroom rond de trajectaanpak van het fase 4 bestand (lijst april 2002)?
Taakstelling voor |
Stand
1-07-2003 |
Uitstroom naar (gesubsidieerd) werk |
173 |
Overige uitstroom anders dan gedefinieerde taakstelling |
286 |
Uitstroom sociale activering |
73 |
Uitstroom overige doelgroepen / zorg |
|
Totaal uitstroom doelstelling/gerealiseerd |
532 |
Bron:
VPO
De
hoofdconclusies zijn:
In
2002 worden 25 personen uit fase-4 en 15 bezoeker van Dienstencentrum over de
Brug geplaatst op een traject in het kader van het weesfietsenproject. (Een
nota over dit project volgt.)
§ Hoeveel klanten hebben deelgenomen aan het project in 2002?
§ Waarnaar
zijn de deelnemers doorgestroomd na afloop van het traject (zorg, werk, traject
naar werk, anders)?
Fase-4 klanten deelgenomen in 2002 |
9 |
Deelnemers maatschappelijke opvang (MO) |
10 |
Ingeschat aantal fase-4 traject richting arbeid |
45% |
Bron: A&I
Met
het weesfietsenproject beogen we een
voorziening te creëren t.b.v. ‘zorgdeelnemers’ uit fase 4, verslaafden en
deelnemers uit de maatschappelijke opvang.
Het is
‘aangepaste arbeid’ met als basiswerkzaamheden het demonteren van
fietsen die in de stad zijn achter gelaten of uit de grachten zijn opgevist. De
losse onderdelen worden schoongemaakt,
gesorteerd en voor verzending gereed gemaakt voor een ‘bicycle-workshop’
in onze zusterstad Mamelodi in Zuid-Afrika. Bij fietsen die nog in redelijke
conditie zijn, worden stuur en trappers verdraaid om ze efficient in een
zeecontainer te kunnen plaatsen. Voor deelnemers creëert dit een mogelijkheid
tot resocialisatie middels aangepaste arbeid in Delft en tevens werkgelegenheid
in Mamelodi. De opzet is zodanig dat het aan de deelnemers minimale eisen
stelt, maar maximale kansen biedt om door te stromen naar bijvoorbeeld een
betaalde functie als witgoedmonteur of opleiding tot fietsenmaker.
In
2002 worden 20 personen (bezoekers van Dienstencentrum over de Brug) geplaatst
op een traject in het kader van het project schoonmaken / opruimen openbare
ruimten.
§ Hoeveel klanten hebben deelgenomen aan het project in 2002?
§ Waarnaar
zijn de deelnemers doorgestroomd na afloop van het traject (zorg, werk, traject
naar werk, anders)?
Aantal deelnemers project schoonmaken |
54 |
Bron:
B&P
Doorstroming na afloop van het traject is niet aan de
orde. Het is een dagbestedingsproject geen traject voor toeleiding naar werk of
zorg.
Stand van zaken I/D banen.
Maximum subsidiale aantal
ID-plaatsen bedroeg 348.
§ Hoeveel I/D banen waren er op 31 december 2001?
§ Hoeveel mensen zijn in 2002 ingestroomd in een I/D baan?
§ Hoeveel mensen zijn in 2002 uitgestroomd uit een I/D baan?
§ Hoeveel I/D banen waren er op 31 december 2002?
Aantal I/D-banen op 31-12-2001 |
239 |
Aantal ingestroomd in I/D-baan 2002 |
82 |
Aantal uitgestroomd uit I/D-baan 2002 |
56 |
Aantal I/D-banen op 31-12-2002 |
265 |
Bron:
Kwarap WIZ
In maart 2006 is de
helft (120) van het aantal I/D-werknemers van mei 2002 uitgestroomd naar
reguliere arbeid. In 2002 stromen 30 personen uit naar reguliere arbeid.
§ Hoeveel
mensen die in april 2002 een I/D baan hadden zijn doorgestroomd naar reguliere
arbeid in 2002?
Uitstroom in 2002 naar reguliere arbeid |
25 |
Bron:
Kwarap WIZ
In 2002 worden 120 mensen op
een WIW-plek geplaatst. 150 personen met een WIW-dienstbetrekking stromen uit
in 2002, waarvan 45 procent naar reguliere arbeid (of een werkervaringsplek).
§ Hoeveel WIW-werknemers waren in dienst op 31 december 2001?
§ Hoeveel mensen zijn ingestroomd op een WIW-plek in 2002?
§ Hoeveel mensen zijn uitgestroomd uit een WIW-plek in 2002?
§ Hoeveel WIW-werknemers zijn uitgestroomd naar reguliere arbeid?
§ Hoeveel
WIW-werknemers waren in dienst op 31 december 2002?
Aantal WIW-werknemers in dienst op 31-12-2001 |
230 |
|
Instroom naar een WIW-plek in 2002 |
176 |
|
Uitstroom vanuit een WIW-plek in 2002 |
205 |
|
Waarvan uitgestroomd naar reguliere arbeid |
39 |
19% |
Aantal WIW-werknemers in dienst op 31-12-2002 |
201 |
|
Bron:
Kwarap WIZ
In maart 2006 is de helft van
het aantal mensen met een WIW-dienstbetrekking van april 2002 uitgestroomd naar
reguliere arbeid of naar een I/D baan. In 2002 stromen 31 WIW-ers uit.
§ Hoeveel WIW-werknemers waren in dienst op 1 april 2002?
§ Hoeveel van deze WIW-werknemers zijn uitgestroomd in 2002?
§ Hoeveel van deze mensen zijn uitgestroomd naar reguliere arbeid?
§ Hoeveel van deze mensen zijn uitgestroomd naar een I/D baan?
§ Hoeveel
van deze mensen waren op 31 december 2002 nog in dienst als WIW-werknemer?
Aantal WIW-werknemers in dienst op 1-4-2002 |
211 |
Aantal WIW-ers hiervan uitgestroomd in 2002 |
127 |
Waarvan uitgestroomd naar reguliere arbeid |
37 |
Waarvan uitgestroomd naar een I/D baan |
22 |
Aantal WIW-werknemers in dienst op 31-12-2002 |
84 |
Bron: Werkplan
In 2002 worden 50 subsidies
voor werkervaringsplaatsen verstrekt.
Bron: Werkplan
§ Hoeveel mensen zaten op een werkervaringsplek op 31 december 2002?
§ Hoeveel mensen zijn ingestroomd op een werkervaringsplek in 2002?
§ Hoeveel mensen zijn uitgestroomd uit een werkervaringsplek in 2002?
§ Hoeveel van deze mensen zijn na afloop van de subsidie in (reguliere) dienst getreden in 2002?
§
Hoeveel mensen zaten op een werkervaringsplek op 31
december 2002?
Aantal werkervaringsplekken gevuld 31-12-2001 |
32 |
Aantal instroom naar werkervaringsplek in 2002 |
35 |
Aantal uitstroom van
werkervaringsplek in 2002 |
35 |
Aantal na afloop subsidie een (reguliere) baan |
22 |
Aantal werkervaringsplekken gevuld 31-12-2002 |
32 |
Bron: Kwarap WIZ
Op 31 december 2002 heeft
Delft 60 één-ouders minder in de bijstand dan op 31 december 2001?
§ Hoeveel één-ouders ontvingen een bijstandsuitkering op 31 december 2001?
§ Hoeveel één-ouders zijn in de bijstand gestroomd?
§ Hoeveel één-ouders zijn uit de bijstand gestroomd?
§ Hoeveel
één-ouders ontvingen een bijstandsuitkering op 31 december 2002?
Aantal één-ouders in bijstand 31-12-2001 |
720 |
Aantal één-ouders ingestroomd in 2002 |
284 |
Aantal één-ouders
uitgestroomd in 2002 |
251 |
Aantal één-ouders in bijstand 31-12-2002 |
753 |
Bron: Gws4All
In
2002 kan 100 procent van de één-ouders bij ingang van scholing of een traject
gebruik maken van kinderopvang.
§ Hoeveel
procent van de één-ouders kon in 2002 bij ingang van scholing/traject gebruik
maken van kinderopvang?
Er
bestaan geen wachtlijsten voor het gebruik van kinderopvang, dit betekent dat
in principe alle één-ouders gebruik van kinderopvang konden maken.
Bron:
B&P
In 2002 worden 400
klantgesprekken gevoerd met één-ouders.
§ Hoeveel klantgesprekken hebben plaatsgevonden?
§ Hoeveel
van deze gesprekken hebben tot een vervolgactie geleid?
Aantal klantgesprekken in 2002 |
287 |
Bron: Gws4All
Het
aantal extra klantgesprekken is in 2002 relatief beperkt gebleven, omdat de
gesprekken nog geen “verplicht” karakter hadden. Dit wordt in 2003 aangepast,
waardoor de verwachting is dat de jaardoelstelling vanaf 2004 wel kan worden
gehaald. De gevoerde gesprekken hebben
wel allen tot een vervolgactie geleid.
In
2002 maken 125 één-ouders gebruik van de vrijlatingsregeling.
§ Hoeveel
één-ouders hebben in 2002 gebruik gemaakt van de regeling?
Aantal
één-ouders met vrijlatingsregeling in 2002 |
171 |
Bron: Gws4All
In
2002 worden 110 niet-uitkeringsgerechtigde oudkomers geworven die een programma
volgen met minimaal NT2. (3 richtingen: sociale activering,
gezondheidsvoorlichting / maatschappij oriëntatie of opvoedingsondersteuning).
Van de 40 oudkomers die in 2002 uit het programma stromen, rondt 75 procent het
programma succesvol af. Van het bestand haalt 90 procent het NT2-niveau.
§ Hoeveel oudkomers/nuggers zijn in het programma gestart in 2002?
Aantal CPO-oudkomers/nuggers gestart in 2002 |
99 |
Bron: CPO
Het
programma is in februari 2002 gestart alle trajecten zijn aan het eind van 2002
nog lopend. Over de uitstroom zal dus pas in de rapportage prestatieboek 2003
wat te zeggen zijn. Wel kan aangegeven worden dat alle trajecten de richting
maatschappij oriëntatie
volgen.
In
2002 wordt aan 140 oudkomers zwemles geboden die verplicht gecombineerd wordt
met taal en/of conversatielessen.
§ Hoeveel oudkomers namen deel aan deze lessen in 2002?
Aantal deelnemers in 2002 |
83 |
Bron: A&I
Van de deelnemers aan het
project hoger opgeleiden stroomt 30 procent door naar betaald werk op eigen
niveau, 25 procent stroomt door naar gesubsidieerde arbeid, 10 procent naar
reguliere arbeid (nog niet op niveau) en 35 procent naar een vervolgtraject.
Het project onbenut talent is van start gegaan op 10-5-2002.
§ Hoeveel deelnemers zijn ingestroomd in 2002?
§ Hoeveel deelnemers zijn uitgestroomd in 2002?
§ Hoeveel deelnemers had het project op 31 december 2002?
§ Hoeveel van deze deelnemers ontvangen een bijstandsuitkering?
§ Hoeveel van de uitgestroomde deelnemers heeft een baan op niveau?
§ Wat doen de overige uitgestroomde deelnemers?
Aantal deelnemers ingestroomd in 2002 |
137 |
Aantal deelnemers uitgestroomd in 2002 |
36 |
Aantal deelnemers op 31-12-2002 |
101 |
Waarvan met uitkering |
52 |
Aantal uitstromers met baan op eigen niveau |
9 |
25% |
Aantal uitstromers met baan niet op eigen niveau |
3 |
8% |
Aantal uitstromers met gesubsidieerde baan |
5 |
14% |
Aantal uitstromers naar stage |
6 |
17% |
Aantal uitstromers naar scholing |
7 |
19% |
Aantal uitstromers naar advexis(RIB) |
6 |
17% |
Bron: A&I
In
2002 worden 235 jongeren begeleid om een startkwalificatie voor een
vervolgopleiding te behalen of om door te stromen naar het hoogst haalbare
niveau op de arbeidsmarkt of naar vormen van passende hulpverlening.
§ Hoeveel jongeren zijn uitgestroomd in 2002?
§ Hoeveel jongeren zijn uitgestroomd naar
onderwijs?
§ Hoeveel jongeren zijn uitgestroomd naar werk?
§
Hoeveel
jongeren zijn uitgestroomd naar hulpverlening?
§ Hoeveel
jongeren waren in begeleiding op 31 december 2002?
Aantal jongeren uitgestroomd in 2002 |
235 |
Waarvan uitgestroomd naar onderwijs |
117 |
Waarvan uitgestroomd naar werk |
83 |
Waarvan uitgestroomd naar hulpverlening |
35 |
Aantal jongeren in begeleiding op 31-12-2002 |
200 |
Bron:
RMC
Doel
van het project Sluitende aanpak 16-23 jarigen
is te komen tot een sluitende aanpak voor jongeren in de leeftijd van 16
tot 23 jaar die niet op eigen kracht onderwijs kunnen volgen of werk kunnen
vinden. De Regionaal Meld- en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten
(RMC) werkt binnen dit project samen met het jongerenwerk en de sector Werk
Inkomen Zorg (WIZ). In 2002 heeft het RMC 235 jongeren begeleid. De tabel laat
zien waar deze jongeren na begeleiding door het RMC naar uitgestroomd zijn. Er
zijn 400 jongeren geregistreerd als voortijdig schoolverlater.
Gedurende het project 30
jongeren (13-18 jaar) kennis laten maken met werk door middel van een
zakgeldbaan.
§ Hoeveel
jongeren hebben deelgenomen aan het project?
Aantal deelnemers zakgeldproject |
32 |
Bron:
B&P
Het zakgeldproject is gestart op 1 mei 2002 en zou
doorlopen tot 1 mei 2003. Het zakgeldproject heeft uiteindelijk gelopen tot 1
september 2003.
De doelstelling van 30 jongeren aan een zakgeldbaantje
te helpen is ruim gehaald. In totaal hebben 32 jongeren deelgenomen aan het
zakgeldproject. De leeftijdscategorie van 15 t/tm 17 was met 72% het zwaarst
vertegenwoordigd.
Lastiger was het vinden van
geschikte zakgeldbaantjes. Vooral in de marktsector was dat moeilijk.
In 2002 volgen 550 klanten uit fase 4 een traject
sociale activering en ontvangen hiervoor een bonus.
§ Hoeveel mensen hebben in 2002 een traject sociale activering gevolgd en de bonus ontvangen?
Aantal trajecten met ontvangen bonus |
254 |
Bron:
Kwarap WIZ
Vergroten
van het bereik van de gemeentelijke inkomensondersteunende maatregelen met 600
aanvragen per jaar door middel van het realiseren van 600 klantcontacten en 200
huisbezoeken op jaarbasis in het kader van DUIT.
§ Hoeveel klantcontacten zijn er geweest in 2002?
§ Hoeveel huisbezoeken zijn afgelegd in 2002?
§ Hoeveel aanvragen zijn ingenomen in 2002?
§ Hoeveel aanvragen voor gemeentelijke inkomensondersteunende aanvragen zijn ingediend in 2002?
Aantal klantcontacten in 2002 |
1.052 |
Aantal huisbezoeken in 2002 |
292 |
Aantal aanvragen ingenomen in 2002 |
675 |
Aantal aanvragen voor gemeentelijke inkomensondersteuning
in 2002 |
657 |
Bron: Duit
In
2002 stijgt het aantal verkochte Delftpassen naar 4000.
§ Hoeveel Delftpassen zijn verkocht in 2002?
§ Welke doelgroepen hebben de pas gekocht (minima, ouderen, studenten, overig)?
Aantal verkochte Delftpassen in 2002 |
3.699 |
Volwassene minima |
1.492 |
65+ alsook boven minimum |
829 |
Geen minima / - inwoner Delft |
116 |
Duplicaatpas |
5 |
Kinderen 3 – 17 jaar van minima |
863 |
18 jarigen |
204 |
Kinderen 3 – 17 jr |
144 |
Nieuwe inwoners (< 1 jaar) |
43 |
Bron:
Kwarap WIZ
In
2002 stijgt het dekkingspercentage van de AV-Delft naar 80 procent voor de
bijstandsgerechtigden en WIW-ers en naar 50 procent voor de overige minima.
§ Wat is het dekkingspercentage van de AV-Delft op 31 december 2002 voor bijstandsgerechtigden, WIW-ers en overige minima?
Dekkingspercentage bijstandsgerechtigden |
64% |
Dekkingspercentage WIW-ers |
|
Dekkingspercentage overige minima Delft |
23% |
Bron: B&P
Jaarlijks
50 allochtone schuldenaren begeleiden in het kader van het project IBAS.
§ Hoeveel personen zijn begeleid in het kader van het project in 2002?
§ Met hoeveel van deze personen is een schuldhulpverleningstraject in 2002 gestart?
Aantal personen begeleid in 2002 |
30 |
Aantal gestart met schuldhulpverleningstraject in 2002 |
5 |
Bron: IBAS
In
2005 is ten opzicht van 2001 het aantal behandelde fraudezaken verhoogd met 10
procent, of is het totaal terug te vorderen bedrag verhoogt met 10 procent.
§ Hoeveel fraudezaken zijn behandeld in 2002 t.o.v. 2001?
§ Hoe
hoog is het totale bedrag dat is teruggevorderd in 2002 t.o.v. 2001?
|
2002 |
2001 |
Stijging |
Aantal fraudezaken |
165 |
131 |
26% |
Bedrag terugvordering |
€
837.709 |
€
678.674 |
23% |
Bron: Jaarverslag Sociale Recherche 2002
Het
aantal steunpunten wordt uitgebouwd naar 5 wijken in 2002.
§ Hoeveel steunpunten zijn opgezet en in welke wijken?
Er
zijn 3 steunpunten opgezet in de volgende wijken |
Buitenhof |
Voorhof |
Tanthof |
Bron: leefbaarheid
Eind 2002 zijn
voorbereidingen getroffen voor uitbreiding met de wijken Hof van Delft en
Wippolder in 2003.
In
2002 worden 90 klanten begeleid door de wijkconsulenten op basis van de
beschikbaarheid in 2002 van 1,5 fulltime wijkconsulenten, die per fulltime
wijkconsulent 60 klanten behandelen.
§ Hoeveel meldingen zijn er geweest in 2002?
§ Hoeveel klanten hebben de wijkconsulenten begeleid?
§ Uit welke wijken kwamen deze klanten?
§ Uit welke doelgroepen zijn deze klanten afkomstig?
Aantal meldingen in 2002 |
44 |
Aantal klanten door wijkconsulenten begeleid |
40 |
Waarvan uit Voorhof |
5 |
Waarvan uit Buitenhof |
11 |
Waarvan uit Tanthof |
7 |
Waarvan uit Wippolder |
4 |
Waarvan uit Hof van Delft |
8 |
Waarvan uit Vrijenban |
4 |
Waarvan uit Binnenstad |
1 |
Problematiek
klanten |
|
Isolement |
13 |
Fysieke beperkingen en isolement |
9 |
Angst / depressie en isolement |
4 |
Verwardheid |
1 |
Overig, veelal meervoudige problematiek |
13 |
Bron:
leefbaarheid
Voor 2002 is geen
kwantitatieve doelstelling voor het verzuim vastgesteld. (zie plan
volwasseneneducatie 2002)
§ Wat
was het verzuimpercentage volwasseneneducatie in 2001 en in 2002?
Verzuimpercentage volwasseneneducatie 2001 |
27 % |
Verzuimpercentage volwasseneneducatie 2002 |
27 % |
Bron:
B&P
Het verzuimpercentage was in
2002 niet onderverdeeld naar geoorloofd en ongeoorloofd verzuim. Dit
onderscheid zal in 2003 wel gemaakt worden, waarna ook een doelstelling voor
het terugdringen van ongeoorloofd verzuim
wordt geformuleerd.
Klanten
die via de gemeente in een traject zitten of een gemeentelijke uitkering
ontvangen, kunnen in alle gevallen in 2002 bij het eerste instroommoment
beginnen met hun cursus.
§ Hoeveel personen uit deze groep konden in 2002 niet op het eerste moment beginnen?
Aantal personen dat niet meteen kon starten |
20 |
Bron:
B&P
Binnen
de volwasseneneducatie zijn voor de meeste cursussen 3 startmomenten per jaar.
Enkele cursussen starten 2 x per jaar.
Iemand die niet als beginner start met een cursus moet bijgeplaatst
worden in bestaande groepen. Als deze groepen “vol” zijn kan iemand niet op het
eerste startmoment bijgeplaatst worden.
In
2002 nemen minimaal 1200 Delftenaren deel aan volwasseneneducatie. Voor
toetsresultaten zijn geen kwantitatieve taakstellingen vastgesteld. (zie plan
volwasseneneducatie 2002)
§ Hoeveel mensen hebben deelgenomen aan volwasseneneducatie in 2002?
§ Hoeveel van de deelnemers ontvingen een bijstandsuitkering?
§ Hoeveel van de deelnemers behoren tot de groep: nieuwkomers?
§ Hoeveel van de deelnemers behoren tot de groep: oudkomers / overig?
Aantal deelnemers volwasseneducatie in 2002 |
1775 |
Aantal deelnemers met bijstandsuitkering |
582 |
Aantal deelnemers nieuwkomers |
233 |
Aantal deelnemers oudkomers / overig |
960 |
Bron:
B&P
Volwasseneneducatie
werd in 2002 ter beschikking gesteld voor alle inwoners van Delft van 18 jaar
en ouder. In totaal hebben 1775 mensen gebruik gemaakt van deze scholing.
Om
meer zicht te krijgen op de resultaten van volwasseneneducatie worden in 2003
de rapportage-eisen aangescherpt.
In
2006 neemt 50 procent meer kinderen deel aan de voorschool dan in 2002. In het
schooljaar 2001- 2002 nemen minimaal 917 kinderen deel aan de voorschool en in
het schooljaar 2002-2003 minimaal 1019 kinderen.
§ Hoeveel 2-5 jarigen hebben in het schooljaar 2001-2002 deelgenomen aan de voorschool?
Aantal deelnemers in het schooljaar 2001-2002 |
850 |
Bron:
leefbaarheid
In
2002 volgen 120-150 moeders een cursus taalvaardigheid.
§ Hoeveel cursussen taalvaardigheid zijn georganiseerd?
§ Hoeveel ouders hebben hieraan deelgenomen?
Aantal cursussen |
3 |
Aantal deelnemers |
41 |
Bron:
leefbaarheid
In het schooljaar 2002-2003
zijn er 41 moeders ingeschreven, waarvan 4 geen certificaat hebben gekregen,
redenen: gestopt 2x werk 1x, cursus mondriaan 1x.
In
2002 volgen 90-120 ouders van kinderen op de basisschool en de voorschool een
cursus opvoedingsondersteuning.
§ Hoeveel cursussen opvoedingsondersteuning zijn georganiseerd?
§ Hoeveel ouders hebben hieraan deelgenomen?
Aantal scholen met cursussen |
24 |
Aantal deelnemende ouders |
245 |
Bron:
leefbaarheid
Het
aantal deelnemers aan conversatiegroepen stijgt naar 150 in 2002
§ Hoeveel
allochtonen/nieuwkomers namen deel aan de conversatiegroepen in het afgelopen
jaar ten opzichte van het vorige jaar?
Aantal deelnemers conservatiegroepen |
140 |
Bron:
leefbaarheid