De nieuwe koers van Combiwerk:

uitwerking scenario 3

 

 

Op weg naar een arbeidsontwikkelbedrijf

 

 

 

 


 

 

 

 

 

 

 

Evaluatie arbeidsontwikkeling Combiwerk 2003

Beleidsvoornemens voor 2004 t/m 2006


 

 

 

Beste lezer,

 

 

Voor u ligt de evaluatie van één jaar arbeidsontwikkeling binnen Combiwerk.

Na het uitkomen van “De nieuwe koers van Combiwerk” heeft onze organisatie met enthousiasme op zich genomen de arbeidsontwikkelfunctie van ons bedrijf verder te professionaliseren. We zijn gestart met het ontwikkelen van reïntegratieactiviteiten: soms door nieuwe dingen te doen, soms door bestaande activiteiten van Combiwerk te plaatsen in een eigentijdse jas. Op basis van ervaringen met enkele tientallen arbeidstrajecten, is het nu tijd om te rapporteren over de bevindingen en daarbij aanbevelingen te doen voor het komende planjaar 2004 en verder. Het geleerde hebben we natuurlijk niet alleen ten goede laten komen van de voor Combiwerk relatief nieuwe doelgroep; de reïntegratiecliënten die met behoud van uitkering - letterlijk - werken aan het verkrijgen van een plekje op de arbeidsmarkt. Vooral onze eigen SW-doelgroep heeft er profijt van dat vanaf het moment van instroom, of in geval van herplaatsing naar een meer passende functie, hetzij bij doorstroom naar een detacheringsplaats of terugkeer na langdurig ziekteverzuim, zij planmatiger en professioneler wordt begeleid dan wij in voorgaande jaren gewend waren. Absolute vooruitgang gezien de kerndoelstelling van ons bedrijf.

Voor Combiwerk blijft de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening de kerndoelstelling. De SW-doelgroep zal de grootste doelgroep voor Combiwerk zijn en blijven. In 2003 hebben we een goede start gemaakt om de mogelijkheden om werkervaring op te doen en zich te ontwikkelen via werk ook aan andere doelgroepen aan te bieden. Voor deze activiteiten geldt, net zoals voor de uitvoering van de Wsw, dat zij bedrijfseconomisch voldoende middelen moeten genereren om gecontinueerd te worden. Echter het sociale en financiële resultaat van de uitvoering van de Wsw blijft uiteraard onze eerste prioriteit.

 

Zoals u kunt lezen in deze tussentijdse rapportage is weliswaar een weg geplaveid, maar is arbeidsontwikkeling nog een smalle en kwetsbare weg, zowel aan de kant van Combiwerk Reïntegratie als aan de kant van de werkbedrijven. Een weg waarvoor nog veel zorg en aandacht nodig zal zijn en waar nog vele nieuwe keien en keitjes ingeklonken moeten worden.

Wij gaan er natuurlijk van uit dat u geïnteresseerd bent in de gehele notitie. Mocht u echter  in een bepaald onderdeel in het bijzonder geïnteresseerd zijn, dan kan de inhoudsopgave u de weg wijzen.

Voor de lezer die behoefte heeft aan achtergrondinformatie hebben wij vier bijlagen toegevoegd. De eerste bijlage betreft het gekozen scenario – scenario drie – uit de beleidsnota ‘De nieuwe koers van Combiwerk’. Tweede bijlage is hoofdstuk vier uit deze nota: ‘Ontwikkeling mensbedrijf’. Bijlage drie is de veranderopdracht arbeidsontwikkeling en bijlage vier de samenvatting van de voorgenomen wetswijziging ten aanzien van de Wet sociale werkvoorziening.

 

Graag spreek ik de komende periode met u over de inhoud van deze rapportage.

 

 

 

Hans van der Sandt

 

Algemeen directeur Combiwerk.

December 2003


 

 

 

 

 

 

 

 

 

          Inhoudsopgave

 

 

 

 

 

 

Managementsamenvatting                                                                                       3

 

 

1.       De nieuwe koers van Combiwerk                                                                              5

 

2.       Aanpassingen in de Wet sociale werkvoorziening                                                      6

 

 

3.       Realisatie strategische meerjarendoelen in het eerste jaar van                                     7

arbeidsontwikkeling

 

4.       De nieuwe koers voorzien van een kompas                                                  11

 

 

5.       Beleidsdoelen en planning 2004 t/m 2006                                                                13

 

 

6.       Begroting 2004 t/m 2006                                                                                        15

 

 

7.       Combiwerk en het totale reïntegratie-instrumentarium van de gemeente Delft  16

 

 
 
Bijlage 1: Scenario 3, uit ‘De nieuwe koers’ van Combiwerk                                           18

 

Bijlage 2: Hoofdstuk 4 uit ‘De nieuwe koers’: ‘Ontwikkeling mensbedrijf’              20
 
Bijlage 3: Samenvatting van de veranderopdracht arbeidsontwikkeling                             23
 
Bijlage 4: Samenvatting van het wetsvoorstel voor wijziging van de Wsw              25
 

 

 


Managementsamenvatting

 

In deze rapportage concentreren wij ons op de ervaringen die Combiwerk heeft opgedaan in 2003 met de arbeidsontwikkelactiviteiten. Dit is één van de pijlers uit ons meerjarenplan “De nieuwe koers, meerjarenplan 2003 – 2005”, van januari 2003. Tevens kijken we hoe deze ervaringen van invloed zijn voor het beleid en het budget ten aanzien van de arbeidsontwikkeling voor de jaren 2004 tot en met 2006.

 

Combiwerk wil zich sterk maken in professionele arbeidsontwikkeldiensten. Primair voor de eigen doelgroep, maar ook voor alle andere personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Een sterke arbeidsontwikkelfunctie is een belangrijk middel om de missie te realiseren en sluit volledig aan met de bedoelingen van de Wet sociale werkvoorziening.

 

In 2003 is organisatorisch de arbeidsontwikkeling vanuit drie verschillende kanten gestimuleerd. Ten eerste is gewerkt met een uitvoeringsteam voor de trajecten en de externe contacten, ten tweede is een pilot gestart binnen het bedrijf Groen & Omgeving (in de loop van het jaar uitgebouwd naar de bedrijven Schoonmaak en Verpakken) voor de leerwerkplekken en ten derde heeft een ontwikkelteam de begeleiding van het veranderingsproces (m.b.t. arbeidsontwikkeling) binnen heel Combiwerk ter hand genomen, waarin ook WIZ participeerde. Om het veranderingsproces vanuit deze drie verschillende invalshoeken ter hand te nemen is ons goed bevallen en heeft zijn vruchten afgeworpen.

 

In totaal zijn 22 mensen in een arbeidsontwikkeltraject geplaatst en zitten er nog 7 personen in de pijplijn voor een traject. Het aantal trajecten dat door externen is ingekocht is minder dan gepland, het aantal interne (herplaatsings) trajecten is hoger dan gepland. Achteraf vinden we dat niet zo erg, omdat het prettig is gebleken om met onze eigen interne mensen onze kennis en begeleidingsvaardigheden uit te bouwen. Omdat werken aan de ontwikkeling van medewerkers gepaard gaat met kosten die niet altijd direct kunnen worden terugverdiend, wil Combiwerk –op termijn- het rendement uit de verkoop van reïntegratietrajecten aan derden, inzetten voor de bekostiging van de infrastructuur die nodig is voor professionele interne dienstverlening. Dit overigens zonder onze aandacht te verslappen voor het bedrijfseconomisch resultaat van de werkbedrijven.

Bij vier van onze bedrijven zijn leerwerkplekken ontwikkeld van verschillende niveaus die voorzien zijn van een beschreven en door de branche erkende programmatische aanpak. Aan de opleiding van de werkleiding om dit goed te kunnen toepassen wordt nog gewerkt. Er is in dit eerste jaar ervaring opgedaan met de uitbesteding van Begeleid Werken, wat geleid heeft tot de conclusie dat Combiwerk dit zelf wil gaan ontwikkelen en aanbieden aan de doelgroep. Tenslotte kunnen we melden dat meer dan de helft van al onze eigen medewerkers een persoonlijk ontwikkelingsplan heeft.

Er zijn binnen Combiwerk diverse voorlichtingen gehouden en discussies georganiseerd en zijn werkleiding en HRM adviseurs actief uitgenodigd om mee te denken en te werken aan de realisatie van de arbeidsontwikkeldoelstellingen. In 2004 zal dit punt o.a. een vervolg krijgen door een integrale opleiding voor alle leidinggevenden op gebied van coachend leiderschap, trajectbenadering, ziekteverzuim en persoonlijke ontwikkeling van medewerkers.

 

Eén jaar actief werken aan arbeidsontwikkeling heeft ons overtuigd dat we met “de nieuwe koers”, de juiste richting zijn opgegaan. Het in het meerjarenplan geformuleerde beleid willen en kunnen we ongewijzigd doortrekken. We zijn ook ‘op koers’ als we onze vorderingen leggen tegen de nieuwe wijzigingen in de Wet sociale werkvoorziening. Het tempo waarin we nu arbeidsontwikkeling vormgeven bevalt ons goed en houden we aan. Het werken met een pilot heeft zijn dienst bewezen, de resultaten van de pilot zullen in 2004 bij de andere bedrijven worden geïmplementeerd. Het uitvoeringsteam is succesvol


gebleken en transformeert van project naar bedrijf onder de naam ‘Combiwerk Reïntegratie’. Het ontwikkelteam houden we, met een kleine wijziging in de samenstelling, aan voor 2004. Voor de bedrijven hebben we een kompas ontwikkeld om koers te kunnen houden. Kortom, we kunnen op volle kracht vooruit.


1.         De nieuwe koers van Combiwerk

 

Combiwerk heeft in 2002 een meerjarenkoers neergezet voor de jaren 2003 tot en met 2005. Van de vier geschetste scenario’s voor de toekomst is door de gemeente de keuze gemaakt voor de realisatie van het derde geschetste scenario. Scenario 3 is opgenomen als bijlage 1 bij deze notitie. De kern van de koers en dit scenario omvat de overtuiging dat wij een belangrijke rol hebben op de locale arbeidsmarkt als het gaat om de personen die niet op eigen kracht een inkomen kunnen verwerven uit arbeid. Daarbij ziet Combiwerk het als haar taak om personen zodanig te ontwikkelen in hun arbeidsvermogen, dat zij weer aan het werk kunnen: bij voorkeur in een reguliere baan, maar voor velen zal een gesubsidieerde baan het hoogst haalbare zijn. Voor deze laatste groep, waaruit een belangrijk deel van de SW-doelgroep zal bestaan, biedt Combiwerk volwaardig betaald werk, aangepast aan de mogelijkheden van de mens en met de benodigde begeleiding om het werk naar kunnen uit te kunnen voeren.

In de meerjarenkoers is een opdracht geformuleerd voor het stapsgewijs vormgeven van  arbeidsontwikkeling en reïntegratie. We zijn nu een jaar op weg. Een jaar dat zich kenmerkt door het kennismaken met een nieuwe doelgroep, met methodisch werken aan arbeidsontwikkeling van de mens en het programmatisch inrichten van leerwerkplekken. Onze nieuwe  ervaringen, hoewel niet altijd even gemakkelijk, heeft Combiwerk gesterkt in haar overtuiging dat arbeidsontwikkeling een wezenlijk onderdeel is van een eigentijds werkvoorzieningsbedrijf. Het is voor ons één van de voornaamste manieren hoe wij vorm willen geven aan onze missie en de visie. Deze missie en visie luiden:

 

Missie

Combiwerk geeft mensen, die dit niet op eigen kracht kunnen, de mogelijkheid om een inkomen te verwerven uit arbeid dat aansluit bij hun mogelijkheden.

 

Visie

Combiwerk werkt aan de realisatie van haar missie, doordat zij zelf - daar waar de arbeidsmarkt dit onvoldoende biedt - aangepaste werkgelegenheid creëert voor hen die aan-gewezen zijn op gesubsidieerd werk. Tevens biedt zij in een bedrijfsomgeving de mogelijkheid tot arbeidsontwikkeling, met leerwerkprogramma’s zodat mensen in hun arbeidscapaciteit kunnen groeien of deze zo veel als mogelijk kunnen behouden. Combiwerk sluit daarbij aan bij de belangstelling van de mens en vertaalt deze naar de mogelijkheden op de interne en externe arbeidsmarkt. Indien het haalbaar is wordt daarbij toegewerkt naar een reguliere functie, al dan niet met subsidie en/of begeleiding. Op deze wijze wil Combiwerk maximaal bijdragen aan het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid. Om dit te realiseren maakt Combiwerk optimaal gebruik van subsidiemogelijkheden en genereert zij met haar bedrijven voldoende inkomsten uit de markt voor een dekkende exploitatie.

 

Strategie

In het meerjarenplan formuleerden we 8 strategische meerjarendoelen waarvan er vier direct betrekking hadden op de arbeidsontwikkelfunctie. Deze evaluatie blikt terug op deze vier strategische doelen en de mate waarin we in 2003 in staat zijn geweest om een goede basis te leggen voor de realisatie van deze doelen. Om deze strategische doelen te behalen is er een veranderopdracht geformuleerd en is een bedrijfsmanager voor 40% vrijgemaakt om in zijn rol als ontwikkelmanager de opdracht vorm te geven. Een samenvatting van deze veranderopdracht is te vinden in bijlage 3.

Een evaluatie van de realisatie van deze strategische meerjarendoelen in het eerste jaar wordt uitgewerkt in hoofdstuk 3.

Hieraan voorafgaand kijken we eerste in hoofdstuk 2 naar de nieuwe wijzigingen die zullen worden doorgevoerd in de Wet sociale werkvoorziening.


2.         Aanpassingen in de Wet sociale werkvoorziening.

 

Het kabinet Balkenende werkt voortvarend aan een aantal vernieuwingen o.a. op het gebied van sociale zekerheid en reïntegratie. Voor de gemeente is de Wet Werk en Bijstand hiervan wellicht het meest direct zichtbare en voelbare. Deze vernieuwingen werken ook door op de Wet sociale werkvoorziening. Onder de titel: ‘Modernisering van de Wsw’ is op 30 september j.l. het kabinetsstandpunt over de toekomst van de SW naar de tweede kamer gegaan. Een dag ervoor is naar dezelfde kamer een wetsvoorstel gegaan voor wijziging van de Wsw.

De modernisering omvat feitelijk twee grote componenten die niet gelijktijdig maar achter elkaar moeten worden ingevoerd in twee stappen:

1.                  verplaatsen van de indicatiestelling van de gemeente naar de onafhankelijke CWI’s mede met het oog op integrale indicering op termijn.

2.                  stimuleren en bevorderen van het instrument Begeleid Werken in de SW, waaronder het fiat voor de SW-bedrijven om begeleid werken zelf uit te voeren.

Een samenvatting van de voorgestelde wetswijziging treft u aan in bijlage 4.

Door bespreking van de voorgestelde wetswijziging in het veld, is het ministerie inmiddels van mening dat detacheren eveneens een zeer belangrijk instrument is om mensen te stimuleren te werken in een reguliere omgeving. Het instrument is zeer laagdrempelig omdat de inlenende organisatie en de betreffende werknemer relatief weinig eigen risico hebben. Het ministerie heeft aangegeven flankerend beleid te willen ontwikkelen ten gunste van de instrumenten detacheren en begeleid werken.

De genoemde modernisering komt overeen met de verwachting die Combiwerk al had bij de door het ministerie ingezette beleidsrichting: de doelgroep voor de SW blijft scherp gedefinieerd, indicatiestelling wordt nog onafhankelijker gepositioneerd en arbeidsontwikkeling blijft kerndoel van de wet met in de modernisering nog meer accent op Begeleid Werken. 

De nieuwe koers van Combiwerk en de modernisering van de Wsw gaan hand in hand.

De missie van Combiwerk is nog steeds volledig in lijn met de nieuwe wetsvoorstellen voor de sociale werkvoorziening. De arbeidsontwikkeling met het oog op het realiseren van arbeid voor de doelgroep in een zo regulier mogelijke omgeving is nog steeds, of zo mogelijk nog meer, benadrukt in de aanpassingen van de wet. Voor Combiwerk was dit al reeds één van de belangrijkste pijlers van haar meerjarenkoers.

 

Voor het komende jaar betekent de nieuwe wetswijziging wel drie belangrijke organisatorische aanpassingen:

1.                  het afbouwen en overdragen van de voorbereiding van de indicatiefunctie en gelijktijdig het opbouwen van een kennismakings- en instroomprogramma voor personen die vanuit de wachtlijst instromen binnen Combiwerk.

2.                  het opbouwen van een eigen uitvoeringsorganisatie voor begeleid werken en het gelijktijdig afbouwen van de uitbesteding van begeleid werken aan derden (niet in de laatste plaats omdat dit laatste niet naar tevredenheid werd uitgevoerd).

3.                  het verbreden van het instrument detacheren naar alle sectoren waarbinnen Combiwerk werkzaam is.

 

Wij zijn binnen Combiwerk reeds gestart met de voorbereiding van deze organisatorische aanpassingen.

3.         Realisatie strategische meerjarendoelen in het eerste jaar

van arbeidsontwikkeling

 

We willen ons nu concentreren op de ervaringen die Combiwerk heeft opgedaan in 2003 met de arbeidsontwikkelactiviteiten. Om de opdracht te kunnen volbrengen zijn drie tijdelijke structuren projectmatig toegevoegd aan de bestaande organisatie van Combiwerk. Het betrof een uitvoeringsteam voor de trajecten, een pilot binnen het bedrijf Groen & Omgeving (in de loop van het jaar uitgebouwd naar de bedrijven Schoonmaak en Verpakken) voor de leerwerkplekken en een ontwikkelteam voor het begeleiden van het veranderingsproces - m.b.t. arbeidsontwikkeling - binnen heel Combiwerk. De gemeente (WIZ) was nauw betrokken bij de ontwikkeling door de participatie van de beleidsmedewerker op gebied van werk en inkomen in het ontwikkelteam. Zowel inhoudelijk als voor wat betreft de korte lijnen is dat wederzijds zeer goed bevallen.

In het ontwikkeljaar zijn momenten van verzuchting maar ook momenten van oogst geweest waarin we resultaten hebben geboekt op het gebied van arbeidsontwikkeling. Allereerst kan worden genoemd dat er momenteel in totaal 22 mensen in een arbeidsontwikkeltraject zijn geplaatst en er nog 7 personen in de pijplijn zitten voor een traject. Het aantal trajecten dat door externen is ingekocht is minder dan gepland, het aantal interne (herplaatsings) trajecten is hoger dan gepland. Achteraf vinden we dat niet zo erg, omdat het prettig is gebleken om met onze eigen interne mensen onze kennis en begeleidingsvaardigheden uit te bouwen. Binnen vier van onze werkbedrijven beschikken we over leerwerkplekken, er is ervaring opgedaan met de uitbesteding van Begeleid Werken en inmiddels heeft meer dan de helft van al onze eigen medewerkers een persoonlijk ontwikkelingsplan.

Omdat werken aan de ontwikkeling van medewerkers gepaard gaat met kosten die niet altijd direct kunnen worden terugverdiend, wil Combiwerk het rendement uit de verkoop van reïntegratietrajecten aan derden, inzetten voor de bekostiging van de infrastructuur die nodig is voor professionele interne dienstverlening. Dit zal naar planning in 2007 leiden tot een positief exploitatieresultaat voor de gehele arbeidsontwikkelfunctie.

 

Onderstaand worden de strategische meerjarendoelen zoals geformuleerd in ‘De Nieuwe Koers van Combiwerk’ één voor één besproken aan de hand van de acties en resultaten van 2003. 

 

1.       de sociale infrastructuur (kennis, vaardigheden, methoden, instrumenten, automatisering) opnieuw te ontwikkelen en in te richten zodat er kennis ontstaat van de mogelijkheden van, en de benodigdheden voor, de doelgroep en er een individueel ontwikkelplan kan worden opgesteld om mensen in hun arbeidsontwikkeling te kunnen ondersteunen en begeleiden

 

In het laatste decennium had Combiwerk veel van haar oude sociale infrastructuur afgebroken uit het oogpunt van kostenbesparing. Hoewel dit op zich natuurlijk jammer is van de gedane investeringen, hebben wij dit in ons eerste jaar van opbouw toch niet als vervelend ervaren. Het is meestal gemakkelijker om dingen opnieuw te ontwikkelen en implementeren dan bestaande structuren om te bouwen en te moderniseren. Het is voor ons al een hele kunst gebleken om nieuwe instrumenten te introduceren in het bestaande systeem. Daarom zijn we gefaseerd te werk gegaan: niet in het hele bedrijf tegelijk, maar daar waar er belangstelling was hebben we een begin gemaakt en zijn van daaruit verder gaan werken.

Binnen de bedrijven Groen & Omgeving, Schoonmaak en Verpakken zijn leerwerkplekken ontwikkeld. Er is gebruik gemaakt van andere (SW)organisaties waar soms ontwikkelingen al wat verder waren en waar we kennis en ideeën hebben opgedaan. Daar waar we bij collega’s goede instrumenten tegenkwamen die hun werking in de praktijk hadden bewezen, hebben we ze aangeschaft voor Combiwerk. Via KREW, de landelijke koepel van de SW-bedrijven die met hun reïntegratieactiviteiten meedingen in de landelijke aanbestedingen, verkregen we veel informatie over praktische werkprocessen en functionele formulieren ten behoeve van het reïntegratieproces. Hierdoor beschikt Combiwerk in middels over een handboek reïntegratie waarin de werkprocessen, de producten en de bijbehorende instrumenten zijn vastgelegd. Een flinke stap voorwaarts in de opbouw van de sociale infrastructuur omdat in de organisatie duidelijkheid en eenduidigheid aan het ontstaan is over de wijze waarop we willen en kunnen werken.

 

2.       stapsgewijs de organisatie mede in te richten ten behoeve van reïntegratietrajecten gericht op uitstroom naar regulier werk voor reïntegratiekandidaten, en (indien dit tot hun mogelijkheden behoort) Wiw-werknemers en Wsw–werknemers. Dit onderdeel heeft (voor de niet Wsw-doelgroep) alleen bestaansrecht als blijkt dat dit binnen twee jaar financieel rendabel kan functioneren.

 

Om aan deze strategische doelstelling te werken is begin 2003 een klein team samengesteld met daarin 2 trajectbegeleiders, later aangevuld met een jobcoach, een intaker, en een administratieve kracht. Dit team heeft in het aanloopjaar zich geconcentreerd op drie punten:

o        ontwikkelen instrumentarium

o        verkopen en uitvoeren van trajecten

o        opbouw van een prettige en functionele organisatie

 

Bij de trajectorganisatie, sinds kort Combiwerk Reïntegratie genoemd en met het oogpunt van gescheiden geldstromen ondergebracht bij CombiServices bv, zijn alle producten en diensten beschikbaar die nodig zijn om een volwaardig traject te bieden. De producten en diensten voldoen aan de kwaliteitsnorm zoals die geldt in de branche. Gezien het beperkte aantal (externe) trajecten is nog onvoldoende ervaring opgedaan om van volledig uitgevoerde arbeidsontwikkeltrajecten te kunnen spreken. De meeste kandidaten zitten nog in een traject waardoor er ook nog weinig ervaring op is gedaan met de laatste stappen in het proces: de jobfinding en de bemiddeling. Dit zal nog de nodige aandacht vragen de komende maanden om hier een goede basis neer te zetten.

De acquisitie van commerciële reïntegratietrajecten heeft nog weinig aandacht gehad. Dit leidt tot op heden tot minder trajecten dan gepland was in 2003. Voor 2004 is reeds op dit moment sprake van een groter volume aan trajecten gezien het aantal contracten dat al gesloten is.

Bedrijfsmatig is het bieden van arbeidsontwikkeltrajecten nog onvoldoende rendabel gebleken. In 2003 is veel tijd gaan zitten in het ontwikkelen en minder in het exploiteren. Voor de interne trajecten van Combiwerk zal altijd blijven gelden dat het ontwikkelen van medewerkers op de korte termijn geld kost (begeleiding, onderzoek, ervaring opdoen etc) en dat het rendement pas later in zicht komt (juiste mens op juiste plaats, bredere inzetbaarheid of voorkomen van – verdere - terugval in inzetbaarheid).

Bij de directie van Combiwerk is nog steeds  een sterke overtuiging dat arbeids-ontwikkeling als een zichtbare bedrijfsactiviteit absoluut thuis hoort in ons bedrijf. Dit met het oog op de missie en  de bedrijfsdoelstellingen zoals verhogen volume Begeleid Werken en individuele ontwikkeling in arbeid voor elke medewerker gericht op door- en uitstroom. Succesvolle uitstroom creëert uiteraard ruimte voor nieuwe instroom, waardoor de momenteel omvangrijke wachtlijst zal afnemen. Het is ook dé manier waarop wij uitvoering willen geven aan de voorgenomen wijzigingen in de Wet sociale werkvoorziening. De directie realiseert zich daarbij dat dit nog niet betekent dat e.e.a. in de praktijk altijd even gemakkelijk te realiseren is.

Zoals hiervoor al opgemerkt is onderdeel van het financieringsbeleid dat de middelen die worden gegenereerd uit de exploitatie van reïntegratietrajecten aan derden, worden ingezet voor de bekostiging van de arbeidsontwikkeldiensten voor de SW-doelgroep.

 

3.       binnen de werkbedrijven leerprogramma’s te ontwikkelen, zodanig dat mensen in staat worden gesteld om middels training in de praktijk hun functiegerichte arbeidsvaardigheden en vakkennis te verbreden en verdiepen. Binnen de werkbedrijven kunnen personen van verschillende doelgroepen dan op maat een oriëntatie, een arbeidstraject of praktijkscholing krijgen. Voor alle mensen met een leerprogramma geldt de eis dat er sprake is van arbeidsmarktrelevante kennis en ervaring dient te zijn, die aansluit op de vraag van de interne of de externe arbeidsmarkt.

 

 

Intern hebben de bedrijven her en der geproefd aan arbeidsontwikkeling. In het bijzonder is er ervaring opgedaan bij de bedrijven Groen & Omgeving en Kwekerij daar zij dienden als pilotbedrijven. In de pilots hebben we geëxperimenteerd met zogenaamde trajectprogramma’s. Trajectprogramma’s zijn programma’s op de werkplek waarin via een vastgesteld leerschema men zich gefaseerd kan ontwikkelen op verschillende niveaus: arbeidsgewenning, arbeidsoriëntatie, training on the job, arbeidsroutine, vakgerichte scholing. Het gaat hier om een training op het werk, dus trainen via werkervaring.

Door de aankoop van trajectprogramma’s kunnen onze bedrijven in staat gesteld worden een breed scala aan mogelijkheden voor arbeidsontwikkeling te bieden. Daarom is binnen de pilots hiermee ervaring opgedaan. Deze ervaringen zijn zo positief dat we voor 2004 alle bedrijven zullen laten beschikken over trajectprogramma’s. Aangevuld met een training over de toepassing van de programma’s in een reïntegratietraject (of persoonlijk ontwikkelingsplan en/of WVP-traject), kunnen de bedrijven op korte termijn kwalitatief volwaardige leerwerkplekken aanbieden.

 

4.       in het jaar 2003 voor de staf en lijnfunctionarissen een leerklimaat te creëren om te werken aan de nieuwe visie en dit jaar te benutten voor het ontwikkelen van een duidelijke uitvoeringsplan ten aanzien van de arbeidsontwikkelfunctie voor Combiwerk. Dit resulteert eind 2003 in een plan dat in 2004 geïmplementeerd kan worden

 

Om de eerste drie strategische doelen te realiseren is in het startjaar 2003 gewerkt aan de ontwikkeling van de uitvoerende lijn- en staffunctionarissen binnen Combiwerk. Zij zijn direct betrokken bij de arbeidsontwikkeling van de doelgroep(en). Er zijn meerdere georganiseerde bijeenkomsten geweest waarin de MT-leden in gesprek gingen met de mensen die deze lijn- en staffunctionarissen aansturen. Zo is er nagedacht over een duidelijke en werkbare interne taak- en verantwoordelijkheidsverdeling en is er veel aandacht besteed aan het ontwikkelen van de benodigde competenties bij een deel van de betrokkenen. Dit is echter nog niet voldoende gebleken om het ook daadwerkelijk te verankeren.

De competentie-ontwikkeling van het team van Combiwerk Reïntegratie is in volle gang. Er is één senior aangetrokken met de professionele ervaring binnen het vakgebied en binnen de SW-sector. Voor de overige medewerkers gold dat reïntegratieactiviteiten binnen een SW-bedrijf een onbekend terrein was wat voor een deel volledig ontdekt en veroverd moest worden. Om de professionaliteit verder te ontwikkelen zijn trainingen ingezet en heeft de senior coachende en leidinggevende taken gekregen binnen het

reïntegratiebedrijf. Naast hun competentie ontwikkeling kan ook gezegd worden dat het uitvoeringsteam in een transformatieproces zit van kwartiermakers naar een beginnend bedrijf.

 

 

De competenties van de werkleiding zijn een blijvend punt van aandacht gebleken in 2003. Lag in de laatste jaren het accent op  het begeleiden van het productieproces, pas sinds kort is er ook (weer) aandacht gekomen voor de ontwikkeling van de mens via dit productieproces. Nog niet op alle plaatsen heeft men de slag daartoe kunnen maken en beschikt men over nog onvoldoende vaardigheden om hier succesvol te kunnen zijn. Voor 2004 zal er rond de competentieontwikkeling van de werkleiding daarom aparte trainingen worden georganiseerd.

 

 


4.         De nieuwe koers voorzien van een kompas

 

Uit hoofdstuk 3 mag opgemaakt worden dat Combiwerk op de goede weg is en al veel heeft bereikt. Maar ook dat er nog een hele weg is te gaan. Daarom zal 2004, gezien worden als een ontwikkeljaar én implementatiejaar (meerdere zaken staan nog in de steigers.)

Interne bespreking van de resultaten van één jaar arbeidsontwikkeling, op het niveau van de directie van Combiwerk, heeft geleid tot het ontwerp van een kompas voor de arbeidsontwikkelfunctie binnen ons bedrijf. Het is een denkmodel dat de organisatie moet stimuleren door te gaan op de ingezette weg. Het kompas geeft aan in welke richting de organisatie op de langere termijn zich wil ontwikkelen en biedt daarmee de mogelijkheid om periodiek te meten of het bedrijf nog op koers is.

 

 

Noot:

De oplettende lezer zal ontdekken dat twee bedrijven van Combiwerk niet in het kompas genoemd staan: de bedrijven Detachering en  Reïntegratie. Het kompas is echter niet bedoeld als organigram. Genoemde bedrijven zijn weldegelijk aanwezig maar beschikken niet over alle arbeidsontwikkelmogelijkheden zoals de werkbedrijven dit wel hebben. Reïntegratie en Detachering zijn specialisten en/of vervullen een intermediaire functie ten aanzien van één of meerdere arbeidsontwikkeldiensten. Als zodanig vertegenwoordigen deze specialisten in het kompas de pijlen bij de arbeidsontwikkeldiensten en zijn zij aanwezig en actief voor alle werkbedrijven én de commerciële markt voor detacheren en reïntegratie.

 

 

Toelichting op het kompas

Het is gebleken dat arbeidsontwikkeling bij de bedrijven van Combiwerk niet (altijd) een vanzelfsprekendheid is. De jarenlange focus op productie en omzet heeft tot gevolg dat arbeidsontwikkeling nog niet wordt gezien als een kerntaak, maar als iets dat ‘erbij’ komt. Het gaat echter om het zoeken naar de subtiele balans tussen bedrijfsbelang en mensbelang. Het inzetten van bedrijven en bedrijfsmiddelen voor de ontwikkeling van mensen is de kern van de nieuwe koers. Het is de taak van het management de balans niet eenzijdig door te laten slaan naar de inzet van de mensen voor de ontwikkeling van het bedrijf en het behalen van een financieel rendement.

Daarmee is absoluut niet gezegd dat arbeidsontwikkeling geen zakelijke aanpak moet hebben. Integendeel! Arbeidsontwikkeling is gewoon een product in de zakelijke dienstverlening waar een bepaalde prijs voor wordt betaald. Als Combiwerk Reïntegratie niet levert wat de betalende klant vraagt, krijgen we problemen met het aantal opdrachten. Als Combiwerk Reïntegratie meer tijd en energie in arbeidsontwikkeling stopt dan de klant bereid is te betalen, zal er een negatief exploitatieresultaat ontstaan. Vragen we een prijs die teveel boven de marktprijs ligt, loopt de klant naar de concurrentie. Een bedrijfsmatige aanpak staat daarom voorop, óók voor arbeidsontwikkeling.

 

Daarom is arbeidsontwikkeling een zaak van de lijn. Het is daarbij van groot belang om arbeidsontwikkeling ook bedrijfsmatig voor het management interessant te maken.

Geen bedrijfsmanager zal graag zijn eigen mensen actief willen ontwikkelen en stimuleren als dat betekent dat ze binnen de kortste keren zijn bedrijf weer uitgaan. De geschiedenis leert dat dit ook geldt voor een SW-bedrijf. Toch wil Combiwerk dat juist de bedrijven een sleutelrol krijgen bij de beweging ‘van binnen naar buiten de beschutte werkomgeving’. Daarom kiest Combiwerk ervoor om de bedrijfsmanager stapsgewijs toe te laten groeien naar manager van alle arbeidsontwikkelproducten binnen de branche waar zijn bedrijf actief in is. Daarmee wordt het een bedrijfsmanager met als producten: arbeidsoriëntatie, beschut werk in aangepaste omgeving, leerwerkplekken, detachering en wellicht op termijn ook wel Begeleid Werken. Natuurlijk hoeft hij niet alles zelf te doen. Combiwerk beschikt over deskundige detacheringsconsulenten en jobcoaches die de bedrijfsmanager kan inzetten voor zijn arbeidsontwikkeltaken. Een bedrijfsmanager krijgt hierdoor vier geldstromen:

o        SW-subsidies

o        Inkomsten van producten/diensten

o        Inkomsten van arbeidsontwikkelproducten zoals oriëntatieplaatsen of functiegerichte scholing

o        Inkomsten uit inzet van personeel middels detacheringen 

 

Stap voor stap zal van de manager gevraagd worden ook financiële prestaties te leveren met arbeidsontwikkelproducten door zijn bedrijfsinfrastructuur en zijn werkbegeleiding hiervoor in te zetten.

Het is onvermijdelijk dat er een verschuiving plaatsvindt van interne werkplekken naar externe werkplekken in de vorm van (groeps)detachering en begeleid werken. Dit wordt gestimuleerd in de Wsw en het is ook het beleid van Combiwerk om arbeid – waar dit passend is - zo regulier mogelijk aan te bieden. In de toekomst zal o.a. door de instroom vanuit andere (niet SW) reïntegratiedoelgroepen eventueel productiviteitsverlies als gevolg van uitstroom opgevangen kunnen worden.

In het kompas is te zien dat een bedrijfsmanager met zijn bedrijfsinfrastructuur en kennis van de markt, de verschillende varianten en vormen waarin arbeidsontwikkeling tot uiting komt kan bieden aan de doelgroep. Het is echter geen korte termijn plaatje, maar iets waar Combiwerk naartoe wil groeien. Ook zal het ene bedrijf sneller kunnen werken naar de principes van het kompas dan het andere bedrijf. In ieder geval ervaren we het als heel inspirerend om met het kompas aan het werk te gaan.

 


5.         Beleidsdoelen en planning 2004 t/m 2006

 

Met het oog op het meerjarenplan enerzijds en anderzijds het geleerde in 2003, kunnen we zeggen dat we op koers liggen. Het eerder gekozen scenario (scenario 3 in het meerjarenplan) wat gekenmerkt wordt door een geleidelijke en beheerste ontwikkeling, wordt gecontinueerd. Voor 2004 komt het accent te liggen op de volgende punten:

1.                  Verankeren van opgedane kennis en vaardigheden door het toewerken naar de situatie dat op alle plaatsen in het bedrijf de arbeidsontwikkeldiensten beschikbaar zullen zijn voor de doelgroepen van Combiwerk.

2.                  Verbreding van de opgedane kennis en vaardigheden binnen de organisatie zodanig dat alle activiteiten in dit kader voldoen aan de kwaliteitsnorm zoals deze wordt gehanteerd door de branche (BOREA)

3.                  Het inzetten van het handboek reïntegratie voor een eenduidig gebruik van instrumenten en technieken binnen Combiwerk en ten behoeve van de acquisitie van reïntegratieopdrachten bij derden

4.                  Het ontwikkelen van een diversiteit aan leerwerk-mogelijkheden binnen alle werksoorten waarover Combiwerk beschikt, inclusief een bijbehorend traject-programma en deskundige begeleiding

5.                  Een opschaling van het volume aan arbeidsontwikkel-activiteiten (in 2004 reeds 100 trajecten toegezegd gekregen)

6.                  Bijzondere aandacht voor de ontwikkeling van de werkleiding bij de uitvoering (kritische succesfactor) door de ontwikkeling en uitvoering van een integraal trainingsprogramma voor coachend leiderschap en arbeidsontwikkeling middels werk.

7.                  Het implementeren van het kompas zodanig dat de bedrijfsmanagers hun managementfocus niet eenzijdig op de vervaardiging en verkoop van producten en diensten hebben, maar de arbeidsontwikkeldiensten opnemen in hun productassortiment. 

8.                  Vertaling van de arbeidsontwikkelactiviteiten naar sturingsmiddelen en informatie zodat ze een volwaardige plaats krijgen in de P&C cyclus.

9.                  Verbetering van het financieel resultaat conform het meerjarenbudget

10.               Het verder ontwikkelen van het externe netwerk ten behoeve van de acquisitie van reïntegratietrajecten en klanten voor detachering van personen uit de doelgroepen. Tevens dient het externe netwerk onderhouden te worden  ten behoeve van een goede samenwerking in ons sociaal netwerk en een logisch samenhangende keten van diensten dat ten goede komt aan de doelgroep in de regio.

 

Wij verwachten dat genoemde zaken in belangrijke mate in 2004 geïmplementeerd zullen zijn. De verandering is echter zo veelomvattend, dat wij tevens verwachten dat voor 2005, en voor mindere mate ook voor 2006, zal gelden dat bepaalde zaken pas in deze jaren bestendigd zullen worden.

 

Ontwikkelteam

Net als in het voorgaande planjaar zijn we van mening dat een dergelijke ambitieuze rij met doelen niet ‘spontaan’ gerealiseerd zal worden. Dit vraagt een continue aandacht en sturing vanuit een deel van de organisatie dat de opdracht op zich neemt om de 10 beleidsdoelen te realiseren.

De werkvorm van een ontwikkelteam is zo goed bekomen dat deze voor 2004 wordt gecontinueerd. Alleen de samenstelling zal worden aangepast daar het accent wordt verlegd van instrumentontwikkeling en experimenteren naar verankeren en implementatie tot in de nerven van Combiwerk op zowel financieel als organisatorisch verantwoorde wijze. Dat heeft logisch tot gevolg dat het lijnmanagement een grotere rol zal krijgen door de toevoeging van de directeur bedrijven aan het ontwikkelteam. Ook de manager HRM zal structureel gaan deelnemen met het oog op de organisatieontwikkeling en de samenhang met de personeelsinstrumenten (denk bijvoorbeeld aan het opleiden van de werkleiding).

De bedrijfsmanager Combiwerk Reïntegratie blijft in zijn rol als manager van het ontwikkelteam en krijgt ook voor 2004 40% van zijn werktijd voor de uitvoering van deze taak. Voor 2004 wordt een aangepaste veranderopdracht tussen de algemeen directeur en deze ontwikkelmanager opgesteld.

 

Combiwerk Reïntegratie

 

Zoals eerder beschreven gaat het uitvoeringsteam in 2004 de markt op, onder de bedrijfsnaam “Combiwerk Reïntegratie”. Er treedt een lichte verzakelijking op ten aanzien van de intern geleverde diensten door een goede tijdregistratie en een verrekening van de intern geleverde diensten. Bij de interne onderlinge dienstverlening tussen werkbedrijven en Combiwerk Reïntegratie kan het zijn dat Combiwerk Reïntegratie diensten inkoopt bij de werkbedrijven (zoals uitvoering van een trajectprogramma ten behoeve van een externe kandidaat) maar ook dat de werkbedrijven diensten inkopen bij Combiwerk Reïntegratie om hun SW-herplaatsingsmedewerkers of langdurig zieken geïntegreerd worden binnen een andere functie bij Combiwerk.

 

 

Interne opdracht voor 2004:                    24 trajecten in kader van arbeidsontwikkeling

                                                           15 trajecten in kader van begeleid werken

Externe opdrachten voor 2004:  40 trajecten WIZ (in kader van WWB)

10 – 20 WVP trajecten (2e spoor) diverse Delftse ondernemingen

                                                          

Verwachtte nieuw te werven opdrachten voor 2004 zijn enkele tientallen trajecten in onderaanneming voor diverse reïntegratiebedrijven.

 

Planning trajecten zoals uitgevoerd door het Combiwerk Reïntegratie.

 

 

Prestatienormen

Voor een aantal van bovenstaande trajecten zijn prestatienormen afgesproken. Een prestatienorm betekent het volledig afronden van een traject, conform de doelstelling en afspraken. De gemaakte afspraken zijn onderstaand weergegeven. In 2004 zullen ook voor de overige trajecten prestatienormen worden ontwikkeld.

 

Trajecten

Prestatienorm

Doel

Intake SW

100%

Duidelijkheid over SW-indicatie

Wsw instroomtraject

Nog niet afgesproken

Plaatsing binnen Combiwerk

Intern Combiwerk

Nog niet afgesproken

Herplaatsing in- of extern

Externe trajecten

40%

Plaatsing in een reguliere functie


6.         Begroting 2004 t/m 2006

 

In 2003 had Combiwerk een aparte post opgenomen in het totale veranderbudget voor de ontwikkeling en realisatie van de arbeidsontwikkelfunctie. De financiële middelen zijn in dit jaar slechts ten dele aangewend omdat niet overal aan toe werd gekomen dan aanvankelijk de gedachten naar uit gingen. Concreet is er van de begrote € 165.000,           € 35.000 daadwerkelijk besteed. Daar ook 2004 in belangrijke mate gezien kan worden als ontwikkeljaar, wat zoals blijkt uit deze evaluatie logisch en wenselijk is, zal het gereserveerde bedrag dat nog niet besteed is doorschuiven naar 2004. We werken voor 2004 ten aanzien van de arbeidsontwikkeling met twee budgetten:

o        Veranderbudget ten behoeve van de ontwikkeling en implementatie van arbeidsontwikkeling binnen Combiwerk.

o        Begroting Combiwerk Reïntegratie.

Deze laatste is gewoon opgenomen in de reguliere begrotingen (Combiservices BV), zei het dat nog geen positief exploitatieresultaat wordt verwacht.

 

 

Veranderbudget

 

* voor het jaar 2003 betreft het de realisatie, voor de daaropvolgende jaren is het de budgettaire planning.

 

Begroting Combiwerk Reïntegratie

 

Begroting Combiwerk Reïntegratie

2003

2004

2005

2006

Begroting

-129.000

-52.000

-39.000

-21.000

Realisatie (LE)

-136.000

 

 

 

 

 

Totaal budget arbeidsontwikkeling

 

Totaalbudget

2003*

2004

2005

2006

Veranderbudget

35.000

130.000

50.000

30.000

Begroting Combiwerk Reïntegratie

-136.000

-52.000

-39.000

-21.000

Totaal

-171.000

-182.000

-89.000

-51.000

* voor het jaar 2003 betreft het de realisatie (LE), voor de daaropvolgende jaren is het de budgettaire planning.


7.         Combiwerk      en het totale reïntegratie-instrumentarium van
         de gemeente Delft

 

Combiwerk is als een belangrijk werkgelegenheidsinstrument van de gemeente Delft, en vanuit haar rol als werkgever van de relatief zwakkere personen op de locale arbeidsmarkt één van de schakels in de ketenbenadering. Daarom kan Combiwerk zowel bij de ondersteuning van de beleidsontwikkeling als in de dagelijkse praktijk de doelstelling van een integrale (keten)aanpak helpen realiseren. Met de laagdrempelige arbeidsplaatsen en de begeleiding op maat in de diverse werksoorten biedt Combiwerk concreet de mogelijkheid om tot arbeidsintegratie en activering te komen. Dit kan voor mensen die het pad bewandelen van ‘uitkering’ naar ‘weer aan het werk’ de cruciale schakel zijn om bij een reguliere werkgever aan de slag te kunnen gaan. Wanneer Combiwerk in samenwerking met de gemeente de minder voor de hand liggende doelgroepen op deze manier beter kan kwalificeren voor de arbeidsmarkt, kan het voor de werkgever al iets meer voor de hand liggen om deze geactiveerde mens aan zijn werkzaamheden te zetten.

Combiwerk ziet zichzelf daarbij niet als autonome organisatie die los functioneert van haar sociale en economische omgeving. Integendeel, wij zien onszelf als een schakel in een brede keten van voorzieningen die ondersteunend en stimulerend werkt voor dat gedeelte van de arbeidsmarkt wat zonder die keten niet kan functioneren.

 

Het jaar 2003 hebben we gebruikt om ons netwerk te versterken, contacten en relaties beter te benutten en nieuwe bruggen te slaan. Een belangrijke brug is die naar de gemeente Delft. In de vele rollen die Combiwerk en de gemeente met elkaar ontwikkeld hebben, zoals opdrachtgever en opdrachtnemer, beleidsadviseur en beslisser, onderaannemer en bouwer wil Combiwerk laten zien dat zij haar aandeel in het oplossen van de locale problematiek van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt wil nemen en ook neemt. Daarom kijken we naar en denken mee met de gemeente als het gaat om instrumenten en maatregelen om vraag en aanbod op de arbeidsmarkt dichter bij elkaar te brengen. Dit natuurlijk in het bijzonder voor de doelgroep die niet in staat is op eigen kracht een goede plek te veroveren op deze markt.

Binnen het totale reïntegratie instrumentarium van de gemeente zal steeds meer de nadruk komen te liggen op een aanpak waarin ‘al direct aan het werk’ centraal staat. Kwaliteit staat daarbij wel voorop: er wordt zoveel mogelijk aangesloten op de mogelijkheden en wensen van de klant en het gaat niet om werkverschaffing, wel om activiteiten die helpen om regulier aan de slag te komen. Binnen het reïntegratie instrumentarium neemt het nieuwe stelsel gesubsidieerde arbeid een belangrijke plaats in. Uitgangspunt hierbij is geweest de huidige succesvolle onderdelen zoveel mogelijk te behouden, maar tevens de nieuw geboden ruimten te benutten. De gesubsidieerde arbeid bevat vier instrumenten: werkstage, dienstbetrekking, blijversregeling en loonkostensubsidie.

- Werkstage: bedoeld voor werkzoekenden die perspectief hebben op regulier werk, maar door het ontbreken van (relevante) werkervaring niet direct kunnen instromen op de reguliere arbeidsmarkt. De werkstage duurt zes maanden, z.s.m. na instromen, met behoud van uitkering en is gericht op reïntegratie. Deze werkstages zullen zoveel mogelijk worden ingezet afhankelijk van wens en profiel van de klant.  De stageplaatsen zullen zoveel mogelijk geworven worden bij werkgevers die kunnen voldoen aan voorwaarden als begeleiding en perspectief op doorstroom.

- Dienstbetrekking: ook bedoeld voor werkzoekenden die perspectief hebben op  regulier werk, maar door het ontbreken van (relevante) werkervaring nog niet direct kunnen instromen op de reguliere arbeidsmarkt. De dienstbetrekking duurt een jaar, kan volgen op de werkstage wanneer die nog geen uitstroom heeft opgeleverd, verder vergelijkbaar met de huidige Wiw-dienstbetrekking. Ook de dienstbetrekkingen zullen zoveel mogelijk worden ingezet afhankelijk van wens en profiel van de klant en zullen geworven worden bij werkgevers die kunnen voldoen aan voorwaarden als begeleiding, salaris en perspectief op doorstroom. Aan inleners wordt een inleenvergoeding gevraagd. De uitvoering van de dienstbetrekkingen (acquisitie en begeleiding van kandidaten) wordt neergelegd bij de st. Werkplan en Combiwerk.

- Blijversregeling: bedoeld voor werkzoekenden die (langdurig) geen perspectief hebben op een reguliere baan. Werknemers binnen deze regeling worden niet verplicht na een bepaalde periode door te stromen naar de reguliere arbeidsmarkt. Belangrijke elementen: voorkomen van dichtslibben van de regeling door bijvoorbeeld  een leeftijdscriterium en een eigen bijdrage van de werkgever.

- Loonkostensubsidie; tijdelijke subsidie voor werkgevers gedurende maximaal één jaar, bedoeld voor een werkgever die een werkzoekende in dienst neemt die tijdelijk extra ondersteuning nodig heeft.

 

Wij zien daarnaast een rol voor ons bedrijf bij de uitwerking van de Werkagenda van de gemeente Delft. De essentie van de Werkagenda, is het doen van een gericht arbeidsmarktaanbod aan werkgevers met als doel hen te stimuleren personeel aan te trekken of te behouden uit, zoals geformuleerd in de Werkagenda, ‘minder voor de hand liggende doelgroepen’.

Combiwerk ziet ook in het gemeentelijk initiatief van de Werkagenda de mogelijkheid om op lokaal niveau krachten te bundelen voor een beter functionerende arbeidsmarkt.

 

De Werkagenda behelst een aantal in samenhang gepresenteerde bestaande producten aan werkgevers, gericht op de personeelsvoorziening en een betere werking van de lokale arbeidsmarkt voor bepaalde doelgroepen.

Voor de realisatie van de Werkagenda is al eerder de bereidheid vanuit Combiwerk getoond om op zowel het niveau van de uitvoering als op de besturing van het plan van aanpak een inzet te leveren. Wij zijn daarover inmiddels in gesprek met WIZ.

 

 


Bijlage 1

Scenario 3

Gematigd doorontwikkelen naar een

arbeidsontwikkelorganisatie middels arbeid

 

 

Scenario 3, De nieuwe koers van Combiwerk (januari 2003)

In deze windrichting wordt toegewerkt naar een volledige uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening zoals bij het tweede scenario verwoord. Alleen wordt de sociale infrastructuur die daarmee wordt ontwikkeld niet exclusief gehouden voor één doelgroep, maar voor alle personen die een grote afstand hebben tot de arbeidsmarkt. Daarmee wordt recht gedaan aan het instrumentarium (volledige benutting) en aan de locale problematiek (veel mensen met een complexe problematiek die toch een activering of reïntegratietraject geboden moeten krijgen). Alleen dit wordt stapsgewijs ontwikkeld. Combiwerk heeft zich de laatste 10 jaar te beperkt bekwaamd in de sturing en begeleiding van arbeidsontwikkeling van het individu en zal zich toe moeten leggen op het ontwikkelen van kennis en vaardigheden en het implementeren van toetsingsinstrumenten en leerwerkprogramma’s. Ook de aansluiting met regulier onderwijs en de reguliere markt moet worden hervonden. In 2002 heeft Combiwerk binnen de beveiliging en de schoonmaak hier al een flinke impuls aan gegeven. Voor de Groenvoorziening is ook een aanvang gemaakt wat in 2003 zal worden gecontinueerd. Gelijk oplopend met deze ontwikkeling wil Combiwerk ervaring opdoen met andere doelgroepen dan de vertrouwde SW-doelgroep. Daarbij is een belangrijk deel van de REA-doelgroep wel bekend (oud SW-doelgroep), maar de fase 4 klant van de sociale dienst weer niet. Ook in dit scenario geldt dat de werkbedrijven het krachtigste instrument zijn om mensen te reactiveren en reïntegreren in werk.  De werkbedrijven zorgen voor relevant werk zowel voor de SW-doelgroep als voor werksoorten met een duidelijke arbeidsmarktrelevantie voor hen die doorstromen naar werk in een reguliere omgeving. De begeleidingscomponent binnen de werkbedrijven wordt geprofessionaliseerd en erkende leerwerkprogramma’s geïmplementeerd. Aanvullend op de gemeentelijke doelgroepen kan Combiwerk haar instrumentarium ter beschikking stellen en participeren in de commerciële aanbestedingen. Belangrijke voorwaarde is dat dit gebeurt met een financiële en juridische knip tussen de SW-uitvoering en private activiteiten op de reïntegratiemarkt. Door een stapsgewijze aanpak kan ervaring worden opgedaan met nieuwe doelgroepen en krijgt het bedrijf de tijd om zich nieuwe kwaliteiten eigen te maken. Dit geeft ook tijd om te bezien hoe de reïntegratiemarkt zich ontwikkeld en een passende marktstrategie uit te zetten. 

 

Voordelen van deze windrichting

o        Overzichtelijke ontwikkeling met kans om bij te sturen.

o        Aandacht voor twee kanten van het bedrijf: doorontwikkelen van de werkbedrijven en inrichten van een professionele sociale infrastructuur

o        De organisatie krijgt de tijd en wordt begeleid om zich deze kant op te ontwikkelen en doet dit zelf ook middels praktijkervaring: kleine aantallen van verschillende doelgroepen worden gecontracteerd in 2003.

o        Externe ontwikkelingen zijn soms nog erg onvoorspelbaar zoals de bewegingen van de reïntegratiemarkt, de wet en regelgeving en het effect van een nieuw kabinet. Een jaar ontwikkeltijd geeft ruimte om hier adequaat op in te spelen

 

Nadelen van deze windrichting

o        Kosten gaan uit voor baten: de geschetste weg vraagt ontwikkeltijd en ontwikkelgeld en heeft nog beperkt rendement, maar levert in 2005 een positief bedrijfsresultaat.

o        De koers is wel bepaald, maar de beoogde resultaten van activeringsactiviteiten en de reïntegratieactiviteiten  (aantallen en financiële gevolgen) hangen nog af van de praktijkervaring in 2003.

 

De overige scenario’s waren:

1.       Doorvaren op de huidige (2001) koers, met concentratie op de productie

2.       Toewerken naar een volledige uitvoering van de Wsw, zonder aanvullende doelgroepen

3.       Versneld neerzetten van een volwaardig reïntegratiebedrijf  naast werkbedrijven

 

 


Bijlage 2

 

Ontwikkeling mensbedrijf (= arbeidsontwikkelbedrijf)

Hoofdstuk 4 uit de beleidsnota ‘De nieuwe koers’

 

4.1 De veranderopdracht

 

Voor het vormgeven van de arbeidsontwikkelfunctie binnen CombiWerk, is het nodig de werkbedrijven en de HRM afdeling beter toe te rusten zodat zij hun arbeidsontwikkeltaken kunnen verrichten.

 

De arbeidsontwikkelfunctie zal vorm krijgen binnen (een deel van) de werkbedrijven met de volgende taken:

o        opstellen en uitvoeren persoonlijke ontwikkelplannen,

o        arbeidsoriëntatieplaatsen,

o        werkervaringsplaatsen,

o        leerwerkmogelijkheden,

o        vakscholing

o        en de mogelijkheid gedetacheerd te worden bij een regulier bedrijf

en binnen een nog in te richten Trajectorganisatie met de volgende taken:

o        intake

o        informatieverzameling, en testen (al dan niet ingekocht)

o        opstellen trajectplan

o        monitoren uitvoering trajectplan

o        inkoop en interne uitbesteding werkervaring, jobcoaching en scholing

o        bemiddeling naar regulier werk

o        subsidieondersteuning en nazorg

 

4.2 Aanpak met drie sporen

 

De realisatie van de veranderopdracht loopt over twee jaar. Het jaar 2003 is het jaar van het kwartiermaken: ontdekken, ontwikkelen en ontwerpen. Hierbij kijken we duidelijk naar de ervaringen van koplopers in de wereld van SW bedrijven op dit gebied, zowel om beproefde werkwijzen over te nemen als fouten, vaak voortkomend uit een te grote ambitie, te voorkomen.

 

Dit eerste jaar moet ook gezien worden als een noodzakelijke inhaalslag ter versterking van de infrastructuur op het gebied van o.m. trajectbegeleiding voor huidige en vooral nieuwe SW-medewerkers. Door op – voorlopig bescheiden – schaal deze dienstverlening ook binnen de gemeente en op de lokale markt aan te bieden wordt gestreefd een deel van de kosten te dekken.

 

Tevens is het aanzet tot een groter volume wat de basis moet vormen om t.z.t. de investeringen terug te verdienen. Het bedrijfsplan eind 2003 zal hierover duidelijkheid verschaffen. Tevens vormt het de basis voor de beslissing deze dienstverlening te beperken tot CombiWerk, de gemeente en enkele lokale klanten of door te groeien naar een grotere opzet (Mensbedrijf in ruimer kader).

 

Het jaar 2004 is bedoeld voor implementatie en creëren van eenduidigheid en een vereist kwaliteitsniveau binnen geheel CombiWerk.


De kosten en opbrengsten van de veranderopdracht bedragen:

 


 


In de meerjarenbegroting laat eerst in 2005 de Trajectorganisatie een positief resultaat zien (negatieve kosten).

 

De realisatie loopt in het eerste jaar langs drie sporen.

1.           Het eerste spoor betreft de overall sturing en het bieden van faciliteiten voor ontwerp, ontwikkeling en de verandering binnen heel CombiWerk. Hiertoe krijgt een manager de veranderopdracht die zich bij de opdrachtuitvoering laat ondersteunen door een ontwikkelteam. De directeur is opdrachtgever. De verandermanager maakt een voorstel voor de nieuwe werkprocessen binnen CombiWerk, waarin duidelijk wordt hoe de verantwoordelijkheden liggen voor werkbedrijven, HRM en Trajectorganisatie. Eind 2003 is dit plan, inclusief een bedrijfsplan voor de Trajectorganisatie voor 2004 en 2005 gereed. Een eerste schets hoe de werkprocessen eruit kunnen zien is hierna opgenomen.
Onder supervisie van het ontwikkelteam wordt gelijktijdig het tweede en derde spoor uitgezet.

2.           Het tweede spoor betreft het ervaring opdoen met een pilot, die zal worden uitgevoerd bij de bedrijven groenvoorziening en potplantenkwekerij.
Deze pilot heeft een voorbeeldfunctie voor de andere bedrijven en levert eind 2003 een leerdocument op met daarin de belangrijkste aandachtpunten en leerpunten voor de overige werkbedrijven.
Overigens betekent het kiezen van een pilotbedrijf zeker niet dat er binnen de andere bedrijven niets gebeurt, integendeel. Binnen het aangegeven eigen tempo wordt conform de sociale resultaten die overeengekomen zijn in het meerjarenplan door de bedrijven meegewerkt aan de arbeidsontwikkelfunctie.

 

3.           Het derde spoor betreft het ervaring opdoen met interne en externe trajecten bij een uitvoeringsteam met professionele krachten op gebied van intake en trajectbegeleiding.
Het uitvoeringsteam van de Trajectorganisatie draagt er zorg voor de uitvoering van:

o        SW-intake, en opstellen van trajectplan voor ieder die in 2003 wordt aangemeld en geplaatst, tevens wordt een start gemaakt voor de rapportage voor de herindicatie. Naar verwachting betreft het hier 90 intakes en toeleidingen naar indicatiecommissie en 50 trajectplannen.

o        15 commerciële REA-deeltrajecten en

o        10 volledige REA-trajecten verzorgen voor de gemeente gericht op arbeidsintegratie in een reguliere functie

o        10 fase 4 cliënten van de sociale dienst middels arbeidsactiviteiten activeren en arbeidsgewenning bieden. Aansluitend kan een traject opgesteld worden gericht op uitstroom uit de uitkeringssituatie door instroom naar (gesubsidieerd) werk.

 


Tevens biedt het uitvoeringteam op aanvraag van de werkbedrijven en/of afdeling HRM:

o        Ondersteuning bij het opstellen van persoonlijke ontwikkelingsplannen voor hen die zijn ingestroomd op basis van de nieuwe wet (v.a. 1 januari 1998) dit met het oog op de herindicatie.

o        Ondersteuning bij het opstellen van trajectplannen/herplaatsingsplannen en begeleiden van personen die herplaatst moeten/willen worden binnen een ander werkbedrijf

o         Ondersteuning bij de uitvoering van Begeleid Werken – trajecten. Vooralsnog door inkoop bij derden (Werkstroom / Naaldwijk, Werkplan / Delft). Later, na de leerfase, zal de uitvoering in eigen beheer plaatsvinden.

 

Daarnaast werkt het uitvoeringsteam aan een kennisbank ten aanzien van subsidies en subsidieregelingen ten behoeve van de uitvoering van de eigen trajecten, alsmede voor werkgevers die kandidaten van CombiWerk willen plaatsen in hun bedrijf.

In 2004 moet het uitvoeringsteam subsidieondersteuning als product kunnen bieden aan werkgevers.

 

 


Bijlage 3

 

Samenvatting van de veranderopdracht arbeidsontwikkeling

 

 

De opdracht voor de ontwikkelmanager arbeidsontwikkeling zoals vastgesteld door de directie in het voorjaar van 2003 omvatte de volgende elementen:

 

I           De arbeidsontwikkelfunctie

 

De arbeidsontwikkelfunctie zal vorm krijgen binnen (een deel van) de werkbedrijven met de volgende taken:

o        opstellen en uitvoeren persoonlijke ontwikkelplannen,

o        arbeidsoriëntatieplaatsen,

o        werkervaringsplaatsen,

o        leerwerkmogelijkheden,

o        vakscholing

o        en de mogelijkheid gedetacheerd te worden bij een regulier bedrijf

 

en binnen een nog in te richten Trajectenorganisatie met de volgende taken:

o        intake

o        informatieverzameling, en testen (al dan niet ingekocht)

o        opstellen trajectplan

o        monitoren uitvoering trajectplan

o        inkoop en interne uitbesteding werkervaring, jobcoaching en scholing

o        bemiddeling naar regulier werk

o        subsidieondersteuning en nazorg

 

 

II          Veranderopdracht

 

Combiwerk was toen nog onvoldoende bekend met bovengenoemde taken en gebruikte 2003 om ervaring op te doen en op basis van deze ervaring:

1.       kennis en draagvlak te creëren binnen het bedrijf

2.       inzicht te krijgen in benodigde kwaliteit en kwantiteit om een serieuze partij te zijn en een actieplan op te stellen hoe op gewenst niveau te komen

3.       duidelijkheid te hebben over de benodigde organisatorische aanpassingen, middelen en instrumenten om arbeidsontwikkeling te kunnen bieden aan de in de visie genoemde doelgroepen

4.       een plan opstellen voor de structurele vormgeving van arbeidsontwikkeling en

5.       dit plan implementeren in 2004.

 

 

III         Kwaliteitsnorm

 

De kwaliteitsnorm die bij implementatie in 2004 wordt gehanteerd is voor externe trajecten afgeleid van de branchenormen om te voldoen aan de Borea kwalificaties.

Voor de interne trajecten dient een interne kwaliteitsnorm ontwikkeld te worden die zoveel mogelijk aansluit bij de betreffende branche.

Voor de leerwerktrajecten geldt de kwaliteitsnorm dat de SW-doelgroep er volledig in moet passen. De leerwerktrajecten die bedoeld zijn uitstroom te realiseren dienen dus marktconform te zijn en erkend te worden door de branche waartoe wordt opgeleid.

 

 

 

 

 

IV         Kwantiteitsnorm

 

Resultaten in aantallen

2003

2004

2005

SW intake

90

100

110

SW opstellen uitvoeren trajectplannen

50

60

70

Fase 4 trajecten van de gemeente Delft, samenlopers en voortrajecten

10

20

30

REA deeltrajecten (KREW, Kliq, etc)

15

20

25

Reïntegratie volledige trajecten
(Gemeente)

10

20

30

Ondersteuning aan herplaatsers

5

10

15

Ondersteuning aan reïntegratie poortwachter

5

10

15

 

 

V          Uitwerking 2003 via drie sporen:

 

De realisatie van de veranderopdracht loopt over twee jaar. Het jaar 2003 is bedoeld voor ontdekken, ontwikkelen en ontwerpen, mede op basis van een stuk praktijkervaring. Het jaar 2004 is bedoeld voor implementatie en creëren van eenduidigheid en een vereist kwaliteitsniveau binnen geheel Combiwerk. De realisatie loopt in het eerste jaar langs drie sporen.

Het eerste spoor betreft de overall sturing en het bieden van faciliteiten voor ontwerp, ontwikkeling en de verandering binnen heel Combiwerk. Hiertoe krijgt een manager de veranderopdracht die zich bij de opdrachtuitvoering laat ondersteunen door een ontwikkelteam. De directeur is opdrachtgever. Onder supervisie van het ontwikkelteam wordt gelijktijdig het tweede en derde spoor uitgezet.

Het tweede spoor betreft het ervaring opdoen binnen een pilot werkbedrijf. De ervaringen leveren blauwdrukken op voor de rest van de werkbedrijven.

Het derde spoor betreft het ervaring opdoen met interne en externe trajecten bij een uitvoeringsteam met professionele krachten op gebied van intake en trajectbegeleiding.

 




Bijlage 4

Samenvatting van het wetsvoorstel

voor wijziging van de Wsw

 

Titel: modernisering van de SW

Modernisering gaat in twee stappen:

Per 1-4-2004, met accent op indicatiestelling bij CWI

Per (n.t.b.) in 2005, met accent op modernisering instrumentarium (met name begeleid werken) en sturing

 

Kern:

·                Meer maatschappelijk integratie = meer buiten (Begeleid Werken), minder binnen (SW-dienstverband) plaatsen

·                SW-bedrijf mag zelf Begeleid Werken uitvoeren

·                Meer sturing/regie van de gemeente (o.a. omlegging geldstroom)

·                Bewaking instroom/doelgroep

 

Indicatiestelling (structuur)

·                Onafhankelijk bij CWI streefdatum 1-4-2004

·                7 Landelijke experimenten

·                SW indicatie is vrijwillig

·                Weigering van een passende functie kan gemeente gebruiken de indicatie af te nemen.

 

Uitgangspunt: iedereen krijgt indicatie begeleid werken, tenzij…..

 

Indicatiestelling (inhoud)

·                Verzamelt gegevens over betrokkene

·                Regelt zonodig test (niet in SW-omgeving)

·                Bepaalt wel of niet SW-indicatie

·                Bepaalt de handicapcategorie

·                Bepaalt benodigde aanpassingen op de werkplek

·                Bepaalt de duur van de indicatie

·                Bepaalt het moment van herindicering

·                Minimale geldigheid: 2 jaar

·                Maximale geldigheid 5 jaar

 

Rutte wil met nieuwe indicering bereiken dat:

·                Door sterke afbakening van doelgroep volume van de wachtlijst wordt teruggedrongen.

·                Door afstemming met andere vormen van claimbeoordeling en indicatiestelling een efficiëntieslag op de indicatiestelling)

·                Door terugdringen van test en trainingsfaciliteiten bij SW-bedrijven voorafgaand aan een indicatiestelling een objectievere beoordeling zonder belang.

 

Rol en taak van de gemeente:

·                Zorgplicht in het kader van de Wsw

·                Beheer van de wachtlijst

·                Opstellen van trajectplannen

·                Passende SW-arbeidsplaatsen

 

Financiering

Uit te werken voor 2005: Geld naar gemeenten i.p.v. naar schap met het oog op het beleid kunnen ontwikkelen en met geld kunnen sturen op de realisatie van het gemeentelijke beleid.

Oormerken geld voor begeleid werken om kracht bij te zetten voor het uitgangspunt: indicatie is iedereen begeleid werken, tenzij….

 

De overheid voorziet:

·                Een stabiliteit van het macrobudget

·                Een terugdringing van de wachtlijst

·                Een terugdringing van het volume SW ‘binnen’

·                Een groei van volume SW in begeleid werken

·                Een mindere benutting van SW-medewerkers van de bestaande SW-bedrijfsinfrastructuur

·                Een mogelijkheid voor SW bedrijven de vrijkomende infrastructuur ter beschikking te stellen voor andere reïntegratietrajecten (mag niet ten kosten van SW-doelgroep en gescheiden financiering)

 

CAO-afspraak

·                Iedere nieuwe medewerker op minimumloon met scholings/begeleidingstraject en uitstroom/doorstroomplan of,

·                Direct geplaatst op functie met functieloon

·                Bij plaatsing op minimumloon zonder IOP is werkgever verplicht met terugwerkende kracht tot datum van indiensttreding functieloon in te voeren.

 

 

Samenhang WWB

SW wordt vangnet voor personen waarbij reïntegratie op reguliere markt op korte termijn niet succesvol is.

 

Verwachtte wetswijzigingen in 2005:

·                Inhoudelijke afstemming claimbeoordelingen en indicatiestellingen

·                Bevorderende maatregelen t.b.v. begeleid werken

·                Andere financieringssystematiek waaronder:

o        Financiering vanaf het moment van plaatsing op de wachtlijst

o        Geldstroom via de gemeente i.p.v. voorziening

o        Omlegging geldstroom om werkgevers te stimuleren SW-ers in dienst te nemen.