Inleiding
1. Situatie Delft
2. De toekomst van
gesubsidieerde arbeid
3. Bezuinigingsvoorstellen van
het Rijk
4. Gemeentelijke
overgangsregelingen 2003 en 2004
4.1.
Stand van zaken
4.2.
I/D-banen
4.2.1. Kosten I/D-banen
4.2.2.
Voorstel beleid I/D banen 2003
4.2.3.
Voorstel beleid I/D banen 2004
4.3.
Wiw-dienstbetrekkingen
4.4.
Wiw-werkervaringsplaatsen
5. Communicatie
6. Kostenopbouw I/D-banen en doorberekening
maatregelen
7. Resumé van te nemen
beslissingen
Bijlage 1. Overzicht I/D-functies
Bijlage 2. Onderbouwing kosten I/D-banen
Bijlage 3. Kostenopbouw I/D banen en doorberekening
maatregelen
Inleiding
In de tweede helft 2002 heeft
het toenmalige kabinet voorgesteld te komen tot een andere inzet van de
gesubsidieerde arbeid en de daarbij behorende beschikbare middelen. Op deze
middelen zal tot en met 2003 landelijk 650 miljoen euro worden bezuinigd.
Het gaat hier om de I/D-banen,
de Wiw-dienstbetrekkingen en de Wiw-werkervaringsplaatsen.
Het volume I/D-banen
(structurele gesubsidieerde banen waarbij werknemer in dienst is van de
organisatie zelf) moet landelijk met 25% teruggebracht worden. Hierbij zijn
door het kabinet de volgende uitgangspunten gehanteerd:
Op basis van deze uitgangspunten is het mogelijk om
met het toegekende I/D-budget de bezuinigingstaakstelling in 2003 te
realiseren. Deze bezuinigingstaakstelling heeft in 2002 direct geresulteerd in
een afname van het reeds toegekende aantal I/D-banen aan de gemeente Delft.
Ten aanzien van de Wiw–dienstbetrekkingen
(tijdelijke gesubsidieerde baan waarbij de werknemer gedetacheerd wordt naar
een bedrijf/organisatie) is een bezuinigingstaakstelling van 20% tot 30% van
het aantal bezette werkplekken geformuleerd.
Voor de Wiw-werkervaringsplaatsen
(éénmalige begeleidingssubsidie) zijn in 2002 nog geen bezuinigingen
aangekondigd.
In afwachting van de nieuwe regelgeving is door het
Ministerie geadviseerd met onmiddellijke ingang geen vacatures meer in te
vullen, omdat gemeenten anders een mogelijk financieel risico zullen lopen.
Het jaar 2003 zal in deze een
omslagjaar worden. Aangekondigd is dat er vanaf 2004 een nieuw stelsel van
gesubsidieerde arbeid wordt geïntroduceerd. In welke vorm is nog niet
duidelijk, maar vast staat dat er nog verder bezuinigd wordt op de
reïntegratiebudgetten van gemeenten (tussen 2004 en 2006 staat vooralsnog een
extra bezuiniging van 200 miljoen euro op de rol). De vorming van een nieuw
kabinet zal overigens hier zeker nog van invloed op zijn.
Voor 2003 is de hoofdboodschap
van het kabinet om de in 2002 ingezette lijn te continueren: verder bezuinigen
op gesubsidieerde arbeid. Voor wat betreft de vormgeving van gesubsidieerde
arbeid onderzoekt het ministerie van Sociale Zaken of een Kaderwet gewenst is.
In deze nota wordt de Delftse situatie geschetst,
de tot nu toe genomen stappen alsmede een visie op de toekomst van het
gesubsidieerde werk en een overgangsregeling daar naar toe.
1. Situatie Delft
Situatie Delft 2002:
- de gemeente had de beschikking over 348 I/D banen, waarvan er eind
december 263 waren ingevuld.
- gemiddeld waren er rond de
200 Wiw-dienstbetrekkingen ingevuld.
- er waren rond de 40
Wiw-werkervaringsplaatsen ingevuld.
In reactie op de bezuinigingen
heeft het college middels de nota “Toekomst gesubsidieerde arbeid” (nr.
02/028113, vastgesteld september 2002) een voorlopig beleid geformuleerd tot
januari 2003. Dit betekende o.a:
Bovenstaand beleid heeft voor
Delft geresulteerd in een reductie van het aantal ingevulde I/D-banen tot 263
(stand 1 januari 2003) (NB. t.a.v. de uitbreiding van stadstoezichthouders
loopt nog een selectieronde voor vier openstaande vacatures).
Het aantal Wiw-dienstverbanden
was eind 2002: 207, welke per 1 april 2003 zijn gereduceerd tot 192.
2. De toekomst van
gesubsidieerde arbeid
Momenteel is het onduidelijk
hoe vanaf 2004 het stelsel van gesubsidieerde arbeid vanuit het Rijk zal worden
ingekleurd. Afhankelijk van factoren als de vorming van een nieuw kabinet en de
invoering van de wet Werk en Bijstand
(Wwb) zal in 2003 het fenomeen gesubsidieerde arbeid een nieuw kader krijgen.
Zoals het er vooralsnog naar uit ziet richt zich dit nieuwe kader op een
verdere ontschotting van reïntegratie- en gesubsidieerd werk-budgetten en een
grotere gemeentelijke beleidsvrijheid.
Daarnaast loopt met de
invoering van de Wwb de ontwikkeling naar een 100% gemeentelijke
verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de bijstandswet. Dit noopt de
gemeente (ondanks dat in deze periode van Rijkszijde nog weinig bekend is) zich
nader over de invulling van het gesubsidieerd werk in de toekomst te beraden.
In de Delftse visie wordt een
drietal vormen van gesubsidieerde arbeid in de toekomst noodzakelijk geacht:
a. een blijversregeling;
b. een doorstroomregeling;
c. een
loonkostensubsidieregeling.
Ad.a. Bij een toenemende
werkloosheid is het belangrijk een instrument binnen het reïntegratiebeleid te
hebben voor werklozen die (op basis van nog te bepalen criteria) permanent
aangewezen zullen zijn op een vorm van gesubsidieerde arbeid/beschermde
werkplekken.
De huidige I/D-regeling kan
mogelijk hiertoe worden ingericht. Bij een dergelijke ombuiging dienen de
huidige I/D-banen opnieuw beoordeeld te worden op aard en zwaarte van de
functie.
Ad.b. Voor werkzoekenden met
doorstroomperspectieven is het voor de gemeente belangrijk naast de reguliere
trajectaanpak werkplekken ter beschikking te hebben voor werkzoekenden waar
werkervaring het juiste middel is om een perspectief op doorstroom naar een
reguliere baan te verkrijgen. Het huidige Wiw-dienstbetrekking instrumentarium
kan hiervoor als basis dienen.
Ad.c. Het prikkelen van
werkgevers tot het in dienst nemen, dan wel werkervaringskansen geven, aan
Wiz-werkzoekenden blijft een middel binnen het gemeentelijk reïntegratie
instrumentarium.
Deze drie sporen zullen in de
loop van het jaar, in aansluiting met mogelijke landelijke richtlijnen en
overgangsregelingen, nader uitgewerkt worden. In het tweede deel van dit jaar
zal hierover (in samenloop met de ontwikkeling van de Wwb) een aparte nota
verschijnen.
De in hoofdstuk 4 beschreven
maatregelen zijn afgestemd op een scenario als hierboven beschreven.
3. Bezuinigingsvoorstellen van
het Rijk
De gevolgen van de
bezuinigingsvoorstellen van het Rijk zijn als volgt in beeld te brengen:
€ 4.561.614,-. In 2002 bedroeg het (gedeclareerde) budget
€ 5.007.510,-.
Door het wegvallen van belastingfaciliteiten op
grond van de Wet Vermindering Afdrachtloonbelasting en premieheffing zullen de
loonkosten in 2003 echter fors stijgen. Uit
het toegekende budget kunnen daardoor minder banen gefinancierd worden.
4. Gemeentelijke
overgangsregelingen 2003 en 2004
Naast de ontwikkeling van een nieuw stelsel van gesubsidieerde
arbeid dwingt het huidige beschikbare budget voor gesubsidieerde arbeid de
gemeente tot het nemen van een aantal extra maatregelen. Dit om te voorkomen
dat op korte termijn (2003 en 2004) een aanzienlijk financieel tekort ontstaat.
4.1. Stand van zaken
Het ingezette beleid van 2002
heeft niet geleid tot het gewenste (bezuinigings)resultaat.
Het natuurlijk verloop is als
gevolg van de verslechterende economische toestand in de tweede helft van 2002
aanzienlijk achtergebleven.
Het huidige aantal ingevulde I/D-banen
bedraagt 263. Het door het Rijk toegekende budget is echter toereikend voor
ongeveer 215 banen (zie voor berekening paragraaf 4.2.1.).
Ook het aantal ingevulde Wiw-banen
per 31 december 2002 (207 banen) is aanzienlijk groter dan het voor 2003
toegekende budget (167 banen).
De gemeente heeft in de eerder
genoemde nota “Toekomst gesubsidieerde arbeid” vastgesteld dat een bezuiniging
op gesubsidieerde arbeid niet zal leiden tot verlies van werkgelegenheid voor
de huidige I/D-werknemers. Dit betekent concreet dat er geen gedwongen
ontslagen zullen vallen.
De bezuinigsmaatregelen en het achterblijven van de
reductietaakstellingen maken het derhalve noodzakelijk aanvullende maatregelen
voor 2003 en 2004 te formuleren.
4.2.
I/D-banen
4.2.1.
Kosten
I/D-banen
De totale kosten voor een I/D-baan
(uitgaande van een gemiddeld salaris van
115 % van het Wml) bedragen
momenteel € 21.170,- op jaarbasis (voor
onderbouwing zie bijlage 2.).
Tot 2003 ontving de gemeente per bezette I/D-baan
een subsidie voor uitvoeringskosten en
een subsidie voor werkgeverslasten. Aangezien de eerste jaren van een
dienstverband de werkgeverslasten lager zijn dan het ontvangen subsidiebedrag,
heeft de gemeente een spaarreserve I/D-banen kunnen opbouwen. Deze reserve
bedraagt momenteel € 890.000,-.
Vanaf 2003 ontvangt de
gemeente een totaal bedrag waaruit alle kosten betaald moeten worden. Als er
vanuit dit budget zoveel mogelijk I/D-banen worden gefinancierd zal deze
reserve niet verder worden opgebouwd c.q. aangevuld.
*)
De gemeente als werkgever ontvangt een jaarlijkse storting in een
wachtgeldfonds om op termijn aan wachtgeldverplichtingen te kunnen voldoen. In
2002 is hiertoe € 75.000 gereserveerd.
4.2.2. Voorstel beleid
I/D-banen 2003
Als uitgangspunt is
geformuleerd het in stand houden van een zo groot mogelijk aantal I/D-banen en
gedwongen ontslagen te voorkomen. Voorzetting van het huidige beleid en
handhaving van het huidige aantal I/D werknemers levert een tekort in 2003 op
van circa € 1 mln, wat in 2004 op kan lopen tot € 1,6 mln. Door het achterblijven van
de uitstroom is nu (2003) reeds een financieel tekort ontstaan.
Dit maakt aanpassing van het
huidige beleid en financieringssystematiek noodzakelijk.
Uitgangspunt hierbij is het huidige aantal van 263
ingevulde I/D banen te handhaven en alleen een vervangingsvraag toe te staan.
Voorgesteld wordt het tekort
voor 2003 uit de reserve I/D-banen en het scholings- en activeringsbudget Wiw
(SA budget) te dekken en voor 2004 aanvullende maatregelen te nemen.
Om de toegang tot de regeling
nog zo groot mogelijk te laten zijn (het creëren van een zo groot mogelijke
vervangingsvraag) wordt extra ingezet op uitstroom van de huidige I/D
medewerkers.
Om deze uitstroom te
bevorderen is per 1 januari 2003 door het Rijk de “Tijdelijke
stimuleringsregeling regulier maken 10.000 I/D-banen” in het leven
geroepen.
Op basis van deze regeling kan
een werkgever die een I/D-baan omzet in een niet gesubsidieerde baan (en de
voormalige I/D-medewerker op die baan aanstelt), een eenmalige bijdrage in de
loonkosten van € 17.000,- ontvangen. Op deze manier beoogt het Rijk werkgevers
te prikkelen om gesubsidieerde banen die wellicht in het kader van de
bezuinigingen onder druk komen te staan te behouden. Er is een aantal branches
(mn. de zorgsector) dat hierop nog aanvullende arrangementen hebben gemaakt.
Het betreft hier wel een
regeling tussen individuele werkgevers en het Rijk. De rol van de gemeente
(niet zijnde werkgever) is in deze beperkt. De gemeente heeft in het licht van
de bezuinigingen echter wel een groot belang bij een maximaal gebruik van deze
stimuleringsregeling. In samenwerking met de St. Werkplan zullen daarom
werkgevers zoveel mogelijk gestimuleerd en geprikkeld worden om van deze
stimuleringsregeling gebruik te maken. Een goede voorlichting en promotie van
de regeling zal één van de activiteiten hieromtrent vormen (zie verder
paragraaf 5). Met de stichting Werkplan zullen hieromtrent afspraken worden
gemaakt.
Om in 2003 tot een verantwoorde aanpak van de
I/D-regeling te komen wordt voor 2003 het volgende voorgesteld:
€
14.825,- per fte (zijnde circa 90% van het Wml) en afschaffen vergoeding voor
aanvullende kosten;
*) In Delft maken circa 60
werkgevers gebruik van de I/D-regeling. Hierbinnen is een aantal “grootafnemers”
en organisaties met slechts 1 I/D’er te onderkennen. De gemeente Delft heeft
zelf als werkgever circa 90 I/D-werknemers in dienst.
4.2.3. Voorstel beleid
I/D-banen 2004
In 2004 is naar alle
waarschijnlijkheid de ontschotting van de reïntegratiebudgetten een feit.
Gemeenten kunnen zelf keuzes maken m.b.t
het inzetten van deze middelen. Als gevolg van de bezuinigingen is een
herijking van het gemeentelijk werkgelegenheidsbeleid noodzakelijk. Om
sluitende reïntegratieactiviteiten voor de diverse gemeentelijke doelgroepen
mogelijk te blijven maken lijkt het verstandig gesubsidieerde arbeid in de
toekomst niet meer volledig te financieren. Het door het Rijk ter beschikking
gestelde budget voorziet slechts in een minimale vorm van financiering.
Waar de subsidiering per
I/D-plaats nu kan oplopen tot 130% van het wettelijk minimumloon moet voor 2004
en verder gedacht worden aan een begrenzing op 90% van het Wml.
Hiertoe worden de volgende aanvullende maatregelen
voorgesteld:
4.3. Wiw-dienstbetrekkingen
Naast de I/D-banen heeft de
gemeente de beschikking over het instrument Wiw-dienstbetrekkingen. Werklozen
worden in dienst genomen door de stichting Werkplan en gedetacheerd op een
werkplek bij een werkgever.
De gemeente ontvangt ter
financiering van deze dienstbetrekkingen een vast budget en een basisvergoeding
per Wiw-werknemer. Het vaste budget wordt vastgesteld n.a.v. verschillende
categorieën Wiw-werknemers en bedraagt voor de gemeente Delft voor 2003 € 1.581.974,-.
De basisvergoeding bedraagt € 4.500,- per Wiw-werknemer.
Op basis van het vaste budget
kunnen er in 2003 167 dienstbetrekkingen worden gefinancierd. Op 31 december 2002 waren er echter 199
Wiw’ers in dienst.
Dit betekent dat er in 2003
extra aandacht voor de uitstroom uit de Wiw moet zijn. Eind 2002 is door de
gemeente met de stichting Werkplan, als uitvoerder van de
Wiw-dienstbetrekkingen, een aanvullend contract gesloten om extra uitstroomactiviteiten te realiseren.
Om de stichting Werkplan te
prikkelen zich optimaal op uitstroom te richten is in de productovereenkomst
2003 met de Stichting vastgelegd dat de stichting Werkplan voor gemiddeld 167
dienstbetrekkingen uitvoeringskosten gefinancierd krijgt.
Om te komen tot een gemiddelde
van 167 dienstbetrekkingen ultimo 2003
kunnen er, bij een gemiddeld te verwachten uitstroom van 180
Wiw-werknemers, in 2003 125 nieuwe Wiw-werknemers instromen.
Indien het aantal gemiddelde dienstbetrekkingen van
167 niet gehaald wordt, zal het overschot bekostigd worden uit een gereserveerd
budget dat de stichting Werkplan heeft ontvangen van de gemeente bij de
verzelfstandiging van de stichting.
4.4. Wiw-werkervaringsplaatsen
De Wiw-werkervaringsplaats
(Wep) is een tijdelijke loonkostensubsidie waarvan werkgevers gedurende
maximaal 1 jaar gebruik kunnen maken. Deze subsidie is bedoeld als brugfunctie
naar een reguliere baan voor een werknemer die tijdelijke nog extra
ondersteuning nodig heeft. De gemeente kan hiertoe per werkervaringsplaats een
budget van € 8.000,- declareren bij het Rijk tot een maximum van € 209.600,-
(zijnde maximaal 26 werkervaringsplaatsen). In de huidige Delftse situatie
wordt bij het in dienst nemen van een langdurig werkloze € 5.445,- van dit
bedrag uitgekeerd aan de werkgever.
Voorgesteld wordt de huidige
vergoedingssystematiek Wiw-werkervaringsplaatsen te handhaven.
5. Communicatie
De voorgestelde maatregelen hebben met name een
grote impact voor werkgevers waarbij I/D-medewerkers werkzaam zijn. Het is
derhalve belangrijk de diverse betrokken partijen zo spoedig en compleet
mogelijk te informeren. Zowel op korte termijn als op lange termijn dienen de
volgende acties gepland te worden:
Bij de uitvoering van bovengenoemde acties wordt de
stichting Werkplan als uitvoerder van de regelingen zoveel mogelijk betrokken.
Voorgesteld wordt twee bijeenkomsten te organiseren waarin werkgevers op de
hoogte worden gebracht van de ontwikkelingen en worden gestimuleerd gebruik te
maken van de uitstroomregeling I/D-banen.
Daarnaast dienen de betrokken partijen zoveel
mogelijk op de hoogte te worden gebracht van relevante ontwikkelingen. Hiertoe wordt een apart communicatieplan
opgesteld.
6. Kostenopbouw I/D-banen en
doorberekening maatregelen
Kosten opbouw I/D-banen (263
banen): 2003 2004
-
Rijksbijdrage 4.561.614 4.192.999
-
Loonsom 4.758.196 4.981.220
-
Reservering wachtgeld 75.000 75.000
-
Uitvoeringskosten 391.081 391.081
-
Werkgeversbijdrage 418.170 418.170
- 1.080.833 -1.672.472
Doorberekening maatregelen:
-
Maatregel 1. (eenmalig I/D-reserve / SA budget) 1.080.833
-
Maatregel 2. (afschaffen wg.bijdrage) 418.170
-
Maatregel 3. (5% reductie bijdrijven >10) 137.873
-
Maatregel 4. (afschaffing wachtgeldfonds) 75.000
-
Maatregel 5. (van 130% naar 90%) 1.082.245
Resultaat: 0 40.815
Voor uitgebreid overzicht en
onderbouwing zie bijlage 3.
7. Resumé van te nemen beslissingen
1. kennis
nemen van de nadere uitwerking toekomstig instrumentarium gesubsidieerde arbeid
zoals verwoord in hoofdstuk 3.
2.
akkoord met het hanteren van maximaal 263 I/D-banen en de banen die
binnen dit aantal vrijkomen (vervangingsvraag) te herbezetten.
3.
akkoord met het vergoeden van
herbezette banen naar rato voor €14.825 per fte (zijnde 90% van het Wml).
4.
akkoord met het afschaffen van de vergoeding voor aanvullende kosten aan
werkgevers voor nieuwe instroom in
2003.
5. akkoord
met het vanaf 2004 afschaffen van de vergoeding voor aanvullende kosten aan
werkgevers voor bestaande werknemers;
6. akkoord
met een eenmalige uitname voor het resultaat van 2003 uit de I/D-reserve en het
SA-budget;
7. akkoord
met een gemeentelijke inspanningsverplichting om nieuwe kandidaten met voorrang
te herplaatsen, als deze als gevolg van gemeentelijk beleid na het eerste jaar
geen continuering van hun dienstverband krijgen aangeboden.
8.
akkoord met het vaststellen van de vergoeding voor
bestaande werknemers vanaf 2004 naar
rato voor € 14.825 per fte (zijnde circa 90% van het Wml).
9. akkoord
met het vanaf 2004 stopzetten van de jaarlijkse gemeentelijke
wachtgeldvergoeding;
10.
akkoord met de verplichting voor werkgevers met meer dan 10
I/D-werknemers in dienst om in 2003 minimaal 5% van hun I/D-werknemers uit te
laten stromen naar regulier werk;
11.
akkoord met het instellen van een rato korting in 2004 voor werkgevers
die aan het gestelde in 10. niet hebben voldaan;
12.
akkoord met het maken van aanvullende prestatieafspraken omtrent
uitstroomactiviteiten met de stichting Werkplan;
13.
akkoord met het financieren van het aantal Wiw-dienstbetrekkingen boven
het gemiddelde van 167 in 2003 uit het hiervoor gereserveerde budget van de
stichting Werkplan.
14.
In september 2003 volgt een memo van de afdeling P&O van de gemeente
Delft waarin de gevolgen van deze nota voor de gemeente Delft als werkgever van
gesubsidieerde banen inzichtelijk wordt gemaakt.
15.
In september 2003 volgt een memo waarin de gevolgen voor instellingen,
die gebruik maken van gesubsidieerde arbeid,
inzichtelijk worden gemaakt.
Bijlage 1. Overzicht I/D-functies:
Stand april 2003
Gemeente (totaal 90)
- Onderwijs conciërge 50
- receptie/administratie 4
- contactpersonen oudkomers 6
- schuldhulpverlening 2
- stadtoezichthouders 13
- Groen 2
- Museum 5
- Archeologie 2
- Archief 2
- brandweer 3
- Zwembad 1
Sport
- onderhoudsmedewerker 18
Gezondheidszorg
- zorgassistent/diverse
functies 50
- groepsleidsters
Welzijn
- ass. Jongerenwerker 22
- buurthuisbeheerder
- allochtone bezoekvrouwen
- diverse functies
Maatschappelijke opvang
Groepshulp/administratie 13
Vluchtelingenwerk 10
- beheerder/
tolken/begeleiders
Kinderopvang
- groepshulp 25
Woningbouwcoöperaties
- huismeesters 4
-medewerkers balspel 3
Diensten/Werkwinkel
Groen/technisch/schoonmaak 12
Kringloopbedrijf 11
Divers
- Platenuitleen 1
- Tu kantine/bibliotheek 2
- Ouderwerk 1
- Moskee 1
- Biesieklette 1
noot
De afgelopen jaren zijn er circa
20 persoongebonden werkplekken gecreëerd.
Persoongebonden betekent dat
de medewerker op een plek zit specifiek aangepast op zijn/haar vaardigheden.
Het betreft met name
medewerkers met psycho-sociale problemen en medewerkers die voorheen in de
banenpoolregeling werkzaam zijn geweest.
Bijlage 2. Onderbouwing kosten I/D-banen.
Voor de uitvoering van de
I/D-regeling worden conform het huidige beleid € 21.169 aan kosten gemaakt:
a. Uitvoeringskosten;
De
uitvoeringskosten van de I/D-banen voor de gemeente bedragen € 1.487 per jaar
per I/D-baan.
b. Werkgeversvergoeding;
In
Delft krijgen de I/D-werkgevers jaarlijks hun daadwerkelijk gemaakte
bruto-salariskosten vergoed tot een maximale hoogte van 130 % van het Wettelijk
Minimumloon (in 2003 gemiddeld 115% =
€ 18.092).
c. Aanvullende kosten;
Aanvullend ontvangt iedere werkgever voor een
I/D-medewerker een vast bedrag van € 1.590,- voor aanvullende kosten. Dit
bedrag dient ingezet te worden voor scholing, begeleiding, ontwikkeling van de
individuele werknemer.