Hierbij ontvangt u de rapportage van de quick-scan betreffende genotmiddelengebruik in drie jongerenscènes in Delft, genaamd “Uit (je dak) in Delft 2005”.

Zowel in de Nota Integraal Veiligheidsbeleid (Naar een veiliger Delft) als in de Nota verslavingsbeleid 2003 – 2007, is aandacht gevraagd voor alcoholmatigingsbeleid. Naar aanleiding hiervan is in 2004 een werkgroep commerciële horeca gestart. De werkgroep herziet het hoofdstuk Veilig Uit van de Horecamap. Er bleek in dit verband onduidelijkheid te bestaan in hoeverre er sprake is van problematisch gebruik van uitgaansdrugs (inclusief alcohol) door jongeren in Delft. Om hier wat meer inzicht in te krijgen is eind 2004/ begin 2005  een quick-scan uitgaansdrugs uitgevoerd op plaatsen waar veel jongeren komen. Het betreft hier jongerencafés, jongerencentra en studentensociëteiten.

 

De vraagstelling van het quickscan-onderzoek in Delft luidde:

·         Wat is de aard en omvang van het alcohol- en druggebruik onder uitgaande jongeren in Delft?

·         Wat vinden jongeren van de sociale veiligheid in deze jongerenscènes?

Het onderzoek had betrekking op 3 soorten vrijetijdslocaties:

·         commerciële uitgaansgelegenheden, variërend van cafés tot discotheken

·         sociëteiten van studentenverenigingen

·         jongerencentra

 

Er is gebruik gemaakt van interviews met sleutelfiguren (panelleden) uit de jongerenscènes, veldobservaties ter plekke en searches op internet

Enkele van de belangrijkste uitkomsten:

-          Een substantieel van de jongeren voelt zich niet aangesproken door de sfeer en het uitgaansaanbod in Delft en wijkt daarom veelal uit naar Rotterdam of Den Haag.

-          Delft wordt door zo goed als alle panelleden ervaren als een rustige “dorpse” stad waar weinig onveiligs gebeurt. Op een enkeling na voelen ze zich veilig ’s nachts op straat en in de uitgaansgelegenheden waar ze regelmatig komen.

-          Wat betreft het genotmiddelengebruik staat alcohol, met name het drinken van bier, in alledrie de jongerenscènes veruit bovenaan (op grote afstand) gevolgd door, hasj & weed, XTC,  snuifcoke en speed. Met name het alcoholgebruik bevestigt het landelijke beeld van een hoog percentage drankgebruik onder jongeren).

-          Het gebruik van minder gangbare genotmiddelen wordt praktisch niet genoemd of geconstateerd. Deze uitkomst is uitermate gering in vergelijking met grote steden als Den Haag.

-          Panelleden geven aan dat er weinig onderling wordt gesproken over alcoholmatiging. Als preventiemiddel tegen overmatig drankgebruik werd ‘niet meer schenken aan iemand die teveel op heeft of lastig wordt’ het meest genoemd door de panelleden. Als andere maatregel werd het niet meer verkopen van flessen sterke drank aanbevolen. Wat betreft illegale genotmiddelen noemden enkele panelleden het strenger controleren aan de deur, terwijl 1 panellid het belang van voorlichting benadrukte.    

 Het is goed om te beseffen dat deze uitkomsten slechts iets zeggen over de consumptie van genotmiddelen binnen de onderzochte locaties en dus geen directe indicatie zijn voor het genotmiddelengebruik in algemene zin.

 

Het beeld dat uit de quick-scan naar voren komt wordt, wat betreft het uitgaansleven, grotendeels bevestigd door de uitkomsten uit het onderzoek onder jongeren dat de Jongerenraad Delft in 2005 heeft laten uitvoeren (zij het dat dit onderzoek niet echt ingaat op genotmiddelengebruik). De jongerenraad heeft jongeren van 13 tot 26 jaar bevraagd op een groot aantal onderwerpen, waaronder problemen met drugs- en alcoholgebruik, uitgaan en veiligheid.

Er zijn 738 enquêtes ingevuld waarvan 80% door de leeftijdscategorie 18 – 26 jaar. Enkele uitkomsten:

-          De helft van de jongeren gaat meestal uit in Delft, een kwart in Rotterdam en 13% in Den Haag

-          Jongeren zijn over het algemeen niet erg te spreken over het uitgaansaanbod. Er is vooral behoefte aan een goede grote discotheek

-          Ongeveer 13% heeft zich vorig jaar wel eens onveilig gevoeld in een uitgaansgelegenheid. Hierbinnen scoort de jongste categorie en de categorie meisjes het hoogst. Oorzaken waren: aanwezigheid ongure types (34%), lastig gevallen (14%), vechtpartij meegemaakt (14%), teveel mensen in te kleine ruimte ((9%), agressief gedrag (8%) en dronken mensen (7%).

-          Van de jongeren in Delft vindt 3% dat ze problemen hebben met alcohol- of drugsgebruik of met gokken.

 

De werkgroep Veilig Uit zal zich, aan de hand van de uitkomsten van de quick-scan, buigen over de vraag welke preventie- of toezichtmaatregelen eventueel aanbeveling verdienen.  De uitkomsten van de quick-scan zullen tevens als input dienen voor het preventiebeleid aangaande paracommerciële horeca en studentensociëteiten.

Bestaande preventieactiviteiten op het gebied van genotmiddelengebruik zijn opgenomen in de Nota Verslavingszorg 2003 – 2007 en de daaraan gekoppelde jaarplannen. Zo start er eind dit jaar, naar aanleiding van de uitkomsten van een regionaal onderzoek van GGD en het Trimbosinstituut, een campagne gericht op ouders van jonge drinkers (kinderen beginnen steeds eerder met alcoholgebruik en ouders gedogen dat veelal).