Inleiding

 

De gemeente Delft biedt haar inwoners met een laag inkomen sinds 1 maart 2000 de mogelijkheid gebruik te maken van een collectieve ziektekostenverzekering voor minima (genaamd: AV Delft). De gemeente heeft hiertoe een overeenkomst gesloten met DSW zorgverzekeraar. De kern van de overeenkomst is dat deelnemers een aantal vergoedingen bij DSW kunnen claimen, waarvoor voorheen een aanvraag voor bijzondere bijstand moest worden ingediend. Op deze wijze wordt de drempel, om gebruik te maken van het recht op vergoeding van kosten via de bijzondere bijstand, verlaagd. In deze nota wordt stilgestaan bij de resultaten die tot nu toe bereikt zijn, in het licht van de oorspronkelijke doelstellingen. Vervolgens wordt aandacht besteed aan een aantal recente (landelijke) ontwikkelingen, die van invloed zijn op deze voorziening. Tot slot worden conclusies getrokken voor ons toekomstig beleid.

 

 

1.                   Aanleiding heroverweging

 

De overeenkomst tussen de gemeente Delft en DSW loopt tot 1 maart 2005. De afgelopen maanden hebben wij dan ook stilgestaan bij de vraag onder welke condities de overeenkomst verlengd zou kunnen worden. Daarbij is vooral stilgestaan bij de vraag in hoeverre met de AV Delft de in 2000 geformuleerde doelstellingen ook daadwerkelijk zijn gerealiseerd.

Ook enkele belangrijke wijzigingen in wetgeving nopen ons na te denken over de gevolgen daarvan voor de overeenkomst met DSW. Concreet gaat het daarbij om de basisverzekering voor ziektekosten (de Zorgverzekeringswet) en de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Het kabinet streeft er naar beide wetten per 1 januari 2006 te laten ingaan.

 

 

3.         Keuze voor DSW

 

Wij zijn voornemens een nieuwe overeenkomst met DSW te sluiten. Onzerzijds gaat de voorkeur uit naar een overeenkomst voor onbepaalde tijd, die jaarlijks kan worden opgezegd. Deze overeenkomst kan worden gesloten zonder dat sprake is van een openbare aanbesteding omdat de gemeente niet een zelfstandige keuze voor DSW maakt. De positieve resultaten van een collectieve verzekering worden uitsluitend bereikt indien een substantieel deel van de doelgroep ook feitelijk deelneemt. De gemeente sluit daarom aan bij de keuze die door de inwoners van de gemeente Delft is gemaakt[1]. De gemeente heeft juridisch geen mogelijkheid minima te verplichten hun ziekenfondsverzekering onder te brengen bij een andere zorgverzekeraar.

 

 

4.         Oorspronkelijke doelstellingen AV Delft

 

Met de invoering van de AV Delft beoogden wij een drietal concrete beleidsdoelstellingen:

1. De Delftse minima vollediger en goedkoper verzekeren tegen
    ziektekosten;

2. Bestaande drempels wegnemen, waardoor het gemak en het gebruik van
    de medische voorzieningen toeneemt;

3. Het verminderen van de werkdruk binnen de sector WIZ.

Deze doelstellingen zijn geformuleerd in de collegenota van 18 november 1999 en ontleend aan de armoedenota van april 1997.

 

Uit deze doelstellingen zijn ambtelijk de volgende taakstellingen afgeleid:

§         Deelname onder bijstandsgerechtigden

75 – 80%

§         Deelname onder de bijstandsgerechtigden die bij DSW zijn verzekerd:

90%

§         Deelname onder overige minima in 2003

25 – 50%

 

§         Uitbestedingpercentage medische kosten

(deel van de vergoedingen dat via DSW wordt uitgekeerd)     

 

40%

§         Relatieve uitvoeringskosten

(uitvoeringskosten in relatie tot de uitgaven)

maximaal 43%

 

 

5.         Resultaten AV Delft

 

Jaarlijks worden de resultaten van de AV Delft geëvalueerd. Op basis van de meest recente evaluatie (over 2003) kunnen wij de volgende resultaten melden:

 

§         Deelname onder bijstandsgerechtigden

56%

§         Deelname onder de bijstandsgerechtigden die bij DSW zijn verzekerd:

70%

§         Deelname onder overige minima in 2003

35%

§         Uitbestedingpercentage medische kosten

40%

§         Relatieve uitvoeringskosten

 

            43%

Op grond van het bovenstaande kan de conclusie getrokken worden dat:

§         De deelname aan de AV Delft nog iets achterblijft bij de doelstelling;

§         De beoogde uitbesteding inmiddels is gerealiseerd;

§         De relatieve uitvoeringskosten nog niet gedaald zijn.

 

 

6.         Toegang tot de zorg en minimabeleid

Nederland kent een voorzieningenstelsel dat in theorie de toegang tot de gezondheidszorg voor alle inwoners garandeert. Naast de wettelijke verzekeringen op grond van de AWBZ en de Ziekenfondswet, bestaan er aanvullende verzekeringen voor kosten die niet door de wettelijke verzekeringen gedekt worden. Voor minima bestaat bovendien het vangnet van de bijzondere bijstand.

 

6.1       Omvang doelgroep

De doelgroep voor het gemeentelijk minimabeleid[2], bestaat per 1 januari 2004 uit ruim 3.600 volwassenen met een bijstandsuitkering en ongeveer 4.900 inwoners[3] met een andere bron van inkomen. Ten aanzien van de laatst genoemde groep zal uit bestandskoppeling het precieze aantal blijken.

 

6.2       Lastenverzwaring

De afgelopen jaren heeft de rijksoverheid de dekking van de wettelijke ziektekostenverzekeringen steeds verder ingeperkt. Zo werden per 1 januari 2004 de vergoedingen voor tandheelkundige hulp aan volwassenen, fysiotherapie, geneesmiddelen, thuiszorg, vervoer en psychotherapeutische hulp verminderd. Omdat deze beperkingen voor een deel binnen de aanvullende verzekeringen werden gerepareerd, stegen deze fors in prijs. Ook de nominale ziekenfondspremie steeg de afgelopen jaren sterk, mede als gevolg van vermindering van de rijksbijdrage aan de financiering van de Ziekenfondswet. In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van de premieontwikkeling voor ziekenfondsverzekerden in de jaren 1997 – 2004.

 

6.3       Gebruik bijzondere bijstand

Uit landelijk onderzoek blijkt dat relatief weinig rechthebbenden gebruik maken van de mogelijkheid tot vergoeding van medische kosten via de bijzondere bijstand. In de armoedemonitor 2001 geven SCP en CBS aan dat over een periode van 3 jaar slechts 30% van de minima een uitkering op grond van de bijzondere bijstand ontvangt. Het niet-gebruik speelt voornamelijk bij minima die geen bijstandsuitkering genieten. De belangrijkste redenen voor het niet-gebruik zijn: de onbekendheid met de voorziening, de hoge psychologische drempel die wordt ervaren bij het aanvragen van een vergoeding bij de Sociale Dienst en de administratieve drempels binnen de aanvraagprocedure.

In totaal heeft de gemeente Delft in 2003 een bedrag van € 226.800,- verstrekt aan haar inwoners als bijzondere bijstand voor medische kosten, inclusief uitgaven via de AV Delft. Een specificatie van dit bedrag is opgenomen in bijlage 2. Per volwassen inwoner met een minimum inkomen is dit € 29,-. De gemeente ligt daarmee iets boven het gemiddelde van    

€ 25,- zoals onze adviseur BS&F dat in bijna 150 gemeenten heeft berekend. Wij taxeren dat deze boven-gemiddelde uitkomst vooral het gevolg is van het aanbieden van de AV Delft. Op grond van het voorgaande moet aangenomen worden dat in de gemeente Delft nog steeds sprake is van een belangrijk niet-gebruik van de bijzondere bijstand voor medische kosten.

 

7.         Toekomstige ontwikkelingen

7.1        Basisverzekering voor ziektekosten

Op 17 september 2004 heeft het kabinet bij het parlement het wetsontwerp voor een basisverzekering ziektekosten ingediend (de Zorgverzekeringswet). De beoogde invoeringsdatum van de wet is 1 januari 2006. Vanuit een perspectief van gemeentelijk minimabeleid zijn de belangrijkste kenmerken van deze verzekering:

a.       De dekking is (vrijwel) gelijk aan de dekking van de Ziekenfondswet.

b.       De basisverzekering kent geen verplicht eigen risico, maar verzekerden mogen kiezen voor een vrijwillig eigen risico van € 100,- tot € 500,- per volwassene per jaar, in ruil voor een korting op de premie;

c.       In tegenstelling tot de ziekenfondsverzekering wordt de basisverzekering beëindigd bij premieachterstand van een bepaalde omvang. Er komt een boete te staan op het niet verzekerd zijn;

d.       De nominale premie wordt verhoogd van de huidige € 25,- per maand tot gemiddeld  € 90,- per maand. Via een zorgtoeslag kunnen minima een vergoeding ontvangen, voorzover de door hen te betalen premie een bepaald percentage van het inkomen overstijgt.

e.       Verzekeraars mogen collectiviteiten een korting verlenen op de nominale premie, waarvan de hoogte uitsluitend door de omvang van de collectiviteit wordt bepaald. Binnen de Ziekenfondswet is een dergelijke korting verboden.

 

Op basis van het bovenstaande concluderen wij dat invoering van de basisverzekering niet leidt tot een toe- of afname van het beroep op bijzondere bijstand. Daarbij gaan wij er voorshands van uit dat medische kosten, die niet door de basisverzekering vergoedt worden vanwege een vrijwillig gekozen eigen risico of vanwege premieachterstanden, ook niet voor bijzondere bijstand in aanmerking komen. Verder is duidelijk dat het belang van het voorkómen van premieschulden verder toeneemt. Ook concluderen wij dat onder de basisverzekering het belang van een collectieve verzekering voor minima verder toeneemt.

 

7.2.      Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO)

Het kabinet maakt vanaf 2006 met de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning een strikt onderscheid tussen ‘zorg’ en ‘maatschappelijke ondersteuning’. Zorg valt na invoering van de WMO onder de AWBZ en behelst alleen nog de langdurige zorg voor chronisch zieken, gehandicapten, chronisch psychiatrische patiënten en ouderen. Maatschappelijke ondersteuning valt straks onder de nieuwe WMO en gaat over de ondersteuning en begeleiding die het mensen mogelijk moet maken om volwaardig aan de maatschappij deel te nemen. De overheveling vanuit de AWBZ naar de WMO betreft vooral huishoudelijke verzorging, een deel van ondersteunende en activerende begeleiding en vervoer.

 

Op dit moment is nog onduidelijk of het kabinet voldoende steun heeft voor de invoering van de WMO, volgens het model dat beschreven is in de hoofdlijnenbrief d.d. 23 april 2004. De relatie met de bijzondere bijstand is naar onze taxatie overigens vrijwel nihil: er is immers geen sprake van een verslechtering van de vergoedingen maar van een overheveling van de ene wettelijke regeling naar een andere.

 


 

8.         Het vervolg

Uit het voorgaande trekken wij enerzijds de conclusie dat de AV Delft een effectief instrument is gebleken om de gemeentelijke doelstellingen te realiseren. Anderzijds is nog niet op alle onderdelen het gewenste resultaat bereikt. Wij zijn voornemens de effectiviteit van de AV Delft verder te verbeteren. Op basis van de ervaringen tot nu toe en omdat de toegang tot de zorg voor minima steeds meer onder druk is komen te staan, hebben wij nieuwe en hogere doelstellingen voor de AV Delft geformuleerd.

 

8.1               Deelname bijstandsgerechtigden

Wij zien mogelijkheden de deelname van bijstandsgerechtigden aan de AV Delft in 2005, in een nauwe samenwerking met DSW, te verhogen van de huidige 56% tot 80% (dit is 90% van de bijstandsgerechtigden die bij DSW verzekerd zijn, conform de oorspronkelijke doelstelling).

 

8.2               Deelname overige minima

Wij zien ook mogelijkheden om de deelname van overige minima verder te verhogen. Een ambitieniveau van 45% is volgens ons haalbaar, omdat wij binnenkort onderzoek laten doen naar het aantal minima-huishoudens in de gemeente Delft met een andere bron van inkomen dan een bijstandsuitkering. Wij beschikken dan over een naw-bestand dat gebruikt kan worden om de doelgroep voor de AV Delft gericht te benaderen.

 

8.3               Dekking

De extra dekkingen van de huidige AV Delft betreffen kosten voor brillen/contactlenzen, orthodontie en de eigen bijdragen voor kraamzorg, psychotherapie en thuiszorg. Wij zijn met DSW in gesprek over een uitbreiding van de dekking met kosten voor tandheelkundige hulp, eigen bijdrage hulpmiddelen en dieetkosten. Het uitbestedingspercentage kan door de uitbreiding van het pakket en de verhoging van de deelname oplopen van de huidige 40% tot 70%. Het pakket biedt daarmee dekking voor de 5 belangrijkste medische kostensoorten, waarvoor bijzondere bijstand wordt aangevraagd.

 

8.4       Chronisch zieken, gehandicapten en ouderen

Het kabinet heeft besloten in 2005 het fictieve budget voor bijzondere bijstand binnen het gemeentefonds met € 25 miljoen structureel te verhogen. Wij zijn voornemens ons aandeel in dat bedrag (€ 165.000) in het bijzonder aan te wenden voor de compensatie van chronisch zieken, gehandicapten en ouderen,voor de gestegen ziektekosten. Bij een effectieve inzet van deze middelen spelen 2 factoren een rol. Enerzijds moeten wij een beleid formuleren dat inwoners recht geeft op vergoeding van noodzakelijke medische kosten. Anderzijds moeten wij maatregelen nemen die aanwezige drempels wegneemt zodat de doelgroep ook daadwerkelijk gebruik maakt van die rechten.

 

8.4.a     Recht op vergoeding van kosten

In aanvulling op de huidige dekking van de AV Delft kunnen specifieke medische kostensoorten benoemd worden, waarvoor beleid gemaakt kan worden. De hierna genoemde kostensoorten zijn ontleend aan de handreiking van het ministerie van SZW[4].

 

Eigen bijdragen

Binnen de wettelijke verzekeringen bestaan de volgende eigen bijdragen:

-          Thuiszorg;

-          Psychotherapie;

-          Hulpmiddelen;

-          Kraamzorg;

-          Niet medisch noodzakelijke bevalling in ziekenhuis.

De eigen bijdragen voor thuiszorg, psychotherapie en kraamzorg zijn opgenomen in de dekking van de AV-Delft. Wij zijn voornemens ook de eigen bijdrage voor hulpmiddelen in het pakket op te nemen.

 

Alternatieve geneeswijzen

De AV-Standaard en de AV-Top van DSW bieden een vergoeding van 100% tot maximaal € 414 per persoon per jaar. In het algemeen kan deze vergoeding als adequaat worden beschouwd en is aanvullende bijzondere bijstand niet noodzakelijk. Voor chronisch zieken kan een uitzondering worden gemaakt indien de aanvraag wordt ondersteund door een positief advies van de GGD.

 

Ziekenvervoer

De vergoeding voor zittend ziekenvervoer (taxi, openbaar vervoer of eigen auto) is met ingang van 1 juni 2004 beperkt tot de volgende patiëntengroepen: nierdialyse-, radiotherapie- en chemokuurpatiënten, visueel gehandicapten en rolstoelgebruikers. De eigen bijdrage voor zittend ziekenvervoer bedraagt in 2004 € 81,- per gezin, per jaar.
Op aandringen van de tweede kamer heeft minister Hoogervorst in de regeling met ingang van 1 juni 2004 een hardheidsclausule opgenomen, die het mogelijk maakt een vergoeding te geven aan anderen dan de hiervoor genoemde groepen, voorzover zij een langdurige ziekte of aandoening hebben. De gezamenlijke zorgverzekeraars (Zorgverzekeraars Nederland) hebben criteria opgesteld om voor vergoeding op grond van de hardheidsclausule in aanmerking te komen. Deze criteria zijn (cumulatief):

§         langer dan vijf maanden vervoer;

§         minimaal twee keer per week vervoer;

§         meer dan 25 km afstand of 1 uur reistijd.

In de begroting 2005 van VWS wordt € 25 miljoen uitgetrokken om de sinds 1 januari 2004 opgetreden knelpunten binnen het zitten ziekenvervoer op te lossen.

Op basis van het voorgaande zien wij voorshands geen reden de dekking van de AV Delft op dit punt uit te breiden. In voorkomende gevallen kan na een individuele beoordeling bijzondere bijstand worden verstrekt.

 

Diëten

Wij zijn met DSW in gesprek om de extra kosten van een medisch noodzakelijk dieet via de AV Delft te vergoeden.

 

Zelfzorggeneesmiddelen

Zelfzorggeneesmiddelen (middelen die iedereen zonder recept bij drogist of apotheek kan kopen) werden tot 1 januari 2004 alleen nog via het ziekenfonds vergoed bij chronisch gebruik langer dan een jaar. Omdat sindsdien veel gebruikers van deze middelen zijn overgestapt naar duurdere middelen die wel door het ziekenfonds worden vergoed, gaat het kabinet de maatregel heroverwegen. In de begroting 2005 van VWS wordt € 12 miljoen uitgetrokken om 5 clusters zelfzorggeneesmiddelen weer in het verzekerde pakket op te nemen. Op basis van het voorgaande zien wij voorshands geen reden de dekking van de AV Delft op dit punt uit te breiden. In voorkomende gevallen kan na een individuele beoordeling bijzondere bijstand worden verstrekt.

 

Tandheelkunde

De bestaande dekking voor tandheelkundige hulp binnen de AV Delft is niet volledig. Gevolg daarvan is dat minima nog steeds regelmatig een beroep op bijzondere bijstand moeten doen voor deze kosten. Wij zijn met DSW in gesprek om de dekking voor tandheelkundige hulp aanzienlijk uit te breiden om het beroep op bijzondere bijstand fors terug te dringen.

 

Fysiotherapie

Iedereen boven de 18 jaar moet fysio- of oefentherapiebehandelingen (Mensendieck en Caesar) sinds 1 januari 2004 zelf betalen. Chronisch zieken krijgen de kosten vanaf de tiende behandeling nog wel vergoed. Binnen de AV Delft worden deze kosten afdoende gedekt, zodat een uitbreiding van de dekking niet nodig is.

 

8.4.b    Bereik van de doelgroep

Sinds 1 maart 2000 heeft de gemeente Delft een overeenkomst met Zorgverzekeraar DSW, waarmee een collectieve ziektekostenverzekering voor minima werd gecreëerd. Belangrijke doelstelling van deze regeling is het wegnemen van drempels om gebruik te maken van het recht op vergoeding van medische kosten, en daarmee het bereik van de bijzondere bijstand, te verbeteren. Uit de jaarlijkse evaluaties blijkt dat deze collectieve verzekering succesvol is. De regeling kent echter ook beperkingen. Allereerst neemt van de 8.500 (volwassen) minima in de gemeente Delft slechts 40% deel aan deze regeling. Daarnaast vergoedt de collectieve verzekering niet alle medisch noodzakelijke kosten.

Omdat de collectieve verzekering een instrument is dat het gebruik van bijzondere bijstand vergemakkelijkt, is het duidelijk dat vooral minima die vaak een beroep op zorgvoorzieningen moeten doen (vooral chronisch zieken, gehandicapten en ouderen) het meest profiteren van deze voorziening.

 

8.5               Uitvoeringskosten

Een belangrijke doelstelling van de AV Delft betreft het verminderen van gemeentelijke uitvoeringskosten. Voor een belangrijk deel voldoet de huidige AV Delft aan deze doelstelling: de gemeentelijke uitvoeringskosten voor de bijzondere bijstand bedragen ongeveer 43%[5] van de uitgaven, terwijl DSW voor deze kosten slechts 15% in rekening brengt. Toch bevat de huidige overeenkomst met DSW nog een knelpunt. De afspraken die met DSW zijn gemaakt rond de inhouding en doorbetaling van premies (bij bijstandsgerechtigden) veroorzaken binnen de gemeentelijke organisatie nog te veel uitvoeringskosten. Wij zullen met DSW in overleg treden met als doel om deze kosten belangrijk te verminderen dan wel van DSW een vergoeding te krijgen voor deze kosten. Het is onze doelstelling om de relatieve uitvoeringskosten te verlagen tot maximaal 30%.

 

8.6               Bijdrage DSW

Binnen de huidige overeenkomst levert DSW jaarlijks een bijdrage van ruim € 27.000 in de kosten van het gemeentelijk minimabeleid. Onze inzet is er op gericht deze bijdrage, ook binnen een nieuwe overeenkomst, te behouden.

 


 

9.         Financiële gevolgen

9.a        Uitkomsten 2001 tot en met 2004

In tabel 1 is een overzicht opgenomen van de financiële gevolgen van de invoering van de AV Delft. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de uitgaven wegens vergoedingen aan minima en de daaruit voortvloeiende uitvoeringskosten.

 

Bedragen in €

2001

2002

2003

2004

raming

Uitgaven via bijzondere bijstand

226.059

193.624

160.672

156.000

Uitgaven via gemeentepakket

81.550

102.696

106.130

119.000

Negatief saldo tussenrekening

2.205

0

3.419

3.000

Totaal uitgaven

309.814

296.320

270.221

278.000

 

 

 

 

 

Bijdrage DSW

-/- 27.227

-/- 27.227

-/- 27.227

-/- 27.000

 

 

 

 

 

Kosten van ext. communicatie

21.800

19.300

16.588

10.000

Uitvoeringskosten bijzondere bijstand (excl. GGD)

97.205

96.812

69.089

67.000

Uitvoeringskosten DSW

8.155

9.796

10.613

18.000

Kosten externe advisering

13.600

9.080

9.080

8.000

Totaal uitvoeringskosten

140.760

120.688

104.782

103.000

 

 

 

 

 

Relatieve uitvoeringskosten

45%

41%

39%

37%

 

 

 

 

 

Totaal

423.347

389.781

347.776

354.000

                                                                                                                                 tabel 1

 

9.b       Effecten voorgestelde intensivering

In tabel 2 zijn de structurele financiële effecten voor de gemeente opgenomen[6], van een tweetal scenario’s. De uitkomsten over 2003 gelden daarbij als basis.

- Scenario 1: toenemend bereik doelgroep (zie 8.1 en 8.2) met huidig pakket;

- Scenario 2: toenemend bereik doelgroep met uitbreiding pakket (zie 8.3).

 

tabel 2

Effecten (€) / scenario

 

Scenario 1

Scenario 2

Toename vergoedingen[7] via DSW (1)

28.100

142.700

Toename uitvoeringskosten DSW (2)

4.300

21.400

subtotaal

32.400

164.100

 

 

 

Af: afname bijzondere bijstand (3)

10.100

56.800

Af: afname uitvoeringskosten bijzondere bijstand (4)

4.300

24.400

Af: afname uitvoeringskosten AV Delft (5)

7.500

7.500

subtotaal

21.900

88.700

 

 

 

Toename structurele lasten per saldo

54.300

75.400

Eenmalige extra uitgaven (6)

21.000

21.000

 

 

Toelichting

(1)     Extra uitgaven wegens uitbreiding van de dekking met kosten voor   tandheelkundige hulp, eigen bijdrage hulpmiddelen en dieetkosten

(2)     De gemeente is met DSW een vergoeding van 15% voor uitvoeringskosten overeengekomen.

(3)     Als gevolg van de uitbreiding van de dekking van de AV Delft, zal het beroep op bijzondere bijstand afnemen.

(4)     Een afnemend beroep op bijzondere bijstand leidt tot een evenredige afname van de uitvoeringskosten. Het betreft een taxatie omdat de exacte uitvoeringskosten bijzondere bijstand niet uit de begroting zijn af te leiden. Dit wordt nader onderzocht.

(5)     Vereenvoudiging van de afspraken met DSW met betrekking tot inhouding en doorbetaling van premies.

(6)     Naast de genoemde toename van structurele lasten, is er sprake van eenmalige uitgaven in verband met de koppeling van bestanden en de daaruit voortvloeiende aanschrijving van de doelgroep.


 

9.c        Dekking

De extra kosten van de declaraties via DSW (€ 164.100 in scenario 2) kunnen gedekt worden uit de extra middelen die in 2005 worden toegevoegd aan het gemeentefonds, voor vergoeding van de gestegen medische kosten van chronisch zieken, gehandicapten en ouderen. Dit extra budget voor de gemeente Delft bedraagt € 165.000.

De afname van het beroep op de bijzondere bijstand (€ 56.800 in scenario 2) en van de uitvoeringskosten bijzondere bijstand (€ 24.400 in scenario 2) leveren een bijdrage aan de verbetering van de exploitatie van de bijzondere bijstand.

 

10. Eigen bijdragen

Uit informatie die medio december 2004 bekend is geworden, blijkt dat de kosten voor de AV-Delft in 2004 meer gestegen zijn dan vooraf was geraamd. Dit heeft te maken met een stijging van de kosten via AV Delft voor de eigen bijdrage thuiszorg.

Dit wordt veroorzaakt door twee punten:

Het zal niet langer mogelijk zijn deze door het Rijk opgelegde kostenstijging via de AV-Delft volledig ongedaan te maken voor de burgers. Daarom wordt voorgesteld in de uitvoering van het pakket een maximering van de vergoeding van de eigen bijdrage thuiszorg en hulpmiddelen op te nemen.

 

11. Conclusies en aanbevelingen

1.       De collectieve ziektekostenverzekering voldoet aan de oorspronkelijke verwachtingen;

2.       De effectiviteit van de collectieve verzekering kan verder verbeterd worden door de deelname te verhogen en het pakket uit te breiden.

3.       De uitvoeringskosten van de AV Delft dienen teruggedrongen te worden.

4.       De bijdrage van DSW aan het minimabeleid van de gemeente dient voortgezet te worden.

5.       De in deze nota genoemde intensiveringen binnen de AV Delft vergen een extra budget van (afgerond) € 75.000 per jaar;

6.       Om de nieuwe overeenkomst met DSW te kunnen laten ingaan per 1 maart 2005 dienen de onderhandelingen in december 2004 te zijn afgerond.

 


 

11.   Advies panels

Deze nota is ter advisering voorgelegd aan het panel Werk en Inkomen en aan het panel Gehandicaptenbeleid.

 

11.1 Advies Panel Werk en Inkomen

Dit panel adviseert positief, met daarbij de volgende opmerkingen:

 

11.2  Advies Panel Gehandicaptenbeleid

Dit panel heeft geen unaniem advies gegeven op de nota. De organisaties verwoorden hun standpunt als volgt:

 

12. Reactie college op panel adviezen

 

Panel Werk en Inkomen

Het college heeft toegezegd de panelorganisaties te betrekken bij de uitvoering van de communicatie over de (ruimere) mogelijkheden van de AV-Delft.

 

Gezien het structurele tekort dat de gemeente op de bijzondere bijstand heeft, vindt het college het van belang de besparing in de uitvoeringslasten in te zetten voor verbetering van de exploitatie van de bijzondere bijstand.

 

Panel Gehandicaptenbeleid

Centraal stond voor de organisaties van het panel de vraag of de geoormerkte € 165.00 via dit voorstel wel in voldoende mate ten gunste van de doelgroep ouderen, gehandicapten en chronisch zieken komt.

 

Het college is die mening wel toegedaan.

Het is ten eerste zo dat niet-bereik van de AV-Delft vooral betrekking heeft op mensen die geen Wwb-klant van de gemeente zijn. Vergroting van het bereik richt zich daarmee in sterke mate op mensen met een AOW-uitkering of bijvoorbeeld een WAO-uitkering. Veelal mensen die gerekend mogen worden tot de beoogde doelgroep. Bij het werven voor de uitgebreide AV-Delft zal gebruik gemaakt worden van het bestand van mensen die voor de eenmalige uitkering 2004 voor ouderen, chronisch zieken en gehandicapten in aanmerking zijn gekomen. Daarbij ligt de inkomensgrens op 110% van de bijstandsnorm.

Ten tweede wordt het pakket van de AV-Delft uitgebreid met o.a. vergoeding voor dieetkosten en hulpmiddelen die vooral voor de doelgroep –de nieuwe, maar ook de bestaande klanten- van belang zijn.

Bijkomend is dat DSW bereid is gebleven bij te dragen aan het gemeentelijk minimabeleid. Dit echter wel onder de voorwaarde dat nieuwe middelen in de AV-Delft zouden worden gebracht.

 

13. Voorstel

1.       De effectiviteit van de collectieve verzekering verbeteren door de deelname te verhogen en het pakket uit te breiden volgens scenario 2.

2.       De kosten voor verhoging deelname en uitbreidingen in het pakket ad

€ 164.100 dekken uit de extra middelen die in 2005 worden toegevoegd aan het gemeentefonds, voor vergoeding van de gestegen medische kosten van chronisch zieken, gehandicapten en ouderen. Dit extra budget voor de gemeente Delft bedraagt € 165.000.

3.       De afname van het beroep op de bijzondere bijstand ad € 56.800 en reductie van de uitvoeringskosten van € 24.400 een bijdrage te laten leveren aan de verbetering van de exploitatie van de bijzondere bijstand.

4.       In te stemmen met in de uitwerking van het pakket een maximering van de vergoeding van de eigen bijdrage thuiszorg en hulpmiddelen op te nemen.


 

 

 

Bijlage 1

 

Premieontwikkeling ziektekostenverzekeringen

 

 


Bijlage 2

 


Specificatie verstrekkingen medische kosten in 2003

 

Kostensoort

Via bijzondere bijstand

Percentage

Via
AV Delft

Percentage

Totaal

 

 

 

 

 

 

Thuiszorg

12.610

44%

16.269

56%

28.879

Geneesmiddelen

7.698

100%

0

0%

7.698

Brillen en Lenzen

30.405

33%

62.117

67%

92.522

Hulpmiddelen

9.825

100%

0

0%

9.825

Dieet

14.858

100%

0

0%

14.858

Opname ziekenhuis

0

0%

0

0%

0

Huisarts

16

100%

0

0%

16

Verpleegzorg

1.798

100%

0

0%

1.798

Verpleging aan huis

343

100%

0

0%

343

Geboorte

5.028

99%

45

1%

5.073

Specialist

7.531

73%

2.799

27%

10.329

Fysiotherapie

1.245

100%

0

0%

1.245

Tandarts

38.000

60%

24.900

40%

62.900

Overige (para)medisch

31.315

100%

0

0%

31.315

 

 

 

 

 

 

Totaal

160.672

60%

106.130

40%

266.802

 

 

 


 



[1] DSW heeft in de gemeente Delft een marktaandeel van ongeveer 80%.

[2] Inwoners met een inkomen tot 110% van het sociaal minimum

[3] Benadering met behulp van COELO-website, overeenkomstig aantallen eenmalige uitkering

[4] Handreiking voor de verlening van bijzondere bijstand aan chronisch zieken, gehandicapten en ouderen (par. 5.2.1), ministerie van SZW, februari 2004

[5] Op dit moment zijn de exacte uitvoeringskosten niet uit de begroting af te leiden. Wij zullen daar oog voor hebben inde volgende nota planning en normering.

 

[6] niveau 2004

[7] De extra uitgaven voor de pakketuitbreidingen taxeren wij op € 2,- tot € 3,- per volwassene per maand. Bij de berekening is uitgegaan van € 2,50