Het programma voor de Harnaschpolder Delft bestaat voor 30% uit sociale woningen. Over de realisatie van de deze woningen zijn afspraken gemaakt met drie Delftse corporaties, welke in juni j.l. door het college zijn vastgesteld.

 

Onderstaande passage maakt onderdeel uit van deze afspraken:

 

Vestia Delft gaat in deelgebied 2 een woonwijk met zorg (d.w.z. de woonzorgzone) ontwikkelen binnen het vastgelegde deel sociale woningen van circa 93. Het exacte aantal specifieke zorgwoningen wordt nog nader bepaald in overleg met betrokken partijen.

Het programma voor deze door Vestia Delft te realiseren woonwijk met zorg betreft de huisvesting van groepen mensen die geestelijk gehandicapt en/of lichamelijk gehandicapt en/of ouderen zijn. Het streven is erop gericht om geen instellingencomplex te realiseren maar vooral kleinschalige woonvormen te realiseren. De zorginstellingen Pieter van Foreest, Stichting Steinmetz en IPSE gaan hier samen met Vestia Delft het zorgconcept voor ontwikkelen. Daarbij wordt ook gekeken hoe functionaliteiten en ruimten met elkaar gedeeld kunnen worden. Dit is voordelig voor de bedrijfsvoering (bijvoorbeeld facilitair) zodat meer geld beschikbaar is voor de zorg zelf.

 

Nu blijkt bij nadere  uitwerking dat 48 van de 72 te realiseren zorgwoningen geen zelfstandige woningen zijn, maar wooneenheden met gedeelde voorzieningen. Om deze reden mogen deze woningen, conform de regionale afspraken niet meegerekend worden als sociale woning.  Concreet betekent die dat er afgeweken moet worden van de met de corporaties gemaakte afspraken en dat Vestia volgens de definitie minder sociale woningen zal realiseren.

 

Bij ongewijzigd programma betekent dit dat er geen 378 (30%), maar 330 (26%) sociale woningen worden gerealiseerd en dat het programma wordt aangevuld met een sociale voorziening met  48 onzelfstandige wooneenheden.

 

Na kennisgenomen te hebben van deze problematiek is in de stuurgroep Harnaschpolder van 14 september j.l.  besloten om:

 

De niet-zelfstandige zorgwoningen binnen het project mee te tellen als “sociale woningen” en het programma ongewijzigd laten.

 

Dit betekent dat er conform de telling van Haaglanden 48 minder sociale woningen worden gemaakt in Harnaschpolder Delft.  Om toch te kunnen voldoen aan de BLS-taakstelling moet dit tekort elders in de stad worden gecompenseerd. De gemeente Delft heeft met het stadsgewest Haaglanden afgesproken 1.290 zelfstandige sociale woningen te realiseren voor 2010.  Indien het niet lukt om deze doelstelling te realiseren leidt dit tot een financieel risico. 

 

 

Wij stellen voor om het besluit van de stuurgroep Harnaschpolder te bekrachtigen door te besluiten:

 

  1. De niet-zelfstandige zorgwoningen binnen het project  mee te tellen als “sociale woningen” en het programma voor het project Harnaschpolder Delft ongewijzigd laten.

 

  1. Het programma wonen, zorg en welzijn te verzoeken om in het kader van de nog op te stellen gemeentelijke BLS-verordening, de voortgang en realisatie van de totale sociale woningbouwproductie in de gemeente Delft te bewaken en eventuele afwijkingen vroegtijdig te signaleren.