Nota

 

Datum

21-05-2003

Ons Kenmerk

 

Opsteller

B&P

Bijlagen

 

Onderwerp

Overgangsregeling gesubsidieerd werk 2003 en 2004

 

 


Inhoud

 

 

Inleiding

1. Situatie Delft

2. De toekomst van gesubsidieerde arbeid

3. Bezuinigingsvoorstellen van het Rijk

4. Gemeentelijke overgangsregelingen 2003 en 2004

4.1. Stand van zaken

4.2. I/D-banen

4.2.1. Kosten I/D-banen

4.2.2. Voorstel beleid I/D banen 2003

4.2.3. Voorstel beleid I/D banen 2004

4.3. Wiw-dienstbetrekkingen

4.4. Wiw-werkervaringsplaatsen

5. Communicatie

6. Kostenopbouw I/D-banen en doorberekening maatregelen

7. Resumé van te nemen beslissingen

 

 

Bijlage 1.  Overzicht I/D-functies

Bijlage 2.  Onderbouwing kosten I/D-banen


Bijlage 3.  Kostenopbouw I/D banen en doorberekening maatregelen

 

 

 


Inleiding

 

In de tweede helft 2002 heeft het toenmalige kabinet voorgesteld te komen tot een andere inzet van de gesubsidieerde arbeid en de daarbij behorende beschikbare middelen. Op deze middelen zal tot en met 2003 landelijk 650 miljoen euro worden bezuinigd.

Het gaat hier om de I/D-banen, de Wiw-dienstbetrekkingen en de Wiw-werkervaringsplaatsen.

 

Het volume I/D-banen (structurele gesubsidieerde banen waarbij werknemer in dienst is van de organisatie zelf) moet landelijk met 25% teruggebracht worden. Hierbij zijn door het kabinet de volgende uitgangspunten gehanteerd:

Op basis van deze uitgangspunten is het mogelijk om met het toegekende I/D-budget de bezuinigingstaakstelling in 2003 te realiseren. Deze bezuinigingstaakstelling heeft in 2002 direct geresulteerd in een afname van het reeds toegekende aantal I/D-banen aan de gemeente Delft.

 

Ten aanzien van de Wiw–dienstbetrekkingen (tijdelijke gesubsidieerde baan waarbij de werknemer gedetacheerd wordt naar een bedrijf/organisatie) is een bezuinigingstaakstelling van 20% tot 30% van het aantal bezette werkplekken geformuleerd.

 

Voor de Wiw-werkervaringsplaatsen (éénmalige begeleidingssubsidie) zijn in 2002 nog geen bezuinigingen aangekondigd.

 

In afwachting van de nieuwe regelgeving is door het Ministerie geadviseerd met onmiddellijke ingang geen vacatures meer in te vullen, omdat gemeenten anders een mogelijk financieel risico zullen lopen.

 

Het jaar 2003 zal in deze een omslagjaar worden. Aangekondigd is dat er vanaf 2004 een nieuw stelsel van gesubsidieerde arbeid wordt geïntroduceerd. In welke vorm is nog niet duidelijk, maar vast staat dat er nog verder bezuinigd wordt op de reïntegratiebudgetten van gemeenten (tussen 2004 en 2006 staat vooralsnog een extra bezuiniging van 200 miljoen euro op de rol). De vorming van een nieuw kabinet zal overigens hier zeker nog van invloed op zijn.

Voor 2003 is de hoofdboodschap van het kabinet om de in 2002 ingezette lijn te continueren: verder bezuinigen op gesubsidieerde arbeid. Voor wat betreft de vormgeving van gesubsidieerde arbeid onderzoekt het ministerie van Sociale Zaken of een Kaderwet gewenst is.

 

In deze nota wordt de Delftse situatie geschetst, de tot nu toe genomen stappen alsmede een visie op de toekomst van het gesubsidieerde werk en een overgangsregeling daar naar toe.

 

1. Situatie Delft

 

Situatie Delft 2002:

- de gemeente had de beschikking over 348 I/D banen, waarvan er eind

  december 263 waren ingevuld.

- gemiddeld waren er rond de 200 Wiw-dienstbetrekkingen ingevuld.

- er waren rond de 40 Wiw-werkervaringsplaatsen ingevuld.

 

In reactie op de bezuinigingen heeft het college middels de nota “Toekomst gesubsidieerde arbeid” (nr. 02/028113, vastgesteld september 2002) een voorlopig beleid geformuleerd tot januari 2003. Dit betekende o.a:

 

Bovenstaand beleid heeft voor Delft geresulteerd in een reductie van het aantal ingevulde I/D-banen tot 263 (stand 1 januari 2003) (NB. t.a.v. de uitbreiding van stadstoezichthouders loopt nog een selectieronde voor vier openstaande vacatures).

Het aantal Wiw-dienstverbanden was eind 2002: 207, welke per 1 april 2003 zijn gereduceerd tot 192.

 

2. De toekomst van gesubsidieerde arbeid

 

Momenteel is het onduidelijk hoe vanaf 2004 het stelsel van gesubsidieerde arbeid vanuit het Rijk zal worden ingekleurd. Afhankelijk van factoren als de vorming van een nieuw kabinet en de invoering van de wet  Werk en Bijstand (Wwb) zal in 2003 het fenomeen gesubsidieerde arbeid een nieuw kader krijgen. Zoals het er vooralsnog naar uit ziet richt zich dit nieuwe kader op een verdere ontschotting van reïntegratie- en gesubsidieerd werk-budgetten en een grotere gemeentelijke beleidsvrijheid.

Daarnaast loopt met de invoering van de Wwb de ontwikkeling naar een 100% gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de bijstandswet. Dit noopt de gemeente (ondanks dat in deze periode van Rijkszijde nog weinig bekend is) zich nader over de invulling van het gesubsidieerd werk in de toekomst te beraden.

 

In de Delftse visie wordt een drietal vormen van gesubsidieerde arbeid in de toekomst noodzakelijk geacht:

a. een blijversregeling;

b. een doorstroomregeling;

c. een loonkostensubsidieregeling.

 

 

 

Ad.a. Bij een toenemende werkloosheid is het belangrijk een instrument binnen het reïntegratiebeleid te hebben voor werklozen die (op basis van nog te bepalen criteria) permanent aangewezen zullen zijn op een vorm van gesubsidieerde arbeid/beschermde werkplekken.

De huidige I/D-regeling kan mogelijk hiertoe worden ingericht. Bij een dergelijke ombuiging dienen de huidige I/D-banen opnieuw beoordeeld te worden op aard en zwaarte van de functie.

 

Ad.b. Voor werkzoekenden met doorstroomperspectieven is het voor de gemeente belangrijk naast de reguliere trajectaanpak werkplekken ter beschikking te hebben voor werkzoekenden waar werkervaring het juiste middel is om een perspectief op doorstroom naar een reguliere baan te verkrijgen. Het huidige Wiw-dienstbetrekking instrumentarium kan hiervoor als basis dienen.

 

Ad.c. Het prikkelen van werkgevers tot het in dienst nemen, dan wel werkervaringskansen geven, aan Wiz-werkzoekenden blijft een middel binnen het gemeentelijk reïntegratie instrumentarium.

 

Deze drie sporen zullen in de loop van het jaar, in aansluiting met mogelijke landelijke richtlijnen en overgangsregelingen, nader uitgewerkt worden. In het tweede deel van dit jaar zal hierover (in samenloop met de ontwikkeling van de Wwb) een aparte nota verschijnen.

De in hoofdstuk 4 beschreven maatregelen zijn afgestemd op een scenario als hierboven beschreven.

 

 

3. Bezuinigingsvoorstellen van het Rijk

 

De gevolgen van de bezuinigingsvoorstellen van het Rijk zijn als volgt in beeld te brengen:

€ 4.561.614,-. In 2002 bedroeg het (gedeclareerde) budget

€ 5.007.510,-.

Door het wegvallen van belastingfaciliteiten op grond van de Wet Vermindering Afdrachtloonbelasting en premieheffing zullen de loonkosten in 2003 echter fors stijgen. Uit  het toegekende budget kunnen daardoor minder banen gefinancierd worden.

 

 

4. Gemeentelijke overgangsregelingen 2003 en 2004

 

Naast de ontwikkeling van een nieuw stelsel van gesubsidieerde arbeid dwingt het huidige beschikbare budget voor gesubsidieerde arbeid de gemeente tot het nemen van een aantal extra maatregelen. Dit om te voorkomen dat op korte termijn (2003 en 2004) een aanzienlijk financieel tekort ontstaat.

 

4.1. Stand van zaken

 

Het ingezette beleid van 2002 heeft niet geleid tot het gewenste (bezuinigings)resultaat.

Het natuurlijk verloop is als gevolg van de verslechterende economische toestand in de tweede helft van 2002 aanzienlijk achtergebleven.

Het huidige aantal ingevulde I/D-banen bedraagt 263. Het door het Rijk toegekende budget is echter toereikend voor ongeveer 215 banen (zie voor berekening paragraaf 4.2.1.).

Ook het aantal ingevulde Wiw-banen per 31 december 2002 (207 banen) is aanzienlijk groter dan het voor 2003 toegekende budget (167 banen).

 

De gemeente heeft in de eerder genoemde nota “Toekomst gesubsidieerde arbeid” vastgesteld dat een bezuiniging op gesubsidieerde arbeid niet zal leiden tot verlies van werkgelegenheid voor de huidige I/D-werknemers. Dit betekent concreet dat er geen gedwongen ontslagen zullen vallen.

 

De bezuinigsmaatregelen en het achterblijven van de reductietaakstellingen maken het derhalve noodzakelijk aanvullende maatregelen voor 2003 en 2004 te formuleren.

 

4.2. I/D-banen

 

4.2.1. Kosten I/D-banen

 

De totale kosten voor een I/D-baan (uitgaande van een gemiddeld salaris van  115 % van het Wml)  bedragen momenteel € 21.170,- op  jaarbasis (voor onderbouwing zie bijlage 2.).

 

 

Tot 2003 ontving de gemeente per bezette I/D-baan een subsidie voor  uitvoeringskosten en een subsidie voor werkgeverslasten. Aangezien de eerste jaren van een dienstverband de werkgeverslasten lager zijn dan het ontvangen subsidiebedrag, heeft de gemeente een spaarreserve I/D-banen kunnen opbouwen. Deze reserve bedraagt momenteel € 890.000,-.

Vanaf 2003 ontvangt de gemeente een totaal bedrag waaruit alle kosten betaald moeten worden. Als er vanuit dit budget zoveel mogelijk I/D-banen worden gefinancierd zal deze reserve niet verder worden opgebouwd c.q. aangevuld.

 

*) De gemeente als werkgever ontvangt een jaarlijkse storting in een wachtgeldfonds om op termijn aan wachtgeldverplichtingen te kunnen voldoen. In 2002 is hiertoe  € 75.000 gereserveerd.

 

4.2.2. Voorstel beleid I/D-banen 2003

 

Als uitgangspunt is geformuleerd het in stand houden van een zo groot mogelijk aantal I/D-banen en gedwongen ontslagen te voorkomen. Voorzetting van het huidige beleid en handhaving van het huidige aantal I/D werknemers levert een tekort in 2003 op van circa € 1 mln, wat in 2004 op kan lopen tot € 1,6 mln. Door het achterblijven van de uitstroom is nu (2003) reeds een financieel tekort ontstaan.

Dit maakt aanpassing van het huidige beleid en financieringssystematiek noodzakelijk.

Uitgangspunt hierbij is het huidige aantal van 263 ingevulde I/D banen te handhaven en alleen een vervangingsvraag toe te staan.

 

Voorgesteld wordt het tekort voor 2003 uit de reserve I/D-banen en het scholings- en activeringsbudget Wiw (SA budget) te dekken en voor 2004 aanvullende maatregelen te nemen.

 

Om de toegang tot de regeling nog zo groot mogelijk te laten zijn (het creëren van een zo groot mogelijke vervangingsvraag) wordt extra ingezet op uitstroom van de huidige I/D medewerkers.

Om deze uitstroom te bevorderen is per 1 januari 2003 door het Rijk de “Tijdelijke stimuleringsregeling regulier maken 10.000 I/D-banen” in het leven geroepen. 

Op basis van deze regeling kan een werkgever die een I/D-baan omzet in een niet gesubsidieerde baan (en de voormalige I/D-medewerker op die baan aanstelt), een eenmalige bijdrage in de loonkosten van € 17.000,- ontvangen. Op deze manier beoogt het Rijk werkgevers te prikkelen om gesubsidieerde banen die wellicht in het kader van de bezuinigingen onder druk komen te staan te behouden. Er is een aantal branches (mn. de zorgsector) dat hierop nog aanvullende arrangementen hebben gemaakt.

 

Het betreft hier wel een regeling tussen individuele werkgevers en het Rijk. De rol van de gemeente (niet zijnde werkgever) is in deze beperkt. De gemeente heeft in het licht van de bezuinigingen echter wel een groot belang bij een maximaal gebruik van deze stimuleringsregeling. In samenwerking met de St. Werkplan zullen daarom werkgevers zoveel mogelijk gestimuleerd en geprikkeld worden om van deze stimuleringsregeling gebruik te maken. Een goede voorlichting en promotie van de regeling zal één van de activiteiten hieromtrent vormen (zie verder paragraaf 5). Met de stichting Werkplan zullen hieromtrent afspraken worden gemaakt.

 

Om in 2003 tot een verantwoorde aanpak van de I/D-regeling te komen wordt voor 2003 het volgende voorgesteld:

 

€ 14.825,- per fte (zijnde circa 90% van het Wml) en afschaffen vergoeding voor aanvullende kosten;

 

*) In Delft maken circa 60 werkgevers gebruik van de I/D-regeling. Hierbinnen is een aantal “grootafnemers” en organisaties met slechts 1 I/D’er te onderkennen. De gemeente Delft heeft zelf als werkgever circa 90 I/D-werknemers in dienst.

 

4.2.3. Voorstel beleid I/D-banen 2004

 

In 2004 is naar alle waarschijnlijkheid de ontschotting van de reïntegratiebudgetten een feit. Gemeenten kunnen zelf keuzes maken m.b.t  het inzetten van deze middelen. Als gevolg van de bezuinigingen is een herijking van het gemeentelijk werkgelegenheidsbeleid noodzakelijk. Om sluitende reïntegratieactiviteiten voor de diverse gemeentelijke doelgroepen mogelijk te blijven maken lijkt het verstandig gesubsidieerde arbeid in de toekomst niet meer volledig te financieren. Het door het Rijk ter beschikking gestelde budget voorziet slechts in een minimale vorm van financiering.

Waar de subsidiering per I/D-plaats nu kan oplopen tot 130% van het wettelijk minimumloon moet voor 2004 en verder gedacht worden aan een begrenzing op 90% van het Wml.

 

 

 

 

Hiertoe worden de volgende aanvullende maatregelen voorgesteld:

 

 

4.3. Wiw-dienstbetrekkingen

 

Naast de I/D-banen heeft de gemeente de beschikking over het instrument Wiw-dienstbetrekkingen. Werklozen worden in dienst genomen door de stichting Werkplan en gedetacheerd op een werkplek bij een werkgever.

De gemeente ontvangt ter financiering van deze dienstbetrekkingen een vast budget en een basisvergoeding per Wiw-werknemer. Het vaste budget wordt vastgesteld n.a.v. verschillende categorieën Wiw-werknemers en bedraagt voor de gemeente Delft voor 2003 € 1.581.974,-. De basisvergoeding bedraagt € 4.500,- per Wiw-werknemer.

 

Op basis van het vaste budget kunnen er in 2003 167 dienstbetrekkingen worden gefinancierd.  Op 31 december 2002 waren er echter 199 Wiw’ers in dienst.

 

Dit betekent dat er in 2003 extra aandacht voor de uitstroom uit de Wiw moet zijn. Eind 2002 is door de gemeente met de stichting Werkplan, als uitvoerder van de Wiw-dienstbetrekkingen, een aanvullend contract gesloten om  extra uitstroomactiviteiten te realiseren.

Om de stichting Werkplan te prikkelen zich optimaal op uitstroom te richten is in de productovereenkomst 2003 met de Stichting vastgelegd dat de stichting Werkplan voor gemiddeld 167 dienstbetrekkingen uitvoeringskosten gefinancierd krijgt.

Om te komen tot een gemiddelde van 167 dienstbetrekkingen ultimo 2003  kunnen er, bij een gemiddeld te verwachten uitstroom van 180 Wiw-werknemers, in 2003 125 nieuwe Wiw-werknemers instromen.

 

 

 

Indien het aantal gemiddelde dienstbetrekkingen van 167 niet gehaald wordt, zal het overschot bekostigd worden uit een gereserveerd budget dat de stichting Werkplan heeft ontvangen van de gemeente bij de verzelfstandiging van de stichting.

 

 

4.4. Wiw-werkervaringsplaatsen

 

De Wiw-werkervaringsplaats (Wep) is een tijdelijke loonkostensubsidie waarvan werkgevers gedurende maximaal 1 jaar gebruik kunnen maken. Deze subsidie is bedoeld als brugfunctie naar een reguliere baan voor een werknemer die tijdelijke nog extra ondersteuning nodig heeft. De gemeente kan hiertoe per werkervaringsplaats een budget van € 8.000,- declareren bij het Rijk tot een maximum van € 209.600,- (zijnde maximaal 26 werkervaringsplaatsen). In de huidige Delftse situatie wordt bij het in dienst nemen van een langdurig werkloze € 5.445,- van dit bedrag uitgekeerd aan de werkgever.

Voorgesteld wordt de huidige vergoedingssystematiek Wiw-werkervaringsplaatsen te handhaven.

 

 

5. Communicatie

 

De voorgestelde maatregelen hebben met name een grote impact voor werkgevers waarbij I/D-medewerkers werkzaam zijn. Het is derhalve belangrijk de diverse betrokken partijen zo spoedig en compleet mogelijk te informeren. Zowel op korte termijn als op lange termijn dienen de volgende acties gepland te worden:

 

 

Bij de uitvoering van bovengenoemde acties wordt de stichting Werkplan als uitvoerder van de regelingen zoveel mogelijk betrokken. Voorgesteld wordt twee bijeenkomsten te organiseren waarin werkgevers op de hoogte worden gebracht van de ontwikkelingen en worden gestimuleerd gebruik te maken van de uitstroomregeling I/D-banen.

Daarnaast dienen de betrokken partijen zoveel mogelijk op de hoogte te worden gebracht van  relevante ontwikkelingen. Hiertoe wordt een apart communicatieplan opgesteld.    

 


6. Kostenopbouw I/D-banen en doorberekening maatregelen

 

 

 

Kosten opbouw I/D-banen (263 banen):                      2003               2004

 

- Rijksbijdrage                                          4.561.614      4.192.999

 

- Loonsom                                               4.758.196      4.981.220

- Reservering wachtgeld                                  75.000           75.000

- Uitvoeringskosten                                        391.081         391.081

- Werkgeversbijdrage                                     418.170         418.170

                                                          - 1.080.833       -1.672.472

Doorberekening maatregelen:

 

- Maatregel 1. (eenmalig I/D-reserve / SA budget)  1.080.833

- Maatregel 2. (afschaffen wg.bijdrage)                                 418.170

- Maatregel 3. (5% reductie bijdrijven >10)                               137.873

- Maatregel 4. (afschaffing wachtgeldfonds)                             75.000

- Maatregel 5. (van 130% naar 90%)                                       1.082.245  

 

Resultaat:                                                                     0              40.815     

 

Voor uitgebreid overzicht en onderbouwing zie bijlage 3.
7. Resumé van te nemen beslissingen

 

1.     kennis nemen van de nadere uitwerking toekomstig instrumentarium gesubsidieerde arbeid zoals verwoord in hoofdstuk 3.

 

2.     akkoord met het hanteren van maximaal 263 I/D-banen en de banen die binnen dit aantal vrijkomen (vervangingsvraag) te herbezetten.

 

3.     akkoord met het vergoeden van herbezette banen naar rato voor €14.825 per fte (zijnde 90% van het Wml).

 

4.     akkoord met het afschaffen van de vergoeding voor aanvullende kosten aan werkgevers voor  nieuwe instroom in 2003.

 

5.     akkoord met het vanaf 2004 afschaffen van de vergoeding voor aanvullende kosten aan werkgevers voor bestaande werknemers;

 

6.     akkoord met een eenmalige uitname voor het resultaat van 2003 uit de I/D-reserve en het SA-budget;

 

7.     akkoord met een gemeentelijke inspanningsverplichting om nieuwe kandidaten met voorrang te herplaatsen, als deze als gevolg van gemeentelijk beleid na het eerste jaar geen continuering van hun dienstverband krijgen aangeboden.

 

8.     akkoord met het vaststellen van de vergoeding voor bestaande  werknemers vanaf 2004 naar rato voor € 14.825 per fte (zijnde circa 90% van het Wml).

 

9.     akkoord met het vanaf 2004 stopzetten van de jaarlijkse gemeentelijke wachtgeldvergoeding;

 

10.  akkoord met de verplichting voor werkgevers met meer dan 10 I/D-werknemers in dienst om in 2003 minimaal 5% van hun I/D-werknemers uit te laten stromen naar regulier werk;

 

11.  akkoord met het instellen van een rato korting in 2004 voor werkgevers die aan het gestelde in 10. niet hebben voldaan;

 

12.  akkoord met het maken van aanvullende prestatieafspraken omtrent uitstroomactiviteiten met de stichting Werkplan;

 

13.  akkoord met het financieren van het aantal Wiw-dienstbetrekkingen boven het gemiddelde van 167 in 2003 uit het hiervoor gereserveerde budget van de stichting Werkplan.

 

14.  In september 2003 volgt een memo van de afdeling P&O van de gemeente Delft waarin de gevolgen van deze nota voor de gemeente Delft als werkgever van gesubsidieerde banen inzichtelijk wordt gemaakt.

 

15.  In september 2003 volgt een memo waarin de gevolgen voor instellingen, die gebruik maken van gesubsidieerde arbeid,  inzichtelijk worden gemaakt.

 

 

 

 

Bijlage 1.  Overzicht I/D-functies:

 

Stand april 2003

 

Gemeente (totaal 90)

- Onderwijs conciërge                     50

- receptie/administratie                    4

- contactpersonen oudkomers           6

- schuldhulpverlening                      2

- stadtoezichthouders                     13

- Groen                                      2

- Museum                                    5

- Archeologie                               2

- Archief                                     2

- brandweer                                3

- Zwembad                                  1

 

Sport

- onderhoudsmedewerker                18

 

Gezondheidszorg

- zorgassistent/diverse functies         50

- groepsleidsters

 

Welzijn

- ass. Jongerenwerker                    22

- buurthuisbeheerder            

- allochtone bezoekvrouwen            

- diverse functies

 

Maatschappelijke opvang                

Groepshulp/administratie                  13

 

Vluchtelingenwerk                         10

- beheerder/ tolken/begeleiders

 

Kinderopvang

- groepshulp                                25

 

Woningbouwcoöperaties                

- huismeesters                              4

-medewerkers balspel                     3

 

Diensten/Werkwinkel

Groen/technisch/schoonmaak            12

 

Kringloopbedrijf                             11

 

Divers

- Platenuitleen                               1

- Tu kantine/bibliotheek                    2

- Ouderwerk                                1

- Moskee                                     1

- Biesieklette                                1

 

noot

De afgelopen jaren zijn er circa 20 persoongebonden werkplekken gecreëerd.

Persoongebonden betekent dat de medewerker op een plek zit specifiek aangepast op zijn/haar vaardigheden.

Het betreft met name medewerkers met psycho-sociale problemen en medewerkers die voorheen in de banenpoolregeling werkzaam zijn geweest.


Bijlage 2.  Onderbouwing kosten I/D-banen.

 

 

Voor de uitvoering van de I/D-regeling worden conform het huidige beleid    € 21.169 aan kosten gemaakt:

a. Uitvoeringskosten;

De uitvoeringskosten van de I/D-banen voor de gemeente bedragen € 1.487 per jaar per I/D-baan.

b. Werkgeversvergoeding;

In Delft krijgen de I/D-werkgevers jaarlijks hun daadwerkelijk gemaakte bruto-salariskosten vergoed tot een maximale hoogte van 130 % van het Wettelijk Minimumloon (in 2003 gemiddeld 115% =    € 18.092).

c. Aanvullende kosten;

Aanvullend ontvangt iedere werkgever voor een I/D-medewerker een vast bedrag van € 1.590,- voor aanvullende kosten. Dit bedrag dient ingezet te worden voor scholing, begeleiding, ontwikkeling van de individuele werknemer.