BOS - Projectplan Voorhof/Poptahof

 

Vooraf

 

Samenhang BOS – projecten

De gemeente Delft meldt vijf[1] BOS – projecten aan voor ondersteuning vanuit de BOS – Impuls. Bewust is gekozen om voor de vijf benoemde gebieden telkens een ander aandachtsgebied te benoemen en ook de doelgroepen te variëren. Dit leidt na afloop van de diverse projectperioden tot een samenhangend BOS – Model, dat inzicht geeft in de waarde van het middel sport, spel en bewegen voor bepaalde achterstanden en doelgroepen. Een model dat vervolgens ook elders toegepast kan worden.

 

Reeds ingediende projecten:

Tanthof – leeftijd 4 t/m12 jaar - aandachtspunt Gezondheid; aanvraag nog in behandeling;

Hof van Delft/Voordijkshoorn – leeftijd 13 – 19 jaar – aandachtspunt Integratie en

Participatie; aanvraag gehonoreerd;

Vrijenban/Brasserskade – leeftijd 10 – 19 jaar -  aandachtspunt Overlast door jeugd en    

jongeren; aanvraag gehonoreerd.

 

Twee nieuwe aanvragen per 1 april 2005

Voorhof/Poptahof – leeftijd 8 t/m 12 jaar – aandachtspunt sociaal/economische

situatie/onderwijsachterstanden

Buitenhof/Rode Dorp, Eraflats, Gillis, Fledderus – 8 t/m12 jaar – aandachtspunt Sportdeelname in het algemeen en bij allochtone meisjes in het bijzonder.

 

Uiteraard is Delft qua aandachtsgebieden nimmer voor honderd procent (en blijvend) als bovenstaand te verdelen. Gezondheidsproblemen zullen ook in andere wijken aan de orde zijn/komen, overlastsituaties kunnen ook elders voorkomen, om maar twee voorbeelden te geven. Voor een stad op de schaal van Delft zal het ook voorkomen dat er voor participatie van organisaties in verschillende gebieden, een beroep op dezelfde organisaties moet worden gedaan. Duidelijk voorbeeld in Delft is de Brede Welzijnsorganisatie (BWD), die in alle wijken van de stad actief is. Dat betekent dat ontwikkelingen bij organisaties in het ene BOS – gebied ook invloed kunnen hebben op de participatie van die organisaties in andere BOS – gebieden. Het stimuleert ook de organisatie-ontwikkeling, waarbij de verandering van aanbodgericht naar vraaggericht in het oog springend is. Daarom is het naar het oordeel van de gemeente Delft zinvol om vijf verschillende achterstanden met de BOS – methodiek en de inzet van lokale organisaties aan te pakken. In het gebied Tanthof wordt bijvoorbeeld de structuur van sportverenigingen nadrukkelijk mee ontwikkeld, in het gebied Hof van Delft/Voordijkshoorn krijgt jeugdpartcipatie vorm en in het gebied Vrijenban/Brasserskade doen organisaties ervaring op met het benaderen, bereiken en betrekken van lastige groepen jeugd en jongeren bij hun activiteiten. Ook het gebied Voorhof/Poptahof levert een bijdrage aan het totaal door de specifieke benadering van allochtone groepen inwoners. Door de aanpak in gebiedsvorm zijn alle ervaringen en resultaten in een later stadium bijeen te brengen tot een samenhangend BOS – model. Alle Delftse aandachtspunten spelen ook landelijk, zodat er een goede kans is het Delftse BOS – model na afloop van de projecttijd  ook elders toe te passen.

Delft ambieert om tot een samenhangend BOS – Model te komen, met maatwerk voor specifieke situaties. Steun vanuit de BOS Impuls voor de vijf Delftse projecten zal deze ontwikkeling in belangrijke mate stimuleren. Dat geldt ook voor het gebied Voorhof/Poptahof, waar de ontwikkeling van een BOS – project in tegenstelling tot de eerder ingediende BOS – projecten Tanthof en Hof van Delft/Voordijkshoorn nog op gang moet komen (dat geldt trouwens ook voor het reeds eerder ingediende en gehonoreerde BOS – project Vrijenban/Brasserskade en het gelijktijdig met Voorhof/Poptahof aangemelde BOS – project Buitenhof/Rode Dorp/Gillis/Eraflats).  

 

Analyse Voorhof/Poptahof

De wijk Voorhof bestaat uit negen buurten. In Delft is het de wijk met de meeste inwoners

met een buitenlandse etniciteit, op 1 januari 2003 bedroeg het percentage 43,3%. De hoogste percentages komen in de buurten Poptahof Noord en Poptahof Zuid voor: respectievelijk 62,2% en 75,8%. Deze buurten vormen ruimtelijk een ‘eigen’deel van de wijk, afgescheiden van de overige buurten door grote verkeerswegen en openbaar vervoersbanen. Dit geeft Poptahof dan ook een geheel eigen karakter. Op basis van cijfermateriaal is ook het benoemen van deze buurten tot een BOS – aandachtsgebied te onderbouwen.  

Bijzonderheid is dat het Poptahof in de komende jaren een forse herstructurering gaat meemaken met uitgebreide renovaties, sloop en nieuwbouw. Door deze werkzaamheden zal het leefklimaat gedurende een aantal jaren onder druk staan, een extra stimulans om te investeren in behoud van de sociale leefomgeving. Het BOS – project kan daar een welkome bijdrage aan leveren, waarbij positieve effecten op korte termijn meteen de aanjager vormen voor structureel resultaat op langere termijn.

 

Voor een compleet inzicht in de opbouw van de wijk wordt verwezen naar de bijgevoegde Wijkbarometer 2003. Een aantal gegevens wordt hieronder uitgelicht, andere gegevens (GOA, GGD, Sport in Delft en Brede School) toegevoegd.

 

Aantal Inwoners met een buitenlandse etniciteit (Jaarboek Bestuursinformatie 2003)

Delft                             25%

Voorhof             43%

Poptahof Noord 62%    

Poptahof Zuid                76%

 

Aantal huishoudens met een inkomen onder het sociaal minimum

Delft                             14%

Poptahof                       19%

 

Aantal huishoudens met bijstandsuitkering

Poptahof                       37%

 

Bovenstaande gegevens laten zien dat Poptahof sociaal/economisch t.o.v. de rest van een Delft een achterstand heeft. De komende herstructurering heeft mede de bedoeling de gesloten structuur te doorbreken, het leefklimaat te verbeteren en de sociale kontakten tussen enerzijds  allochtone bevolkingsgroepen en anderzijds tussen de allochtone en autochtone bewoners te verbeteren. Dat dit nodig is blijkt ook uit de negatieve ontwikkelingsverwachting die buurtbewoners t.a.v. ‘het samenleven in de buurt’ uitspreken in de Wijkbarometer 2003 (blz. 18 en 21).

De sociaal/economische achterstand van gezinnen in Poptahof maakt de participatie van jeugd uit die gezinnen in culturele, sportieve en recreatieve activiteiten een stuk lastiger. Het ontbreekt vaak aan een stimulans van huis uit, ook al omdat de culturele achtergrond van allochtone bewoners tot andere gewoontes en gebruiken leidt. Terwijl er daarnaast ook financiële belemmeringen geconstateerd kunnen worden. Daardoor hebben jeugdigen in deze buurt niet die mogelijkheden om zich te ontwikkelen en ontplooien zoals leeftijdsgenoten in andere wijken van Delft.

 

Percentages gewogen leerlingen op de twee basisscholen in deze wijk

(op basis van gezinskenmerken – afkomst en opleidingsnivo ouders – volgens GOA 2002 - 2006)

Delft                                         27%

Omnibus (Poptahof Noord)         87%

A. de Vries (Poptahof Zuid)        80%

 

In het onderwijsachterstandenplan 2002 – 2006 valt te lezen: ‘Op het vlak van begrijpend lezen wordt de norm van 75% niet gerealiseerd. Als een van de oorzaken wordt vermoed dat er thuis geen Nederlands wordt gesproken, waardoor de leerlingen met een achterstand aan het primair onderwijs beginnen. Een achterstand die in latere jaren niet of nauwelijks wordt ingelopen’. Deze achterstand werkt niet bevorderlijk op de ontwikkeling en sociale kontakten van de doelgroep.

 

Percentages niet-wekelijks sportende jeugdigen (cijfers uit PGO van GGD Zuid Holland West 2003)

 

Groep 2                                               Groep 7

Delft                 45%                             Delft                 19%

Voorhof 66%                             Voorhof 33%

 

Percentages sportparticipatie allochtonen 6 – 19 jaar (cijfers Visie op Sport 2002)

 

                        Doen aan sport  Doen wekelijks aan sport           Lid sportvereniging

Autochtonen                 89%                             40%                                         69%

Allochtonen                  84%                             25%                                         42%

 

 

Percentages deelname Brede Schoolsportactiviteiten (cijfers Brede School 2004 en 2005)

 

                                                           Percentage deelnemers sport

                                                           van totaal aantal basisschoolleerlingen

Voorjaarsprogramma 2003/2004                         7%

Najaarsprogramma 2003/2004                           8%

 

Voorjaarsprogramma 2004/2005                         7%

Najaarsprogramma 2004/2005                           5%

 

Conclusie

Uit het cijfermateriaal kan geconcludeerd dat in Poptahof

 * de grootste concentratie van inwoners met een buitenlandse etniciteit in Delft woont

 * het aantal inwoners met een inkomen onder het sociaal minimum het hoogst van Delft is

 * het opleidingsnivo van ouders van de doelgroep laag is

Deze feiten leiden tot een onderwijsachterstand bij de doelgroep, die zich ook vertaalt in achterstand op sociaal/economisch gebied en als gevolg daarvan een lagere participatiegraad aan georganiseerde sport dan elders in Delft.

Het BOS – project heeft dan ook tot doel ontwikkelingskansen van de doelgroep te verhogen door het bieden van een activiteitenaanbod, met perspectief op versterking van integratie op sociaal, cultureel en maatschappelijk gebied en vergroting van de betrokkenheid en inzet van ouders als ondersteunende stimulans voor de doelgroep. De inzet van het middel sport, spel en bewegen sluit aan bij het streven van de gemeente Delft mogelijkheden te willen scheppen voor haar inwoners om aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen te kunnen voldoen (voor jeugd 4 – 12 jaar: één uur matig intensief bewegen per dag).

 

Arrangement

Het BOS – project Voorhof/Poptahof heeft tot doel ontwikkelingskansen van de doelgroep (jeugd 8 t/m 12 jaar) te verhogen door:

-          het bieden van een activiteitenaanbod, met perspectief op versterking van integratie op sociaal, cultureel en maatschappelijk gebied;

De inzet van het middel sport, spel en bewegen sluit aan bij het streven van de gemeente Delft mogelijkheden te willen scheppen voor haar inwoners om aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen te kunnen voldoen. Om de doelstelling te kunnen bereiken is een arrangement samengesteld. Het arrangement bestaat uit organisatorische, inhoudelijke, programmatische en communicatieve activiteiten. De gemeente heeft in alle gevallen de regierol.

 

1.       Organisatorische activiteiten

·         Samenstellen en onderhouden projectteam met brede samenstelling; participatie van partners op het gebied van buurt, (bewegings)onderwijs, sport, migranten, tienerwerk, kinderopvang, Brede School, Wijkzaken, opleidingsinstituten (Mondriaan Sport en Bewegen, HALO, TU Delft); aan het slot van het project moet er een structureel samenwerkingsverband ontstaan zijn;

·         Beschikbaar stellen/krijgen van benodigde accommodatie voor programmatische activiteiten;

·         Eventueel nieuwbouw/aanpassing van benodigde accommodatie;

·         Vinden/werven/behouden/opleiden van benodigde begeleiding;

·         Verwerven/inzetten van financiele middelen.

Deze activiteiten vinden gedurende de gehele looptijd van het project plaats. Zoveel mogelijke relevante partners zijn hierbij betrokken. De intensiteit van de inzet op deze onderdelen neemt gedurende de looptijd van het project af.

 

Intensiteit inzet

2006

2007

2008

2009

 

Aan het slot moeten voorwaarden geschapen zijn om de programma activiteiten ook daarna voort te kunnen zetten.

 

 

2.       Inhoudelijke activiteiten

·         Afstemmen en afgestemd houden van vraag naar en aanbod van activiteiten; middelen: regelmatige raadpleging Kinderactieraad, Wijkcoördinatieteam, schoolteams, kinderopvang, migrantenorganisaties, Brede School-makelaars, migrantenopbouwwerk bij Stichting Breed Welzijn Delft;

·         Aansluiting vinden en houden bij de doelgroep; aanbod afstemmen op culturele achtergronden via regelmatig kontakt met Werkgroep Migranten Communicatie; werven, opleiden en behouden van begeleiders uit de allochtone bevolkingsgroep;

·         Aanbiedingswijze activiteiten op verschillende gebieden (buurtsport, bewegingsonderwijs, schoolsport, verenigingssport)  op elkaar afstemmen; leidend motief: plezier in met elkaar bewegen;

·         Activiteitenorganisatie: activiteiten aanbieden in de directe leefomgeving van de doelgroep, zowel onder als aansluitend aan schooltijden, differentiatie door accent te leggen op achterstandsgroepen.

Deze activiteiten vinden gedurende de gehele looptijd van het project plaats, waarbij de grootste inzet in de opbouwfase (2006/2007) benodigd is. Belangrijke partners zijn sportverenigingen als hoofdaanbieders van activiteiten.

 

Intensiteit inzet

2006

2007

2008

2009

 

De inhoudelijke activiteiten behoren na afloop tot de taken van het onder Organisatorische activiteiten genoemde structurele samenwerkingsverband.

 

3.       Programma activiteiten

Er zijn drie soorten programma activiteiten: doe-activiteiten, leer(bewustwordings)activiteiten en deskundigheidbevorderende activiteiten.

 

a) Doe-activiteiten

·         Er wordt gedurende de looptijd van het project aan een jaarkalender sport-spel-beweegactiviteiten opgebouwd.Tot dat programma behoren het voor- en najaarsprogramma Brede School (voor alle kinderen in het gebied), voor- en najaarsprogramma BOS (met name voor doelgroepkinderen in het gebied), schoolsportactiviteiten, zomer- en vakantieactiviteiten.                                                                                  

·         Voor 2006 zijn de partners: hockey - Ring Pass, twirlen -  Colours, dammen -  DOS, kanoën en windsurfen -  Plané; taekwondo -  Kim Wendell, volleybal -  Skania, voetbal – Vitesse Delft, kegelen – doelen Kegelhuis, tafeltennis – DHC, tennis Ring Pass.  Verdere uitbreiding is in de jaren daarna voorzien. Behalve sportverenigingen zijn dan ook commerciële sportinstellingen en Breed Welzijn Delft uitvoeringspartners.                                     

·         Tijdstippen waarop de activiteiten plaatsvinden: na schooltijd. In de loop van het project onwtikkelen zich ook activiteiten in de tussenschoolse periode en onder schooltijd. Hier ligt een relatie met het bouwen aan Dagarrangementen.     

·         Lokaties waar de activiteiten plaatsvinden: in de eerste jaren op en rond de school (gymzaal, schoollokaal, speelplaats), in de buurt (trapvelden, speelstraten, speeltuinen) en in een later stadium ook in en op sportaccommodaties (sportvelden en – hallen, zwembad).

 

Doe-activiteiten zijn er op drie nivo’s:

·         Basisactiviteiten - voor alle jeugdigen in de buurt; kennismakingsactiviteiten die gratis toegankelijk zijn, een looptijd van 6 tot 8 weken hebben en bewegen in algemene zin als centraal thema hebben;

·         Extra-activiteiten - voor de groep jeugdigen waar de achterstand het grootst is; deelname wordt gestimuleerd door groepsleerkrachten, vakleerkracht bewegingsonderwijs, sleutelpersonen migranten- en jeugd/tienerwerk; gratis toegankelijk, looptijd een half jaar; plezierig bewegen is het centrale thema;

·         Vervolgactiviteiten -  voor alle jeugdigen in de buurt, langduriger activiteiten waarin geleidelijk de overgang gemaakt wordt van ‘beweeggericht naar sportgericht’, en als lokatie sportaccommodaties nadrukkelijker in beeld komen; hiervoor wordt een eigen bijdrage verlangd, behalve voor deelnemers die eerder aan de extra-activiteiten meededen: die krijgen door middel van gebruik van de Delftpas de mogelijkheid gratis mee te blijven doen.

 

Intensiteit activiteiten

Schooljaar

      2005/2006

     2006/2007

    2007/2008

   2008/2009

Basisactiviteiten

 

 

 

 

Extra-activiteiten

 

 

 

 

Vervolgactiviteiten

 

 

 

 

 

b) Leer(bewustwordings)activiteiten

Het arrangement voorziet ook in leer-activiteiten, die bij de doelgroep en de ouders de basis moet leggen voor bewustwording van de problematiek, de mogelijke oplossingen en de voorwaarden die ingevuld moeten worden om tot een structureel resultaat te komen. Het gaat hier om de aspecten informatie/voorlichting, begeleiding en activering.

 

In schemavorm:

 

 

Vorm

Wanneer

Uitvoering

Informatie/voorlichting

- open lessen

- open activiteiten

- ouderavonden

- huisbezoek

- website sport in Delft/wijkwebs

- promotiemateriaal

- infobijeenkomsten

- interculturele bijeenkomsten

- spreekuren

2006

t/m 2009

- vakleerkrachten bewegingsonderwijs

- scholen

- Breed Welzijn Delft

- Sportverenigingen

- Werkgroep Migranten Communicatie

- Zelforganisaties

- Bezoekvrouwen

- Moskee

Begeleiding

- spreekuren

- huisbezoek

2006

t/m

2009

- Scholen

- Bezoekvrouwen

- Zelforganisaties

Activering

- Cursussen (b.v. weerbaarheidstraining)

- Toegesneden aanbod (b.v. zwemmen moeder en dochter)

- Duale trajecten (taal en sport)

- Multiculturele sportontmoetingen (zowel in evenementen- als toernooi- of competitievorm)

2007

t/m

2009

- Commerciële sportinstellingen

- Scholen

- Sportverenigingen

-Vrouwenorganisaties

-Zelforganisaties

- Breed Welzijn Delft

- Bureau Vrijwilligerswerk

.

Gedurende het project kunnen meer activiteiten en organisaties toegevoegd worden, het blijft een dynamisch proces.

 

 

c) Deskundigheidsbevorderende activiteiten

Tot het arrangement behoort het ontwikkelen van deskundigheid bij vertegenwoordigers van allochtone groepen, om enerzijds organisaties te helpen in de uitvoering van activiteiten en begeleiding van de doelgroep tijdens de activiteiten, en anderzijds een rol te spelen bij het stimuleren van de participatie bij de doelgroep. Daartoe wordt een opleidingsplan ontwikkeld en ondersteund.

 

 

Vorm

Wanneer

Uitvoering

Deskundigheidsbevorderende activiteiten

Vorming en opleidingsplan

o.a. Meebesturen (trainingen voor bestuursfuncties)

 

en

 

Sportopleiding (b.v. RSLA – cursus)

2006 t/m 2009

- Zelforganisaties

- Provinciale Sportraad ZH

- Breed Welzijn Delft

- Opleidingsinstituten (b.v. Mondriaan)

- Sportbonden

 

4.       Communicatieve activiteiten

Het arrangement omvat tenslotte nog activiteiten die gericht zijn op het communiceren over het project. Deze vinden plaats gedurende de looptijd van het project. De communicatie is te splitsen in interne en externe communicatie.

 

Extern:

·         Digitale nieuwsbrief

·         Website Sport in Delft

·         Schoolwebsites

·         Websites sportverenigingen

·         Rapportages

·         Media aandacht (artikelen, persberichten)

·         Schoolkranten

·         Clubbladen sportverenigingen

·         Publicaties in vakbladen

·         Ouderavonden

·         Bijeenkomsten (inclusief sportieve activiteiten)

·         Eventueel nog toe te voegen middelen

 

Intern:

·         Digitale nieuwsbrief

·         Verslagen

·         Website Sport in Delft (afgescheiden community)

·         E-mail

·         Workshops

·         Bijeenkomsten

·         Eventueel nog toe te voegen middelen

De leefwereld en leefomgeving van de doelgroep

Zoals eerder aangegeven is het Poptahof door de situering tussen grote verkeerswegen en openbaar vervoersbanen als een afzonderlijk deel van de wijk Voorhof te beschouwen. De leefwereld van de doelgroep is dan ook voornamelijk het Poptahofgebied. Uit de Wijkbarometer 2003 blijkt dat bewoners over voorzieningennivo over het algemeen tevreden zijn, alleen op het gebied van sportaccommodaties is dat minder. Voorzieningen als Speelbal (speelveld met speelmaterialen en toezicht) en een skatebaan voorzien duidelijk in een behoefte. Dit zijn overigens vrijblijvende voorzieningen, begeleiding in beweeg- of sporttechnische zin is hier niet bij aanwezig en er actief zijn is een geheel eigen keuze. In het BOS – project wordt naar meer regelmaat gestreefd, speelt begeleiding en belangrijke rol en wordt structureel actief zijn gestimuleerd.

Door de hoge concentratie van bewoners met een buitenlandse etniciteit, en de grote verscheidenheid aan landen van herkomst,  kent het gebied een bonte mengeling van culturele invloeden. Uit eerdere sportstimuleringsprojecten is bekend dat het benaderen van de voornamelijk allochtone doelgroep niet altijd even simpel is en door culturele invloeden soms aan andere voorwaarden moet voldoen dan gebruikelijk in autochtone situaties. Om met het BOS – project succes te boeken zal nadrukkelijk bij de leefwereld en leefomgeving van de doelgroep aangesloten moeten worden. Maatwerk leveren heeft hier een extra dimensie.

 

Het arrangement kent voor participerende BOS – partners een aantal voorwaarden. Deze liggen op het gebied van inhoud en aanbieden van de activiteiten, de soort activiteiten, de locatie van de activiteiten en de samenhang van activiteiten van verschillende organisaties.

De soort activiteiten wordt bepaald in samenwerking tussen BOS – partners en doelgroep. De Kinderactieraad Voorhof/Poptahof (of een eventueel te vormen Schoolsportraad met leerlingen van de deelnemende scholen) waarborgt de inbreng van de doelgroep. Vervolgens worden de activiteiten qua inhoud zoveel mogelijk ‘beweeggericht’ aangeboden, kinderen moeten het bewegen in eerste instantie vooral leuk gaan vinden, iets dat ze graag en vaak doen. De overgang naar het meer ‘sportgerichte’ aanbod geschiedt in een later stadium en vooral ook geleidelijk. Er moet een doorgaande lijn ontstaan van bewegen op school naar spelen in de wijk tot uiteindelijk sporten bij de sportvereniging. Dit vraagt om afstemming bij de BOS – partners.

 

Ook moeten de activiteiten van verschillende BOS – partners een grote mate van eenduidigheid uitstralen. Qua inschrijving voor de activiteit, locatie, wijze van aanbieden, geldende regels (en de toepassing daarvan), vervolgmogelijkheden. Dat schept de beste mogelijkheid om de activiteiten deel uit te laten maken van het leefpatroon van de jeugdigen.

 

 Voor de activiteiten in het BOS – project betekent dit alles dat de activiteiten:

- worden georganiseerd in de voor de doelgroep vertrouwde omgeving

- inhoudelijk worden afgestemd op de mogelijkheden van de doelgroep

- worden afgestemd op de belangstelling van de doelgroep

- deel uitmaken van het activiteitenpakket in het inmiddels vertrouwde Brede School – project

- in samenspraak door vertegenwoordigers van de doelgroep worden geinitieerd en

  vormgegeven

- zoveel mogelijk aansluiten bij de schooltijden, of soms onder schooltijd plaats kunnen 

   vinden

- in toenemende mate een doorloop moeten kennen van onder schooltijd naar na schooltijd

- inhoudelijk vooral gericht zijn op het krijgen/houden van plezier in bewegen en daarmee  

  aansluit bij de natuurlijke bewegingsdrang van jeugdigen

 

De evaluatie

Er is een negental meetinstrumenten te benoemen die input leveren voor evaluatie van het BOS – project Voorhof/Poptahof.

 

1.       De BOS – activiteiten worden qua organisatie (inschrijving, inhuren accommodatie, afspraken met BOS – partners) ondergebracht in het Brede Schoolprogramma Voorhof. Delft kent een voor- en een najaarsprogramma Brede School. Daarin gaan de BOS – activiteiten meedraaien, door een uitbreiding aan het Brede Schoolbasispakket toe te voegen met een Pluspakket (specifiek voor kwetsbare jeugdigen) en een Vervolgaanbod (waarin de relatie naar sport en sportverenigingen nadrukkelijker wordt gelegd) . Wat inschrijving en participatie betreft kan de evaluatie van het BOS – project Voorhof gebruik maken van de inventarisatie van (deelname)gegevens in het Brede School – project. Dit geschiedt na elk programma.

2.       Ander meetinstrument is het Beweegdagboekje van de Provinciale Sportraad Zuid Holland dat de leerlingen van de Poptahofscholen regelmatig gaan bijhouden, en waaruit af te leiden valt welke kinderen wel/niet aan de Nationale Norm Gezond Bewegen voldoen, hoeveel daarvoor meetellende beweegmomenten per week zij kennen.

3.       Met studenten van de Haagse Hogeschool wordt aan het begin en aan het eind van het project een omgevings- en accommodatiescan uitgevoerd, waarin gekeken wordt naar de mogelijkheden die de omgeving biedt.

4.       De gemeente Delft houdt een aantal keren per jaar via het Delfts Internet Panel (DIP) een onderzoek over uiteenlopende onderwerpen. In de looptijd van het BOS – project Voorhof/Poptahof wordt tweejaarlijks vragen gesteld over sport, spel en bewegen. De verkregen gegevens zijn stedelijk maar kunnen op wijknivo uitgesplitst worden (bijvoorbeeld hoe bekend is men met de Nationale Norm Gezond Bewegen). Door de continuïteit kunnen ontwikkelingen in kaart gebracht worden. In ieder geval gaat het om sportparticipatiegegevens van de doelgroep. 

5.       Het instrument Wijkbarometer kent iedere twee jaar een nieuwe editie. De eerstvolgende verschijnt derhalve in 2005. De gegevens daarin zijn van belang om de ontwikkelingen in de wijk te volgen, ontwikkelingen die soms gevolgen kunnen zouden hebben voor het BOS – project (denk aan voorzieningen, bevolkingssamenstelling enz.)

6.       Uiteraard vormen ervaringen van de BOS – partners een belangrijk gegeven voor de evaluatie. Interviews met partners bieden inzicht in de ontwikkeling van het project. Deze interviews vinden plaats bij de tussen- en eindevaluatie.

7.       Ook ervaringen van deelnemers aan de activiteiten leveren inzicht in de ontwikkeling van het project op. Interviews met hen bieden inzicht in de ontwikkeling van het project. Deze interviews vinden plaats bij de tussen- en eindevaluatie.

8.       Met NISB is een digitaal BOS - Kompas ontwikkeld. Een meetinstrument dat enerzijds het effect van sport-, spel- en beweegactiviteiten op de fysieke gesteldheid van de kinderen toont en anderzijds de gedragsdeterminanten in kaart brengt. Naar verwachting wordt dit instrument in 2005 ontwikkeld voor andere Delftse BOS – projecten en kan daarna ook in het BOS – project Voorhof/Poptahof gebruikt worden.

9.       De Delftse Onderwijs Monitor biedt inzicht in ontwikkelingen op onderwijskundig gebied.

 

Het BOS – project Voorhof/Poptahof start in 2006. Een tussentijdse evaluatie, aan de hand van gegevens uit bovenstaande instrumenten, vindt plaats na twee jaar: eind 2007/begin 2008, de eindevaluatie begin 2010. De laatste evaluatie richt zich ook specifiek op het vervolg na het BOS – project.  De tussentijdse evaluatie vormt één van de bronnen voor een algehele Delftse BOS –evaluatie. Tenslotte wordt jaarlijks een inhoudelijke en financiële voortgangsnotitie van het BOS – Voorhof/Poptahof - project gemaakt..

 

Delft, 27 maart 2005

Aangevuld 20 december 2005

Aangepast 24 februari 2006

 

 

 

 

 

 

 



[1] Op basis van de oorspronkelijke  BOS - regeling