Voor
u ligt het jaarverslag van leerplicht schooljaar 2005-2006.
Het
toezicht op naleving van de Leerplichtwet en de wettelijke uitvoering van de
Regionale Meld-en Coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (RMC),
heeft
geresulteerd in een geïntegreerd jaarverslag van het Jongerenloket/RMC gemeente
Delft.
In
dit jaarverslag vindt u met name gegevens met betrekking tot het door scholen
gemelde (ongeoorloofde) schoolverzuim. Tevens kunt u in dit jaarverslag een
aantal kwantitatieve gegevens van voortijdige schoolverlaters, zowel (partieel)
leerplichtigen als niet-leerplichtigen vinden. Waar dit mogelijk was zijn er
vergelijkingen gemaakt met voorafgaande schooljaren.
Wij
hopen dat het uitbrengen van dit jaarverslag enig inzicht verschaft in de
activiteiten en resultaten van het jongerenloket RMC waar het gaat om het
toezicht op naleving van de Leerplichtwet en aanpak van voortijdig
schoolverlaten.
1.
toezicht op de leerplichtwet,
2.
uitvoering van de RMC-wetgeving, gericht op het
behalen van een startkwalificatie voor jongeren tot 23 jaar.
Het recht op onderwijs, en de bepaling dat het
primaire onderwijs voor allen verplicht zal zijn, is vastgelegd in
verschillende internationale verdragen die ook Nederland binden.
“Het onderwijs dient gericht te zijn op de
volledige ontplooiing van de menselijke persoonlijkheid en van het besef van
haar waardigheid, en dient bij te dragen tot de eerbied voor de rechten van de
mens en de fundamentele vrijheden. Het onderwijs dient een ieder in staat te
stellen een nuttige rol te vervullen in een vrije samenleving, en het dient het
begrip, de verdraagzaamheid en de vriendschap onder alle volken en alle
rasgemeenschappen, etnische en godsdienstige groeperingen, alsmede de
activiteiten van de Verenigde Naties voor de handhaving van de vrede te
bevorderen.” Deze tekst is ontleend aan het Internationaal Verdrag inzake
economische, sociale en culturele rechten (New York, 1966, voor Nederland in
werking getreden op 11 maart 1979).
In Nederland wordt uitwerking aan deze opdracht
gegeven met de onderwijswetten die de inrichting en financiering van het
onderwijsstelsel regelen (Wet op het primair onderwijs, Wet op de
expertisecentra, Wet op het voortgezet onderwijs, Wet educatie en
beroepsonderwijs, Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek), en
in enkele specifieke wetten: de Leerplichtwet en de Wet op het
onderwijstoezicht.
Het recht op onderwijs is dan ook belangrijk voor
kinderen, jongeren en ouders. De leerplichtwet biedt het kader voor de bewaking
en bescherming van dit recht.
De functie van de leerplichtambtenaar is gericht op
de maatschappelijke zorgtaak. Deze taak heeft een wettelijke grondslag,
vastgelegd in de Leerplichtwet 1969 en de Leerplichtregeling 1995.
Uit de toelichting op de leerplichtwet 1969:
“Het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet
is opgedragen aan burgemeester en wethouders van de gemeente. Zij wijzen
daartoe één of meer ambtenaren aan.
Alvorens hun ambt te aanvaarden, leggen deze
ambtenaren in handen van de burgemeester de eed of belofte af (artikel 16 van
de Leerplichtwet 1969). Het toezicht
dient het karakter te dragen van maatschappelijke zorg. Het toezicht dient
ingebouwd te worden in het geheel van activiteiten op maatschappelijk gebied”.
Op grond van het herziene artikel 25 van genoemde
wet dient het verslag over het gevoerde leerplichtbeleid door burgemeester en
wethouders aan de gemeenteraad aangeboden te worden.
RMC wetgeving en effectrapportage.
Sinds 1994 bestaat de RMC functie (Regionaal Meld-
en Coördinatiefunctie) als instrument bij het terugdringen van voortijdig
schoolverlaten. Met ingang van 1 januari 2002 is de Wet houdende regels inzake
regionale melden coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten (de RMC-wet) in
werking getreden (zie Staatsblad 2001, 636). De RMC-wet bepaalt dat alle
gemeenten alle voortijdig schoolverlaters tot 23 jaar moeten registreren en dat
ze ervoor moeten zorgen dat deze voortijdig schoolverlaters terugkeren in het
onderwijs, zodat zij alsnog een startkwalificatie kunnen behalen.
Dit heeft de positie van de RMC-functie versterkt.
Door middel van deze wetgeving is er nu een stevigere basis voor de
gemeentelijke verantwoordelijkheid voor het aanpakken van voortijdig
schoolverlaters.
Informatie over Leerplicht en VSV.
Voor
de leesbaarheid en het goede begrip aan het begin van dit verslag de meest voorkomende begrippen.
Het
begin van de volledige leerplicht is op de eerste schooldag van de maand
volgend op de maand waarin de jongere 5 jaar is geworden. De volledige
leerplicht eindigt aan het einde van het schooljaar waarin de jongere 16 jaar
is geworden of wanneer er 12 volledige
schooljaren zijn doorlopen. Een schooljaar loopt van 1 augustus tot en met 31
juli.
Nadat
de jongere 12 volledige schooljaren heeft genoten, is hij/zij nog gedurende één
schooljaar partieel leerplichtig.
Gedurende
dat schooljaar is de jongere verplicht 2 dagen per week naar school te gaan. De
partieel leerplichtige jongere die, in het kader van de te volgen opleiding,
met een werkgever een leerovereenkomst heeft gesloten, is verplicht tot
schoolbezoek gedurende 1 dag per week. Uiteraard houdt de partieel
leerplichtige jongere het recht tot toegang op het volledig dagonderwijs.
In
het merendeel van de gevallen betreft het partiële leerplichtjaar het
schooljaar waarin de jongere de leeftijd van 17 jaar bereikt.
Volledige
Leer-kwalificatieplicht.
De
kwalificatieplicht moet gezien worden als aanvulling op de leerplicht. De
volledige Leerplicht geldt voor alle jongeren tot het eind van het schooljaar waarin
zij 16 jaar worden. De kwalificatieplicht is van toepassing op jongeren tot 18
jaar die nog geen startkwalificatie hebben verworven. De partiële leerplicht
verdwijnt. In de handhavingsystematiek
sluit de kwalificatie aan bij de bestaande handhavingsystematiek van de
leerplichtwet. ( wellicht nog uitbreiden toelichten)
Van
absoluut schoolverzuim is sprake als een (partieel) leerplichtige leerling niet
staat ingeschreven op een school als bedoeld in artikel 1 van de leerplichtwet.
Van
relatief verzuim is sprake als een (partieel) leerplichtige leerling zonder
geldige reden de les(sen) of praktijktijd verzuimt.
Luxe
verzuim
Luxe
verzuim valt ook onder relatief verzuim maar wordt in dit verslag apart
genoemd.
Luxe
verzuim is door ouders veroorzaakte
afwezigheid doordat de leerplichtige leerling, zonder toestemming van de
directeur van de school, buiten de schoolvakanties op vakantie gaat.
Doelstelling
RMC
De
laatste jaren is het beleid van de landelijke overheid erop gericht het aantal
schoolverlaters dat ongekwalificeerd op de arbeidsmarkt komt te verminderen.
Het gaat daarbij om jongeren in de leeftijd van 12 tot 23 jaar, die bij het
verlaten van de school niet aansluitend bij een andere onderwijsinstelling
worden ingeschreven en die nog niet over een voldoende startkwalificatie
beschikken.
Startkwalificatie.
Het
minimale onderwijsniveau dat nodig is om een kans te maken op duurzaam werk.
Een
startkwalificatie is minimaal een diploma HAVO of MBO niveau 2 van de Wet
Educatie Beroepsonderwijs.
Voortijdig
schoolverlater
Een
leerling is een voortijdig schoolverlater als hij/zij het onderwijs verlaat
zonder minimaal een HAVO-diploma of beroepsopleiding niveau 2 van de WEB.
Dus
ook jongeren met een VMBO diploma zijn voortijdig
schoolverlaters, indien ze geen vervolgopleiding gaan volgen.
DE POSITIONERING UITGANGSPUNTEN EN FUNCTIES VAN
LEERPLICHT BINNEN HET JONGERENLOKET RMC.
Bij het bestrijden van schoolverzuim en de aanpak van
voortijdig schoolverlaten in Delft neemt het Jongerenloket RMC een centrale
plaats in. Het is dan ook goed om de taken van het Jongerenloket op een rij te zetten.
Het
Jongerenloket RMC voert een aantal (wettelijke) taken uit;
1.
toezicht op de leerplichtwet 1969,
2.
uitvoering van de RMC-wetgeving, gericht op het
behalen van een startkwalificatie voor jongeren tot 23 jaar.
3.
uitvoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB) voor
jongeren tot 23 jaar.
4.
individuele trajectbegeleiding vanuit het
Jongerenwerk.
Binnen
het jongerenloket RMC Delft vormen
Leerplichtambtenaren, RMC-casemanagers, Jongerenwerkers en consulenten
Sociale Dienstverlening één team dat nauw samenwerkt met het CWI, ten einde
uitvoering te geven aan de vier genoemde taken. Het betreft hier taken ten behoeve van Delftse jongeren in de
leeftijd (5) 12-23 jaar,. Tevens wordt door het Jongerenloket het
casemanagement voortijdig schoolverlaten uitgevoerd voor jongeren van 16-23
jaar, voor de regio Westland, Pijnacker-Nootdorp.
Het vakteam Jongerenloket is per 01-04-2006 een
onderdeel van de sector Werk Inkomen
Zorg van de gemeente Delft. Het vakteam
telde op dat moment 7,50 FTE
Als uitgangspunten wordt door het Jongerenloket aangesloten bij hetgeen het college van
B&W in het collegeprogramma schrijft:
De gemeente Delft
wil de toename van het aantal leerlingen in voorzieningen die niet tot
een diploma leiden keren. Voortijdig schoolverlaten moet worden voorkomen en
teruggedrongen waarbij zoveel mogelijk Delftse jongeren een startkwalificatie
moeten behalen. De missie hierbij is: alle Delftse jongeren op school of aan
het werk
De
doelstelling van de werkzaamheden van de leerplichtambtenaar betreft het
tegengaan van ongeoorloofd schoolverzuim. Het handelen van de leerplichtambtenaar
is gebaseerd op maatschappelijke zorg. Hiermee wordt bedoeld dat in eerste
instantie gekeken wordt naar de achterliggende oorzaken van schoolverzuim op de
verschillende leefgebieden van de jongere (school, gezin en vrije tijd),
waarvoor een oplossing moet worden gezocht. Dit gebeurt in samenwerking met de
school en andere (hulpverlenende) instanties.
Indien
deze interventies niet leiden tot geregeld schoolbezoek, wordt het
proces-verbaal gebruikt als middel om de leerplichtwet te handhaven.
Handhaven
op niveau
“Handhaven
op niveau”is een actieprogramma van het Ministerie van Justitie (gestart in
2000) en
bedoeld
om de lokale handhaving van ordeningswetgeving te stimuleren en te verbeteren.
Eén van de gekozen thema’s is leerplicht. Gemeenten worden gestimuleerd om
planmatig met het
verbeteren
van handhaving aan de slag te gaan. Het uitwisselen van ervaring is een
belangrijke hulp bij het vinden van de juiste aanpak voor de handhaving van de
leerplicht door gemeenten. In het kader
van bovengenoemd actieprogramma Handhaven op Niveau, is een groot aantal
leerplichtinstrumenten
bijeengebracht. Landelijk wordt een databank van activiteiten en “best
practices”
bijgehouden. Voorbeelden zijn: dag van de leerplicht, een goed functionerend
leerplichtregistratiesysteem,
een multidisciplinair zorgteam in de school, jeugdnetwerken (lokaal,
regionaal),
het ontwikkelen van een protocol voor het melden van ongeoorloofd verzuim. Als
uiterste
middel zijn steeds meer passende justitiële sancties beschikbaar, o.a. Halt en
Basta.
De
taken van de leerplichtambtenaar zijn dus te onderscheiden in diverse functie.
Deze
zijn te onderscheiden in:
onderwijs.
Interventies
van leerplicht uitgesplitst naar soort
|
Verzuim |
Vrijstellingen |
Bemiddeling |
Totaal |
2004-2005 |
284 |
23 |
204 |
511 |
2005-2006 |
358 |
30 |
140 |
528 |
Het
aantal meldingen bij leerplicht is ten opzichte van vorig schooljaar maar licht gestegen, de verwachting is dat er komend schooljaar een toename zal zijn ,
mede door de start van de Halt-afdoening spijbelen.
Soms
is nodig om tussen ouders en scholen te bemiddelen uit preventief oogpunt.
Ook
dit is een taak van de leerplichtambtenaar.
Om
invulling te geven aan het beleidsvoornemen de controle op luxe verzuim te
intensiveren, is er het afgelopen jaar weer aandacht geweest voor het verzuim
dat verband houdt met de zomervakantie. De leerplichtambtenaren hebben de
scholen in Delft verzocht alle leerlingen te melden die (een deel van) de
eerste twee schoolweken na de zomervakantie afwezig zijn geweest.
De
nadruk ligt hierbij op de eerste twee weken omdat die wettelijk voor alle
leerlingen verplicht zijn, er kan in deze weken geen verlof gegeven worden.
Door
deze jaarlijks terugkerende controle van leerplicht op het luxe verzuim blijkt
dat scholen steeds beter gaan melden.
Dit is de reden dat het aantal
proces verbalen en waarschuwingen nog stijgt i.p.v. de te verwachte daling van
het luxe verzuim. Ook het tijdstip van de start van de zomervakantie (begin of
einde wel of niet in het hoogseizoen) maakt uit in het aantal meldingen van het
luxe verzuim. Het ene schooljaar is het
financieel aantrekkelijker om eerder te vertrekken of later terug te
komen.
(prijzen vliegtickets/accommodatie)
Afhandeling
meldingen luxe verzuim na de zomervakantie.
Schooljaar |
Officiële
waarschuwing |
Gesprek
met ouders |
Proces-verbaal |
2002-2003 |
24 |
28 |
2 |
2003-2004 |
28 |
29 |
3 |
2004-2005 |
7 |
16 |
2 |
2005-2006 |
32 |
31 |
8 |
Meldingen
bij leerplicht uitgesplitst naar soort verzuim
|
Absoluut verzuim |
Relatief verzuim |
Luxe verzuim |
Totaal |
2004-2005 |
10 |
240 |
34 |
284 |
2005-2006 |
34 |
292 |
32 |
358 |
Aantal
meldingen van schoolverzuim uitgesplitst naar geslacht
|
Jongens |
Meisjes |
2005-2006 |
207 |
151 |
Meldingen
van schoolverzuim uitgesplitst in (S)BAO, (S)VO en R.O.C. zie
|
(S)BAO |
(S)VO |
R.O.C. |
Onbekend |
2005-2006 |
103 |
242 |
8 |
5 |
Een groot aantal verzuimmeldingen komt van het voortgezet onderwijs.
De meldingen van het ROC zijn gering, komend schooljaar zal hier
extra aandacht aan besteed worden.
|
Praktijkonderwijs |
VMBO |
HAVO/VWO |
(S)VO |
Overig |
2005-2006 |
26 |
163 |
18 |
11 |
24 |
Aanvragen
voor vrijstelling uitgesplitst naar soort
|
Artikel 3 a/b |
Artikel 5 a/b/c |
Artikel 15 |
Artikel 11 g |
Totaal |
2004-2005 |
3 |
7 |
1 |
12 |
23 |
2005-2006 |
3 |
4 |
1 |
14 |
22 |
Artikel 3a/b betreft vervangende leerplicht. Dit is
voor jongeren die i.p.v. het laatste schooljaar een vervangend traject volgen
bij een werkgever en een interne opleiding krijgen.
Artikel 5 a/b/c/ betreft vrijstelling op basis van
lichamelijk of psychische gronden, godsdienstrichting of inschrijving van
school in het buitenland.
Artikel 15 vrijstelling vanwege het volgen van
ander onderwijs.
Momenteel zijn op alle scholen voor basis,
voortgezet onderwijs en speciaal (voortgezet) onderwijs zorgteams aanwezig.
De leerplichtambtenaar participeert op alle locaties
van voortgezet onderwijs in het zorgteam In het basisonderwijs neemt de
leerplichtambtenaar deel aan het overleg op uitnodiging van de directeur of
intern begeleider van de school.
Eén van de doelstellingen van de zorgteams is het
verminderen van schooluitval. Scholen hebben in toenemende mate behoefte aan
ondersteuning bij de begeleiding van leerlingen met gedragproblemen,
sociaal-emotionele problemen en leerproblemen. Een zorgteam is een instrument
om problemen op het gebied van onderwijsdeelname vroegtijdig te signaleren,
diagnosticeren en vervolgens op maat gesneden hulp te bieden. Binnen een
zorgteam wordt door de verschillende deelnemers gezamenlijk gezocht naar een
oplossing voor de jongeren die problemen hebben die zichtbaar worden op school,
maar die niet per definitie hun oorzaak vinden op school. Het zorgteam is dan
een middel om te komen tot een geïntegreerde aanpak van de problemen van deze
jongeren.
Deze geïntegreerde aanpak draagt tevens bij aan het
versterken van de netwerkstructuur van de leerplichtambtenaar.
De zorgteams komen gemiddeld eens in de zes weken
bijeen.
Samenstelling zorgteams:
Basisonderwijs |
Voortgezet onderwijs |
Vertegenwoordiger van de school. (directeur,
internbegeleider) |
Vertegenwoordiger van de school (De zorgcoördinator,
jaarcoördinator etc.) |
Jeugdarts van de GGD |
Jeugdverpleegkundige van de GGD |
Medewerker jeugd- en zedenzaken van de politie
Haaglanden. |
Medewerker jeugd- en zedenzaken van de politie
Haaglanden |
Schoolbegeleider Onderwijs Advies |
|
Schoolmaatschappelijk werker van MEE |
Medewerker
van Bureau Jeugdzorg |
De leerplichtambtenaar |
De leerplichtambtenaar. |
Niet alle disciplines zijn op iedere school
vertegenwoordigd tijdens de bijeenkomst van het zorgteam.
De centrale zorgcommissie.
Het samenwerkingsverband VO-SVO Delft heeft sinds
01-08-2003 een centrale zorgcommissie. Deze bovenschoolse zorgvoorziening heeft
mede tot doel om leerlingen, ouders en scholen te advisering t.a.v.
didactische- en psychosociale hulp en kan tevens deze hulp toewijzen.
Binnen de czc werkt de leerplichtambtenaar samen
met vertegenwoordigers van het samenwerkingsverband, de verschillende scholen,
bureau jeugdzorg en het HCO ten einde de juiste begeleiding, verwijzing en
advisering aan leerlingen, ouders en scholen te bewerkstelligen.
De Wissel.
Vanaf schooljaar 2004-2005 is De Wissel, als
onderdeel van de J.C. Pleysierschool, gehuisvest de Slauerhofflaan te Delft. De
voorziening is bedoeld als tijdelijke opvang (maximaal 13 weken). Voor deze
tijdelijke opvang kunnen leerlingen om drie redenen worden aangemeld. TIME OUT, BASTA of herplaatsing.
Een Time Out-plaatsing is bedoeld voor leerlingen
waarvan de eigen school aangeeft dat zij de leerling in principe op school wil
houden, mits er een bepaalde gedragverandering plaatsvindt. Doel van de
plaatsing is om zowel de leerling als de school een adempauze te geven en te
werken aan het voorkomen van uitval. De verblijfsduur is maximaal 13 weken. De
Basta-plaatsing kan gerealiseerd worden na een strafoplegging van de rechter.
Basta heeft tot doel de leerling gedragmogelijkheden aan te leren om weer
regelmatig naar school te gaan. Het dagprogramma wordt verzorgd door het
dagtrainingscentrum van het Leger des Heils en De Wissel. De verblijfsduur is
maximaal 13 weken.
Soms is er een leerling die het door negatief
gedrag zodanig heeft verbruid op school dat terugkeer niet meer mogelijk is.
Deze leerling kan bij De Wissel op een herplaatsingstraject worden geplaatst.
Doel hiervan is herplaatsing van de leerling op een school of een arbeidsplek.
Sinds 2002
is het verwijderen van leerlingen wettelijk door het VO niet meer mogelijk
zonder dat er een inschrijving op een andere VO school is. De situatie is nu
ontstaan dat er leerlingen vanwege o.a. gedrag niet meer op het VO zijn te
handhaven en thuis zitten in afwachting van indicatiestelling speciaal
onderwijs, op een wachtlijst staan voor hulpverlening (BJZ, voogdij, GGZ) of
bij het OM. Scholen geven nog
onvoldoende inzicht in deze groep. Komend schooljaar zal een aanscherping
richting scholen plaatsvinden om deze groep volledig in beeld te krijgen Zie
tevens nota Aanval op de uitval.
In Delft loopt de verwijzing van de Time Out
plaatsingen en de herplaatsingen via de centrale zorgcommissie waarin ook de
leerplichtambtenaar participeert.
Vanwege de ernst en diversiteit van de problematiek
blijken veel leerlingen langer dan de bedoelde periode van 13 weken op De
Wissel te verblijven.
Vanaf schooljaar 2006-2007 zal De Wissel als
reboundvoorziening gaan functioneren. De naam De Wissel zal dan niet meer worden
gebruikt.
Op de reboundvoorziening zijn drie verschillende
trajecten, waar leerlingen geplaatst kunnen worden.
Eén van de kenmerken van een reboundvoorziening is
dat deze voorziening, meer dan bij een time-out voorziening, inhoudelijk is
gericht op de terugkeer naar de school van herkomst op basis van herstel van de
gezagsverhoudingen en disciplinering.
De verwachting is dat hiermee leerlingen een
passend onderwijsaanbod kan worden geboden en daarmee thuiszitten van
leerlingen kan worden voorkomen.
Verder betreft het een structurele voorziening van
rijkswege. De middelen ervoor worden toegekend aan het samenwerkingsverband.
Delftse leerlingen aangemeld bij De Wissel
schooljaar 2004-2005
Intake |
Time Out |
BASTA |
Herplaatsing |
Totaal |
3 |
5 |
4 |
14 |
26 |
Delftse leerlingen aangemeld bij De Wissel
schooljaar 2005-2006
Intake |
Time Out |
BASTA |
Herplaatsing |
Overig |
Totaal |
n.b. |
2 |
2 |
7 |
14 |
25 |
Uitstroom Delftse leerlingen vanuit De Wissel
schooljaar 2005-2006
Herplaatst
VO |
ROC |
Spec.
Onderwijs |
Time
Out |
Op
de Rails |
Stagetraject |
Totaal |
5 |
5 |
6 |
2 |
5 |
3 |
26 |
Het
leerplichtbeleid in Delft kenmerkt zich
door inzet op preventie en bemiddeling. Echter gezien de verzwaring van de
problematiek is er de afgelopen 2 schooljaren meer gebruik gemaakt van de
opsporingsbevoegdheid.
De
aanscherping van het opsporingsbeleid heeft tot doel om te komen tot een
lik-op-stuk beleid, waar het de aanpak van schoolverzuim en vroegtijdig
schoolverlaten betreft.
In
het schooljaar 2006- 2007 zal gestart worden met de Halt-afdoening spijbelen.
|
Luxe verzuim |
Relatief verzuim |
Absoluut verzuim |
Totaal |
2001-2002 |
1 |
4 |
0 |
5 |
2002-2003 |
3 |
14 |
0 |
17 |
2003-2004 |
3 |
12 |
0 |
15 |
2004-2005 |
2 |
23 |
3 |
28 |
2005-2006 |
8 |
35 |
1 |
44 |
Doel
Matig schoolverzuim: |
Minimum |
Aantal aaneengesloten dagen |
3 |
Binnen een periode van 4 weken |
1/8e deel (± 2 ½ dag) |
Langere periode |
2 of meer keer per jaar als lichte spijbelaar aangemerkt |
Bij ongeoorloofd
schoolverzuim door een leerplichtige
jongere dient de school melding te doen bij de leerplichtambtenaar. Indien na
onderzoek en overleg met de jongere, ouders en school naar voren komt dat
interventies niet het gewenste resultaat hebben, kan de leerplichtambtenaar in
het kader van de leerplichtwet, een proces-verbaal tegen de jongere en/of
ouders opmaken.
Justitie kan in
bovenstaande gevallen overgaan tot het opleggen ven een leerstraf.
De leerstraf
BASTA werkt vanuit het competentiemodel gericht op het aanleren van sociale vaardigheden
in groeps- en individuele trainingen. De leerstraf BASTA beslaat zestig uren
verdeeld over drie weken. Na de drie weken BASTA volgt een verdere oriëntatie
van tien weken op scholing.
De afgelopen
periode heeft in het teken gestaan van de ontwikkeling en invoering van de
leerstraf BASTA. Het project Basta Delft wordt momenteel uitgevoerd door het
Leger des Heils en De Wissel. In 2005/2006 hebben in totaal 4 jongeren het
Basta–programma gevolgd.
Beleidsvoornemens en doelstellingen van het jongerenloket RMC
voor de periode 2007 zullen beschreven worden in de nota Aanval op de
Uitval, die in maart 2007 verschijnt
Het afgelopen schooljaar zijn er een aantal
verbeteracties uitgevoerd die met ingang van het schooljaar 2006-2007
structureel ingevoerd zullen worden.
a)
Vroegtijdig,
in de maanden mei t/m september, heeft Mondriaan van alle aangemelde en alle
ingeschreven leerlingen/deelnemers
gegevens aangeleverd, waardoor bestandsvergelijkingen met Jongerenloket RMC mogelijk zijn geworden en jongeren zonder aanmelding of
inschrijving eerder in beeld zijn gekomen.
b)
Meldingen
betreffende verzuim en VSV van de domeinen worden door Mondriaan centraal middels
het Mondriaan Servicecentrum naar Jongerenloket RMC Delft gestuurd.
Vanuit
Jongerenloket RMC Delft zijn aan
het eind schooljaar 2005-2006 alle Examenkandidaten VMBO aangeschreven.
Aangeschreven
|
455
VMBO Eindexamenkandidaten. |
|
|
Respons |
435
à 95 % * |
Geen
respons alsnog aangeschreven |
20 |
Actief
in begeleiding LPA/RMC |
31 |
·
Van
deze 435 hebben 400 jongeren zich aangemeld bij een ROC.
·
Van
20 alsnog aangeschreven jongeren hebben er 10 een reactie gegeven en aangegeven
zich ingeschreven te hebben op een ROC
10 zijn er persoonlijk uitgenodigd en zijn in traject
genomen door LP/RMC
·
Van
de 455 aangeschreven kandidaten zijn er uiteindelijk 31 totaal in traject
genomen door LPA/RMC
De
aanpak van VSV
Bij het bestrijden van schoolverzuim
en de aanpak van voortijdig schoolverlaten in Delft neemt het Jongerenloket RMC
een centrale plaats in. Het is dan ook goed om de taken van het
Jongerenloket nogmaals op een rij te
zetten.
Het
Jongerenloket RMC voert een aantal (wettelijke) taken uit;
5.
toezicht op de leerplichtwet 1969,
6.
uitvoering van de RMC-wetgeving, gericht op het
behalen van een startkwalificatie voor jongeren tot 23 jaar.
7.
uitvoering van de Wet Werk en Bijstand (WWB) voor
jongeren tot 23 jaar.
8.
individuele trajectbegeleiding vanuit het
Jongerenwerk.
Binnen het jongerenloket RMC Delft vormen Leerplichtambtenaren, RMC-casemanagers,
Jongerenwerkers en consulenten Sociale Dienstverlening één team dat nauw
samenwerkt met het CWI, ten einde uitvoering te geven aan de vier genoemde
taken. Het betreft hier taken ten
behoeve van Delftse jongeren in de leeftijd (5) 12-23 jaar,. Tevens wordt door
het Jongerenloket het casemanagement voortijdig schoolverlaten uitgevoerd voor
jongeren van 16-23 jaar, voor de regio
Westland, Pijnacker-Nootdorp.
Het vakteam Jongerenloket is per 01-04-2006 een
onderdeel van de sector Werk Inkomen
Zorg van de gemeente Delft.
Als
uitgangspunten wordt door het
Jongerenloket wordt aangesloten bij hetgeen het college van B&W in het
collegeprogramma schrijft:
De gemeente Delft wil de toename van het aantal leerlingen in
voorzieningen die niet tot een diploma leiden keren. Voortijdig schoolverlaten
moet worden voorkomen en teruggedrongen waarbij zoveel mogelijk Delftse jongeren
een startkwalificatie moeten behalen. De missie hierbij is: alle Delftse
jongeren op school of aan het werk
Voortijdig schoolverlaten; kengetallen en
verbeterpunten in Delft.
Alvorens de maatregelen die Delft neemt om tot een
effectieve aanpak van voortijdig schoolverlaten te komen te beschrijven is het
goed om de juiste definitie van
voortijdig schoolverlaten te hanteren, enkele kengetallen te noemen en een
aantal omstandigheden die vragen om verbetering op een rij te zetten.
De definitie van voortijdig schoolverlaten luidt:
Een
jongere is een voortijdig schoolverlater als hij of zij het onderwijs verlaat
zonder minimaal een HAVO-diploma of diploma op niveau 2 conform de Wet Educatie
en Beroepsonderwijs(WEB), de zogenaamde startkwalificatie. Dus ook jongeren met
een VMBO diploma zijn voortijdig schoolverlater, indien zij geen
vervolgopleiding volgen die leidt tot een startkwalificatie. (bron: Min.OC&W)
Als we de totale groep Delftse jongeren in de leeftijdscategorie 16 tot
23 jaar en de groep voortijdig schoolverlaters nader bekijken, zijn de volgende
kengetallen van belang.
Toelichting: Delft heeft een relatief gezien hoog percentage 18-23
jarigen vanwege een
het grote aantal T.U.-studenten.
·
Van de Delftse jongeren van
16 tot 23 jaar volgen 2900 jongeren een opleiding binnen het voortgezet
onderwijs en middelbaar onderwijs.
Onderverdeeld naar soorten onderwijs kan de volgende verdeling worden
gemaakt.
·
MBO |
65% |
·
HAVO/VWO |
20% |
·
VMBO |
10% |
·
Praktijkonderwijs/VSO |
5% |
·
Van de Delftse MBO-jongeren
volgt 80% voltijdsonderwijs middels een Beroeps opleidende leerweg (BOL) en 20
% deeltijdonderwijs middels een Beroepsbegeleidende leerweg (BBL). Van de
Delftse jongen die een MBO opleiding volgen volgt 75% een opleiding bij de
Mondriaan onderwijsgroep. De overige 25% volgt een opleiding bij een Regionaal
Opleidingscentrum (ROC) in Rotterdam, Westland, Leiden en Zoetermeer.
·
Op jaarbasis worden er in
Delft bij het Jongerenloket RMC ruim 500 voortijdig schoolverlaters
geregistreerd. Ruim 300 jongeren ontvangen door het Jongerenloket
trajectbegeleiding richting school, werk en of hulpverlening. De Delftse
voortijdig schoolverlaters zijn voor 80% afkomstig uit het MBO, ruim 15% is
afkomstig uit het VMBO.
Toelichting: De ruim 500 geregistreerde
voortijdig schoolverlaters
Zijn er ruim
300 aangemeld door scholen en instanties, 200 voortijdig schoolverlaters worden
geregistreerd als voortijdig schoolverlater als gevolg van
bestandsvergelijkingen.
De huidige
capaciteit van het Jongerenloket heeft hiermee de grens bereikt.
Toelichting:
In traject
genomen jongeren: 302 jongeren.
·
Van de Delftse voortijdig
schoolverlaters heeft 80% een laag opleidingsniveau en is afkomstig uit
opleidingen op niveau 1 en 2 van de wet educatie en beroepsonderwijs (WEB).
Een deel van deze
jongeren wordt door het onderwijs niet gemeld, meldt zich zelf niet aan bij het
CWI en vraagt ook geen uitkering aan. Onderzoek wijst uit dat m.n. allochtone
jongeren oververtegenwoordigd zijn in deze groep uit beeld geraakte jongeren.
In Delft zal binnen het project Jongeren in beeld met perspectief (paragraaf..)
onderzoek worden gedaan naar de omvang en aard van deze problematiek.
Resultaten aanpak voortijdig schoolverlaten.
Deze paragraaf laat enkele resultaten van het
Jongerenloket RMC zien en tevens een
profiel van ‘de’ voortijdig schoolverlater.
Voor een totaalbeeld met
betrekking tot deze laatste categorie verwijzen wij naar de RMC
effectrapportage Haaglanden 2005-2006, waarin de complete gegevens met
betrekking tot voortijdig
schoolverlaten van de regio Haaglanden, staan vermeld.
|
|
|||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
||
|
|
|
Delftse in begeleiding genomen
voortijdig schoolverlaters naar laatste opleiding |
|
VMBO 162
HAVO/VWO
10
MBO voltijd 70
MBO
deeltijd 29
Overig 31
|
Werk |
Administratief |
3 |
Bouw |
4 |
Economie |
13 |
Groen |
1 |
Handel |
20 |
Horeca |
9 |
Landbouw |
10 |
Schoonmaak |
5 |
Techniek |
14 |
Transport
en Logistiek |
8 |
Zorg
en Welzijn |
11 |
Totaal |
98 |