AANLEIDING

 

De Klachtencommissie Woonruimteverdeling Delft is een onafhankelijk orgaan, belast met de behandeling van ingediende klachten inzake de uitvoering van het in Delft geldende woonruimteverdelingsysteem.

De klachtencommissie Woonruimteverdeling in Delft functioneert sinds 4 november 1992, op grond van het in de raadsvergadering van 2 juli 1992 vastgestelde Reglement Klachtencommissie Woonruimteverdeling, gewijzigd bij raadsbesluit van 25 januari 1996. De commissie dient op basis van deze verordening samengesteld te zijn uit vertegenwoordigers van drie groepen: de gemeenteraad van Delft, het COW en de Woonkoepel.

 

In 2003-2004 is vastgesteld dat de vertegenwoordigers van twee groepen niet langer zitting kunnen hebben in de commissie, als gevolg van de dualisering en het opheffen van de Woonkoepel. De vertegenwoordiger namens de gemeenteraad heeft de commissie in 2005 verlaten.

Er is niet gekozen voor een nieuwe opzet en bemensing van de commissie, maar om het onderwerp te agenderen bij het stadsgewest Haaglanden met als doel de haalbaarheid te onderzoeken van een regionale opzet van de klachtenafhandeling.

In afwachting van de uitkomst van deze discussie en voor het waarborgen van de continuïteit hebben de overige leden nog geruime tijd hun verantwoordelijkheid genomen en bleven functioneren in de commissie.

Behandeling van het Delftse voorstel heeft echter veel langer op zich wachten dan voorzien, omdat het stadsgewest bij herhaling andere prioriteiten heeft gesteld. Inmiddels is een regionale werkgroep aan de slag met het voorstel, vooralsnog is echter onzeker of op regionaal niveau voldoende steun gevonden zal worden voor een regionale klachtencommissie.

 

De Delftse commissie functioneert vanwege de gebrekkige bemensing inmiddels niet optimaal. Het lid namens de voormalige Woonkoepel stelt vast dat het door deze organisatie aan haar verstrekte mandaat voor deelname aan de commissie te lang geleden is verstreken en beschouwd haar deelname aan de commissie niet langer als legitiem. De leden van de klachtencommissie hebben in de geschetste ontwikkelingen aanleiding gezien om hun functies neer te leggen (bijlage: brief klachtencommissie). Dit betekent dat de commissie niet langer haar werkzaamheden kan vervullen.

 

STAND VAN ZAKEN REGIONALISERING

De commissie heeft alle tot eind mei 2007 ingediende klachten inmiddels afgehandeld en heeft een jaarverslag samengesteld.

 

Het werkgroepvoorstel tot regionalisering van de klachtencommissie wordt kort na de zomer van 2007 verwacht. De instelling van een regionale klachtencommissie kan op grond hiervan niet eerder dan begin 2008 worden verwacht.

Aan de orde is nu de vraag op welke wijze nieuwe klachten over de uitvoering van het in Delft geldende woonruimteverdelingsysteem zullen worden behandeld.

 

VOORSTEL

Gemeente en Delftse corporaties werken samen in de klachtencommissie.

Partijen zijn zowel binnen de klachtencommissie als binnen het SO gezamenlijk tot de conclusie gekomen dat de corporaties geen rol meer kunnen spelen in de beoordeling van klachten, aangezien klachten vrijwel altijd betrekking hebben op gedrag of uitspraken van deze corporaties. De schijn van belangenverstrengeling moet worden vermeden.

 

Voorgesteld wordt:

- Het ambtelijk afdoen van ingediende klachten, als overbrugging van de (naar verwachting relatief korte) periode tot de totstandkoming van een regionale klachtencommissie;

- Onderzoek en advisering over de afhandeling van klachten wordt waargenomen door twee medewerkers van het programma Wonen, Zorg en Welzijn, beiden deskundig op het gebied van volkshuisvesting en woonruimteverdeling;

- De medewerkers brengen de zaak in kaart en brengen advies uit aan B&W over het te nemen besluit;

- In alle gevallen wordt de partij/partijen tegen wie de klacht is gericht in kennis gesteld van de klacht en gelegenheid tot verweer gegund;

- De regels uit het vigerende Reglement Klachtencommissie Woonruimteverdeling 1996 worden zoveel als mogelijk is in acht genomen;

- B&W neemt het uiteindelijke besluit op de klacht.

Deze bevoegdheid is gemandateerd aan de programmamanager Wonen, zorg en welzijn, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 5 en 6 van het MMV-besluit.

 

 

Edwin Gijsman

 

Bijlage: brief klachtencommissie, d.d. 26-07-2007